Voor wie de toespraak van Naftaniel wil lezen:
Excellenties, vrienden van CIDI, dames en heren,
Laat ik beginnen met alle deelnemers aan dit symposium veel dank te zeggen voor hun boeiende inbreng. We hebben vandaag een veelheid aan standpunten gehoord over de positie van de Joodse gemeenschap en Israel. Het is ondoenlijk dit alles in mijn slotwoord samen te vatten. Het is ons voornemen een boek over dit symposium uit te geven, waarin u één en ander nog eens kan nalezen. Ook zijn teksten op onze internetsite te bekijken. Laat ik één uitzondering maken, daarna volgen mijn opmerkingen:
In zijn toespraak vanochtend nam premier Balkenende in duidelijke termen afstand van de rol van Nederlandse ambtenaren tijdens de Jodenvervolging. Nooit eerder heb ik een Nederlands premier horen erkennen dat: “er Nederlandse gezagsdragers waren die meewerkten met de bezetters, en bijdroegen aan een gruwelijk proces waarin Joodse Nederlanders hun rechten werden ontnomen en waarin de menselijke waardigheid van Joodse landgenomen werd geschonden.” Nooit heb ik zo duidelijk dit gedrag van Nederlandse ambtenaren horen koppelen aan het falend overheidsbeleid jegens de Joden na de oorlog. Voor deze eerlijkheid naar de geschiedenis, naar de Nederlandse samenleving en naar de Joodse gemeenschap verdient Jan Peter Balkenende lof.
Want als je de geschiedenis ontkent of naar eigen believen inkleurt, valt er niets te leren voor de toekomst. En dat leren, is wat wij willen. Het is de reden waarom CIDI, als wij straks 60 jaar bevrijding vieren, een viertal initiatieven ontplooit, die ogenschijnlijk weinig met elkaar te maken hebben, maar alle gericht zijn op de wens: Nooit weer. Geen discriminatie, nooit weer uitstoting en vervolging. Niet voor Joden, niet voor anderen. Niet in Nederland en niet elders.
Op 2 mei zullen bussen met Marokkanen naar Westerbork gaan. Op diezelfde dag vertrekt ook een bus met leerlingen van het Huygens College, een zwarte school in Amsterdam, naar Auschwitz. Beide reizen worden gemaakt om de kennis over de Shoah te vergroten. Op 3 mei zal in de Hollandse Schouwburg de heruitgave worden gepresenteerd van Pressers monumentale boek Ondergang. Bij alle drie projecten is CIDI intensief betrokken.
Eind mei zullen we samen met twee Islamitische organisaties en Radar en het COC het initiatief nemen voor het landelijk verspreiden van het World of Difference programma, dat voor het voortgezet onderwijs bestemd is. Het programma bestrijdt vooroordelen en kweekt respect voor een pluriforme samenleving.
Dames en heren,
Er is een hoop veranderd sedert de eerste directeur Bob Levisson 30 jaar geleden in een achterkamertje van zijn huis de eerste publicaties van het CIDI over Israel schreef. Zo is de invloed van het communisme, jarenlang de gelegenheidsbondgenoot van de Palestijnen, praktisch verdwenen. Anders dan in 1975 is niemand meer bang voor Arabische olie chantage. De Arabische staten hebben (treurig genoeg) de afgelopen periode geen spoor van vooruitgang geboekt. Volgens het recent verschenen derde Human Development Report van de Verenigde Naties heerst er in die landen alom onderdrukking en armoede.
Europa is in die dertig jaar sterker, groter en verenigder geworden. Dat is de besluitvaardigheid inzake de buitenlands politiek evenwel niet ten goede gekomen. Wat wel hetzelfde bleef, is de bezetting van de Westoever en de Gazastrook, hoewel Israel al het in 1967 veroverd gebied teruggaf aan die landen, die vrede met de Joodse staat sloten. Dat kan ook nu nog met de Palestijnen gebeuren. Het bezoek dat premier Sharon vandaag aan de VS brengt om over de terug-trekking uit Gaza en een deel van de Westoever te praten, stemt hoopvol, ondanks de absurde obstruc-tie dit weekeinde van een aantal Joodse extremisten, dat geen vrede wil. Echte vrede dient gebaseerd te zijn op een veilig en erkend Israel en de totstand-koming van een levensvatbare Palestijnse staat.
