quote:
Op zondag 6 april 2008 00:32 schreef DANILXL het volgende:inmiddels alweer een tijdje verder en het blijkt toch echt dat ik gelijk had. Nederland heeft geen fatsoenlijke verdedigers rondlopen. Hebben de tegenstanders van het ek bij de wedstrijd tegen oostenrijk meteen de achilleshiel van het NL's elftal ontdekt: de verdediging
Inmiddels kan ik alleen zeggen dat Marcellis een goede ontwikkeling doormaakt, voor de rest blijft iedereen steken in zijn ontwikkeling. Bovendien vallen de zgn. oude, ervaren rotten in het vak ook hopeloos door de mand
hofland
mathijsen
etc.
In het buitenland is een zelfde ontwikkeling te zien.
Is het misschien een idee om net als in Italie aparte verdediger-trainers aan te stellen, naast keeper en spitsentrainers?
Op zich moet een jeugdtrainer dit net als techniektraining zelf kunnen geven. Ik heb zelf erg jonge teams getraind waardoor dit mij nog niet aan bod is gekomen. Maar heb de oefeningen al wel bij elkaar gezocht van Engelse en Duitse coaches. In principe is het niet zo heel moeilijk te trainen, je moet alleen even weten waar je op moet letten. Bij tackelen draait het bijvoorbeeld meer om het moment kiezen, en een tegenstander eerst de goede hoek indrijven(channellen noemen ze dat), dan om de techniek zelf. Maar op de bal van de voet gaan staan, juiste manier dekken(niet in de kont, maar op een half metertje om er dan voor te komen, let hiervoor eens op Marcellis en Salcido, of intern. Alex, Cannavaro en Nesta) enz. maakt al een groot verschil. Rutten is bij Twente een van de weinige trainers in Nederland die dit ook daadwerkelijk traint, waardoor bij Twente modale verdedigers als Braafheid, Wielaert en Heubach grote stappen hebben gemaakt.
Wat trouwens net zo belangrijk is, is de organisatie. En dat is, vind ik, ook het grootste zwakke punt bij het Nederlands elftal. Die is er niet. Je hebt tussen verdediging en middenveld een heel groot leeg vlak waar spelers van de tegenstander kunnen doen wat ze willen. Waardoor verdedigers geregeld 1x1 zonder rugdekking of zelfs 1x2 komen te staan. De linies liggen niet alleen over de lengte, maar ook over de breedte trouwens verschrikkelijk ver uit elkaar. Waardoor het voor tegenstanders, zoals bij de goal waarbij de man uit de rug van Heitinga liep, het heel makkelijk is om ballen tussendoor te geven. Ga je als rechts en linksback wat meer naar het midden staan, wordt dat al onmogelijk.