quote:
Op donderdag 17 april 2008 22:58 schreef Bartoli het volgende:Frank Vandenbroucke staat op straat
Frank Vandenbroucke heeft geen ploeg meer. Mitsubishi-Jartazi heeft zijn contract beëindigd na de recente familiale problemen van VDB. Het team benadrukt dat de beslissing in onderling overleg werd genomen.
Mitsubishi-Jartazi zegt in een mededeling begrip te hebben voor Franks situatie en wil hem nu de nodige tijd en rust gunnen om alle recente perikelen rond zijn persoon uit te klaren.
Ik had niet anders verwacht. Trouwens de UCI blundert natuurlijk wel door Mitsubishi wel een pro-continentale licentie te geven met VDB in de ploeg, maar later mag VDB niet starten in Protour aangelegenheden. Bullshit natuurlijk.
Hier een leuk stukje van sportwereld over ronde van turkije
quote:
'Bisiklet' op zijn Turks
Mediageile agenten en een gekantelde strontkar kunnen enthousiasme in Ronde van Turkije niet temperen
Een kermiskoers in Vlaanderen organiseren is al niet eenvoudig, laat staan een achtdaagse rittenkoers doorheen Turkije. Aan enthousiasme echter geen gebrek in het land van Atatürk, raki en geleidelijk aan ook wielrennen.
Het is best een vreemd gevoel om in een land te arriveren voor een grootschalige wielerronde en al na een halfuur door een hotelbaas in Istanbul met de neus op de feiten gedrukt te worden. De Ronde van Turkije? Nog nooit van gehoord. Nota bene gaat de Ronde de dag nadien van start op hooguit vijftig meter van zijn hotel. Galatasaray en Eric Gerets aan elkaar linken en analyses over de doelpunten van Serhat Akin bij Anderlecht, geen enkel probleem, maar een Turkse wielrenner opnoemen, insjallah, dat niet. Het is nochtans een prestigieus project dat in slechts drie maanden op poten is gezet om het hele land - en dan vooral de door toeristen meer en meer aanbeden westkust met pareltjes als Efese, Bodrum en Marmaris - (extra)sportief in de kijker te zetten.
Verdwaalde Nederlander
'Aan goede wil en massa's Turkse lires geen gebrek. Enkel dat tikkeltje extra logisch redeneren ontbreekt.' José De Cauwer, sportdirecteur van Silence-Lotto, zat er niet naast op een bankje aan de prachtige Aya Sofia-moskee in hartje Istanbul. Dat ze het echter grondig menen met hun achtdaagse rittenkoers bleek al uit de verwelkomingsspeech van de minister van Sport die doodserieus aankondigde dat zijn wielerwedstrijd binnen drie jaar groter zal zijn dan de Ronde van Frankrijk. Buiten de renners in heel Turkije anders nog geen fietser gezien, buiten die verdwaalde Nederlander (of wat had je gedacht) die beweerde dat hij Roger De Vlaeminck nog had geklopt in één of andere kermiskoers.
Op het moment dat Tom Boonen Parijs-Roubaix naar zijn hand zette, begon de Ronde met een criterium rond de Blauwe moskee. Na de levensgevaarlijke afdaling op kasseien konden al meteen vier ongelukkigen hun retourticket boeken met een sleutelbeenbreuk. 'Dit was een traject voor maximaal dertig renners', foeterde Wim Vanhuffel, nadat hij voortijdig de remmen dichtkneep, zoals de meerderheid van het peloton. Het oogt allemaal wat amateuristisch met constant wisselende starturen en in allerijl aangerukte podia. Toch proberen ze de grootst mogelijke discipline aan de dag te leggen. De Turken hebben immers een groot eergevoel.
File verstoort spurt
Voor aanvang van elke rit plaatst iedereen zijn handen gestrekt naast het lichaam en zingt uit volle borst de Turkse hymne. Hierna nemen prachtig uitgedoste kinderen het over met lokale dansen. Die discipline vertaalt zich ook in het gigantisch aantal politieagenten dat dag na dag alles in goede banen leiden. Gevolg: de nodige verkeerschaos in volle finale van de koers tijdens de eerste wedstrijddagen. Vraag het maar aan Pieter Jacobs, de bedrijvigste Belg hier in de Ronde, die zijn sprint voor de overwinning in Bodrum volledig doorkruist zag door filevorming van Turkse jendarmas die duchtig handjes zwaaiend genoten van hun korte televisiemoment.