Een ware revolutie voltrok zich op het gebied van de communicatie. Internet brengt het laatste nieuws – en ook vele uitingen van haat en geweld - bij iedereen thuis. Toen CIDI net was opgericht was de stencilmachine het belangrijkste wapen tegen desinformatie. Twintig jaar geleden kon je scoren door op de tv een toelichting te geven op de verkiezingsuitslag in Israel. Nu kan men 35 kanalen ontvangen en zapt men weg. Via de satelliet kunnen direct betrokkenen meteen hun verhaal kwijt.
Tegen die achtergrond is CIDI de afgelopen 30 jaar uitgegroeid van een informatie centrum naar een actieve partij in de Nederlandse samenleving, die het beleid daadwerkelijk wil beïnvloeden. Betrokken, strijdbaar en voortdurend bereid tot dialoog. Zich altijd inzettend voor Israels recht op vrede, voor democratie, voor mensenrechten en voor respect.
Dames en heren,
Laat mij twee ingrijpende veranderingen bij de kop nemen die nu de agenda van CIDI bepalen: de verhouding Westen-Islam en de positie van het diaspora Jodendom.
De elfde september en de aanslagen in Madrid, Bali, Casablanca en Istanboel, hebben de wereld wakker geschud over het terrorisme. Er is niets laffer en gruwelijker dan onschuldige burgers te gebruiken voor politieke doelstellingen. Bittere armoede, Westerse arrogantie, de coca-cola cultuur en bezetting van land zijn vaak als vergoelijking voor deze bloedige acties aangevoerd. Maar het zijn voze redeneringen. Honderden miljoenen mensen lijden onder armoede, zuchten onder bezetting en geweld en ergeren zich aan een cultuur die de hunne niet is, maar ze gebruiken geen geweld. Zeker niet tegen weerloze burgers. De terreurdaden op de elfde september en daarna waren gericht tegen het Westen en vinden hun oorsprong in een extremistische uitleg van de Islam. De daders van het geweld waren geen arme, verbitterde rechtelozen, maar goed opgeleide fundamentalistische studenten. Geen zee is hen te hoog om hun wil aan onze samenleving op te leggen. Het enige mogelijke antwoord hierop is een versterking van het antiterrorisme beleid. Israel wist dat al eerder.
Jarenlang was in het westen kritiek op het Israëlische antiterrorisme beleid heel gewoon. Na de genoemde aanslagen is die kritiek iets geluwd. Het zijn thans extremistische moslims, die via het internet en de satelliet tv haatcampagnes voeren tegen de VS als de grote en Israel als de kleine satan. Israel en de VS zouden de wereld willen domineren Wie had kunnen denken dat typische Westerse uitwassen, als “De Protocollen van de Wijzen van Zion” en “Mein Kampf” in deze kringen zo populair zouden worden? Ook extreemrechts bedient zich van deze geschriften.
Tegen dit soort bejegeningen streed CIDI 30 jaar geleden ook al. We zullen, nu de Israel haters nieuwe communicatietechnieken gebruiken, doorgaan hen te bevechten. Ondanks ons oprechte streven naar dialoog tussen Joden en Moslims, zullen we niet dulden – nu niet en in de toekomst niet - dat Arabische extremisten de Joodse staat, het Zionisme en het Jodendom besmeuren en de Westerse samenleving ontwrichten.
We moeten evenwel scherp in de gaten houden dat de overgrote meerderheid van de in Europa levende Moslims niets met deze extremistische ideeen van doen heeft. Vergeleken met 30 jaar geleden is de samenstelling van de bevolking in Europa aanzienlijk veranderd. In Nederland wonen nu bijna 1 miljoen Moslims. Dat geeft het leven meer kleur.
