quote:HORENDOL
Sinds Jan van Staa bij Twente als trainer de opgestapte Rini Coolen afloste, onderging de Enschedese voetbalclub een gedaanteverandering. Met aanvallend voetbal werd een ongeslagen reeks wedstrijden neergezet, die pas afgelopen zaterdag door Heerenveen beëindigd werd. Indachtig die resultaten hadden de beleidsmakers van Twente kunnen overwegen de kleine ex-voetballer als hoofdtrainer langer aan zich te binden, maar men is vanaf het begin van Van Staa’s aantreden op zoek geweest naar een ‘echte’ opvolger van Coolen. Die zoektocht werd dinsdag afgesloten met de presentatie van het duo Rutten-Eijkelkamp, in een afgeladen perszaal.
En Jan van Staa? Die wordt scout, zo werd en passant meegedeeld.
Verrassend is dat eigenlijk niet. Jan van Staa is een succesvolle tussenpaus geweest, maar ambieerde een hoofdtrainerschap niet. In een interview in Voetbal International van 15 maart keek hij terug op zijn burn-out, die hij vijf jaar geleden kreeg als trainer van Go Ahead Eagles. ,,Sindsdien sta ik anders in het leven’’, zei Van Staa. ,,Ik heb leren relativeren, wil nog steeds iedereen helpen, maar zeg vaker nee. Ik vlieg niet meer op alles af, denk vaker aan mezelf.’’ Daarmee gooide hij in feite zijn eigen ruiten in. Hoewel de club onder zijn leiding met stip op de ranglijst steeg en de liefkozende bijnaam ‘stuntman’, die Van Staa daarvoor opgeprikt kreeg van de supporters, heeft het bestuur van Twente nooit overwogen hem ook voor komend seizoen hoofdtrainer te maken.
Waarom eigenlijk niet? Wordt Van Staa tegen zichzelf in bescherming genomen? Voorziet de Twenteleiding een nieuwe burn-out?
In de interviewtjes op televisie, na de wedstrijden van Twente, ratelde Van Staa iedere keer weer zonder adem te halen aan één stuk door. Hij vertelde over zijn ouders, die nog in Utrecht woonden. Stikzenuwachtig waren ze. Van de spanning konden ze nauwelijks meer slapen, zei hij. Ondertussen schoten de pupillen van zijn kraaloogjes heen en weer.
Jan van Staa, na vijf jaar weer terug in het middelpunt van de belangstelling, genoot met volle teugen, maar als buitenstaander bekroop je toch een ongemakkelijk gevoel bij het aanhoren van zijn ellenlange verhalen. Wat deed Van Staa zichzelf en zijn ouders aan met deze nieuwe stressbaan?
In het al gememoreerde interview in VI gaf Van Staa tevens een omschrijving van zichzelf. “Ik kan heel primair denken en reageren”, zei hij. “Ik ben druk en aanwezig. Ik enthousiasmeer en animeer, ben toegankelijk. Bij mij is het: Kom binnen, ga zitten, kop koffie erbij, praten.”
Dat de koffie van de intrinsieke spanning steevast gemorst wordt en het schoteltje iedere keer weer vol bruin vocht ligt, vertelt hij er niet bij. Van Staa is, wat men noemt, een druk baasje. Dat was hij als voetballer van FC Utrecht en Heracles overigens al.
“Als trainer wordt er veel energie van je gevraagd”, zei hij in De Telegraaf op 17 maart. “Voor mij is dat geen probleem, want van nature ben ik al zo. Maar het moet wel ergens op zijn gebaseerd. Het werkt niet om als een 'Pipo de clown' langs de lijn te gaan rennen.”
Dat deed Van Staa dus niet. Maar rustig werd hij ook niet van zijn nieuwe functie bij FC Twente. In de dug-out zagen we hem elke wedstrijd constant overleggen met assistent Evert Bleuming, die na negentig minuten met toeterende oren de kleedkamer opzocht, terwijl Van Staa voor de camera’s van Talpa gesleept werd en daar nog een verhaal afstak.
Als voetballer kan je met zo iemand een paar weken werken, maar het moment dat het op de zenuwen gaat werken, komt onherroepelijk. Het is verstandig van het Twentebestuur dat ze dit moment voorzien hebben en Van Staa weer naar de achtergrond hebben gedirigeerd. Volgend jaar mag Fred Rutten spreekbuis voor de club zijn, een rol die hem heel wat minder makkelijk afgaat dan de rad van de tong gesneden Van Staa.
