Doe eens. Kun je er ook de Hausdorffdimensie van bepalen?quote:Op vrijdag 14 november 2008 22:06 schreef tiswah het volgende:
[..]
Ja, zo kunnen we mijn moeder´s zuurkool ook op een wiskundige manier beschrijven!
Ik laat eerst de kwantumfysica erop los. Resultaten volgen.quote:Op vrijdag 14 november 2008 22:18 schreef Iblis het volgende:
Doe eens. Kun je er ook de Hausdorffdimensie van bepalen?
Heb er nog even flink wat tijd ingestoken en maar naar de docent gestuurd,quote:Op woensdag 12 november 2008 20:59 schreef GlowMouse het volgende:
Bij d3: als je op http://nl.wikipedia.org/wiki/T-toets het stukje onder Basisidee leest, dan heb je onder H0 dat de groodheid sqrt(n)(Xstreep - 1)/sigma T-verdeeld is. Jij kijkt nu naar de groodheid sqrt(n)*Xstreep/sigma.
quote:Op dinsdag 18 november 2008 21:45 schreef GlowMouse het volgende:
Significant verschillend is een term uit de statistiek. Maar als jij hier al weet dat het medicijn invloed heeft op de hartfrequentie, waarom zou je dan nog statistiek bedrijven?
die hebben we dus nietquote:Op dinsdag 18 november 2008 21:59 schreef Gospodin het volgende:
Dat kan, maar dan moet je ook wel een standaardafwijking hebben, anders valt er weinig te testen.
quote:Op dinsdag 18 november 2008 22:13 schreef GlowMouse het volgende:
Aha, je weet dus niet of het medicijn een verbetering is. Blijkbaar weet je dat het aantal hartslagen per minuut (in rust) normaal verdeeld is als je die over verschillende personen bekijkt, maar dan valt uit de literatuur vast wel een standaardafwijking te vinden.
Heb je voor ieder medicijn maar één waarneming, dan is dat weinig maar je zult dat best voor een statistische toets kunnen gebruiken.
Op zich kun je dat wel ongeveer gebruiken voor je bewijs. Het is een boom, dus er is een verbinding tussen die twee punten van graad 3 (bomen zijn immers verbonden). Voor die andere vier kanten (of lijnen) geldt dat daar een subboom aan vastzit die niet alleen maar knopen met graad > 1 kan hebben (dan krijg je cykels), dus je moet altijd op een los uiteindje uitkomen. (Die subbomen kunnen ook niet met elkaar in verbinding staan, want dan heb je ook cykels). Maar meestal staat er zo rond waar die vraag komt een stelling over bomen en knopen en kanten die je makkelijk kunt toepassen.quote:Op woensdag 19 november 2008 20:43 schreef Borizzz het volgende:
Ik ben op zoek naar een grafentheoretisch bewijs. Ik zit er nu enkele dagen op te staren maar ik kan het nog niet oplossen. Het gaat over "bomen".
Een boom heeft 2 punten met graad 3. Bewijs dat de boom minstens 4 punten van graad 1 heeft.
Als ik dit ga tekenen, 2 punten met graad 3 dmv een brug aan elkaar verbinden, en dan de andere 4 punten een eindpunt laten worden dan is dit direct duidelijk; maar een bewijs is dit nog niet.
Wie kan helpen?
1 2 3 4 5 | | | A-###-B | | # # |
Dat kan allemaal wel wat eenvoudiger dan met tekeningetjes (sowieso gevaarlijk om plaatjes als bewijs op te voeren).quote:Op woensdag 19 november 2008 20:43 schreef Borizzz het volgende:
Ik ben op zoek naar een grafentheoretisch bewijs. Ik zit er nu enkele dagen op te staren maar ik kan het nog niet oplossen. Het gaat over "bomen".
Een boom heeft 2 punten met graad 3. Bewijs dat de boom minstens 4 punten van graad 1 heeft.
Als ik dit ga tekenen, 2 punten met graad 3 dmv een brug aan elkaar verbinden, en dan de andere 4 punten een eindpunt laten worden dan is dit direct duidelijk; maar een bewijs is dit nog niet.
