abonnement Unibet Coolblue
pi_64172771
17-12-2008

Via de kosmologie naar snaartheorie

Theoretisch fysicus Jan Pieter van der Schaar gebruikt theorieën die het grootste moeten verklaren om inzicht te krijgen in het allerkleinste. Met behulp van kosmologie zoekt hij naar bewijs voor de snaartheorie.

Al op dertienjarige leeftijd raakt Van der Schaar geïnteresseerd in sterrenkunde. Avonden lang tuurt hij in de tuin met zijn telescoop naar de hemel. Hij besluit theoretische natuurkunde te studeren. 'De appel die van de boom valt, wordt beschreven met dezelfde theorie als de aarde die om de zon draait', zegt Van der Schaar. 'Dat idee, dat er heel universele wetten bestaan die je op het heelal als geheel maar ook in de nabijheid van je huis toe kunt passen, de enorme reikwijdte van die theorieën sprak me heel erg aan.'

Die reikwijdte blijft Van der Schaars nieuwsgierigheid prikkelen. Het is het dan ook niet verwonderlijk dat hij in het snaartheoretisch onderzoek terechtkomt. Snaartheorie is een poging alle fundamentele natuurkrachten samen te brengen. Er bestaan verschillende natuurkundige theorieën die ieder op hun eigen schaal voor verschillende situaties goed toepasbaar zijn. Zo gebruiken we in het dagelijks leven de zwaartekracht en beschrijft de kwantummechanica de natuur op zeer kleine schaal. Snaartheorie probeert deze theorieën samen te voegen en één mechanisme te vinden dat de zwaartekracht ook op zeer kleine schaal beschrijft: kwantumgravitatie.

In de snaartheorie worden de deeltjes waar alles om ons heen uit is opgebouwd niet gezien als kleine puntjes, maar als trillende snaartjes. En met een harder trillend snaartje beschrijf je een deeltje met een hogere massa. Het klinkt simpel, maar er is wel een probleem: de snaartjes zijn zo ongelooflijk klein dat we ze met de sterkste microscoop ter wereld nog niet zouden kunnen zien. De snaartheorie is niet te toetsen.



Jan Pieter van der Schaar
Foto: Bob Bronshoff / UvA


Uitdijen
Na zijn promotie in Groningen doet Van der Schaar postdoctoraal onderzoek in Amerika en Zwitserland. 'Ik ging mijn eigen onderzoekslijnen uitzetten', vertelt Van der Schaar. 'Ik wilde nadenken over wat snaartheorie te zeggen heeft over kosmologie.' Kosmologie beschrijft de evolutie van het heelal. Astronomische waarnemingen laten zien dat het heelal aan het uitdijen is: we zien sterrenstelsels op grote afstand van ons af bewegen. Terugredenerend leidt dit tot de huidige, geaccepteerde theorie dat het heelal vroeger veel kleiner was, en dat het zo'n 13,7 miljard jaar geleden is ontstaan tijdens een grote knal, de oerknal.

Van der Schaar is vooral geïnteresseerd in de eerste momenten vlak na die oerknal. 'Het leuke aan kosmologie is dat je het kunt zien als de beste microscoop die we hebben. In een deeltjesversneller kun je deeltjes heel hard op elkaar botsen en zo iets leren over de substructuur. De deeltjesversneller werkt als microscoop, hij laat zien waar de deeltjes uit zijn opgebouwd.' Hoe hoger de energie waarmee de deeltjes in de deeltjesversneller op elkaar worden afgevuurd, hoe kleiner de structuren die zichtbaar worden, oftewel hoe sterker de microscoop.

'De versneller die binnenkort in Zwitserland van start gaat, haalt heel hoge energieën. Maar het stelt eigenlijk niets voor als je het vergelijkt met het vroege heelal. Naarmate je dichter bij de oorsprong van het heelal komt, zo'n 13,7 miljard jaar geleden, worden de afstanden kleiner en de energieën steeds groter. Voor energieën vergelijkbaar met de zogenaamde Planckschaal wordt gravitatie net zo belangrijk als de andere fundamentele krachten en verwacht men dat kwantum zwaartekracht effecten een belangrijke rol gaan spelen. En snaartheorie heeft het probleem dat het juist op die gigantisch kleine lengteschalen zijn ware gezicht laat zien. Dat is dus ook al jarenlang een van de belangrijkste kritiekpunten: het is allemaal wel leuk, maar hoe gaan we dat ooit toetsen?'

Het antwoord op die vraag is een van Van der Schaars grote uitdagingen. 'Vlak na de oerknal was het heelal verschrikkelijk klein en de dichtheid zo ontzettend hoog dat zowel gravitatie als kwantummechanica belangrijk waren. Snaartheorie is een voorstel om deze theorieën te verenigen en beschrijft als klap op de vuurpijl ook alle andere krachten en deeltjes.' Als snaartheorie in dat hele prille begin inderdaad belangrijk was, dan zou dat effect gehad kunnen hebben op alles wat daarna gebeurd is.

________________________________________________________________
Planckschaal
De Plancklengte is een zeer kleine lengteschaal (1.6 x 10-35 meter, ongeveer één honderdste van een miljoenste van een miljardste van een miljardste meter). Een atoom is al klein, maar de Plancklengte verhoudt zich tot de grootte van het atoom als de mens ten opzichte van de grootte van het (zichtbare) heelal. Fysici zetten de Plancklengte met behulp van de lichtsnelheid om in een extreem kleine tijdschaal. Die Plancktijdschaal kan vervolgens met behulp van het kwantummechanische onzekerheidsprincipe omgezet worden in een zeer grote energieschaal. Deze Planckenergieschaal komt ongeveer overeen met de energie die vrijkomt tijdens bliksem.
Men verwacht dat op de Plancklengteschaal bepaalde klassieke eigenschappen van de ruimte en tijd fundamenteel van karakter veranderen. In plaats van een gladde en continue ruimte-tijd structuur die voldoet aan de klassieke vergelijkingen van Einstein, krijg je dan te maken met een ruimte-tijd die wild fluctueert. Een ruimte waar je niet meer kunt spreken van een goed gedefinieerde afstand tussen twee punten. Dit is het regime waar een theorie van kwantum gravitatie noodzakelijk is.
________________________________________________________________


Nagloeier
Van der Schaar zoekt naar dit mogelijke effect in de kosmische achtergrondstraling, de nagloeier van de oerknal. 'Vlak na de oerknal was er een hele hete fase, waarin een plasma bestond van geladen deeltjes. Daarin stuiterden de lichtdeeltjes - fotonen - als in een flipperkast heen en weer. Want zodra een foton een geladen deeltje tegenkomt, verandert het van richting.' Aangezien alles in het plasma geladen was konden de fotonen nooit ver reizen. Maar het heelal zette verder uit en koelde daardoor af. Elektronen raakten gebonden aan protonen en zo ontstonden neutrale deeltjes: atomen. Vanaf dat moment werd het licht, de fotonen, niet langer verstrooid. Het heelal werd doorzichtig en de fotonen konden ongehinderd reizen. 'Dus je had een hele hete fase, en op een gegeven moment ging het licht aan. En dat moment, dat zien we nog steeds, dat is de kosmische achtergrondstraling.'

Op het moment dat het licht vrij kwam, was het bijzonder heet in het heelal, de fotonen hadden een hoge energie. Maar door de expansie van het heelal zijn de golflengtes uitgerekt en is de energie van de fotonen afgenomen. Het licht dat wij nu nog steeds van deze fase in de evolutie van het heelal ontvangen, koelde enorm af, van drieduizend graden tot 2,7 graden. En terwijl sterlicht uit een bepaalde richting komt, ontvangen we de kosmische achtergrondstraling van alle richtingen aan de hemel. Zelfs op een gewone televisie is deze achtergrondstraling zichtbaar; één procent van de ruis op de tv is afkomstig van het vroege heelal. 'Het is consistent met berekeningen die theoretici hebben gedaan waarin het heelal in het verleden veel heter en kleiner en dichter was. Kortom, het oerknal-idee is met deze achtergrondstraling min of meer bewezen.'



De kosmische achtergrondstraling die in het heelal wordt gemeten is een overblijfsel van de oerknal.
Illustratie: NASA /WMAP. Klik voor een grotere versie.


Rimpelingen
'Als je nu heel goed kijkt zit in de kosmische achtergrondstraling ontzettend veel informatie verborgen', zegt Van der Schaar. In het hete plasma zaten subtiele temperatuurvariaties ten gevolge van kleine variaties in de dichtheid, die nog steeds zichtbaar zijn in de achtergrondstraling. Deze minieme verschillen in de oorspronkelijke materieverdeling konden in de loop van miljarden jaren uitgroeien tot hele sterrenstelsels. 'En ik heb het echt over minieme verschillen. Op een zwembad van een paar meter diep slechts rimpelingen van een honderdste millimeter. Maar ze zijn te meten en zeggen iets over de dichtheidsverdeling van het plasma, driehonderdduizend jaar na de big bang.'

Er bestaat een model om de kleine dichtheidsverschillen in het plasma te verklaren: inflatie. Inflatie is een periode vlak na de oerknal waarin het heelal versneld uitdijde. 'In een periode van ruwweg tien tot de macht min dertig seconden, dus in een belachelijke korte tijd, werd het ongeveer een factor tien tot de macht dertig keer groter. Dat is niet voor te stellen!', zegt Van der Schaar enthousiast. 'De kwantummechanica voorspelt dat er voortdurend deeltjes gecreëerd worden. Normaal gesproken verdwijnen die meteen weer: deeltje en antideeltje komen elkaar tegen en ze annihileren, ze vernietigen elkaar. Maar gedurende de fase van inflatie raakten de deeltjes in korte tijd zo ver uit elkaar dat ze elkaar niet meer terug konden vinden. Met als gevolg dat de deeltjesverdeling niet meer exact homogeen was.'