Maar de Twentespelers zullen niet horendol worden van het geleuter van Van Staa. Zij zullen de stillere Rutten als een verademing ervaren. En Van Staa? Die mag gaan scouten.
Ik zie hem al terugkeren van zo’n reis, als hij verslag uitbrengt bij zijn nieuwe baas. Fred Rutten mag daar gerust een uurtje of drie, vier voor uittrekken.
quote:GRENSGEVAL
De laatste tijd is hij hot, zoals dat zo mooi heet. Zonder twijfel is hij één van de opvallendste voetballers van de tweede seizoenshelft tot nu toe. In de elf wedstrijden die hij speelde, schoot hij al zeven keer raak. Dat is veel, zeker voor een middenvelder. Het gaat natuurlijk om de man die Roda JC weer wat plezier heeft gegeven, de Duitser Simon Cziommer.
Ruim een kwart eeuw geleden werd Cziommer, die door Roda JC is gehuurd van het Duitse Schalke, geboren. Zijn wieg stond in het Duitse Nordhorn maar reeds op jonge leeftijd kwam hij terecht bij FC Twente. Daar bleek hij in de opleiding al snel één van de betere spelers. Het was dan ook niet verwonderlijk dat hij al snel mocht debuteren in het eerste elftal. Het was in het seizoen 1999/00 en ik kan me nog herinneren dat zijn naam voor het eerst opdook, ongeveer gelijktijdig met die van Thijs Houwing. Deze spits werd door velen gezien als een groot talent, terwijl Cziommer daarna nog enkele seizoenen nodig had om een vaste waarde te worden. Pas in het seizoen 2002/03 was hij echt op dreef. Toen ging het ook direct prima, want diverse topteams informeerden bij hem. Hij koos voor een terugkeer naar zijn geboorteland bij Schalke 04, maar dat wist hij niet te slagen. Hij werd weer verhuurd aan Twente en nu dus aan Roda JC. Duitsland en Cziommer lijkt geen gelukkige combinatie.
Dat is toch vreemd, voor een man die de Duitse deugden met de paplepel ingegoten kreeg en die vermengde met de vrijzinnigheid in de Nederlandse opleiding. Cziommer is wat je noemt een grensgeval, een speler die twee werelden verenigt. Zijn Duitse kant uit zich het best in kwaliteiten die je ook met Duitse termen moet omschrijven. Cziommer heeft Laufpensum, zoals de Duitsers dat noemen. Daarnaast kan hij als geen ander lekker Duits irritant zijn. Zijn trukendoos ging in de bekerwedstrijd tegen Ajax recent nog helemaal open. Zeuren, kramp veinzen, alles kwam terug. Daarnaast wil hij strijd leveren, is hij lekker fanatiek. Kämpfen en niet anders.
Maar in Duitsland zag men vooral de Nederlandse kant van Cziommer. Daar was hij een speler die te veel de voetballende oplossing wilde zoeken, te vaak diep wil gaan voor een middenvelder. Te creatief voor de vaak starre systemen zoals men ze bij onze oosterburen hanteert. Cziommer was een frivole technicus, die in Duitse ogen te weinig resultaatgericht bezig was. Gek toch, dat de voetbalfilosofie van twee buurlanden zo kan verschillen en een groot effect kan hebben op spelers die van beide kanten iets mee pikken. Vast staat wel dat hij in Nederland meer op zijn sterke punten wordt beoordeeld en men zijn Duitse trekjes voor lief neemt, waar dat in Duitsland precies andersom was.
In beide landen is men het echter wel eens over zijn traptechniek. Die is geweldig en dat demonstreert hij nu bij Roda JC vrijwel wekelijks. Ook Cziommer zal Roda vermoedelijk niet richting Europees voetbal leiden, maar zijn impact op de Limburgse ploeg is groot. Cziommer gaat met de mijnwerkerslamp in de hand voor in de strijd, stimuleert teammaats en presteert zelf geweldig. Want zijn huidige doelpuntenaantal is voor zijn doen ongekend hoog. Heel Nederland ziet het blijkbaar, want in een recente internetpoll zag ik dat de stemmers hem al betitelden als beste vrije trappen nemer in de eredivisie. Daarmee blijft hij zelfs erkende specialisten als Van Hooijdonk, Yildirim en Farfán voor.
