Verslag van m'n Flèche, op een fiets uit 1987 (niet dat ik 'm zo lang heb).
Bij team Esperanto begon het voor de start al mis te gaan. Carsten had sinds de 400 van Boekelo een knieblessure en moest dus afmelden. Even leek het er op dat hij door een 2e gastrijdster vervangen kon worden maar dit lukte uiteindelijk niet. Op weg naar de start kwam er bij mij nog een probleem bij, na 15km brak m'n derailleurkabel (de buitenkabel). Daardoor kon ik achteren niet meer schakelen. Een binnenkabel heb ik mij me, een buitenkabel niet. Direct Lars gebeld, die zou bijna uitstappen in Aken. Snel de coordinaten van een fietsenwinkel bij het station gegeven en de vraag om een kabel daar te kopen.
Zelf dan maar de binnenkabel opgebonden aan de bidonhouderbout en zo met 3 versnellingen verder gefietst. Even voor Kelmis kwam dan het bericht dat de fietsenmaker in Aken dicht was. Dat werd hopen op die in Kelmis. Gelukkig was de fietsenhandel in Kelmis open. Daar een set kabels gekocht en gemonteerd. 200meter verderop was de bakker waar we afgesproken hadden. 5 minuten voor 12 kwam ik er aan. Snel de kaarten verdelen en stempelen. Net op dat moment kwam ook het startcomité aan. Uiteindelijk om 12u05 gestart.
Maar direct bleek al dat de reparatie niet echt goed was, de buitenkabel en binnenkabel harmonieerden wel, onder het frame was de doorloop te krap. Na een kilometer of 10 de binnenkabel vervangen door mijn eigen reserveexemplaar dat dunner en gecoat is. Gelijk liep het schakelen weer goed. De dorpszaak had me dus de verkeerde kabel verkocht.
. Verder ging het naar het westen, met een forse wind op kop.
Na Visé was er nog maar 1 klim van betekenis, daarna een golvend landschap. Met het thema Romeinse Limes 'moesten' we in Tongeren natuurlijk even langs bij Ambiorix. de Haspengouw ten westen van Tongeren is in deze tijd van het jaar erg mooi met de bloesem. Mooie steden als St. Truiden worden verbonden met fietspaden over oude spoorlijnen.
In Drieslinter besluiten twee teamleden er mee te stoppen. De omstandigheden zijn niet zo dat ze de fleche kunnen uitrijden. Een handig station is in de buurt dus de trein is een optie.
Zo bleven we over met 3, de minimumnorm. Omdat er ook 3 machines moeten aankomen moest Lars alleen verder op de tandem.
Met 3 man was Leuven snel bereikt. De achterstand op het schema hadden we inmiddels bijna helemaal ingelopen. Leuven is prima als controleplek, langs het kanaal kun je de stad snel verlaten en vlak bij het station kun je zowel goed en snel eten als snel je boodschappen doen (tot 20uur dan).
Langs het kanaal ging het goed verder. De wind begon langzaam te liggen, het regende niet meer en weinig verkeer op de weg. Alleen een bouwput zorgde voor wat teamwerk om alle fietsen langs wat obstakels te krijgen
Op tijd bereikten we dan ook de controle in Temse. We waren niet van plan hier te rusten dus het was snel even naar binnen voor een stempel. Helaas had de kastelein geen stempel maar hij wilde wel onze kaarten stempelen. Een foto van de kroeg is dan goed als aanvullend bewijs.
Rusten en eten wilden we een paar kilometer verderop doen, bij Eddy en Ella. Hun huis was snel bereikt. Een verrassing wachtte ons daar, onze uigestapte teamleden Christine en Melanie. Het bleek dat er geen verbinding meer was voor hun naar huis. Daarom zijn ze naar Eddy en Ella gegaan met de trein. Op die manier is wel de sfeer van de Flèche nog mee te krijgen.
Ella gaf ons nog de tip mee de Annatunnel te nemen in Antwerpen en niet de geplande Kennedytunnel. Bij de Kennedytunnel zijn de liften kapot. Maar in Antwerpen was dit het kleinste probleem. De Annatunnel ging goed. Maar aan de noordrand van Antwerpen zijn werkzaamheden aan de gang, o.a. aan bruggen. Fors omrijden en continu de wegzoeken via een wirwar van omleidingsroutes. Uiteindelijk lukte het ons uit Antwerpen weg te komen. Daarna ging alles soepel. Alleen de rustpauze halverwege was verkeerd gepland, in Roosendaal was niks meer open terwijl we kort van te voren langs een open kroeg in Essen kwamen. De toegang tot de fietsenstalling was echter beschut genoeg voor een pauze.
Het stuk tod de volgende pauze was gedomineerd door tunnels, bruggen en dammen. Soepel ging het door, niemand had serieus last van de nacht.
De route door Rotterdam was gepland door Arthur, die had er een superroute van gemaakt. In Rotterdam stopten we bij het kantoor van de UEA, de wereldesperantoorganisatie. Daar haalden we onze volgende stempel.
Rotterdam uit was even mooi als Rotterdam in. Alleen begon het snel warm te worden.
Het duurde tot Oudewater voordat we het eerste andere team zagen, op een terras in Oudewater. Achteraf zag ik op Strava dat ten zuiden van Willemstad een team een half uur achter ons zat.
Wij kozen er voor om dichter bij Odijk onze 22uur controle te doen, in Montfoort. Om 22u01 reden we Montfoort binnen. Nu natuurlijk de volgende vraag, waar te stempelen. We reden een rondje door Montfoort en kregen uiteindelijk visitekaartjes van een hotel.
Bij het uirijden van Montfoort kwamen we dan nog een benzinepomp tegen zodat we uiteindelijk toch een 22 uursstempel op onze kaart hadden.
Het laatste stuk naar Odijk was rustig uitrijden. 25km er waren na het stempel zoeken nog anderhalf uur voor over. Dat met 0 hoogtemeters en een wind in de rug. Alleen de dreigende wolken zorgden voor wat onrust. Aan de rand van Odijk zagen we nog twee Duitse ploegen die precies om 12uur wilden aankomen en daarom rustig in het gras zaten te wachten tot het tijd was.
Tot onze verrassing waren we een van de eerste teams die binnenkwamen, toch wat anders dan ik gewend ben.
Strava:
https://www.strava.com/activities/945000886[ Bericht 1% gewijzigd door ultra_ivo op 17-04-2017 14:58:20 ]