quote:
Ze leken een droomcombinatie. De wereldkampioen veldrijden en een gewezen Ronde van Vlaanderen-winnaar. Allebei even ambitieus. Maar toen liep het mis. He-le-maal mis. Hoe Van Aert een hekel kreeg aan Nick Nuyens: een uitgebreide reconstructie.
1 januari 2017. Het is tien over drie. In Baal hangt een gezapig nieuwsjaarssfeertje. Veel drank, veel volk. Alles waar de GP Sven Nys om bekend is. Zoals elke eerste januaridag is dit de eerste veldritafspraak in het nieuwe kalenderjaar. Aan menige camper wordt de champagne bovengehaald. Maar even verderop, bij een fraai aangeklede camper in de Bossepleinstraat, hebben ze nog een extra reden om te toosten. Dit is de eerste dag van een gloednieuwe ploeg. Een ploeg met een wereldkampioen als absolute kopman en een voormalig Ronde van Vlaanderen-winnaar als teammanager. Wout van Aert en Nick Nuyens laten zich de felicitaties op de receptie welgevallen. Crelan-Charles in de winter, Veranda’s Willems-Crelan in de zomer. De nieuwe ploeg, van het ProContinentale niveau, lijkt het mooi voor mekaar te hebben. Met grote dank aan Veranda’s Willems, een ploeg van bescheiden continentaal niveau die in 2016 uitmuntend had gepresteerd en door Nicky Nuyens was verleid om mee in het nieuwe project te stappen. Personeel, renners en hoofdsponsor zijn mee overgekomen. De luim is goed. Allemaal menen ze een stap hogerop gezet te hebben.
In die allereerste cross lijkt dat ook zo. In zijn regenboogtrui rijdt Van Aert in Baal na tien minuten als vanouds mee vooraan. Op dat moment krijgt een medewerker van de ploeg telefoon. Hij kijkt op zijn schermpje: ‘Luc Willems’, de baas van sponsor Veranda’s Willems. De medewerker verwacht felicitaties, maar het is een ontstemde Willems die hij aan de lijn krijgt. ‘Waarom staat Veranda’s Willems niet op het shirt van Van Aert?’, klinkt het bars. De medewerker schrikt. Inderdaad: op de mouwen van de regenboogtrui staat de naam van die andere sponsor. Charles. Niet: Veranda’s Willems. Hoewel dat laatste contractueel toch echt wel afgesproken was. Vreemd. Maar nog vreemder is de reactie als hij ‘het misverstand’ bij Nuyens aankaart. Er volgt een fikse uitbrander, en gefoeter dat Veranda’s Willems niet moet zeuren.
Pas als in de eerste januaridagen de sponsorcontracten worden bovengehaald, blijkt de reden van die kregeligheid: Nuyens heeft de reclame op de mouwen twee keer verkocht. Aan Charles én aan Veranda’s Willems. Vestimentair onmogelijk, en verre van koosjer. Iedereen verwacht verontschuldigingen van Nuyens, en een poging om tot een eerbaar compromis te komen. Maar Nuyens is in alle staten en heeft zo zijn eigen oplossing: als Veranda’s Willems op de mouwen wil, mag het op de mouwen. Maar wel op zijn manier. Een week later, op het BK in Oostende, heb je een microscoop nodig om ‘Veranda’s Willems’ op de mouwen te kunnen lezen. Zo minuscuul heeft Nuyens de letters eropgezet. Zoete wraak. Pas weken later volgt dan toch een eerbaar compromis. Intussen heeft Wout van Aert haast wekelijks een nieuwe trui mogen afhalen. Het irriteert hem mateloos. Zijn nieuwe ploeg is amper een paar weken oud, maar wat de dichte medewerker en de sponsor al na tien minuten in de allereerste wedstrijd daagde, heeft ook Van Aert dan al begrepen: is dit de professionele Nuyens die zijn carrière een nieuwe impuls zou geven? In wat voor zootje is hij terechtgekomen?
Vertel het verhaal aan iedereen die de voorbije twee jaar met Nuyens te maken had en niemand die ervan schrikt. Het is de grote paradox. Hoe de man die als renner altijd als slim en doordacht afgeschilderd werd, als manager op zijn zachtst gezegd de onhandigheden opstapelt. Of nog: hoe uitgerekend de renner die als student een diploma ‘communicatiewetenschappen’ behaalde, als manager een toonbeeld van miscommunicatie blijkt te zijn. Erger: hoe hij vaak niet eens de moeite doet om te praten, niet met zijn sponsors, noch met zijn renners. En hoe hij daardoor in razende vaart vijanden maakt. “Het voorbeeld van die sponsor op de mouwen, lijkt misschien een detail”, aldus een gewezen vertrouweling. “Maar het zegt iets over zijn attitude. Een houding die je altijd en overal terugvond.”
