Daar gaan we...
Zondag 22 november
Ik heb wat menstruatie-achtige krampen die komen en gaan. Het lijkt in de loop van de dag wat meer zeer te gaan doen. We besluiten aan het einde van de middag even een rondje te gaan wandelen, misschien zet het wel zoden aan de dijk. Ik heb immers al zoveel binnen gezeten de laatste tijd met die bekkenklachten. Nú voel ik me goed, dus laten we het ervan nemen! We nemen de snackbar mee in het rondje en halen een gegrilde kip. Zodra we weer thuis zijn, begint het te regenen, te bliksemen en te stormen. De kip smaakt me erg goed. 's Avonds kijken we lekker naar de televisie en we gaan op tijd naar bed... voor het geval dát. Rond 23.00 uur liggen we erin en R leest nog wat in het borstvoedingsboek.
Maandag 23 november
Iets na enen word ik wakker van een venijnige pijn. Zou het? R was niet ver weg, want hij heeft gelijk door dat ik niet meer slaap. Na een minuut of vier komt er nog zo'n kramp. En dan weer, en weer, en weer. Ik vraag aan R hoe lang ze duren en hij antwoordt dat ik ongeveer een minuut bezig ben met zuchten. Nou, dat klinkt toch alsof het begonnen is! Ik lig op bed en ga gewoon in het ritme mee. We merken vanzelf wel waar we eindigen. R zorgt voor water en dextro binnen handbereik en kleedt zich aan. Ik heb zijn hand nodig bij iedere wee. Ik lig inmiddels op mijn zij aan de linkerkant van het bed, want volgens mij ligt de baby ook met haar rug links. De weeën doen erg pijn en ik vraag me af wie dat zuchten bedacht heeft. Daar wordt die pijn toch niet minder van? Maar het leidt wel af, dus ik doe het toch maar. Ik voel me sterk genoeg om deze bevalling te doorstaan. Dit kan ik best wel!
R vraagt of hij de verloskundige moet bellen. Hoe laat is het dan? 05.00 uur. Nu al? Ik moet hard nadenken. Het gaat toch goed? De weeën komen nu zo'n drie uur om de 3-4 minuten, soms sneller. Ik heb geen persdrang, dus de baby valt er toch niet uit. En ik wil zó níet horen dat ik pas 2cm ontsluiting heb! Maar dan wil ik ineens wel heel erg graag weten hoe het eigenlijk met de baby gaat. Dat stukje kan ik dan net niet zelf beantwoorden. Dus ja, bel de verloskundige maar.
Als R de telefoon ophangt, vertelt hij dat hij minder goed nieuws heeft: C, de waarneemster, heeft dienst. Op dat moment zal het me een worst wezen al heeft Sinterklaas dienst, als ze maar komt vertellen dat het goed gaat met de baby.
Na ongeveer een half uur gaat de bel. Ik ben inmiddels weer heen en weer geweest om te plassen, dus ik sta naast het bed. C gaat op bed zitten en leest mijn papieren. R geeft haar ook het geboorteplan, wat ze gelijk goed doorneemt. Ze observeert ondertussen hoe ik de weeën opvang. Het gaat me iets te traag op deze manier: doe iets of ga weer naar huis toe! Om haar aan te sporen vraag ik of ze rechtshandig is en ik begin de kussens naar de andere kant van het bed te gooien. Ze snapt de hint en vraagt me wat ik verwacht. Ik kan alleen maar zeggen dat ik niet hoop dat ik 2cm heb. Als ze me toucheert, zegt ze dat het in ieder geval geen twee centimeter is. Ik antwoord dat ze ook niet moet zeggen dat het er drie zijn. C moet lachen en zegt dat ik vijf centimeter ontsluiting heb en ze vertelt de stand van het hoofdje. Ze voegt eraan toe dat het heel week voelt. Ik vraag of ze nog hoog zit en dat is nog wel het geval. De harttonen zijn goed. Ik moet weer plassen, dus ik vertrek naar de wc. Ondertussen hoor ik dat C's telefoon afgaat. R gaat met me mee, want ik krijg gegarandeerd weer een wee. Na het plassen is het inderdaad raak en ik hang met mijn volle gewicht aan Rs onderarmen om de pijn weg te blazen. Ik hoor C ondertussen een gesprek voeren met iemand met gebroken vliezen en geen weeën. R en ik verplaatsen ons weer naar de raamkant van het bed. C vraagt wanneer ze terug moet komen, het is nu 06.00 uur. Ik antwoord dat ik 10.00 uur wel best vind. C lacht een beetje en vraagt of ik dat zeker weet. Ik zeg dat ze het wel hoort als we haar eerder nodig hebben. Het is m'n eerste kind en die valt er toch niet zomaar uit. Nee, dat is ook weer zo. Ze gaat akkoord met 10.00 uur en ondertussen vang ik weer een wee op in Rs armen. Ik zeg zachtjes tegen hem dat we 10.00 uur niet gaan redden.
Als C weg is, ga ik weer op mijn linkerzij liggen. Ik lig me af te vragen hoe drukgevoel zal aanvoelen, ik kan me er echt niks bij voorstellen. En dan perst mijn lijf ineens tijdens een wee mee en maak ik een soort overgeefgeluid. Nu al? Het is 7.00 uur. Ik geloof het nog niet. Maar de volgende wee gebeurt het weer en ik kan er helemaal niks tegenin brengen. Na een aantal keren persdrang, dringt het besef door dat dit echt reflectoir is. Ik zeg tegen R dat hij C moet bellen dat ik persdrang heb. Terwijl hij aan de telefoon is, gaan mijn weeën door en het kan niet anders dan dat C dat ook gehoord heeft. R vertelt me dat ze nog even dubbel staat, maar er zo snel mogelijk aankomt. Geen probleem. Hij moest wel gelijk ook de kraamzorg bellen en doet dat dus ook. Ik zeg hem alvast emmers en vuilniszakken klaar te zetten en dat blijkt hij al te hebben gedaan. Dan kan hij wel water opzetten voor de kruiken.
...
C toucheert 8-9cm. Ze zegt dat ze beseft dat ik in mijn geboorteplan heb gezet dat ik niet wil dat de vliezen worden gebroken, maar dat ze dat nu toch wel een optie vindt. Ze vraagt mij het te overwegen. Ik antwoord dat ik het echt niet meer weet en C beslist daarop gelijk om het gewoon maar te doen. Gelukkig, want ik heb nu geen ruimte meer in mijn hoofd om verloskundige te zijn. Als ze de vliezen heeft gebroken, zegt ze niks. Ik vraag of het toch wel helder is? O ja, dat is het zeker! Pfff, zeg dat dan!
C gaat een beschuitje smeren en een kop thee zetten voor zichzelf.
Ik hang over de rechterhelft van het bed heen, trekkend aan Rs armen tijdens een wee. Iedere perswee voelt als zo'n oerkracht dat ik wel geluid móet maken. Ik verontschuldig me naar de buren toe, maar bedenk me dan dat ze gewoon pech hebben. Het is immers al een uur of half 9 op deze maandagochtend.
De kraamverzorgster komt ook binnen. Ze stelt zich voor, ik neem haar naam niet eens in me op. Geeft niet, ze draagt toch een naamplaatje. 'A' lees ik later.
C vraagt of ze nog eens zal toucheren. Ja graag, laten we nou maar eens echt aan de slag gaan. Om tien voor 9 heb ik volledige ontsluiting en start ik officieel met persen. Totaal tegen mijn eigen verwachting in: op m'n rug in bed, met m'n handen in mijn knieholtes. Ik kan gewoon geen kant meer op met dat stomme bekken, al zou ik het willen. R zit links van me op het bed, A staat rechts naast het bed en C zit aan het voeteneind.
Ik pers op iedere wee zo goed als ik kan. Drie keer op een wee. Hap lucht nemen, maak je rond, kin op de borst en persen naar onder. Hoe vaak ik dat wel niet tegen een ander heb gezegd en nu tegen mezelf. C zegt niks. Ik vraag af en toe of ze even wil luisteren naar de harttonen en beoordeel ze zelf mee. Ik pers vanuit m'n tenen, zo hard. Af en toe ben ik gewoon compleet de wereld kwijt, met zo'n kracht voel ik dit door mijn lijf. No way dat ze mij nog naar een ziekenhuis krijgen. Dit kan ik! Let maar op!
Ineens zegt C dat ze haartjes kan zien. Ik sla er niet zoveel acht op. Ik pers en pers en pers. En dan vraagt C of ik ook wil voelen. Voelen? Wat voelen? Nou, het hoofdje wat staat. Het hoofdje? Ben ik al zó ver? Ik voel... een warm, nat, gerimpeld en behaard koppie. Ik kijk: donkere haartjes. Oh mijn god, ik ben al zo ver!
...
Dit doet echt pijn. Dit brandt en schrijnt en eigenlijk dekt dat de lading totaal niet. Jemig, wat doet dit zeer. In mijn hoofd roep ik mezelf tot de orde en maan mezelf tot persen. Zo hard mogelijk -- harder nog -- hardst. En nog een keer op die wee. En ik weet niet waar ik het vandaan haal, maar nog een derde keer lukt zelfs. Dit-hoofd-moet-er-uit! Niet persen is geen optie, ik moet door! En dan ineens wordt het hoofdje geboren en zegt C dat ik moet zuchten. Het lukt niet! Ik roep dat het niet gaat, mijn lijf blijft maar persen. R zegt me ook te zuchten en ik probeer... en plots lukt het toch. Ik zie dat C de navelstreng afwikkelt en daar is ze, met nog een lus navelstreng om haar lijf heen. Daar is ze! Een baby! Mijn baby! Onze baby! Ze wordt op m'n buik gelegd, er worden doeken overheen gelegd en ik omarm haar. Het is 09.27 uur, 37 minuten geperst. Ik krijg een kus van R. Emma is er!
Ik zeg dat ik voel dat ik vloei en krijg syntocinon ingespoten. De navelstreng is bijzonder lang en achteraf hoor ik dat Emma drie keer omwikkeld was; één keer om d'r nek en twee keer om d'r lijf.
Na het hechten ligt Emma naast me. Ik laat haar zelf aanhappen en ze drinkt een half uur lang.
Ik vind het jammer dat C zo weinig heeft gezegd tijdens de bevalling. Ik had geen flauw idee hoe ver ik was en schrok echt dat het hoofd al stond. Aan de andere kant ben ik wel blij met haar rust. Ze heeft op geen enkel moment staan hyperen of geroepen, ze was er gewoon. Ik ben trots op mezelf dat ik het heb geflikt en trots op R dat hij het vertrouwen in mij en Emma had dat wij dit gewoon konden. Zonder R had ik dit niet gekund.