Dat is lekker, vooral voor Simon zelf. Want na dit seizoen loopt zijn contract af bij Schalke. Zijn topvorm kon dus op geen beter moment komen. De interesse neemt toe en Cziommer kan het ijzer gaan smeden nu het gloeiend heet is. Diverse subtoppers uit Nederland hebben al warme belangstelling, maar ook bij Ajax en Feyenoord kietelt het al een beetje. Die zien wel wat in die fanatieke Duitser met Nederlandse trekjes. Het kan dus zomaar gebeuren dat hij straks ineens bij een Nederlandse topclub een herkansing krijgt, na zijn mislukte avontuur in Gelsenkirchen. Zeker als hij de komende tijd zo blijft spelen en er nog wat vrije trappen of afstandsschoten in jast.
Het kan verkeren, zeker in het voetbal. Cziommer bewijst dat het zelfs op korte termijn mogelijk is. Hij speelt zich in een wedstrijd of vijftien mogelijk van tribuneklant bij Schalke tot selectielied van pakweg Ajax of Feyenoord. Hadden ze destijds bij zijn debuut vast ook niet gedacht. En oh ja, Thijs Houwing… Die kreeg deze week te horen dat zijn contract bij Cambuur Leeuwarden niet wordt verlengd en gaat een onzekere toekomst tegemoet. In het gekste geval kijkt hij in juni na een overschrijving naar een hoofdklasser naar zijn oude maatje Cziommer op televisie, als die zomaar ineens een invitatie krijgt van de Duitse bondscoach. Die denkt namelijk ook niet in grenzen. Het kan verkeren.
Hopelijk wordt je vrije dag niet verpest door mijn verhalenquote:Op woensdag 29 maart 2006 16:07 schreef methodmich het volgende:
Okee Beschouw, ik zal vrijdag wel even een inhaalslag doen op mijn ADV-dag dan! Ga ik ze allemaal nog even langs.
Co bondscoach geweest?quote:Grote man achter het succes van de Alkmaarders was trainer Co Adriaanse. In het seizoen 2004/2005 verbaasde de oud-bondscoach met zijn ploeg Nederland, én Europa.
In 2054 welquote:
Dank je voor je commentaar/beoordeling.quote:Op zaterdag 1 april 2006 11:23 schreef methodmich het volgende:
Beschouw: Quincy mooi zielig stukje over een warmbloedige jongen in het koude verre buitenland.
Guus leuk, duidelijk verwoord hoe je over de handig door de media draaiende Guus denkt.
Kromkamp / Van Bommel een leuk gevonden omdraaiing, dat Marco eigenlijk Bommel via Jantje aanspreekt.
Ruudje een leuk stuk, leuk verzonnen van de lezende Leontien.
Van Staa, tja, het is een aparte, maar ben het wel met je eens dat de man eigenlijk als scout beter op zijn plaats is.
Wanneer komt-ie?quote:Op zondag 2 april 2006 16:25 schreef methodmich het volgende:
Mijn volgende gaat over Edgar Marcelino vermoedelijk.
was toch 1 van de talenten van de portugeese jeugd-elftallenquote:Op zondag 2 april 2006 16:37 schreef methodmich het volgende:
Dat is dan ook het trieste lot van een Portugees in Roosendaal.
quote:ALS JE HAAR MAAR GOED ZIT
Hij dook afgelopen zomer op, als toch vrij spectaculaire aanwinst van RBC Roosendaal. Want hoe vaak komt het voor dat een degradatiekandidaat zomaar een jeugdinternational uit Portugal kan huren van topclub Sporting? Er werd in de marge van de eredivisie dan ook best iets verwacht van Edgar Marcelino. Hij arriveerde toen de zon nog scheen, keek eens rond en zag dat het goed was. Dit kon wel eens wat worden.
Edgar Marcelino presenteerde zich als een typisch Portugese speler. Haar keurig in model, langer dan bij de gemiddelde man. Modieus bandje om het uit zijn ogen te houden en op het veld in het bezit van een sierlijke tred. Edgar moest het raspaardje tussen de werkende en ploegende knollen in het oranje worden. Zoals eerder Pius Ikedia deed, daar op de Roosendaalse rechterflank.