Met zijn rücksichtslose eigenzinnigheid jaagt Nuyens mensen tegen zich in het harnas. De eerste zijn twee rennersmakelaars - een van hen, Jef Van den Bosch, is vandaag nog steeds de makelaar van Van Aert is. Hadden ze zich eerst uitdrukkelijk aan het nieuwe project gelieerd, dan distantiëren ze zich in het voorjaar van 2017 heel snel van Nuyens. Het volgende slachtoffer zijn de medewerkers die van het continentale Veranda’s Willems zijn overgekomen. Ondanks hun succesjaar 2016 en het charmeoffensief dat Nuyens bij de totstandkoming van de nieuwe ploeg op hen had losgelaten, stellen ze snel vast dat er van hun hele aanpak niets meer lijkt te deugen.
Personeel? Nuyens heeft een eigen hoofdmecanicien. Dat de man weinig meer dan een fiets kan poetsen en noodgedwongen al snel weer opzij wordt geschoven, stemt tot nadenken. Fietsen? Nuyens zal er wel voor zorgen – een drama, daarover zo meteen meer. Maar zelfs een simpel iets als wattagemeters zorgt voor grote ergernis. Hoewel algemeen aanvaard in het wielrennen blijkt Nuyens geen groot believer, en dus moeten renners en staf wekenlang smeken opdat er wattagemeters zouden worden aangekocht. Maar zelfs dan zal Nuyens er altijd nukkig over doen. Gaat er eentje kapot, weigert hij een nieuwe te kopen. Tot vandaag heeft niet elke renner in de ploeg een wattagemeter. Want, aldus een medewerker: “Alles wat niet zijn idee is, is een slecht idee.” We zijn dan nog altijd in de lente van 2017. Van Aert maakt zich op voor zijn eerste wegseizoen in het shirt van Veranda’s Willems-Crelan. De ploeg heeft er in de eerste maanden op de weg helemaal niets van gebakken. Veel minder dan de continentale voorganger, met een budget dat zes keer kleiner was, een jaar eerder had gepresteerd. Van Aert houdt zijn hart vast.
17 mei 2017, Ronde van Noorwegen. Wout van Aert begrijpt er helemaal niks van. Hij kijkt om zich heen: August Jensen, Daniel Maxime, Jeroen Meijers, Rasmus Guldhammer… Dit is een heel matig bezette wedstrijd, de helft van het deelnemersveld kent Van Aert niet eens, maar als er in de finale van de eerste dag dertig renners wegrijden, kan hij simpelweg niet aanhaken. Snel belt hij zijn trainer in België. Ook die begrijpt er niets van: zijn wattages zijn uitmuntend. “In elke andere wedstrijd wereldtop.” Wat er aan de hand is? Wat zijn ploegmaats al langer wisten, weet nu ook Van Aert: de Felt-fietsen waarmee zij hen verplicht te rijden, zijn waardeloos. Van Aert is in alle staten. Nog het meest omdat één man dat weigert toe te geven, baas Nick Nuyens.