De Turkse Ronde is als een diesel: de start verloopt iets moeizamer maar hij blijkt aan het einde van de rit wel betrouwbaar. Zo keek de verzamelde pers bij de etappe in Bodrum nog verbaasd op nadat Alessandro Petacchi en niet de Argentijn Biongiorno de bloemen kreeg. De wedstrijdjury was echter onverbiddelijk toen we met zelfgemaakte video's kwamen aandraven die het tegendeel bewezen. Het zit de organisatoren ook niet altijd mee: in de rit naar Kuçadasi, een van de vele grote badsteden aan de westkust, kantelde een vrachtwagen die beerputten leegmaakt op de enige afdaling van de dag. Gevolg: een valpartij en meer dan twintig renners die na meer dan drie uur in meer dan dertig graden volledig besmeurd over de aankomst rijden. Vraag het maar aan Matthieu Criquielion (zoon van), die het wenen nader stond dan het lachen.
Turkse vlaggen
Vooral de sympathieke oudere mannen bekijken heel het spektakel vanop een afstand. Gezellig keuvelend op de stoeprand, met de nodige raki (de lokale pastis) en rookwaren in de hand. Quasi iedere Turk blijkt namelijk permanent te roken. Na rondvraag blijkt dat bijna niemand van de Turkse kinderen een wielrenner kan opnoemen. Voetbal, basketbal en worstelen zijn hier de populairste sporten, al is bisiklet aan een grondige inhaalbeweging bezig. Maar die onwetendheid kan de pret niet drukken. De Turkse vlaggen worden bovengehaald en hoewel hun landgenoten zich steevast net voor de bezemwagen posteren, wordt er gedanst en gezongen.
Turken houden van wilde gebaren en nerveus ogende dialogen, maar het rendeert, want elke dag zie je het hele circus in zijn rol groeien. De renners hebben dan ook weinig reden tot klagen: de accommodatie is schitterend en onder een stralende zon van meer dan dertig graden rijden ze langs de mooiste kusten die Turkije te bieden heeft. Deze koers barst van het potentieel, al is dit momenteel nog geen synoniem van hyperprofessioneel. Daarom dus een tip, laat ze drie weken vanop de eerste rij meegluren in de Ronde van Frankrijk en het komt dik in orde met deze nu al fraai ogende rittenkoers. Julejule, groeten uit Turkije.
En een stukje van dezelfde site over ons NL-ers.
quote:
Oranje jonkies maken indruk
Het Nederlandse wegseizoen begint en eindigt zondag op de straten van de Amstel Gold Race, om het met een stoute boutade te stellen. In afwachting lieten onze noorderburen echter niet na om hun jonkies in de wei te sturen. Ze maakten indruk.
Het zag er beroerd uit voor Nederland. Vorig jaar speelden ze de laatste van een illuster duo kwijt dat heel lang het mooie weer had gemaakt voor oranje. Na Erik Dekker zette ook Michael Boogerd er een punt achter. 'We zijn net op tijd weg', lacht Dekker nu. Er kwam immers één en ander aan rollen, aan de andere kant van de Moerdijk. Allemaal jonge kerels, op het punt om uit de schaal te breken. In bijna alle grote afspraken van het seizoen hadden ze tot nog toe een poot in het gebeuren, of zelfs iets méér. We hebben het dan in de eerste plaats over Gesink, Langeveld, Terpstra, Dekker en Maaskant. Ze moeten er stuk voor stuk nog 25 worden, maar dat belette hen niet om vrank en vrij post te vatten tussen de tenoren en daar nog een fraai resultaat aan over te houden ook. Op Terpstra na liepen ze allemaal school in het prestigieus wielerproject van Rabobank. Dat kan dus geen toeval meer zijn.