Er ontstonden kleine dichtheidsverschillen in het plasma, die dankzij de zwaartekracht langzaam konden groeien. Tegelijkertijd speelde ook stralingsdruk een rol. De fotonen opgesloten in de clusters veroorzaakten druk in tegengestelde richting. 'De materie krimpt tot de stralingsdruk te groot wordt, dan dijt hij uit en vervolgens krimpt hij weer. Zo krijg je 'akoestische' oscillaties in het plasma.' Van der Schaar beeldt met zijn handen de oscillerende beweging van het plasma uit. 'De oerfluctuaties uit de inflatie zijn bewerkt door de akoestische oscillaties van het plasma. En die zijn zichtbaar in de kosmische achtergrondstraling. Om de oerfluctuaties terug te zien, moet je de achtergrondstraling dus nog ontdoen van de akoestische oscillaties. En uit die oerfluctuaties kunnen wij heel veel informatie halen.'



Alle vaste stoffen (1) bestaan uit moleculen (2), die op hun beurt uit atomen (3) zijn opgebouwd. In een atoom vliegt een wolk elektronen (4) om de kern heen, en die kern bestaat uit twee soorten deeltjes: protonen en neutronen. De kerndeeltjes zijn opgebouwd uit quarks (5).
Zowel quarks als elektronen zijn elementaire deeltjes, en bestaan volgens de snaartheorie uit een enkel snaartje (6) dat kan trillen en al dan niet rond loopt.
Illustratie: Wikimedia Commons


Belvormige curve
De achtergrondstraling geeft Van der Schaar inzicht in de geometrie van het heelal, maar belangrijker, mogelijk zegt het ook iets over de snaartheorie. Wanneer je van alle gebiedjes aan de hemel de afwijking tot de gemiddelde achtergrondstraling uitzet in een grafiek krijg je een symmetrische belvormige curve, ook wel een Gaussische verdeling genoemd. 'Sommige modellen uit de snaartheorie voorspellen dat deze grafiek niet helemaal Gaussisch moet zijn. Er zouden dan bijvoorbeeld iets meer koudere dan warmere gebiedjes moeten zijn. Het is echt een heel miniem effect, maar de kans bestaat dat dit in de toekomst gemeten gaat worden.'

Volgend jaar wordt de Plancksatelliet gelanceerd die de achtergrondstraling veel nauwkeuriger gaat meten. 'We zijn ons aan het voorbereiden op die data. Het zou een revolutie zijn als we daarin niet-Gaussissche effecten zien.' Het is niet zo dat de data de hele snaartheorie kan ontkrachten of bewijzen. Wel is er een hele klasse modellen die geen niet-Gaussische effecten voorspelt, en die dankzij de meting dus mogelijk direct gefalsificeerd zijn. 'Hoe nauwkeuriger we de achtergrondstraling kunnen meten, hoe selectiever we zijn in het identificeren van een bepaald model van inflatie, en dat kan aanwijzingen geven of we met snaartheorie te maken hebben of niet. Dit is een van de belangrijkste dingen die ik nu doe.'

Naast zijn werk om het heelal te verklaren met behulp van snaartheorie om daarmee meteen aan te tonen dat snaartheorie inderdaad dé theorie is die alle natuurverschijnselen beschrijft, houdt Van der Schaar zich bezig met onderwerpen die hij omschrijft als echte harde snaartheorie. ‘Onderwerpen die betrekking hebben tot de structuur van de theorie zèlf.' Schoorvoetend geeft hij toe: 'Maar dat is pas echt lastig uit te leggen aan het algemene publiek.'

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_64192260
ik gebruik plancklul ook vaak als scheldwoord maar ik word niet altijd begrepen
pi_64349265
21-12-2008

Astronomen vinden water op recordafstand



Astronomen hebben water gedetecteerd in een sterrenstelsel op 11 miljard lichtjaar van de aarde. Hiermee is dit de grootste afstand waarop ooit water gevonden is – de vorige recordhouder was een stelsel op 7 miljard lichtjaar. De ontdekking is verricht met een aantal radiotelescopen, waaronder de 100-meter telescoop in het Duitse Effelsberg en de Very Large Array in New Mexico, welke gerund wordt door het Amerikaanse National Science Foundation. Beide telescopen hebben gezocht naar de kenmerkende radio-”vingerafdruk” van watermoleculen.

Het vochtige sterrenstelsel staat bekend als MG J0414+0534 en herbergt een quasar in diens kern – een supermassief zwart gat met een extreem heldere uitstoot van energie. In het gebied nabij de kern fungeren watermoleculen als masers, het radio equivalent van lasers, waarbij radiogolven op een specifieke golflengte versterkt worden.

De astronomen beweren dat deze ontdekking aantoont dat reusachtige watermasers vroeger veel vaker voorkwamen dan tegenwoordig in het lokale universum het geval is. We zien MG J0414+0534 zoals deze was op het moment dat het heelal slechts 1/6de van de huidige leeftijd had.

Echter is de afstand tot dit stelsel dusdanig groot, dat zelfs de versterking van de radiogolven als gevolg van de masers onvoldoende is om gedetecteerd te worden door de radiotelescopen op aarde. De wetenschappers kregen echter hulp van moeder natuur, in de vorm een ander sterrenstelsel op 8 miljard lichtjaar afstand. Dit stelsel staat (vanaf de aarde gezien) exact op één lijn met de verder gelegen quasar, waarbij de zwaartekracht van het tussengelegen stelsel werkt als lens om de uitstoot van de watermoleculen zichtbaar te maken. Deze zogenaamde gravitatielens wist het signaal van de watermasers te versterken met een factor 1000! De radiofrequentie die door de masers is uitgestoten is verschoven als gevolg van de uitdijing van het heelal, waarbij de roodverschuiving de frequentie heeft verlaagt van 22,2 Gigahertz tot 6,1 GHz.

Watermasers worden regelmatig aangetroffen bij sterrenstelsels op kortere afstand. De masers worden normaal gesproken geacht afkomstig te zijn van moleculen die zich bevinden in de wervelende accretieschijf rond het supermassieve zwarte gat. Astronomen beweren echter dat wij van bovenaf op de schijf van MG J0414+0534 neerkijken, zodat de masers afkomstig moeten zijn uit de supersnelle straalstromen van materiaal die vanaf de polen van het zwarte gat worden uitgestoten.



Bron: National Radio Astronomy Observatory

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_64349280
quote:
Op zaterdag 20 december 2008 23:16 schreef DrPwn het volgende:
ik gebruik plancklul ook vaak als scheldwoord maar ik word niet altijd begrepen
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_64349399
22-12-2008

Versnellende uitdijing van het heelal is geen kosmologische illusie


Ons Melkwegstelsel neemt geen bijzondere plaats in het heelal in.

Ons Melkwegstelsel neemt geen bijzondere plaats in in het heelal. Dat concluderen onderzoekers van de Universiteit van British Columbia in een artikel dat gepubliceerd wordt in Physical Review Letters.

Sommige kosmologen hebben de afgelopen jaren gesuggereerd dat het Melkwegstelsel zich misschien in het centrum van een gigantische kosmische holte zou bevinden, waarin de materiedichtheid lager is dan gemiddeld. In dat geval zou de illusie ontstaan dat de uitdijing van het heelal in de afgelopen paar miljard jaar is versneld.

De Canadese astronomen hebben de voorspellingen van zo'n 'holte-heelal' nu echter nauwkeurig vergeleken met waarnemingen van onder andere de kosmische achtergrondstraling, en komen tot de conclusie dat de metingen niet te rijmen zijn met het bestaan van zo'n gigantische holte met het Melkwegcentrum in het midden. Dat betekent dat de versnellende uitdijing van het heelal, zoals die blijkt uit waarnemingen van verre supernova's, geen illusie is, maar daadwerkelijk plaatsvindt, vermoedelijk als gevolg van een mysterieuze donkere energie van de lege ruimte.

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_64394319
26-12-2008

Vooruitblik op 2009



Wat staat er allemaal te gebeuren in de ruimtevaart in 2009? De vooruitblik op 2009 lijkt soms een beetje een deja vu van de vooruitblik op 2008, maar toch staan er een aantal interessante missies te gebeuren. NASA stuurt missies naar de maan, Rusland heeft een hele interessante missie naar Mars in petto en maar liefst zes astronomische satellieten staan gepland in dit internationale jaar van de astronomie. Hubble moet nog steeds bezoek krijgen van de shuttle en ISS moet in 2009 bijna af zijn. Ondertussen maakt NASA ruimte voor haar Ares-I raket.


In en rond het zonnestelsel
De Zon
Solar Dynamics Observatory

Eind dit jaar wil NASA het Solar Dynamics Observatory lanceren, waarmee men onderzoek wil doen naar het magnetisch veld van de zon. Men wil weten hoe het zich vormt en hoe het ons ruimteweer beïnvloed. SDO wordt hiervoor in een geosynchrone baan geplaatst, zodat het altijd naar de zon kan kijken.