Wie kan helpen?
Ik vind grafentheorie wel bij uitstek geschikt om plaatjes te maken. Jouw bewijs klopt natuurlijk (en is tamelijk elegant), maar als je het plaatje maakt zie je dat je die 2e - d + 4 krijgt vanwege de structuur van de graaf waarbij je altijd vier losse subboompjes hebt die vroeg of laat op een punt van graad 1 moeten uitkomen. Ook dat is niet helemaal mooi verwoord.quote:Op woensdag 19 november 2008 21:47 schreef thabit het volgende:
Dat kan allemaal wel wat eenvoudiger dan met tekeningetjes (sowieso gevaarlijk om plaatjes als bewijs op te voeren).
Ik zie geen tegenstelling. Plaatjes zijn uitermate geschikt om inzicht te krijgen maar in bewijzen moet je ze mijden.quote:Op woensdag 19 november 2008 21:54 schreef Iblis het volgende:
[..]
Ik vind grafentheorie wel bij uitstek geschikt om plaatjes te maken. Jouw bewijs klopt natuurlijk (en is tamelijk elegant), maar als je het plaatje maakt zie je dat je die 2e - d + 4 krijgt vanwege de structuur van de graaf waarbij je altijd vier losse subboompjes hebt die vroeg of laat op een punt van graad 1 moeten uitkomen. Ook dat is niet helemaal mooi verwoord.Maar enfin.
Als je begint dan zul je al wel zien dat er vanzelf types ontstaan. Je kunt een simpel pad hebben; je kunt een ster hebben; (maximaal graad 4 van 1 knoop) en je kunt een knoop met graad 3 hebben. Dan ben je al een aardig eindje op weg. Want hoe je graaf ook tekent, alle knopen zijn in principe symmetrisch.quote:Op donderdag 20 november 2008 15:10 schreef Borizzz het volgende:
Hoe kan ik het aantal opspannende bomen van K5 vinden? Er zijn er teveel om zo te tekenen en ik moet onderscheid maken in 3 typen bomen. Hoe werkt dit en hoe komt ik dan aan het aantal opspannende bomen per type boom? De stelling van Cayley mag ik niet gebruiken hierbij...
Verdraaid lastig.
Maar het maakt (voor een gelabelde graaf!) uit welk punt in het midden zit. De 'volgorde' van de punten van de ster is er niet. Maar:quote:Op donderdag 20 november 2008 16:11 schreef Borizzz het volgende:
Oke, dus kijken naar de graden van een aantal punten.
Mooi dat had ik nog niet eens gezien.
Dan verder: bijvoorbeeld de ster: 1 punt met graad 4, en 4 punten met graad 1. Als ik van deze boom uitga, dan is er toch maximaal 1 opspannende boom, nl de ster zelf?
K5 moet 125 opspannende bomen hebben en er zijn 3 types. Ik kom daar al tellend nooit op uit.
(doel is dit toepassen op K6, maar ik probeer eerst de manier te leren dmv K5).
1 2 3 4 5 | | | | b-c-d d-c-e b-d-c | | | e a e |
Type 2 is b.v.:quote:Op donderdag 20 november 2008 16:38 schreef Borizzz het volgende:
Ja ik weet; maar ik heb geen idee hoe ik bijv. het aatal bomen van bijv. type 2 anders zou kunnen vinden.
1 |
1 |
Ja. Als je het berekent kun je stellen: Je hebt (5 boven 2) = 10 keuzes voor de uiteinden en dan 3! = 6voor erbinnenin, dat geeft 10 * 6 = 60. Of je hebt 5! voor het geheel, maar omdat het niet uitmaakt wat je als voor of achteraan beschouwt tel je ze dubbel, ofwel 120/2 = 60.quote:Op donderdag 20 november 2008 17:06 schreef Borizzz het volgende:
Oke, met AB, AC, AD, AE, BC, BD, BE, CD, CE en DE als uiteinden. Dit levert 10x6=60 verschillende mogelijkheden voor type 2.
Type 1 had er 5. dus voor type 1 en 2 samen 65. Klopt dit.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |