Vandaag las ik in de trein een interessante 'hypothese' van gratis dagblad De Pers. In het kort hun stelling:
- Het CDA ziet Wilders als een electorale concurrent.
- Het kabinet heeft rond november naar de media gelekt dat Wilders met een 'gevaarlijke' film bezig is. Wilders zelf wilde absoluut niet dat dit uit lekte, hoogstens 3 weken voor publicatie.
- Hierachter zit het CDA. Zij willen Wilders dwingen tot óf gezichtsverlies indien hij z'n film terugtrekt óf verantwoordelijk houden voor eventuele rellen als die gaan komen.
- Wilders wil volgens De Pers absoluut geen rellen veroorzaken, heeft er zelfs nooit over nagedacht en maant vooral tot rust.
- Het CDA zet door met angst zaaien, zelfs tot frustratie van PvdA collega's.
- Balkenende wijkt volgens De Pers in de persconferentie van vrijdag doelbewust af van de kabinetslijn, en doet nog meer olie op het vuur.
Ik zou zeggen: lees het stuk, het is een zeer plausibele gedachtegang ook al is het niet meer dan een hypothese.
quote:
Een reconstructie van Fitna-gate
Na drie maanden politiek geklungel wordt de islamitische wereld nu inderdaad woedend over de film van Geert Wilders. ‘Dood aan Nederland’, klonk het gisteren in Afghanistan. Reconstructie: hoe het optreden van vooral het CDA een mondiale rel heeft helpen ontketenen. En: schreeuwsites kunnen niet wachten tot Wilders’ film Fitna online komt.
Een van de belangrijkste zinnen die minister-president Balkenende uitsprak, tijdens de persconferentie die hij vrijdag gaf over de aanstaande film van PVV-leider Geert Wilders, was deze: ‘De hele psychologie rond de film heeft een eigen werkelijkheid geschapen en dat baart zorgen.’
Inderdaad: de film zelf is er nog niet eens en toch brengt die in binnen- en buitenland allerlei reacties teweeg. Zelfs president Bush begon erover, zo vertelde secretaris-generaal van de NAVO Jaap de Hoop Scheffer – net terug uit Washington – gisteren in Buitenhof. In Afghanistan worden alvast Nederlandse vlaggen verbrand. Maar wie schiep die ‘eigen werkelijkheid’? Terugkijkend: Wilders leverde daar nauwelijks een bijdrage aan. Het waren leden van het kabinet en andere bestuurders, met een hoofdrol voor Balkenende zelf.
Lek
Het nieuws dat Wilders zijn afkeer van de Koran wil verfilmen, is een primeur van De Telegraaf, op woensdag 28 november 2007. Wilders bezweert die dag dat hij het nieuws niet naar buiten heeft gebracht. Hij is geïrriteerd over het lek en gelooft dat dat is gebeurd om hem een hak te zetten. Zelf had hij de film pas enkele weken vóór uitzending willen aankondigen.
De Telegraaf schrijft zich te baseren op ‘kringen rond het kabinet’. Wilders is enkele weken hiervoor naar Tjibbe Joustra gestapt, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding, om zijn voornemen bekend te maken. Wilders houdt er rekening mee dat de medewerkers aan zijn film gevaar lopen, evenals Nederlanders in het buitenland. Hij wil dat Joustra en zijn mensen zich kunnen voorbereiden. Joustra geeft dit door aan het kabinet.
Risico's
Korte tijd later nodigen de ministers Hirsch Ballin van Justitie en Ter Horst van Binnenlandse Zaken Wilders uit voor een gesprek. Op woensdag 7 november wijzen zij hem op de mogelijke risico’s van zijn film en op een eventuele strafrechtelijke vervolging achteraf. Nog wat later roept ook minister Verhagen van Buitenlandse Zaken Wilders bij zich. Verhagen benadrukt de internationale gevaren van een eventuele film.
Het is achteraf moeilijk te beoordelen hoe onherroepelijk het besluit van Wilders dan al is om de film te maken. Hij worstelt met een dilemma: hij wil niet dat mensen iets wordt aangedaan, maar wil ook niet capituleren. Ook is hij zich bewust van het politieke risico. Zijn kiezers kunnen weglopen naar Rita Verdonk als ze hem te extreem vinden. Later zal uit enquêtes van TNS Nipo blijken dat PVV-stemmers achter de actie staan, maar dat driekwart van alle Nederlanders het een slecht idee vindt om de film te maken. Maar door het in de openbaarheid te brengen, heeft het kabinet Wilders op een point of no return gebracht.
Geruchten
Het stuk in De Telegraaf bevat de suggestie dat Wilders de koran zal verscheuren of verbranden. Via Netwerk brengen andere overheidsbronnen dat gerucht ook de wereld in. De kabinetsleden die met Wilders hebben gepraat, vertellen voor de camera wat ze hebben besproken. Minister Vogelaar zegt dat ze moslimorganisaties al heeft ingelicht over de film.
Wilders zelf laat weinig los. Over de inhoud van zijn film, waarvan hij dan zegt dat die eind januari wordt uitgezonden, geeft hij slechts prijs dat Korancitaten aan bijvoorbeeld terroristische aanslagen en vrouwenonderdrukking worden gekoppeld. Over verscheuren of verbranden zegt hij niets. Op zijn weblog spreekt hij een paar dagen later over ‘een filmpje’, waarmee hij ‘wil aantonen dat de Koran geen oud stoffig boek is maar nog steeds de aanleiding en inspiratiebron is voor intolerantie, moord en terreur.’
Motieven
Naar de motieven van het kabinet om de publiciteit te kiezen, is het gissen. Hoopt het maatschappelijke weerstand tegen Wilders te organiseren, in de hoop dat die buigt? Hoopt het kabinet dat er zo genoeg tijd is om woede onder moslims te kanaliseren? Wil het duidelijk maken aan de islamitische wereld dat Wilders niet met heel Nederland moet worden vereenzelvigd? Wil het zich indekken om nooit het verwijt te krijgen dat het onvoldoende heeft gedaan om schade te beperken? Of ziet het kansen om Wilders politiek te isoleren en van zijn aanhang te vervreemden?
Tegenstanders van Ayaan Hirsi Ali hebben immers met succes de indruk gecreëerd dat Nederland van terrorisme gevrijwaard zou blijven als de onruststoker Hirsi Ali van het toneel zou verdwijnen – zo’n benadering kan tegen Wilders wellicht opnieuw werken. Het kabinet roept de rellen over de Deense spotprenten van de profeet Mohammed in herinnering, een kleine twee jaar eerder.
Cartoonrellen
Dat lijkt logisch, maar dat is het niet helemaal. De cartoonrellen ontstonden niet spontaan, maar na een leugenachtige lobby van Deense imams in het Midden-Oosten. De onlusten ontstonden pas maanden na publicatie, vaak gedirigeerd door regimes. Wilders’ eerdere anti-islamitische uitingen hebben in islamitische landen niet tot grote onrust geleid. Kortom, het is eind november helemaal niet zeker dat de film grote gevolgen zal hebben. Tenzij er maanden worden uitgetrokken om de islamitische wereld ervan te doordringen dat de film eraan komt. Dat zal gebeuren. Maar niet door Wilders.
De discussie over de film bereikt het eerstvolgende hoogtepunt door toedoen van Doekle Terpstra, voorzitter van de HBO-Raad, oud-voorzitter van de christelijke vakbond CNV en een goede bekende van Balkenende. Terpstra zegt dat hij boos is geworden toen hij Wilders hoorde zeggen dat de Koran een fascistisch boek is. Later zal Terpstra beweren dat hij ophef heeft veroorzaakt met een fel opiniestuk tegen Wilders in dagblad Trouw, op vrijdag 30 november. Maar dat is niet waar. Terpstra trekt pas echt de aandacht als hij twee dagen later in De Telegraaf zegt: ‘Wilders is het kwaad en dat kwaad moet gestopt worden.’
Wilders zegt dit als een verkapte oproep tot geweld te zien. In de media begint het nu speculaties en ingezonden stukken te regenen. Wilders zelf blijft vrij stil. Vlak voor Kerst zegt hij tegen De Volkskrant: ‘Het is niet mijn intentie dat het tot rellen zal komen, maar sommige tere zielen zijn snel beledigd.’
'Wildersmoeheid’
Het is 24 januari als minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken (PvdA) een brief verstuurt naar onder meer politie- en brandweerkorpsen. Volgens de brief moet rekening worden gehouden met dagenlange ongeregeldheden. De suggestie wordt gedaan om verloven in te trekken en zo nodig de hulp van het leger in te roepen. De brief van Ter Horst lekt uiteraard uit. Het is niet bekend op welke informatie de minister zich baseert, maar vreemd is haar verwachting wel. Islamitische Nederlanders gedragen zich – ook als zij zich gekrenkt voelen – over het algemeen keurig. Onder moslims in Nederland heerst al een zekere ‘Wildersmoeheid’.
Op internet verschijnen weerzinwekkende filmpjes over Wilders en een enkele islamitische bestuurder hint op onlusten. Maar onder moslims ontstaat vooral een breed scala aan democratische initiatieven om op de plannen van Wilders te reageren. Van ludieke acties (‘Knuffels voor Wilders’) en ingezonden stukken tot juridische stappen en tegenfilms. Het is opvallend dat flink wat bestuurders van de PvdA, de belangrijkste coalitiepartner van het CDA, ingetogener reageren. De Amsterdamse burgemeester Cohen zegt dat alle aandacht voor Wilders en zijn film hem ingegeven lijkt door angst. ‘En die angst bevalt me niet.’
Islamitische reactie
PvdA-staatssecretaris voor Sociale Zaken Ahmed Aboutaleb, zelf moslim, zegt in Buitenhof dat de film ‘een aangename verrassing met zich mee zou kunnen brengen’, in de vorm van een waardige islamitische reactie. Wilders constateert intussen droogjes dat alle ophef nooit was ontstaan als hij een nare film over de Bijbel had gemaakt – hij heeft zijn gelijk al gehaald. Hij laat weten dat zijn film weer is uitgesteld, tot maart, en vertelt er wat meer over. De titel zal Fitna zijn, door Wilders vertaald als ‘beproeving’, maar vaker als ‘anarchie’ of ‘burgeroorlog’.
De film speelt zich af in een koran. Binnen de randen van het boek worden beelden vertoond van bijvoorbeeld een onthoofding in Irak of een steniging in Iran. Aan het eind zal de profeet Mohammed in beeld komen en daar zal ‘iets mee gebeuren’.
Ironie
De ironie bereikt een toppunt als Wilders zich aansluit bij Cohen en tot kalmte oproept. ‘Laten we geen paniek veroorzaken nog voor er één minuut is uitgezonden.’ Oproepen tot kalmte vallen niet erg op naast het verbale geweld van de christendemocraten. Waarnemend burgemeester van Eindhoven Gerrit Braks belegt een persconferentie om ‘afstand van het gedachtegoed’ van Wilders’ partij te nemen.
Premier Balkenende zet de toestand op scherp door op tv te zeggen dat sprake is van ‘een forse crisissituatie’. Het is de vraag waarom juist CDA’ers het voortouw nemen tegen de film. Het ligt voor de hand dat zij, meer dan PvdA en VVD, begrip hebben voor religieuze gevoeligheden van moslims. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat CDA’ers de meest behendige machtspolitici zijn. Het CDA pakt de electorale bedreiging Wilders pas keihard aan nu hij een impopulaire zet doet.
Oproep
Hoe het ook zij, afgelopen week is het opnieuw een CDA’er die als eerste politicus Wilders uitdrukkelijk oproept om de film niet uit te zenden: Pieter van Geel, fractievoorzitter in de Tweede Kamer. Hij zegt in NRC Handelsblad: ‘De inhoud van de film is niet meer van belang voor de mechanismen die al zijn ontstaan.’ Verhagen volgt Van Geels voorbeeld en maant Wilders voor de camera van Het Journaal van uitzending af te zien.
Volgens NRC Handelsblad heeft het kabinet onderzoek laten doen naar de mogelijkheid van een verbod voor de film. Maar dat blijkt juridisch te ingewikkeld. Vrijdag is er dan de voorlopige apotheose van de campagne: de persconferentie van Balkenende. In zijn voorbereide verklaring neemt hij het op voor de vrijheid van meningsuiting en veroordeelt hij dat Wilders wordt bedreigd; PvdA-ministers hebben daarop aangedrongen. Hij vraagt Wilders slechts alle mogelijke consequenties mee te wegen. Maar als de premier op vragen van journalisten gaat improviseren, wijkt hij af van de met de PvdA afgesproken lijn: ‘Er kunnen economische sancties komen, aanslagen, dreiging. Degene die daar aanleiding toe geeft, is daarvoor verantwoordelijk.’ Wilders dus. Op de vraag of een terrorist niet verantwoordelijk is voor een aanslag, antwoordt de premier: ‘Die is verantwoordelijk voor de feitelijke handeling, maar die legitimeert hij met de film. Dat is niet los te zien.’
Rellen
Islamitische Nederlanders hebben eerder van het kabinet de boodschap gekregen: we verwachten dat jullie gaan rellen. Moslims elders wordt nu voorgehouden: het ligt voor de hand dat jullie gaan moorden. En Balkenende doet er nog een schepje bovenop: ‘Ik ben bekritiseerd omdat ik dit een forse crisis heb genoemd. We zullen zien of het woord crisis niet nog te gematigd zal blijken.’
Als een verslaggeefster van deze krant suggereert dat het kabinet ‘het filmpje’ vooral zelf tot een hype heeft gemaakt, is het antwoord van de premier nijdig en onnavolgbaar: ‘Ik heb achteraf wel eens commentaar op mezelf gehad dat iets een stormpje in een glas water was. We spreken elkaar over een paar maanden.’
http://www.depers.nl/binn(...)-van-Fitna-gate.htmlHet is nogal wat: ze beschuldigen het CDA ervan letterlijk over lijken te gaan.
[ Bericht 0% gewijzigd door Klopkoek op 03-03-2008 18:58:49 ]