Het gemak waarmee Nederlanders terreurdaden terugkoppelen naar deze bevolkingsgroep geeft mij regelmatig een vieze smaak in de mond. Vooral na de moord op Van Gogh is in ons land het leefklimaat onaangenaam verscherpt. Haat en geweld tegen Moslim scholen en moskeeën zijn onacceptabel. Dat geldt ook voor de voortdurende roep vanuit de samenleving, dat Islamitische organisaties zich moeten excuseren voor daden waar zij part noch deel aan hebben.
CIDI zal niet er niet in berusten dat goedwillende Moslims slachtoffer worden van fascistoïde Londsdale jongeren en anderen. We zullen onze Islamitische broeders alle mogelijke democratische technieken in handen geven racisme effectief te bestrijden en tevens justitie en politie aan hun taak helpen herinneren kwetsbaren in onze samenleving te beschermen. De implementatie van de Nederlandse antiracisme wetgeving is nu nog te traag, inconsistent en visieloos.
Wij Joden kennen maar al te goed het proces van discriminatie: Eerst de stereotypering van een bevolkingsgroep, dan het zwart maken van hun cultuur, vervolgens de obsessie met hetgeen leden van die bevolkingsgroep al dan niet doen, dan het demoniseren en tot slot de uitsluiting of uitstoting van heel die groep. Dat is ons zo vaak overkomen en die ideologie leeft nog steeds in sommige Arabische staten. Maar in Nederland en Europa mag zoiets niet opnieuw gebeuren, ook niet in het prilste stadium. Tegen niemand. Daar staat CIDI voor.
CIDI streeft er dan ook naar in de komende tijd onze Joodse ervaring in sterkere mate dan voorheen aan de samenleving aan te bieden. Daartoe zoeken we meer de samenwerking met anderen op en gaan we de dialoog aan. We gaan met kracht meebouwen aan een vreedzaam en veilig Europa door onze ervaringen met de Europese samenleving uit te dragen en het respect voor andere volkeren, culturen en godsdiensten te vergroten.
Dames en heren,
In onze statuten staat, dat CIDI zijn activiteiten verricht ten behoeve van de Nederlands Joodse Gemeenschap. Dat betekende dertig jaar lang inzet voor Israel en het Joodse volk. Maar is er over dertig jaar in Nederland nog wel sprake is van een levensvatbare Joodse gemeenschap? De voorspellingen zijn somber. Met uitzondering van Duitsland zijn in heel Europa de Joodse gemeen-schappen op hun retour. Ook in de VS is dat het geval. American Jewish Committee voorspelt dat er over twintig jaar in de VS nog maar 4 miljoen Joden zullen wonen. Nu zijn het nog zo’n 5,5 miljoen. Alleen in Israel zal het aantal Joden substantieel toenemen tot 6,4 miljoen.
In Nederland waren er volgens het sociaal demografisch onderzoek van Joods Maatschappelijk Werk uit 1999 nog 43.309 Joden, als je tenminste de zogenaamde vaderjoden meetelt. Met een geboortecijfer van 1,5 en een kwart aan mensen boven de 65 zal dit aantal over dertig jaar scherp zijn afgenomen. Een groot deel zal uit gemengde huwelijken bestaan. Van de huidige Nederlandse Joden is slechts 28% lid van een kerkgenootschap, terwijl 43% zegt een overwegend positieve binding met het Jodendom te hebben.
De assimilatie gaat dus steeds sneller en gemakkelijker. Tijdens de Verlichting moesten Joden nog actief hun identiteit verloochenen om tot de maatschappij door te dringen. Heine, de componisten Mendelsohn en Mahler en de familie Marx gingen daarom tot het Christendom over. Tegenwoordig zijn Joden zo goed geïntegreerd dat ze volledig passief kunnen blijven om van hun Joods-zijn af te komen. Ze lossen vanzelf op.
Als de georganiseerde Joodse gemeenschap er in de toekomst niet in slaagt deze zogenaamde ‘randjoden’ bij zijn activiteiten te betrekken, zijn de woorden van premier Balkenende vanochtend gelijk aan een requiem Hij zei toen, dat Nederland “trots mag zijn op al dat talent, al die energie en betrokkenheid van Joodse landgenoten, die in de loop der eeuwen onze cultuur en samenleving hebben gevormd”. We lopen het risico dat die bijdrage aan de samenleving ophoudt, terwijl we nog zoveel te bieden hebben.
Bovenstaande onderzoeken laten evenwel ook nog iets anders zien. Het blijkt dat Joden hun identiteit vaak ontlenen aan hun band met Israel. Zo geven Nederlandse Joden tweemaal zo vaak geld uit aan doelen in Israel dan voor Joodse doelen in Nederland. De VS laat een soortgelijk beeld zien. Daaruit put CIDI hoop.
Door zich in Nederland stelselmatig te keren tegen buitenproportionele beschuldigingen tegen Israel en consequent voor het democratische Israel op te komen, is CIDI wellicht in staat de cruciale band tussen Israel en de diaspora bij te sturen. Daarbij zullen wij ons met kracht verzetten tegen pogingen de Joodse staat te delegitimeren. Stelselmatige delegitimatie van Israel door de samenleving leidt bij mensen, die toch al weinig Joodse banden hebben, tot het verder ondermijnen van hun Joodse identiteit. Hoe meer Israel in het verdomhoekje wordt gezet, hoe groter de afstand van deze Joden tot het land wordt en hoe meer er geknaagd wordt aan hun Joodse identiteit. Als Joden niet meer trots op Israel kunnen zijn, wenden zij zich af.
CIDI wil de trots over Israel, voor zover nodig, helpen terugbrengen. Daartoe willen we als brug fungeren tussen Israel en Nederland. Israel is immers meer dan politiek. De staat betekent een zekerstelling voor het Joodse volk en is een geestelijke inspiratiebron. Voor Nederland en de rest van de wereld is de staat bovendien een centrum van cultuur en wetenschap. Met die activiteiten willen we de diaspora een bloedtransfusie toedienen. Zonder inspiratie uit Israel is die diaspora op lange termijn niet levensvatbaar. Zonder diaspora wordt Israel een wees, die in moeilijke tijden de steun van zijn ouders hard zal missen.
Kortom; CIDI zal zich met kracht blijven inzetten voor Israel en het Joodse volk. We zullen werken aan meer respect tussen mensen, aan vrede, veiligheid en democratie. Met een team van bevlogen medewerkers zullen we er naar streven dat met andere middelen, in een andere situatie, bereikt wordt, waarvan de oprichters van CIDI dertig jaar geleden droomden.
Dames en heren,
Voordat we een glas gaan heffen en een koshere snack nuttigen, wil ik tot slot mijn dank uitspreken aan allen die het werk van CIDI de afgelopen jaren mogelijk hebben gemaakt: de oprichters en de donateurs zonder wie wij als particuliere stichting niet zouden kunnen functioneren. Onze medewerkers. In de eerste plaats Hadassa Hirschfeld, die al jaren met volle overgave werkt aan ons gemeenschappelijke doel en een grote steun voor mij is. Eran Nagan die vandaag de presentatie deed, maar ook essentieel was bij de voorbereiding van dit symposium. Louis en Iet van Zuylen, die al dertig jaar, inderdaad vanaf het begin, onze administratie verzorgen. Het bestuur en met name onze voorzitter John Manheim, die ons inspireert, ons de vrije hand laat, maar er altijd is als we hem nodig hebben.
Tot slot wil ik de vele Nederlanders bedanken voor hun grote interesse in ons werk. Het feit dat wij in Europa het enige Centrum Informatie en Documentatie Israel zijn, en al zo lang bestaan, spreekt boekdelen.