Picard

De Franse ruimtevaartorganisatie CNES wil in 2009 een microsatelliet genaamd Picard de ruimte in laten sturen voor zonneonderzoek. Picard moet de totale straling meten die de zon uitstraalt en de exacte diameter en vorm van de zon bepalen tot op enkele arcseconden. De naam van de satelliet verwijst overigens niet naar Jean-Luc, maar naar een Franse astronoom uit de 17e eeuw. Deze astronoom deed de eerste accurate metingen van de doorsnede van de zon.

De maan
Japan, China en India hebben de afgelopen tijd de maan gehaald. Ditmaal is het weer eens de beurt aan de NASA. Maar dan wel met een satelliet met een hele scherpe camera. De Lunar Reconnaissance Orbiter (LRO) en de Lunar CRater Observation and Sensing Satellite (LCROSS) worden samen op een zware Atlas 5 raket gelanceerd in april 2009. LRO en LCROSS zijn feitelijk bedoeld om de weg te bereiden voor nieuwe bemande missies naar de maan.

Vanuit een polaire maanbaan van 50 kilometer hoogte zal LRO zeer scherpe foto's maken van het maanoppervlak. De Lunar Reconnaissance Orbiter Camera is vergelijkbaar met wat de Mars Reconnaissance Orbiter gebruikt. Mensen die wat moe zijn van de moon hoax, zullen verblijdt zijn dat dit de camera is waarmee achtergelaten apparatuur van de Apollo-missies op de foto's gezien kunnen worden. Met een resolutie van een halve meter moet dat lukken. Ook worden stralingsmetingen gedaan, om een indruk te krijgen waar toekomstige bezoekers van de maan mee te maken krijgen.


De Lunar Reconnaissance Orbiter in een baan om de maan.

LCROSS moet zoeken naar waterijs in poolkraters. Daarvoor laat men de bovenste trap die LRO en LCROSS bij de maan gebracht heeft, inslaan in een donkere poolkrater. LCROSS zal van de resulterende impactpluim een een spectrale analyse moeten gaan doen, voordat het zelf vier minuten later inslaat in een ander deel van die krater.



De opduwtrap van LCROSS gaat de impactsonde voor, op weg naar een maankrater.


Mercurius
NASA's Messenger ruimtesonde is nog steeds op weg naar een baan om Mercurius en 30 september komt het daarom nog een keer langs voor een zwaartekrachtzwieper. Niet om te versnellen, maar om te vertragen, zodat het in 2011 in een baan om Mercurius kan komen.


Mars
In januari zal asteroïde-missie Dawn Mars kort bezoeken, maar dat is niet de belangrijkste Marsmissie voor dit jaar.

Phobos-Grunt
Een missie die een Mars-bodemmonster neemt en het naar Aarde terugneemt, daar moeten we voorlopig nog wel even op wachten. Maar een monster van Mars-maan Phobos naar Aarde? De Russen gaan het proberen. Wat is het plan? Phobos-Grunt wordt gelanceerd naar Mars, samen met een Chinese satelliet, Yinghuo-1, die meelift. Tien maanden na de lancering komen zij aan. Phobos-Grunt zal enkele maanden nemen om de rode planeet te bestuderen, alvorens de lander afdaalt naar Phobos. Een robotarm zal monsters scheppen, die worden verzameld en door een soort pijpleiding naar de terugkeercapsule worden geblazen. Maximaal 150 gram monster zal meegenomen worden.


De Phobos-Grunt Phobos-lander.

Phobos' zwaartekracht is heel zwak, dus er is maar een klein raketje voor nodig om op te stijgen en koers naar Aarde te zetten. Terwijl de terugkeercapsule onderweg is, zal de lander nog gewoon een jaar onderzoek blijven doen aan het oppervlak. De Chinese Yinghuo-1 satelliet zal de omgeving van Mars onderzoeken, waaronder de interactie van Mars' ionosfeer met de zonnewind. De terugkeercapsule moet in 2012 op Aarde landen.

Alsof het nog niet genoeg is, gaan er ook nog twee kleine Finse Mars-landers mee. Zij moeten de eerste twee MetNet landers zijn van een groter meteologisch netwerk op Mars. Het Russische deel van de Phobos-Grunt missie kost alles bij elkaar 64,4 miljoen dollar. Geen geld voor zo'n ambitieuze missie. Wel zijn er wat vragen gerezen of 2009 haalbaar is. 2011 zou, bij uitstel ook een optie kunnen zijn.


Saturnus
Nog altijd draait de ruimtesonde Cassini zijn baantjes rond de geringde planeet. Na een jaar vol spectaculaire flyby's langs Enceladus, zal Cassini nog eenmaal vrij dicht langs de Saturnus-maan vliegen. Vaste prik zijn een aantal flyby's langs Titan.


Bemande ruimtevaart
In 2008 is er veel uitstel geweest in het shuttle programma, vooral omtrend de missie die Hubble moet gaan onderhouden. Dit is hoe de planning er nu voor staat.

STS-119: De laatste zonnepanelen


Voor het shuttle programma open het jaar op 12 februari 2009 met STS-119, die de laatste set zonnepanelen aan ISS moet bevestigen. Daarmee wordt de Integrated Truss Structure, de ruggengraat van ISS, gecompleteerd.

STS-125: Hubble's groot onderhoud

De lancering van Atlantis voor de onderhoudsbeurt van Hubble is al veel uitsteld. Momenteel houdt NASA het op 12 mei. Lang is erover gediscussieerd of deze missie er wel of niet moest komen. Na het ongeluk met de Columbia is besloten dat voor missies die niet naar ISS gaan een extra shuttle klaar moet staan voor een eventuele reddingsmissie. Dus wordt naast Atlantis de shuttle Endeavour klaargemaakt voor missie STS-400. Je kunt gerust zeggen dat de Hubble een grote beurt door gaat maken tijdens STS-125.

Alle zes de gyroscopen, die de telescoop zeer precies richten, worden vervangen. Ook een richtsensor wordt vervangen, de batterijen en nieuwe isolatiedekens moeten Hubble verbeterde isolatie geven. En er wordt een mechanisme geplaatst waar in de toekomst een satelliet aan kan koppelen om de Hubble gecontroleerd naar Aarde te brengen. Ook wetenschappelijke apparatuur krijgt vervanging. De Cosmic Origins Spectograph, een zeer gevoelige ultraviolet spectrometer wordt geïnstalleerd en gaat de oude correctieve optische installatie COSTAR vervangen. Deze werd destijds geïnstalleerd om fouten in de Hubble spiegel te corrigeren.


De Wide Field Camera 3 is een breedbeeld camera die plaatjes kan schieten in een wijd scala aan golflengten: van infrarood tot ultraviolet. Na 2008 kunnen we meegenieten van deze reparatiemissie, want er gaat een IMAX camera mee om dit alles te filmen. Na deze missie moet de 17 jaar oude telescoop er weer tot 2013 tegen kunnen. Een nieuwe onderhoudsmissie komt er echter hierna niet meer. Volgens planning vliegen shuttles niet meer na 2010.

STS-127: Japans experimentplatform

In juni moet STS-127 het laatste onderdeel van het Japanse Kibo-complex op het ISS brengen. JEM-EF (Exposed Facility) is een platform waarop experimenten aan de omstandigheden van de ruimte blootgesteld kunnen worden.

STS-128: Bevoorrading



De shuttle Atlantis komt in augustus langs bij ISS voor een logistieke missie. Daarom wordt de logistieke module Leonardo meegenomen. Een van de astronauten, Nicole Stott, wordt het laatste lid van een ISS expeditie, die met de shuttle bij ISS gebracht wordt.

STS-129: ExPRESS platforms
In november staat missie STS-129 gepland, die twee externe logistieke modules meeneemt: ExPRESS1 en 2. Deze worden aan ISS bevestigd. Deze modules zullen onder andere reserveonderdelen voor ISS bevatten.

STS-130: Node 3 en de Cupola
Gepland op 10 december is missie STS-130, die de laatste onder een atmosfeer werkende modules moet meenemen. Het zijn Node 3 en de Cupola. De Cupola is zogezegd het observatiedek van ISS. Het biedt zes ramen, die astronauten uitzicht geven op werkzaamheden en de Aarde. Als bescherming tegen micrometeorieten kunnen er luiken gesloten worden voor de ramen. Het ronde raam in het midden is het grootste raam dat ooit in de ruimte gebracht zal zijn.



Node3 en daarop de Cupola.


Mini-Research Module 2
In augustus moet een Sojoez raket een extra module brengen, de Mini-Research Module 2. De kleine module komt tegenover de Pirs koppelmodule te zitten en is ongeveer even groot als de Pirs module.

Ares I
Terwijl het aantal missies voor de space shuttles wegtikt, is NASA al volop bezig met de opvolger van de shuttle: het Constellation project. De Constellation bestaat uit nieuwe raketten en een nieuw ruimteschip: de Orion. NASA heeft twee nieuwe raketten op het oog: de Ares-I en de Ares-V. De Ares-I lijkt verdraait veel op een opduwraket van de shuttle en dat klopt: men heeft daar verder op willen bouwen. De Ares-V is een veel zwaardere raket, die NASA astronauten weer naar de maan moet brengen.

