quote:
DEN HAAG - De Rotterdamse krakers Feelena (21), André (41), Menno (32) en Marie (49) gaan niet voor het kleine werk.
Toen ze vorig jaar tijdens een feestje hoorden dat de legendarische Haagse discotheek de Marathon al tijden leeg stond, roken ze hun kans.
Een makkelijke klus werd het niet, maar sinds zaterdag hebben ze het toch voor elkaar. Nu wonen ze op de plek waar menige Hagenees prachtige uitgaansherinneringen heeft. Een plek die zelfs wordt bezongen door de Haagse cabaratier Harrie Jekkers in zijn beroemde lied ‘O, o, Den Haag’ (‘Op me Puch een wijffie halûh en daarna dansûh in de Marreton’).
„De meeste mensen zijn bang om zo’n groot gebouw te kraken. Wij niet,’’ legt Menno uit. „Van de politie hebben we niets te vrezen. Het vervelendste dat kan gebeuren is dat we worden opgepakt. Bij de eigenaren weet je het niet. Zeker bij iets groots als de Marathon kun je ook een sloopploeg tegenkomen. Dan moet je gauw wegwezen of je loopt zelf ook klappen op.’’
Het is donker in het immense pand. Dat wel. Maar eenmaal in de danszaal kruipt licht omhoog uit een peertje in de leefruimte van de krakers. De grote discozaal ziet er verrassend opgeruimd uit, en ook de loungeruimte beneden en de andere danszaal zouden zo weer gebruikt kunnen worden. De licht- en geluidsconstructies aan de plafonds hangen nog. De bar is schoon en de dansvloer uitnodigend, hoewel voorlopig leeg.
„’t Was hier echt één grote bende,’’ vertelt Marie. „De vloer lag bezaaid met spullen, uit het plafond hing overal bedrading. We hebben dagen gewerkt om de boel hier weer op orde te krijgen.’’
Al in juni vorig jaar waagde het krakersclubje een poging om het pand te kraken. Toen faalde hun missie. Het euvel: de geluidsinstallatie van André. „De politie kwam ons arresteren wegens diefstal,’’ verklaart hij. „Volgens de eigenaar hadden we zijn geluidsapparatuur gestolen, maar het ging toch echt om mijn eigen spullen.’’
Pas drie weken geleden sprak de rechter de krakers vrij van inbraak en diefstal en kreeg André zijn spullen terug.
Tijd voor een nieuwe kraakpoging. Maar op vrijdag 2 januari liep het opnieuw anders dan gepland. Twee voor de krakers onbekende mensen zakten door het ijs in de sloot langs de Marathon. Toevallig passerende beveiligingsmedewerkers zagen dat en waarschuwden de politie, die de krakers ontdekte. André: „We werden direct gearresteerd. Opnieuw wegens inbraak.’’
Acht arrestaties werden er verricht. „Maar ze hadden niets tegen ons,’’ legt Marie uit. „Dus we waren een dag alweer vrij. We hebben direct gezegd: ‘We gaan terug’. Jullie kunnen ons toch niet tegenhouden. We zijn eerst naar Rotterdam gegaan om te verzamelen en daarna zijn we weer naar Den Haag gekomen. Sindsdien zitten we hier.’’
‘Hier’ is in een kantoorzaaltje schuin boven de disco op de eerste etage, licht geurend naar wiet: de leefruimte van de krakers. Marie: „De eerste dagen hadden we nog geen elektrische kachels. Het was echt verschrikkelijk koud. Gelukkig kwamen de honden (zes, voor de veiligheid, red.) lekker tegen ons aanliggen.’’
Plannen om op korte termijn weer weg te gaan hebben de krakers niet. Ook al weten ze dat een rechtszaak om hen weg te krijgen hoogstwaarschijnlijk op handen is.
Vooral André is in z’n nopjes met het pand aan de Wijndaelerweg. „Kan ik oefenen met mijn geluidsapparatuur.’’ De krakers hebben zelfs plannen om een stichting op te richten. „Voor een open podium waar dj’s kunnen oefenen. Dat kan hier weinig kwaad. Niemand die er last van heeft, zeker ’s avonds niet,’’ droomt André. Pogingen de eigenaar van het pand te spreken liepen gisteren op niets uit.

whehehe tja wat moet ik hier nou op zeggen