Al maandenlang countert Nuyens dan elke kritiek op zijn fietsenleverancier. Dat het wél goede fietsen zijn, dat de renners beter de hand in eigen boezem zouden steken… De stemming in de ploeg is beneden alle peil. Tot voor Van Aert dan toch een oplossing gevonden wordt. Op internet wordt een andere fiets voor hem opgesnord: ook een Felt, zodat de ploeg contractueel niets kan aangewreven worden, maar wel een twee jaar ouder model. Waarna hij prompt in de Ronde van België twee keer naar een derde plaats fietst. Tegen zijn zin moet Nuyens zijn ongelijk toegeven. Kort nadien worden alle bevriende fietshandelaars aangesproken: of ze ook nog zo’n oude Felt staan hebben? Ze krijgen snel een nieuwe bestickering, opdat het vooral niet zou opvallen. Toch bij de meeste renners. Voor enkele anderen wordt geen andere fiets gevonden. Zij zullen het hele seizoen verder sukkelen en zien hun carrière gebroken. Van Aert zal er nooit veel over zeggen. Erover denken des te meer: wat een zootje…
Voor tal van sponsors is de maat dan al een tijdje vol. De magere prestaties van de ploeg, het interne gekrakeel dat intussen ook de pers heeft bereikt: veel goede pr heeft de ooit zo pront voorgestelde ploeg al een tijdje niet meer te bieden. Maar vooral het manifeste gebrek aan communicatie van grote baas Nuyens stuit hen tegen de borst. Als sponsors hoeven ze niet per se de wedstrijdtactiek te bepalen, maar op tijd en stond een beetje informatie en – waarom niet? – enige inspraak in het reilen en zeilen van de ploeg, zouden ze wel op prijs stellen. Maar Nuyens communiceert niet. Hij wil hun centen, niet hun zeggenschap. Het ergert steeds meer sponsors, nog meer als ze zien hoe die eigenzinnige houding ook de ploeg niet beter maakt. Midden 2017 sturen enkele sponsors, Veranda’s Willems op kop, een niet mis te verstane boodschap: of het niet beter zou zijn als Nuyens in het belang van de ploeg een stap opzij zou zetten? Het antwoord verrast hen niet. Veel luider kan een njet niet klinken. Dat hiermee duidelijk wordt dat Veranda’s Willems zijn twee jarig contract hierdoor nooit zal verlengen neemt Nuyens er bij. Op een vergadering roept hij dat hij ‘zelf wel nieuwe sponsors zal zoeken.’ Van Aert maakt zich intussen op voor een nieuwe winter. Hij denkt er het zijne van.
Zondagochtend 4 maart 2018. Op de luchthaven van Charleroi keert Wout van Aert terug van de Strade Bianche. In Siena is hij derde geworden in wat mogelijk de sterkst bezette wedstrijd van het hele voorjaar is. Het is zijn grote internationale doorbraak op de weg. Maar wat een feestelijk terugkeer op Belgische bodem moet zijn, is vooral een kille ochtend. Nuyens en Van Aert houden zich aan de bagageband ver uit mekaars buurt en wisselen amper een woord. In de winter hebben ze mekaar gemeden. Veldrijden is bovenal een individuele sport – gelukkig. Maar in Siena is er opnieuw die ergernis opgedoken. Zoals die er ook al was bij Van Aert toen Nuyens enkele ploegmaats in de herfst abrupt had laten vallen – Otto Vergaerde. Of toen hij plots werd opgevorderd voor een winterstage in godbetert Griekenland. En nu, op weg naar de Strade Bianche, hadden ze hem zelfs een dag voor de wedstrijd in het holst van de nacht een vliegtuig naar Italië laten nemen. Budget om de reis een dagje vroeger te maken, was er zogezegd niet. Van Aert had er zijn schouders bij opgehaald en had met een sublieme prestatie de wielerwereld verbaasd. Maar vrolijk, neen, vrolijk wordt hij er niet van. Terwijl hij zijn tas van de bagageband pakt, zie je hem denken: hoe lang gaat hij dit nog kunnen verdragen?
Wat uiteindelijk de doorslag heeft gegeven bij Van Aert? Is het echt dat “zwaarwichtig incident” afgelopen weekend, waarmee advocaat Van Steenbrugge schermt? In de omgeving van renner en ploeg nuanceren ze. Als het dat al is, vatten we hun woorden samen, zal het niet meer dan de druppel geweest zijn. Zoals er tijdens en na die succesvolle lente dit jaar nog zoveel druppels geweest zijn bij Van Aert. Zijn maatje Tim Merlier dat Nuyens zonder slag of sloot naar de concurrentie had laten vertrekken. Zijn persoonlijke verzorger die hij al eerder naar Lotto-Soudal had zien vertrekken. En vooral de wijze waarop Nuyens zijn smeekbede om meer inspraak en overleg keer op keer radicaal had genegeerd. Zelfs toen Van Aert bijna letterlijk had laten verstaan dat hij alleen over een contractverlenging wilde praten als Nuyens een stap opzijzette, had die laatste nauwelijks verroerd. Het had Van Aert al in juli in de armen van LottoNL-Jumbo gedreven. Dat dit pas in 2020 zou ingaan en hij zo veroordeeld was om ook volgend jaar nog in dienst van Nuyens te rijden, had hij er node bijgenomen. Tot die laatste besliste om zonder een woordje van overleg met zijn absolute kopman samen te smelten met Roompot. Woedend was Van Aert. Na al die strubbelingen ook nog eens zo genegeerd worden… Sindsdien brandde de lont en was het nog louter wachten op de ontploffing.