'Dat is het ook niet', klinkt een trotse Erik Dekker, ondertussen achter het stuur van de volgwagen. 'Wat Terpstra liet zien heeft ook mij verrast, maar de prestaties van onze eigen jonge profs niet. Nee, zelfs niet wat Langeveld allemaal voor mekaar stoofde in de finale van de Ronde van Vlaanderen. De manier waarop vond ik ook zeer indrukwekkend, maar ik stond er dus niet van te kijken dat hij het aandurfde om er voluit voor te gaan. Hij is nu eenmaal dat soort renner.'
Het Rabobank Wielerplan, opgestart in 1996, draait plots op volle toeren en laat de potentiële toppers één na één van de band rollen. 'Je bent uiteraard afhankelijk van het talent dat er al dan niet is', beseft Erik Dekker. 'Ooit moest het er eens een keer uit komen. Twee jaar geleden tikten we mekaar al aan met de elleboog, toen we merkten dat die lichting zich almaar dominanter opstelde in het jongerenbestel. Zó goed! Als hier niks uit komt, dan snap ik er niks meer van. Ofwel doen we iets fout, zei ik tegen mijn collega Nico Verhoeven, ploegleider van ons beloftenteam. Wat er straks zit aan te komen is ook wel goed, maar het oogt alleen minder omdat deze lichting zo bijzonder is.'
Gezonde jaloezie
We hebben volgens Dekker trouwens nog niet alles gezien, wat zijn veulens betreft. 'Mollema is ook speciaal, en Flens kwam low profile over maar het was leuk om zien hoe die het deed in De Panne. Tom Leezer van zijn kant viel misschien minder op, maar in de slotkilometer van Gent-Wevelgem was hij het toch die Freire naar voor moest brengen. Een kapitale rol voor een jongen van 22. Weet je wat mee speelt? Een brok gezonde jaloezie. Ze trekken zich op aan mekaars prestaties. Als híj dat kan, dan kan ik het ook!'
De luxueuze positie waarin het Nederlandse wielrennen zich koestert is uiteraard niet alleen Rabobank-getint. Martijn Maaskant bijvoorbeeld opteerde voor Amerikaanse loondienst bij Slipstream. 'Het probleem is dat die renners met ons continentale team al een aantal jaren tussen de profs acteren. Daar hebben ze ook hun ogen niet in hun zakken. De markt begon te zoemen, zodanig dat we moesten onderhandelen, zelfs opbieden, om onze eigen jeugdproducten te behouden. Of althans een deel daarvan. Het was kiezen, op advies van het ploegleidersduo Verhoeven-Kuijs. (opgetogen) Valt het niet op dat we een paar mannetjes zagen ontluiken in de Vlaamse klassiekers, op een terrein waar we het al een paar jaar moeilijk hadden? In het rondewerk zaten we al redelijk voorin. Nu dus ook in Vlaanderen. Het lijkt wel of we overal mee kunnen. Het enige wat we nog missen is een sprinter. (lacht) Misschien moesten we Cavendish maar eens naturaliseren, maar ik denk niet dat ze daar bij Rabobank mee gediend zouden zijn.'
Dat ondertussen een jeugdproduct als Maaskant floreert in een ander shirt, mag ze niet mateloos storen. 'Hadden we een paar jaar geleden geweten dat hij zo goed zou zijn, het was niet gebeurd', berust Erik Dekker. 'Dat geldt ook voor Stef Clement. We konden hem geen garantie bieden dat hij bij ons prof zou worden. Daarom trok hij naar het Franse Bouygues, waarvoor hij vorige herfst brons haalde in het WK tijdrijden. Dat soort dingen kan je onmogelijk vooraf inschatten. Daar zijn we dan een beetje het slachtoffer van ons eigen succes. Toen het Rabobank Wielerplan werd opgestart, was het de bedoeling om het Nederlandse wielrennen op niveau te brengen. In het besef meteen dat het onmogelijk zou lukken om al het talent in een Rabobankshirt te steken. Het welslagen van jongens als Clement en Maaskant betekent dus desondanks een extra strikje op het palmares van het Wielerplan.'
Hier zijn nog wat extra verwante artikel te vinden, over o.a. Gesink, Maaskant en Langeveld. Leuk om te lezen.