Reactievergelijking kloppend maken?quote:Op zondag 11 december 2005 19:37 schreef marleenhoofd- het volgende:
een vraag waar ik niet uit kom van scheikunde:
3b. De pH van een ammoniakoplossing is 9,85 (T=298K). Bereken de molariteit van de oplossing.
(. is maal)
mijn antwoord: 2,8.10^-4 mol.L-1
het juiste antwoord: 3,5.10^-4 mol.L-1
mijn berekening:
NH3+H20 (pijltjes heen en terug) NH4+ + OH-
pOH=14,00-pH=14,00-9,85=4,15
4,15=-log[OH-]
-4,15=log[OH-]
[OH-]=10^4,15=[NH4+]
Kb=[NH4+][OH-]/[NH3] = 1,8.10^-5
[NH3]=((10^-4,15)^2)/(1,8.10^-5)=2,8.10^-4
maar dat is dus fout.. weet/ziet iemand toevallig wat ik fout gedaan heb??? mijn klasgenoten reageren niet op msn:') en zelf kom ik er echt niet uit en heb morgen proefwerk
Ik denk dat dit een poging is om de ontsnappingssnelheid uit te rekenen van een planeet oid?quote:Op maandag 12 december 2005 13:12 schreef speknek het volgende:
Ik snap er geen reet van. Ik heb nu deze vergelijking (en die zal ook wel niet kloppen).
[afbeelding]
Maar wat voor maat wordt het dan? km/m3/kg maal s2? wat is dat?.
Ah, ik zie het: de centripetale kracht wordt gelijk gesteld aan de zwaartekracht:quote:Op maandag 12 december 2005 15:03 schreef speknek het volgende:
Nee het ging om de snelheid die een planeet draait in een baan om een zwaar object (in dit geval de complete massa van de melkweg). Het ging dus om het totale gewicht van die binnenste melkweg.
Maar bedankt voor je uitleg.
Right, beetje vreemde en onduidelijk vraag maar daar is de FEW dan ook goed in.quote:Op donderdag 8 december 2005 14:59 schreef Vigile het volgende:
Tentamen vraagje voor management accounting, en ik kan de berekening nergens vinden...iemand een idee?
Van een machine wordt verwacht dat hij voor de volgende 6 jaar ¤400.0000 kosten per jaar bespaart. Als een bedrijf een “hurdle rate” heeft van 10% en te maken heeft met een inkomstenbelastingpercentage van 30%, bedraagt de netto contante cash flow:
A. ¤522.600.
B. ¤947.520.
C. ¤1.219.400.
D. ¤1.742.000.
Ik volg dan ook een inleidend sterrenkunde college voor dummiesquote:Op maandag 12 december 2005 15:32 schreef Haushofer het volgende:
Ah, ik zie het: de centripetale kracht wordt gelijk gesteld aan de zwaartekracht:
G*M*m/r2= mv2/r
Maar da's wel klassiek natuurlijk![]()
Je krijgt (gewoon de vergelijking omschrijven): M = (v2*r)/G en daar de eenheden invullen levert gewoon (kg) voor M (en dat moet natuurlijk ookquote:Op maandag 12 december 2005 13:12 schreef speknek het volgende:
Ik snap er geen reet van. Ik heb nu deze vergelijking (en die zal ook wel niet kloppen).
[afbeelding]
Maar wat voor maat wordt het dan? km/m3/kg maal s2? wat is dat?.
Leuk manquote:Op maandag 12 december 2005 19:00 schreef speknek het volgende:
[..]
Ik volg dan ook een inleidend sterrenkunde college voor dummies.
En rond die tijd mag ik mijn inleiding programmeren in Java doenquote:Op maandag 12 december 2005 22:04 schreef whosvegas het volgende:
Binnenkort (15-02) examen gestructureerd programmeren
Zonet heb ik me aangemeld
Volgens mij is het handiger om meteen de belasting eraf te halen in elk jaar.quote:Op maandag 12 december 2005 16:12 schreef Beluga het volgende:
[..]
Right, beetje vreemde en onduidelijk vraag maar daar is de FEW dan ook goed in.
Je begint met het verdisconteren van de 6 jaren besparingen:
jaar 1 363636,3636
jaar 2 330578,5124
jaar 3 300525,9204
jaar 4 273205,3821
jaar 5 248368,5292
jaar 6 225789,572
totaal 1742104,28 (eventueel antwoord D)
Dan haal je daar die inkomensbelasting af en je komt op 1219472,996
Das bijna antwoord C, veel verder kan ik je ook niet helpen
Ik vrees btw dat je dat tentamen al gehad hebt, maar toch, succes!
Krijg je bij natuurkunde ook programmeren of volg je een cursus?quote:Op maandag 12 december 2005 22:11 schreef Haushofer het volgende:
[..]
En rond die tijd mag ik mijn inleiding programmeren in Java doen
Maakt wiskundig gezien natuurlijk echt geen flikker uit.quote:Op maandag 12 december 2005 22:31 schreef mrbombastic het volgende:
[..]