Een demonstratiemodel van Ares-I wordt op dit moment al geconstrueerd op Kennedy Space Center. Lanceerplatform 39A zal voor de Ares-I omgebouwd moeten worden en shuttles kunnen er dan niet meer terecht. Daarom is het zaak dat missie STS-125 naar Hubble niet nog meer vertraging oploopt. STS-125 kan bij beschadiging van het hitteschild niet uitwijken naar ISS. Dus NASA wil dat er een tweede shuttle klaar staat voor eventuele redding. Zolang STS-125 niet gevlogen heeft, kan het lanceerplaform niet omgebouwd worden.

H-II Transfer Vehicle
Japan wil dit jaar een nieuw transportvoertuig gaan lanceren naar ISS. Het is vooral bedoeld om experimentrekken bij ISS te brengen, maar de HTV kan ook 300 liter water meenemen.

X-37B, X-37A
Niet bemand, maar wel opmerkelijk: in februarie en maart moet een Atlas 5 raket een demonstratiemodel van de X37, een herbruikbaar ruimteschip, lanceren. Deze X37A lijkt erg veel op het Crew Exploration Vehicle, waar NASA geen budget voor kreeg. Maar tegenwoordig wordt onderzoek naar de X37 gefinancierd door DARPA, het onderzoeksinstituut van de Amerikaanse Defensie.



X-37


Lanceringen


Nieuwe raketten
Nog steeds moet de Europese Vega raket, een raket speciaal voor kleine satellieten, zijn eerste vlucht maken. De lancering vanaf de basis Kourou in Frans-Guyana staat nu gepland in maart 2009. Het Nederlandse Dutch Space heeft de tussentrap tussen de 1e en 2e trap geleverd. Ook wordt dit jaar voor het eerst een Sojuz raket gelanceerd vanaf de lanceerbasis Kourou. Voordeel voor de Russen is dat lanceren naar een geostationaire baan vanaf de evenaar minder brandstof kost, dus kan er meer mee. Japan test aan het eind van dit jaar de H-IIB raket, waarmee vracht naar ISS gebracht kan worden. Het consortium SpaceX heeft eind dit jaar de lancering van hun raket Falcon 9 gepland. Deze raket moet straks het bemanbare ruimtestation van Bigelow Aerospace gaan lanceren.


Satellieten

Astronomie

Kepler
Kepler (NASA) is een ruimtetelescoop die helemaal gericht is op het vinden van planeten bij andere sterren. Of de satelliet wordt gelanceerd in 2009 is nog even de vraag. Het bedrijf dat het titanium voor een van de structuren in Kepler leverde, is aangeklaagd voor fraude met de kwaliteit van geleverd titanium. De satelliet is ondanks dat getransporteerd naar Kennedy Space Center

Widefield Infrared Survey Explorer
In november wil NASA de infrarood-telescoop Widefield Infrared Survey Explorer (WISE) lanceren. Deze satelliet moet de hemel in infrarood in kaart brengen. WISE zoekt daarbij naar de dichtstbijzijnde en koudste sterren en mogelijke planeetsystemen. Verderweg kijkt het naar de meest lumineuze sterrenstelsels.


De Widefield Infrared Survey Explorer in een baan om de Aarde.

Herschel en Planck
De ESA gaat in april 2009 twee telescopen op een Ariane 5 raket lanceren: Herschel en Planck. Herschel is een infrarood telescoop met de grootste spiegel die ooit in de ruimte gebracht is. Met Herschel gaat het ontstaan van melkwegstelsels onderzocht worden en de chemische samenstelling van het universum. Planck is ontworpen om meer te weten te komen over hoe het universum ooit begon. Het gaat daarvoor gericht microgolven onderzoeken. ESA wil met Planck de Hubble constante bepalen en modellen voor het vroege universum testen. Beide telescopen zullen in een baan rond het Lagrange punt L2 gebracht worden. Dat is een punt waar de zwaartekracht van de Aarde en de maan even hard aan een satelliet trekken, en de satelliet dus in feite stil hangt.


De Herschel telescoop.

ASTROSAT (India)
India heeft een röntgensatelliet Astrosat die het zelf zal lanceren dit jaar. Rusland werkt aan de RadioAstron missie, een radiotelescoop van 10 meter doorsnede. De satelliet zal in samenwerking met radiotelescopen op Aarde interferometer observaties doen. De lancering ervan staat gepland in april 2009


De ASTROSAT röntgentelescoop.

Tugsat-1 (Oostenrijk) Tugsat-1 is een mini-satelliet met een telescoop, die de helderheidsvariaties van sterren gaat onzerzoeken. Het zal de eerste satelliet van Oostenrijk in de ruimte zijn.


Aardobservatie
Dit jaar staat een hele reeks satellieten op de planning, die ons meer moeten leren over het milieu. Zo moet 30 januari NASA's Orbiting Carbon Observatory gelanceerd worden. Deze satelliet, die gaat hele precieze metingen van CO2 in de atmosfeer doen. Japan lanceert haar Greenhouse Gas Observing SATellite (GOSAT), ook wel Ibuki. Dit is nog een satelliet die concentraties kooldioxide (en methaan) in de atmosfeer kan meten. Verder moet de Glory satelliet van NASA een beeld brengen van de energiebalans op Aarde. De satelliet meet aerosolen en roet in de atmosfeer en ook verzamelt Glory vergelijkingsmateriaal van zonneactiviteit en temperatuur op Aarde. Dit moet achterhalen of temperatuurveranderingen op Aarde oorzaken hebben buiten onze planeet. Deze lancering staat gepland in juni.

ESA's GOCE satelliet moet het zwaartekrachtveld van de Aarde in kaart gaan brengen. Dat gebeurt vanuit een hele lage baan van slechts 250 km hoogte. Satellieten op die hoogte worden normaal afgeremd door de ijle atmosfeer op die hoogte, waarna ze in een steeds lagere baan terechtkomen. GOCE ziet eruit als een soort pijl, door deze vorm kan de satelliet langer in een zijn baan blijven. De lancering op een Russische Rokot is al meerdere keren uitgesteld, en staat nu gepland voor februari.


Andere toepassingen
Een paar satellieten vallen op. India gaat een satelliet voor geneeskunde op afstand lanceren die Healthsat heet. Daarmee kan specialistische kennis worden doorgegeven aan dokters in de meest afgelegen gebieden. Dorpen krijgen mobiele apparaten waarmee men in contact kan komen met doktoren. Op deze manier hoeven zieke dorpelingen geen reizen te maken naar vergelegen ziekenhuizen. India wil de Healthsat in januari lanceren.

Bronnen: WikiPedia, The Space Calendar, nasa.gov.

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_64752230
06-01-2009

Melkweg-onderzoek: sneller, zwaarder, gevaarlijker

'Onze' Melkweg is 50 procent zwaarder dan tot nu toe werd aangenomen. En de snelheid ligt 161.000 kilometer per uur hoger. De kans op intergalactische botsingen is daardoor groter dan wetenschappers vermoedden.

Dat meldt de Britse zender BBC.


Ster wordt uit Melkweg geslingerd

Grootste in de regio
De Melkweg is ongeveer even groot als Andromeda, een buurman van de Melkweg het grootste stelsel in ‘de regio’, zo blijkt uit een studie door het Harvard-Smithsonian Centre for Astrophysics.

Net zo opmerkelijk is de snelheid van de Melkweg. Die ligt 161.000 kilometer per uur hoger dan aangenomen, en bedraagt een slordige 965.000 kilometer per uur.

‘Wij zullen de Melkweg nooit meer bezien als het kleinere broertje van onze naburige sterrenstelsels,’ aldus de onderzoekers.

Botsingen
Die grotere massa betekent ook dat ons sterrenstelsel een grotere aantrekkingskracht heeft, wat de kans op een botsing met de Andromeda of kleinere sterrensterrenstelsels in de buurt verhoogt.

Om tot deze bevindingen te komen, maakten de onderzoekers gebruik van de Very Long Baseline Array (VLBA), een stelsel van tien telescopen verspreid over Noord-Amerika.

De precisie van dit systeem is volgens de onderzoekers enorm. ‘Het is te vergelijken met het lezen van een krant in Egypte vanuit een stoel in Edinburgh.’

Door Robin van der Kloor

(Elsevier)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_64879315
07-01-2009

Kosmisch "kip-of-ei" probleem opgelost?



Astronomen hebben mogelijk een kosmisch “kip-of-ei” probleem opgelost. Dit probleem heeft betrekking op de groei van supermassieve zwarte gaten en sterrenstelsels, die aan elkaar gekoppeld lijken te zijn. Wat komt er nu eerst: het zwarte gat of het sterrenstelsel? Recente onderzoeken hebben uitgewezen dat de zwarte gaten waarschijnlijk eerst kwamen, waarna de sterrenstelsels rondom de zwarte gaten gegroeid zijn.

Eerdere studies naar sterrenstelsels en de zwarte gaten die deze verankeren, hebben een intrigerend verband gevonden tussen de massa van een supermassief zwart gat en de omringende “centrale bult” van sterren in een sterrenstelsel. Het blijkt dat de verhouding tussen de massa van het zwarte gat en het omringende sterrenstelsels altijd gelijk is: 1 op 10. Dat betekent dat bij een sterrenstelsel zoals de Melkweg de massa van het zwarte gat 1/10.000ste de massa van de centrale verdikking van sterren bedraagt.

Deze constante verhouding indiceert dat zwarte gaten en sterrenstelsels elkaars groei beïnvloeden door middel van een interactieve relatie. Dit resulteerde in de vraag of zwarte gaten en sterrenstelsels samen groeien, of dat de ene eerder groeide dan de ander. Waarnemingen naar verre sterrenstelsels hebben toen laten zien dat de constante verhouding niet altijd constant is geweest. In het verre (dus jonge) universum zijn zwarte gaten veel zwaarder in verhouding tot de omringende sterrenstelsels, hetgeen suggereert dat de zwarte gaten als eerste zijn gaan groeien en dat de omringende sterrenstelsels op een later tijdstip gegroeid zijn.

Hoe de groei van zwarte gaten en sterrenstelsels precies gekoppeld is, blijf nog een raadsel. Toekomstige telescopen, zoals de Expanded Very Large Array (EVLA) en de Atacama Large Millimeter Array (ALMA), zullen gebruikt gaan worden om de dynamiek van jonge zwarte gaten en sterrenstelsels volledig te ontsluieren.



Bron: National Radio Astronomy Observatory

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65012691
07-01-2009

Mysterieuze lichtflits blijft onverklaarbaar



Astronomen tasten nog steeds in het duister over de herkomst van een mysterieuze lichtflits uit het verre universum. Het zou om een geheel nieuwe klasse van stellaire fenomenen kunnen gaan, aldus de onderzoekers. De lichtflits werd in februari 2006 waargenomen door de Hubble-ruimtetelescoop. Gedurende 100 dagen nam de flits in helderheid toe, waarna deze in nog eens 100 dagen geheel vervaagde. Een dergelijke stijging en daling van helderheid kan niet verklaard worden aan de hand van bekende en geaccepteerde fenomenen.

De lichtflits vertoonde kenmerken van supernovae – enorme explosies die de dood van massieve sterren inluiden. Nu pieken supernovae echter nooit meer dan 70 dagen! Astronomen hebben toen getracht alternatieve verklaringen te ontwikkelen, maar dit is geen onverdeeld succes gebleken. De spectrale vingerafdruk die afkomstig is van het object, dat gecatalogiseerd is als SCP 06F6, laat geen duidelijke sporen van specifieke elementen zien. Het zou mogelijk om absorptielijnen van moleculaire koolstof kunnen gaan, die vervolgens verschoven zijn naar rode golflengten als gevolg van de uitdijing van het heelal.

Helaas hebben astronomen geen bewijs gevonden voor het bestaan van een ster of sterrenstelsel op de locatie van de lichtflits. De afstand tot deze flits wordt geschat op 8 miljard lichtjaar (in de richting van het lentesterrenbeeld Ossenhoeder), maar het object zou in theorie ook dichterbij kunnen staan – mogelijk zelfs in de halo van ons eigen melkwegstelsel!

Onderzoeken die verricht zijn sinds de ontdekking van SCP 06F6 hebben een scala aan bizarre verklaringen opgeleverd: de explosie van een speciale koolstofrijke ster, de botsing tussen een witte dwerg en een rotsachtig object, en de botsing tussen een witte dwerg en een zwart gat. Geen van deze theorieën is echter in staat om de waargenomen lichtflits geheel te verklaren.

Het lijkt er dus op dat de herkomst van SCP 06F6 voorlopig nog een raadsel zal blijven. In de toekomst zal men echter op zoek gaan naar vergelijkbare fenomenen, bijvoorbeeld met de geplande Large Synoptic Survey Telescope. Wellicht zal men zo een passende verklaring kunnen vinden voor de mysterieuze lichtflits.



Bron: NASA

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65059271
14-01-2009

Mysterieuze kosmische "radioruis" ontdekt



Astronomen hebben ontdekt dat het heelal gevuld is met een merkwaardige “radioruis”, die zes keer krachtiger is dan verwacht. Deze ontdekking is verricht met het ARCADE-instrument aan boord van een stratosferische ballon. De oorspronkelijke missie van ARCADE was het zoeken naar de hitte die afkomstig is van de allereerste sterren, maar in plaats daarvan is men op iets geheel anders gestuit. De herkomst van de radioruis blijft voorlopig een mysterie.

Gedetailleerde analyses van de radioruis hebben uitgesloten dat deze afkomsitg is van oersterren of bekende radiobronnen, inclusief het gas in de buitendelen (halo) van ons melkwegstelsel.

Vele objecten in het universum stoten radiogolven uit. In 1931 wist de Amerikaanse natuurkundige Karl Jansky voor het eerst een kosmische radioruis te detecteren, welke afkomstig bleek te zijn uit de Melkweg. Later is gebleken dat vele sterrenstelsels een vergelijkbare uitstoot van radiogolven produceren, waardoor het heelal doordrongen is met een voortdurende achtergrondruis van radiogolven.

Het probleem is alleen dat het totale aantal van radiosterrenstelsels onvoldoende is om de waargenomen achtergrondruis te veroorzaken. Sterker nog: om de waargenomen ruis te verklaren zou het heelal stampvol met radiostelsels moeten zitten, zonder enige ruimte tussen de stelsels in – dit is duidelijk niet het geval.

Waar de radioruis dan wel door veroorzaakt wordt, blijft voorlopig een mysterie. Overigens was ARCADE niet in staat zijn oorspronkelijke missie te voltooien: het signaal van de eerste sterren blijft voorlopig verborgen in de achtergrondruis.



Bron: NASA

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65059402
13-01-2009

IBEX brengt buitenrand van zonnestelsel in kaart


De IBEX-ruimtesonde.

Sterrenkundigen zijn enthousiast over de eerste waarnemingsgegevens van de Interstellar Boundary Explorer (IBEX). Deze ruimtesonde, die op 19 oktober 2008 werd gelanceerd, brengt momenteel de buitenrand van het zonnestelsel in kaart, waar elektrisch geladen deeltjes van de zon (de zogeheten zonnewind) in botsing komen met de ijle materie in de interstellaire ruimte. Bij die botsing worden neutrale atomen tot enorme snelheden opgejaagd (tientallen miljoenen kilometers per uur), en de meetinstrumenten aan boord van IBEX registreren die atomen.

Als gevolg van de baanoriëntatie van IBEX duurt het een halfjaar voordat er een complete kaart van de buitenrand van het zonnestelsel is verkregen. De eerste resultaten zijn echter al zeer veelbelovend, aldus de teamleiders van het Southwest Research Institute in San Antonio, Texas. De hoop is dat IBEX uiteindelijk veel nieuwe informatie gaat opleveren over de wisselwerking tussen de zonnewind en de interstellaire materie, en ook over de potentiële gevaren van schadelijke kosmische straling uit het Melkwegstelsel voor toekomstige astronauten.

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65090948
15-01-2009

Wat kwam er voor de oerknal?



Het heelal lijkt asymmetrisch te zijn en een model dat ontwikkeld is om deze anomalie te verklaren kan gebruikt worden om te achterhalen wat er voor de oerknal gebeurd is. Als astronomen opkijken naar de kosmos, blijkt het uitzicht in de ene richting anders te zijn dan in de andere richting. Het gaat hierbij vooral om de kosmische achtergrondstraling, de theoretische nagloed van de oerknal. Binnen deze straling blijken sterke fluctuaties in dichtheid en temperatuur te bestaan.

Een nieuw model suggereert dat deze onregelmatigheid mogelijk het gevolg zou kunnen zijn van een "afdruk" die is overgebleven van de "tijd" VOOR de oerknal - dat wil zeggen voor de tijd dat het heelal in één klap groeide van kleiner tot een atoom tot de grootte van een golfbal, een proces dat inflatie wordt genoemd.

Nu weet inflatie de waargenomen fluctuaties te voorspellen, maar ze zouden wel overal hetzelfde moeten zijn. Nu blijkt echter dat de ene kant van het universum grotere fluctuaties kent dan de andere kant.

Wetenschappers vermoeden dat de normale variaties die voorspeld zijn door de inflatietheorie, later de "zaden" werden voor de grootschalige structuur die we vandaag de dag waarnemen in het universum. Vlak na de inflatie zouden dichtere gebieden meer materie gaan aantrekken en uiteindelijk gaan groeien tot de sterrenstelsels en clusters die we vandaag de dag waarnemen, terwijl de minder dichte gebieden zouden groeien tot de enorme leegtes tussen clusters, alwaar geen sterrenstelsels, sterren of planeten voorkomen.

Helaas is het normale model van inflatie niet in staat om de waargenomen asymmetrie te verklaren. Vandaar dat een team van natuurkundigen van de Universiteit van Californië getracht heeft een nieuwe versie van de inflatietheorie te ontwikkelen.

Bij de normale inflatietheorie is één enkel veld (het zogenaamde inflaton) verantwoordelijk geweest voor zowel de snelle uitdijing (inflatie) als de dichtheidschommelingen in het jonge heelal. Het team van Caltech heeft echter ontdekt dat de waargenomen asymmetrie in de dichtheidfluctuaties verklaard kan worden aan de hand van twee velden! Hierbij is het inflaton verantwoordelijk voor de daadwerkelijke inflatie, terwijl een tweede veld (het curvaton) verantwoordelijk is voor de dichtheidfluctuaties.

Het model levert ook intrigerende hints over de gebeurtenissen die zich afgespeeld hebben voordat de inflatie ten tonele verscheen, aangezien de asymmetrie het gevolg kan zijn van grote fluctuaties die optraden voor de inflatie. Het is niet langer volstrekt idioot om af te vragen wat er VOOR de oerknal kwam. Al deze gegevens zijn verborgen achter een sluier, maar als het nieuwe inflatiemodel klopt, zal het mogelijk zijn om voorbij deze sluier te kijken.



Bron: SPACE.com

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65160113
17-01-2009

Venus had waarschijnlijk oceanen en continenten



Wetenschappers hebben een nieuwe blik geworpen op de gegevens die in 1990 zijn verzameld door de Galileo-ruimtesonde, die gedurende zijn reis naar Jupiter langs Venus is gescheerd. Uit deze nieuwe analyse blijkt nu dat het oppervlak uit twee delen lijkt te bestaan: een deel dat bedekt is met graniet en een deel dat bedekt is met overige materialen. Aangezien graniet water nodig heeft om gevormd te worden, suggereert deze ontdekking dat Venus ooit bedekt is geweest met oceanen en continenten.

Het bestuderen van het oppervlak van Venus is lange tijd een moeilijke zaak geweest, aangezien de extreem dikke atmosfeer van Venus het oppervlak geheel onzichtbaar maakt – althans, in zichtbaar licht. Galileo was echter de eerste ruimtesonde die Venus in infrarood licht heeft waargenomen, een golflengte die in staat is om door de wolkendeken van de planeet heen te breken. Voorheen was men van mening dat alleen radiogolven deze eigenschap zouden bezitten.

Galileo bewees dat het waarnemen van het oppervlak van Venus ook in infrarood kan plaatsvinden, een techniek de resulteert in een veel hogere resolutie dan bij het gebruik van radiogolven. Zo heeft men de aanwezigheid van graniet aan het oppervlak van Venus kunnen detecteren. Een nieuwe analyse van de gegevens laat nu zien dat delen van Venus minder infraroodstraling reflecteren dan andere delen. Hierdoor wordt Venus verdeeld in gebieden die rijk zijn aan graniet (dat relatief veel infaroodstraling uitstoot) en gebieden die rijk zijn aan andere gesteenten (die relatief minder infraroodstraling uitstoten).

Nu wordt graniet op aarde gevormd onder invloed van water en heeft onze moederplaneet eveneens gebieden die rijk zijn aan graniet en gebieden die minder rijk zijn aan graniet. Deze tegenstelling wordt toegeschreven aan het bestaan oceanen en continenten, die onder invloed van de plaattektoniek (het verschuiven van platen op de aardkorst) de huidige chemische verdeling van het oppervlak tot stand hebben gebracht.

Dit alles lijk te suggereren dat Venus eveneens waterrijke en waterarme gebieden heeft gekend, die onder invloed van plaattektoniek gezorgd hebben voor een hoogst dynamisch en steeds veranderd oppervlak. Hoewel de nieuwe analyse van de gegevens niet als absoluut bewijs kan worden gezien, is de gewekte suggestie van een aarde-achtige Venus hoogst fascinerend.



Als Venus ooit zoveel op de aarde heeft geleken, waarom is de planeet dan vandaag de dag een helachtige onderwereld met een vernietigende druk en verschroeiende temperatuur? Een mogelijke theorie stelt dat de zon (die vlak na haar geboorte veel minder helder was dan tegenwoordig) langzaam in helderheid toenam, waardoor de temperatuur op Venus eveneens bleef toenemen. Uiteindelijk zal de temperatuur boven het kookpunt zijn gekomen, waardoor de oceanen geheeld verdampt zijn.

Dit had twee belangrijke gevolgen: ten eerste is waterdamp een sterk broeikasgas, zodat het effect van de verdampende oceanen een zichzelf in stand houdende cyclus werd. Ten tweede fungeren oceanen als “opvangbassin” voor kooldioxide, dat vervolgens door de plaattektoniek door de planeet wordt opgenomen en later weer vrijkomt. Zonder water stopt deze koolstofcyclus en zal kooldioxide zich steeds meer gaan ophopen in de atmosfeer.

Beide effecten hadden gecombineerd tot resultaat dat Venus langzaam veranderde van een waterrijke wereld in de huidige planeet, die meer weg heeft van de Onderwereld van Hades of de diepe krochten van de hel uit Dante’s inferno. De vraag is nu hoe lang de oceanen op Venus hebben standgehouden. De meest recente schatting stelt dat de oceanen relatief snel verdwenen zijn – ongeveer 200 miljoen jaar sinds het ontstaan van de Veneriaanse hydrosfeer.

Dit zou ook het einde betekent hebben van het leven dat mogelijk op Venus ontstaan is. Dat wil zeggen, tenzij de levensvormen op tijd een manier hadden gevonden om de wolkentoppen van Venus te koloniseren, alwaar de omstandigheden relatief mild zijn in vergelijking met het oppervlak.

Bron: Universe Today

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65160249
17-01-2009

Komeet Lulin komt eraan!



Een nieuwe komeet zal binnenkort zichtbaar worden voor (amateur-) astronomen, wellicht zelfs met het blote oog! Zowel professionele- als amateurastronomen houden deze komeet scherp in de gaten. De komeet staat bekend als Lulin en heeft enkele opmerkelijk eigenschappen. Ten eerste draait de komeet in tegenovergestelde richting om de zon dan de planeten en de meeste andere objecten in het zonnestelsel en ten tweede beweegt de komeet zeer snel.

De snelheid van de komeet, gecombineerd met de relatief korte afstand tot de aarde, resulteert in een opmerkelijk effect. De komeet zal namelijk bijzonder snel van positie veranderen ten opzichte van de vaste sterrenhemel, met een schijnbare snelheid van 5 hemelgraden per dag. Dat betekent dat de beweging van de komeet t.o.v. de sterrenhemel in “real time” zichtbaar zou kunnen zijn!

De komeet zal op 24 februari de aarde het dichtst naderen, waarbij de komeet een schijnbare helderheid van magnitude 5 of 6 zal bereiken in donkere gebieden. Hierbij zal de komeet met het blote oog zichtbaar zijn, hoewel behoorlijk zwak. De afstand tot de aarde zal dan ongeveer 0,41 AU bedragen, oftewel 14,5 keer de afstand tussen de aarde en de maan.

De komeet Lulin is in juli 2007 ontdekt door twee Chinese astronomen gedurende een omvangrijk onderzoek naar potentieel gevaarlijke projectielen in de omgeving van de aarde.



Bron: Universe Today

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65229022
19-01-2009

Enorme vuurbal zichtbaar in Nederland



Een oranje vuurbol met een slinger eraan. Dat was volgens de Groningse sterrenkundige Theo Jurriëns zaterdagavond te zien op Terschelling. Jurriëns meent dat de waarnemer getuige was van een vallende ster, een stuk gruis uit de ruimte dat in de dampkring van de aarde is verbrand. Jurriëns, verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen, ontving rond kwart over acht zes tot acht meldingen van mensen die de meteoor hadden gezien. De vuurbal was overigens niet alleen in Nederland zichtbaar: vooral Zweden werd opgeschrikt door de spectaculaire gebeurtenis.

"'Eerst dacht ik dat er een vliegtuig in brand stond dat naar beneden stortte'', aldus de waarnemer op Terschelling. ''Ik zag het vanuit mijn keukenraam, richting oost boven Ameland.'' De sterrenkundige kreeg verder meldingen uit Beilen, Winschoten en Voorhout. De term 'vallende ster' is feitelijk onjuist. Vallende sterren zijn niets anders dan kleine steentjes uit de ruimte die hoog in de atmosfeer van de aarde verbranden.

De kans bestaat dat de resten van die steentjes, meteorieten, op het land terecht komen. Dat gebeurt echter sporadisch. Op 7 april 1990 ging in Glanerbrug bij Enschede een meteoriet dwars door het dak van een huis. De bewoners dachten eerst dat er ingebroken was. Twee dagen later stelden wetenschappers vast dat het een meteoor moet zijn geweest die het huis was binnengedrongen.

Bekijk hier een filmpje van de spectaculaire gebeurtenis, opgenomen door een ooggetuige in Zuid-Zweden.



Baan van de meteoor.

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65264910
20-01-2009

Hebben we het heelal te danken aan donkere energie?



Ons universum zou ontstaan kunnen zijn vanuit de restanten van een ouder heelal, dat voor onze oerknal heeft bestaan – dankzij donkere energie. Eén van de modellen die ontwikkeld zijn om het ontstaan van het universum te verklaren, stelt dat het huidige heelal slechts de laatste fase vormt van een eeuwigdurende cyclus. Dit model stelt dat ons universum zich bevindt op een driedimensionaal vlak dat een braan wordt genoemd en dat deze braan gescheiden wordt van vergelijkbare branen door een vierde ruimtedimensie.

Onder bepaalde omstandigheden kunnen deze branen met elkaar in botsing komen, wat zal resulteren in een oerknalachtige gebeurtenis. Na de botsing “stuiteren” de branen terug, waarna vele miljarden jaren later opnieuw een botsing zal plaatsvinden.

Dit model is aanvankelijk ontwikkeld om een verklaring te geven voor de “rimpels” in de temperatuur en dichtheid van het heelal, zoals deze afgelezen kunnen worden aan de hand van de kosmische achtergrondstraling (de “echo” van de oerknal). De enige manier om deze rimpels te verklaren aan de hand van een cyclisch model is het toepassen van extra dimensies, precies zoals door de snarentheorie wordt voorspelt.

Helaas resulteert het invoeren van extra dimensies in een bijkomend probleem. Als twee branen elkaar naderen, moeten de extra dimensies krimpen en groeien in wisselwerking met de dimensie die de branen van elkaar scheidt. Als dat niet gebeurd, zal de braan ernstig vervormd raken, waarbij een groot deel van de braan zal eindigen als zwarte gaten.

Slechts een klein deel van de braan zal bewaard blijven als normale, bewoonbare ruimte. Na enkele van deze cycli zal de “normale” ruimte gaan krimpen tot niets en zal het heelal niets meer zijn dan een verzameling zwarte gaten. Dat betekent dat het cyclische braanmodel niet gebruikt kan worden om het waarneembare heelal te verklaren.



Het braanmodel zorgt voor een oplossing voor meerder kosmologische raadsels - zoals de relatief zwakke zwaartekracht. Snarentheorie stelt dat alle elementaire deeltjes (zowel materiedeeltjes als overbrengers van energie en krachten) zijn opgebouwd uit trillende snaren. Deze snaren zijn altijd aan de braan bevestigd. Zwaartekracht vormt een uitzondering: de overbrengers van zwaartekracht bestaan uit gesloten snaren, die niet aan de braan bevestigd zijn.
In plaats daarvan ontsnappen de gravitonen de hogerdimensionale ruimte in, alwaar ze andere branen kunnen aantrekken. Dat betekent niet alleen dat een andere braan slechts centimeters van de onze vandaan ligt en ieder moment kan botsen, maar ook dat het grootste deel van de zwaartekracht uit onze braan "lekt", waardoor het lijkt alsof de zwaartekracht een vrij zwakke kracht is.
De reden dat gravitonen "gesloten" zijn wordt overigens gevormd door een intrinsieke eigenschap dat "spin" wordt genoemd. Gravitonen zijn de enige deeltjes met spin=2, waardoor je twee keer rondom het graviton moet "reizen" om bij je beginpunt aan te komen.

Nu hebben nieuwe berekeningen laten zien dat donkere energie de oplossing kan vormen voor bovenstaand probleem. Donkere energie is de mysterieuze kracht die verantwoordelijk wordt gehouden voor de versnellende uitdijing van het heelal. Als donkere energie gebruikt wordt in het cyclische braanmodel, zal de cyclus duurzaam kunnen zijn – mits donkere energie blijft domineren voor een periode van 600 miljard jaar.

In eerdere cyclische modellen werd de rol van donkere energie zwaar onderschat. De nieuwe berekeningen laten zien dat donkere energie een enorm lange levensduur heeft en “absoluut onmisbaar is” voor het in stand houden van de leefbare regio’s in het heelal. Na iedere botsing zal een groot deel van het heelal onleefbaar worden en geheel verdwijnen in zwarte gaten.

Daarnaast zullen er een aantal regio’s van “normale” (leefbare) ruimte blijven bestaan, die vervolgens worden opgerekt onder invloed van donkere energie. De mate van oprekking is dan voldoende om genoeg ruimte over te houden na de volgende braanbotsing – cyclus na cyclus. “Het grootste deel van het universum zal verworden tot assen, maar het phoenix universum zal herrijzen uit de kleine zaden die het overleefd hebben”.



Bron: New Scientist

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65434998
25-01-2009

Rotsblok vergezelt aarde in baan rond zon


De baan van 2009 BD (blauw) valt vrijwel samen met die van de aarde.

Sterrenkundigen hebben half januari een ca. tien meter groot rotsblok ontdekt dat in vrijwel dezelfde baan om de zon draait als de aarde.

De planetoïde, met de catalogusaanduiding 2009 BD, bereikt vandaag zijn kleinste afstand tot onze planeet: ca. 640.000 kilometer, ofwel minder dan twee keer de afstand tot de maan. Die afstand varieert maar weinig, doordat de baan van 2009 BD vrijwel samenvalt met de baan van de aarde.

De omlooptijd bedraagt 369,3 dagen (de omlooptijd van de aarde is 365,25 dagen); de gemiddelde afstand tot de zon is slechts zeven promille groter dan die van de aarde. Wel is de baan van 2009 BD een klein beetje excentrischer dan de aardbaan, en ligt hij ook een tikje geheld.

Uit voorlopige baanberekeningen volgt dat het kleine rotsblok tot november 2010 op minder dan vijftien miljoen kilometer afstand zal blijven - dichtbij naar sterrenkundige begrippen.
Er zijn al eens eerder kleine planetoïden gevonden die zich gedurende langere tijd in de directe omgeving van de aarde ophielden. Het is niet uitgesloten dat zo'n klein hemellichaam in de verre toekomst een keer met de aarde in botsing komt.
Van 2009 BD is voorlopig echter geen concreet inslaggevaar te duchten, aldus de risico-analysten van NASA's Near-Earth Object Program.

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65547823
28-01-2009

Kies zelf wat Hubble gaat waarnemen


De Hubble Space Telescope in zijn baan om de aarde.

Ter gelegenheid van het Internationaal Jaar van de Sterrenkunde biedt het Space Telescope Science Institute iedereen de gelegenheid om te stemmen op een nieuw waarnemingsobject voor de succesvolle Hubble Space Telescope.

Bezoekers van de speciale website kunnen uit tien waarnemingsobjecten kiezen die nooit eerder door de ruimtetelescoop zijn bekeken. Wie een stem uitbrengt, maakt automatisch kans op een van de honderd foto's van het winnende object die ter beschikking worden gesteld.

Stemmen kan nog tot 1 maart; de resultaten worden begin april bekendgemaakt.

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  Moderator maandag 2 februari 2009 @ 16:54:28 #194
8781 crew  Frutsel
pi_65661701
quote:
Op zoek naar een tweede Aarde

TITUSVILLE - NASA heeft vrijdag een kleine telescoop onthuld met een meeslepende missie: ontdekken of er rondom afgelegen sterren misschien planeten cirkelen die op de Aarde lijken.
Astronomen hebben in andere zonnestelsel inmiddels meer dan 330 planeten ontdekt die sterren omcirkelen. Maar op geen enkele van die planeten lijkt leven mogelijk te zijn.

De Kepler-telescoop wordt op 5 maart de ruimte ingeschoten voor z'n missie: een zoektocht naar planeten die enigszins op de aarde lijken. Kepler is uitgerust met een 95 megapixel camera. Kepler gaat geen gemakkelijke klus doen. Volgens de onderzoekers is het als zoeken naar een naald in een hooiberg.
pi_65674487
02-02-2009

Actief sterrenstelsel gedetailleerd "ontleed"



Astronomen hebben nieuwe inzichten verkregen in het actieve sterrenstelsel Centaurus A (NGC 5128), aangezien de jets en lobben die afkomstig zijn van het centrale zwarte gat voor het eerst zijn waargenomen in submillimeter golflengten. De nieuwe gegevens zijn verkregen door het Atacama Pathfinder Experiment (APEX) in Chili en zijn gecombineerd met opnames in zichtbaar licht en röntgenstraling, hetgeen geresulteerd heeft in een schitterende nieuwe foto.

Centaurus A is het dichtstbijzijnde reuzensterrenstelsel en bevindt zich op een afstand van 13 miljoen lichtjaar, in de richting van het zuidelijke sterrenbeeld Centaurus. Het is een elliptisch sterrenstelsel dat momenteel in botsing is met een spiraalstelsel, hetgeen geresulteerd heeft in enorme stervorminggebieden. Als gevolg is Centaurus A één van de meest spectaculaire objecten aan de sterrenhemel. Centaurus A herbergt een zeer actief centrum, dat als gevolg van het alhier aanwezige zwarte gat zeer helder is en een krachtige emissie van radiogolven en röntgenstralen kent.

Op de foto zien we een stofring die het sterrenstelsel omringt, evenals snelle radiojets die afkomstig zijn uit het centrum, aanwijzingen voor het supermassieve zwarte gat in het hart van het sterrenstelsel. In submillimeter golflengten zien we niet alleen de gloed van de centrale stofschijf, maar ook de emissie van de centrale radiobron en de radiolobben ten noorden en zuiden van de schijf.

Metingen die verricht zijn van deze radio-emissie hebben uitgewezen dat de snelheid van het materiaal in de jets ongeveer de helft van de lichtsnelheid bedraagt. In röntgenstralen zien we de jets die afkomstig zijn van de kern van Centaurus A en de gloed die ontstaat als de uitdijende lobben in botsing komen met het omringende gas, waarbij een schokgolf ontstaat.



Bron: European Southern Observatory

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65896951
08-02-2009

Stardust 10 jaar



Vandaag is de 10e verjaardag van de Stardust ruimtesonde die nu meer dan 13,5 miljoen kilometers van de aarde verwijderd is. Het doel van de missie was het verzamelen van deeltjes afkomstig van de komeet Tempel-1, maar er werden veel meer dingen bereikt. Stardust werd op 7 februari 1999 gelanceerd werd met een Delta II raket vanaf Cape Canaveral.

Omdat de Delta II raket niet genoeg kracht had om Stardust in een keer in de gewenste baan te plaatsen, werd Stardust eerst in een baan geplaatst die in 2001 vlak bij de aarde langs zou scheren, door deze zwaartekrachtslinger werd de baan van Stardust zo aangepast dat deze in 2004 vlak bij Tempel 1 zou vliegen.





In 2000 werd een wolk stof gevonden waarvan men dacht dat deze uit interstellaire ruimte kwam. Men besloot om er achterste voren door heen te vliegen en de verzamelaar aan de achterkant te gebruiken om de stof deeltjes te vangen, dit werd nog eens gedaan in juli 2002. Op 2 november 2002 passeerde Stardust de asteroïde 5535 Annefrank op een afstand van 3300 km en nam er enkele foto's. Op Januari 2004 werd Stardust's tennisracketvormige aerogel collector opnieuw uitgeklapt om deeltjes van de komeet Wild 2 op te vangen.

Deze deeltjes hebben een snelheid tot wel 6,1 km per seconde, Stardust kwam op een afstand van 240 km bij Wild 2 langs. Hierna werd de collector ingeklapt en in de terugkeercapsule gestopt. Vlak bij de aarde werd de terugkeercpsule losgekoppeld en ontbrande Stardust zijn motoren, zodat hij niet op de aarde zou crashen. De terugkeercapsule lande op 15 januari 2006 in Utah, de interstelaire- en komeet deeltjes bij zich dragend, waarmee het de eerste Amerikaanse missie was die stalen had opgehaald buiten de baan van Mars.





Nadat Stardust zijn eerste missie had afgerond hernoemde NASA Stardust's missie tot Stardust-NEXT, wat staat voor Stardust- New Exploration of Tempel-1. Stardust-NExT is een goedkope Discovery program of Opportunity missie. Deze zal verder gaan met de observatie van de komeet Tempel 1, waarmee door Deep Impact was begonnen. De missie van Deep Impact is overigens ook verlengd deze heeft de naam EPOXI gekregen, het doel van deze missie is het vinden van exoplaneten door middel van zijn 2 telescopen.

In de verlengde missie zal de Stardust sonde een flyby doen langs de komeet Tempel 1 op 14 februari 2011. Gedurende de flyby, zal hij gedetailleerde foto's nemen van de kern en de staart, ook zal hij metingen doen van de samenstelling van de komeet. De missie planners hopen ook dat Stardust-NEXT belangrijke informatie zal verschaffen over hoe de Jupiter-familie kometen evolueren en hoe ze 4,6 miljard jaar geleden zijn ontstaan.

Bron: SPACE.com en Wikipedia

(Astrostart)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_65974803
11-02-2009

Nederlandse telescoop vindt drie pulsars

De zoektocht naar pulsars, een speciale klasse van neutronensterren, lijkt een zoektocht naar een speld in een hooiberg. Een Amsterdamse promovenda heeft er nu met behulp van de radiotelescoop in Westerbork in één keer drie gevonden. Het begin van een reeks aan bijzondere vondsten?

De Amsterdamse sterrenkunde-promovenda Gemma Janssen heeft drie radiopulsars ontdekt met de Westerbork Synthese Radio Telescoop (WSRT) in Dwingeloo. Ze publiceert haar resultaat binnenkort in Astronomy & Astrophysics. In totaal zijn nu 1800 pulsars bekend. De recent ontdekte pulsars zijn de eerste drie die vanuit Nederland zijn gevonden



Pulsars zijn neutronensterren, bollen neutronenmaterie, met een doorsnede van zo'n twintig kilometer, die na het sterven van zware sterren ontstaan. Deze exotische objecten hebben extreem sterke magneetvelden en vanaf de magnetische polen worden bundels radiogolven uitgezonden, vergelijkbaar met de lichtbundels van een vuurtoren.
Illustratie: Wikimedia Commons


De drie pulsars zijn ontdekt met de nieuwe pulsarmachine PuMa II, die begin 2006 in gebruik is genomen. De Westerbork Radiotelescoop bestaat uit 14 aparte schotels op een rij. Door de schotels als een interferometer te gebruiken kunnen zeer scherpe beelden van bijvoorbeeld uitgestrekte melkwegstelsels worden gemaakt. Voor onderzoek aan echte puntbronnen zoals radiopulsars, werden tot nu toe de signalen van alle schotels direct bij elkaar opgeteld. Hierdoor heeft de telescoop wel de grote gevoeligheid die nodig is om pulsars waar te nemen, maar een erg klein blikveld, en dat is ongunstig als je een groot stuk van de hemel wilt afspeuren.

Mozaïek
Om dit ‘nadeel’ van de Westerborktelescoop te compenseren heeft Janssen een nieuwe methode gebruikt, die enkele jaren geleden onder leiding van Janssens co-promotor dr. Ben Stappers is ontwikkeld. Die methode voegt de binnenkomende signalen van 12 telescopen van de array met behulp van speciale software samen. Het resultaat is een mozaïek, waarbij het grote beeldveld van de kleine afzonderlijke schotels wordt gecombineerd met de hoge resolutie en gevoeligheid van de hele array (in dit geval vergelijkbaar met een schotel van 74 m diameter).



De Westerbork Synthese Radio Telescoop (WSRT) is een radiotelescoop in Drenthe, die bestaat uit 14 losse parabolische schotels. Ze staan opgesteld in een rij van bijna drie kilometer lang, en zijn gevoelig voor radiostraling tussen 120 MHz en 8,3 GHz.
Foto: Onderwijsgek / Wikimedia Commons


Het zoeken naar pulsars is te vergelijken met het zoeken naar een speld in een hooiberg. Omdat de onderzoekers niet weten wat de eigenschappen van de te vinden pulsars zijn, en waar ze zich precies bevinden, is een intensieve zoekmethode vereist. De standaard manier om een pulsar te vinden werkt als volgt: de gegevens van de telescoop worden geanalyseerd voor alle mogelijke combinaties van pulsperiodes van de pulsar en afstanden waarop de pulsar zich bevindt. Het kost daardoor gemiddeld 24 uur rekentijd op de speciale pulsarmachine om een waarneming compleet te verwerken.



De Vela-pulsar is een van de weinige pulsars die ooit goed in beeld zijn gebracht. Het Chandra X-Ray Observatory maakte deze foto door de röntgenstraling die van het object af komt te meten. In de rechterbovenhoek is een van de 'jets' van de pulsar duidelijk zichtbaar.
Foto: NASA/Chandra X-Ray Observatory


Toevallige vondst
Ondanks de grote benodigde computerkracht heeft deze zoektocht een uniek voordeel: door de mozaïek-indeling van het totale beeldveld kunnen astronomen de posities van nieuwe pulsars al na twee waarnemingen met grote precisie vaststellen. De ontdekking van de drie pulsars bewijst dat de methode ook echt werkt. Het gaat om de eerste drie pulsars die aan de hand van hun gepulste signaal met de Westerbork telescoop zijn gevonden. In 1995 was bij toeval al een pulsar ontdekt op een radio-plaatje van een waarneming van Westerbork.
Gemma Janssen, die op 25 maart aan de Universiteit van Amsterdam haar proefschrift verdedigt, ziet de ontdekking van de drie pulsars als het begin van de zoektocht. “We verwachten nog veel meer pulsars en andere, soortgelijke radiobronnen te vinden doordat de analyse nu verder wordt verbeterd.”

Drs. Gemma Jansen promoveert op 25 maart aan de Universiteit van Amsterdam. De titel van haar proefschrift is High precision radio pulsar timing. Haar promotor is prof.dr. Michiel van der Klis.

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_66099764
14-02-2009

"Leven mogelijk op 100 biljoen triljoen planeten"



Als je een bewoonbare wereld een paar miljoenen jaren laat evolueren, moet zich er leven ontwikkelen
Astronoom



Het is haast onmogelijk dat er nergens anders in het heelal leven bestaat. Dat is de mening van een belangrijke astronoom die gelooft dat op liefst 100 biljoen triljoen andere planeten leven mogelijk is. Dat schrijft de Telegraph.

Geen ongeluk
Ooit zagen wetenschappers leven op Aarde als een ongeluk, iets wat maar één keer kan gebeuren. Intussen zijn ze al op die mening teruggekomen. Het wemelt van levende organismen in ons universum. Volgens Alan Boss van het Carnegie Institute in Washington DC zouden er evenveel Aardes als sterren kunnen zijn.

Telescoop
"Als je een bewoonbare wereld een paar miljoenen jaren laat evolueren, moet zich er leven ontwikkelen", zegt Boss. "Het is een beetje zoals een koelkast: zet ze uit en na een tijd begint er iets in te groeien." Hij gelooft dat zijn gedurfde uitspraken binnenkort bewezen zullen worden door telescoop Kepler, die over drie weken gelanceerd wordt met als doel planeten zoals de Aarde te dedecteren.

2.000 jaar wachten
Boss gelooft dat de telescoop binnen vier jaar al een planeet ontdekt zal hebben. Daarna wil hij grotere telescopen bouwen en een onbemande missie naar die planeet sturen. Die kan echter dertig lichtjaren ver liggen. Daardoor zal het waarschijnlijk tweeduizend jaar duren voor we informatie krijgen. Hij denkt dat er ook intelligent leven bestaat, maar de kans is heel klein dat we uitgerekend op zo'n planeet zullen stoten. Intelligent leven is immers heel vluchtig in het heelal. "De kans is klein dat wij er over honderdduizend jaar nog zijn", stelt de astronoom. (gb)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_66696802
Meteorieten "jagers" hebben de overblijfselen gevonden van de meteoriet die enige tijd geleden in Texas een vuurbal aan de hemel veroorzaakte. In eerste instantie dacht men dat het overblijfselen waren van de 2 crashende satelieten maar nu blijkt het toch echt om een buitenaards verschijnsel te gaan.

  Moderator vrijdag 6 maart 2009 @ 15:34:05 #200
8781 crew  Frutsel
pi_66768756
Morgen gaat de Kepler missie van start

http://en.wikipedia.org/wiki/Kepler_Mission

Life on other planets!
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')