In de voorbereiding leek het nog wel wat te kunnen worden. Edgar maakte zijn acties en liet zien dat hij wel degelijk terecht in de Portugese jeugdteams had gestaan. Maar toch voelde hij zich wel eens vreemd, in een ploeg die voor de beker werd uitgeschakeld door Gemert. Mannen die overdag nog moesten werken, had hij zich laten vertellen door José Fortes Rodriquez, die hij goed kon verstaan. Geen sierlijke figuren zoals hij, die genieten van de zon op de bol. Die er dan eens een actie uitgooien. Nee, spierballenvoetballers die er op uit waren om spelers als Edgar Marcelino het voetballen moeilijk te maken.
Het bleek een voorbode voor een seizoen vol onbegrip. Trainer Dolf Roks was een aardige man, maar die was vooral gewend succes te boeken met amateurs. Van die jongens die voetbal terecht als hobby zien, omdat ze nog een andere baan hebben. Edgar ziet het spelletje als een betaald pleziertje en vergeet nog wel eens wat er bij het profleven komt kijken. Hij botste meermaals met Roks, verliet vroegtijdig trainingen en kon het publiek ook niet echt voor zich winnen.
Wat moest RBC met deze speler, die niet geschikt was voor degradatievoetbal? Edgar speelt al naar gelang zijn stemming. Maar vooral met het ultieme doel om schoon te blijven. Een schone broek is voor hem een teken van macht, van baas zijn over de bal en de tegenstanders. De bal krijgen, een actie maken en dan voorgeven. Of een steekpass, vooruit. Geen slidings, geen vieze broek. Het haar netjes, armpje in de lucht om het applaus te incasseren en dan weer verder naar het volgende moment. Evengoed is hij tijden afwezig en doet dan maar weer eens wat. Zo werkt dat bij staartteams in Portugal, waar de defensie wordt dichtgespijkerd en de artiesten het voorin mogen uitzoeken. Maar hier moest Edgar ineens gaan lopen zonder bal. Inzet tonen, een vieze broek krijgen. Hoofdschuddend zag hij het aan.
Steeds vaker was hij reserve, steeds vaker baalde hij. Van Nederland, van RBC, van de trainer, van het weer. Natuurlijk, ook hij begreep wel dat de club het zwaar had en dat de punten moesten komen, maar je kan van een spelers als hij toch niet gaan verwachten dat hij gaat zwoegen zoals Björn Daelemans? Met de trainerswissel Maaskant voor Roks hoopte hij nog op verbetering. Motivatiekunstenaar Maaskant, de man van de briefjes met opbeurende teksten, kon hem wellicht wel doorgronden. Hij hoopte op een boodschap. Dat hij eens naar de Belgische competitie moest kijken bijvoorbeeld, bij Standard Luik. Oh, wat had hij graag willen voetballen als Sérgio Conceição, zijn favoriete buitenspeler. Die is daar de grote man, ook dikwijls met een schone broek en het haar immer goed in model.
Helaas, het is hem niet gelukt. Zelden zal een speler zo slecht bij een club hebben gepast als in dit geval. Edgar Marcelino liet weliswaar wat vleugjes klasse zien, had wat assists, maar kon nooit echt overtuigen. Het applaus kwam zelden, de broek bleef steeds vaker gevrijwaard van vlekken omdat hij niet in actie hoefde te komen. RBC stevende af op degradatie en had meer aan oude strijders als Henk Vos dan aan de sierlijke Portugees. Nog maar een paar potjes, dan is het klaar. Dan stapt hij op het vliegtuig en keert hij terug naar eigen land. Hij zal vermoedelijk niet uitgezwaaid gaan worden op het vliegveld. Maar ach, het maakt hem ook niet veel uit. Net zoals de rest van de huurlingen kan RBC hem diep van binnen gestolen worden. Straks zit hij weer in de zon en mag hij weer doen wat hij zo graag doet. Bij een promovendus of een team als Estrela Amadora, nonchalant op rechts en altijd met een schoon broekje. Talent is niet altijd een zegen.
| Forum Opties | |
|---|---|
| Forumhop: | |
| Hop naar: | |