Volgens mij is het handiger om meteen de belasting eraf te halen in elk jaar.
Dan NCW = som van t=1 tot 6 (400000*(1-0.3)/1.1^t) = 280000* som van t=1 tot 6 (1/1.1)^t = 280000 * (0.91^7-1) / (0.91-1) - 280000 = 1.219.473![]()
Ja, het is een vak wat ik 2 jaar terug al had moeten halenquote:Op maandag 12 december 2005 22:34 schreef whosvegas het volgende:
[..]
Krijg je bij natuurkunde ook programmeren of volg je een cursus?
In de module die ik aan het doen ben wordt ook Java gebruikt om het afgeleide algoritme in uit te werken. Omdat ik al in C++ kon programmeren had ik met Java geen moeite. Maar met wiskunde had ik des te meer moeite (is ook te zien aan de vragen die hier stelde)
Boven en onder met hetzelfde vermenigvuldigen! Je moet ook (ab)^(-2) even schrijven als a^(-2) en b^(-2). Begin eens met boven en onder met a^2 te vermenigvuldigen.quote:Op dinsdag 13 december 2005 21:40 schreef Intergalactrick het volgende:
Hoe doe je dit?
2a^2b^-3
________ Delen door
4(ab)^-2
En dat moet je herleiden tot een vorm zonder negatieve exponenten.
Ik heb het antwoord al, namelijk
a^4
____
2b
Maar hoe doe je dat?
Nou, vraag 1: Ze moeten 600m aflegen. Dus 600 = 4.9t^2 moeten we oplossen. 600 / 4.9 ~ 120 (iets meer), wortel daarvan ongeveer 11. (11x11 = 121). Dus jouw antwoord klopt. Als je het ook nog zo hebt berekend, top.quote:Op dinsdag 13 december 2005 21:15 schreef Guusie het volgende:
Met spoed, ik kom er niet uit, het is wiskuden A2, dus geen moeilijke natuurkunde formules! Hier komen de vragen:
Vrije val op aarde kan beschreven worden door de formule: s = 4.9t^2 s = valweg in meters en t = tijd in seconden. Je laat kogeltjes vallen vanaf een luchtballon 600 meter boven de aarde.
Vraag 1: Bereken na hoeveel seconden de kogeltjes op aarde terecht kwamen: dit is 11.07
Vraag 2: Met welke snelgeid in km/u kwamen de kogels op het dak van de schuur terecht
Vraag 3: Op welke hoogte had de ballon moeten vliegen zodat de snelheid waarmee de kogeltjes op het dak terecht kwamen was gehalveerd.
Ik weet alle antwoorden, maar ik kan het zelf niet berekenen, vraag 1 wel.
Heel erg bedankt!
Hee! Thnx man! Ik snap het!quote:Op dinsdag 13 december 2005 21:55 schreef AtraBilis het volgende:
[..]
Nou, vraag 1: Ze moeten 600m aflegen. Dus 600 = 4.9t^2 moeten we oplossen. 600 / 4.9 ~ 120 (iets meer), wortel daarvan ongeveer 11. (11x11 = 121). Dus jouw antwoord klopt. Als je het ook nog zo hebt berekend, top.
Voor vraag 2. Snelheid druk je uit in meter per seconde. We willen dus de verandering van de afstand weten (dat is immers je snelheid). (Dit is cruciaal. Hier wordt het begrip bijgebracht dat de verandering van afstand snelheid is. Om te zien hoe formules voor afstand, snelheid (en acceleratie) met elkaar in verband staan d.m.v. differentieren/integreren wil je dit snappen. Als je dat niet wilt, dan gewoon het truukje leren.) Dat vraagt om een afgeleide. Differentiëren we het, dan komen we op (v staat voor snelheid) v = 9.8t, dat klinkt logisch, aangezien de valversnelling inderdaad zo'n 10m/s^2 bedraagt. We wisten al uit de vorige vraag dat 't ding 11s valt, dus 11*9.8 = 107.8 m/s.
Dan vraag 3: Halve snelheid betekent dat-ie maar 5.5s mag vallen, in plaats van 11 (want elke seconde komt er 9.8 bij). Dus, als ie 5.5 s kan vallen, dan moeten we dus zorgen dat s = 4.9t^2 precies gaat passen. 5.5^2 ~ 30, dus 4.9 * 30 = 150 - 3 = 147. Op 147m hoogte dus. (Dat is dus veel minder dan de helft. Dat is ook logisch, want elke seconde dat zo'n kogel valt neemt z'n snelheid toe, dus elke seconde legt hij meer af als hij langer valt, dus hoe harder 't ding moet gaan, hoe meer je telkens omhoog moet.)
Oh ja, berekeningen zijn uit het hoofd, dus voor het gemak hier en daar afgerond. Maar de preciezere waarden met te veel significante cijfers kun je zelf wel uitrekenen denk ik.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |