Waar ik mijn tijd al niet voor opoffer… Ja ik ben van answering-islam, is dat een probleem? Zeggen dat answering-islam je vragen niet zou beantwoorden maar je mailbox vol zou gooien met mail is wel een hele grote leugen. Het draait bij ons juist om discussie, niet om onze mening aan iemand anders op te leggen.
Laten we eens kijken naar een aantal andere koranvertalingen;
Sher Ali: 6:34 And the Messengers indeed have been rejected before thee, but notwithstanding their rejection and persecution they remained patient until OUR help came to them. There is none to change the words of ALLAH. And there have already come to thee some of the tidings of the past Messengers
Shakir 6:34 And certainly apostles before you were rejected, but they were patient on being rejected and persecuted until Our help came to them; and there is none to change the words of Allah, and certainly there has come to you some information about the apostles.
Yusuf Ali 6:34 Rejected were the apostles before thee: with patience and constancy they bore their rejection and their wrongs, until Our aid did reach them: there is none that can alter the words (and decrees) of God. Already hast thou received some account of those apostles
Palmer 6:34 Called liars too were apostles before thee; but they were patient of being called liars and of being hurt until our help came to them; for there is none to change the words of God - now has there come to thee the story of those He sent.
Sale 6:34 And apostles before thee have been accounted liars: But they patiently bore their being accounted liars, and their being vexed, until our help came unto them; for there is none who can change the words of God: And thou hast received some information concerning those who have been [formerly] sent [from him].
Rodwell 6:34 Before thee have apostles already been charged with falsehood: but they bore the charge and the wrong with constancy, till our help came to them; - for none can change the words of God. But this history of His Sent Ones hath already reached thee.
Speciaal voor mensen als jij is er een artikel geschreven; “wat zegt de Koran over de Joodse en christelijke geschriften?”, wat mij, godzijdank, behoorlijk wat tijd bespaard.
De koran leert dat de islam de gecontinueerde trouwe religie is in dezelfde lijn als de profeten die voor Mohammeds tijd er waren: Hij schreef u dezelfde godsdienst voor, die Hij aan Noach oplegden en ... die Wij Abraham, Mozes en Jezus oplegden. (Soera 42:13)[i] . Het gevolg van deze kijk is dat de Geschriften gegeven door deze profeten als ware Geschriften van God worden beschouwd: Wij geloven in hetgeen ons is geopenbaard en hetgeen u is geopenbaard; en onze God en uw God is Eén. (Soera 29:46).
De Schrift bevestigend
In de koran zijn er veel verwijzingen naar de joodse en christelijke Heilige Boeken. De koran spreekt in feite de christenen en joden aan in termen van het Boek: O, mensen van het Boek (Soera 5:68). De koran beweert dat hij de leer van deze eerdere Boeken bevestigt:
O, mensen van het Boek, gelooft in hetgeen Wij hebben nedergezonden, vervullende hetgeen bij u is... (Soera 4: 47)
Gods opdracht voor de mensen van het Boek
Christenen en joden worden in de koran als de bewaarders van de Schrift genoemd: ... omdat hun de bewaking van Allah's Boek was opgelegd en zij waren daarvan getuigen. (Soera 5:44). God gaf de Schrift aan de christenen en de joden zodat zij aan de gehele wereld en ieder volk de ware kennis van God bekend konden maken: En toen Allah een verbond sloot met degenen, die het Boek gegeven was, zeide Hij: "Gij zult dit aan de mensen bekend maken en het niet verbergen... (Soera 3:187). Sommigen van de joden en christenenen vervulden deze opdracht, anderen niet. Zoals er ook getrouwe en ongetrouwe moslims zijn zo maakt de koran onderscheid tussen de getrouwe en ongetrouwe christenen en joden.
De Ongetrouwen: De koran beschrijft het gedrag of ongetrouwe christenen en joden als volgt:
1. De waarheid van de Schrift verbergend: En wie is onrechtvaardiger, dan hij, die een getuigenis verbergt, die hij van Allah heeft? (Soera 2:140).
2. Het geven van onjuist onderwijs en het vergeten van wat zij van hun Schrift gehoord hadden: En voorzeker, onder hen zijn er, die hun tong verdraaien, terwijl zij het Boek voordragen, opdat gij het van het Boek moogt achten, hoewel het niet van het Boek is. (Soera 3:78)
Zij rukken de woorden uit hun verband en hebben een deel van hetgeen hun was vermaand, vergeten. (Soera 5:13)
3. Winst najagen met de Geschriften:
En toen Allah een verbond sloot met degenen, die het Boek gegeven was, zeide Hij: "Gij zult dit aan de mensen bekend maken en het niet verbergen." Maar zij verwaarloosden dat voor luttel gewin. Kwaad was hetgeen zij in ruil namen. (Soera 3:187)
4. Sommige van de joden waren overtreders en die het Boek niet kenden schreven vals Schrift:
Maar de onrechtvaardigen vervingen het woord door een ander, dat niet tegen hen gesproken was. (Soera 2:59) En sommigen hunner zijn ongeletterd; zij weten niets van het Boek, maar hebben hun valse denkbeelden: zij vermoeden slechts. Wee daarom degenen, die een boek met hun eigen handen schrijven en dan zeggen: "Dit is van Allah", opdat zij er een onwaardige prijs voor kunnen nemen. (Soera 2:78-79)
De Getrouwen: De koran leert dat er getrouwe christenen en joden zijn:
Zij zijn niet allen gelijk. Onder de mensen van het Boek is een oprechte groep, die het Woord van Allah in de uren van de nacht opzegt en zich met het gelaat ter aarde werpt. Zij geloven in Allah en de laatste Dag en gebieden het goede en verbieden het kwade en wedijveren met elkander in goede werken. Dezen behoren tot de rechtvaardigen. En het goede dat zij doen, zal niet worden ontkend en Allah kent de Godvrezenden. (Soera 3:113-115)
En gij zult degenen die zeggen: "Wij zijn Christenen" het vriendschappelijkst vinden jegens de gelovigen. Dit is, wijl er onder hen geleerden en monniken zijn en wijl zij niet trots zijn. (Soera 5:85)
Volgens de koran deden de getrouwe christenen en joden niet wat de Ongetrouwen deden; zij gehoorzaamden hun Geschriften en aanbaden God. Maar wat betreft hun Geschriften?
Beschouwt de koran de Schrift van de joden en christenen als zijnde gecorrumpeerd door de Ongetrouwen? Of zijn zij bewaard gebleven door de Getrouwen? Of zegt de koran dat alleen gedeelten van hun Schrift waarheid bevatten? Om deze vragen te beantwoorden moeten we kijken naar wat de koran over de joodse en christelijke Schrift zegt.
De koranische kijk op de joodse en christelijke Schrift
1. De koran leert dat al de Schrift op dezelfde manier gerespecteerd dient te worden:
gij die gelooft, gelooft in Allah en Zijn boodschapper en in het Boek dat Hij Zijn boodschapper heeft geopenbaard, en in het Boek, dat Hij voordien openbaarde. En wie Allah en Zijn engelen en Zijn Boeken en Zijn boodschappers en de laatste Dag verwerpt, is waarlijk ver afgedwaald. (Soera 4:136)
Zeg: "Wij geloven in Allah en in hetgeen ons werd geopenbaard en hetgeen werd geopenbaard aan Abraham, Ismaël, Izaäk, Jacob, en de stammen en hetgeen aan Mozes en Jezus en de profeten door hun Heer werd gegeven. Wij maken geen onderscheid tussen wie dan ook van hen. (Soera 3:84)
2. De torah (taura) die aan Mozes gegeven was, en het evangelie (indjiel) dat aan Jezus gegeven was, zijn de Geschriften die de joden en christenen bezitten:
Hun, die de boodschapper, de reine profeet volgen, die zij [bij zich][ii] in de Torah en het Evangelie beschreven vinden (Soera 7:157)
En toen een Boek van Allah tot hen kwam, vervullend datgene, dat bij hen was... (Soera 2:89)
Dus, de koran verwijst niet naar de Schrift die joden en christenen in het verleden bezaten, en nu verloren is gegaan. Sterker nog, de torah gegeven aan Mozes en het evangelie gegeven aan Jezus, is de Schrift die zij bij zich (de christenen en de joden) hadden in de tijd van Mohammed.
3. De koran leert dat die de voorgaande Schrift bevestigt en verder uitlegt:
En deze Koran kon door niemand buiten Allah worden voortgebracht. Integendeel, hij is de vervulling van datgene wat er vóór was en is een uiteenzetting van de Wet door de Heer der Werelden, daaraan is geen twijfel. (Soera 10:37)
Waarlijk deze Koran legt aan de kinderen van Israël veel uit van hetgeen waaromtrent zij verschillen. (Soera 27:76)
Dus, de koran ziet zichzelf als de bewaarder van de boodschap van al de Schrift: En Wij hebben u het Boek (de Koran) met de waarheid geopenbaard vervullende hetgeen daarvóór in het Boek (de Bijbel) was (verkondigd) en als bewaker daarover...(Soera 5:48).
4. Een moslim wordt geïnstrueerd, wanneer hij discussieert met een jood over schoon/ halal eten, om de jood bewijs uit de wet van Mozes hierover te laten geven. Zeg: "Komt met de Torah en leest haar als gij waarachtig zijt." (Soera 3:93). Hoe kan hij bewijs uit de wet geven en het bestuderen om de waarheid te bepalen, als die gecorrumpeerd of geabrogeerd is? De Schrift moet betrouwbaar zijn om zo’n opdracht te geven. Dezelfde aanname wordt ook in het volgende vers gevonden: En zij zeggen: "Niemand, behalve de Joden en de Christenen, zal ooit de Hemel binnengaan." Dat zijn hun ijdele wensen. Zeg: "Toont uw bewijs, als gij waarachtig zijt". (Soera 2:111).
5. Leert de koran dat het de joodse en christelijke Schrift heeft geabrogeerd? Enkele wijzen naar 2:106 om dit te bewijzen. Echter, als het geabrogeerd is dan heeft het zijn grenzen, omdat vijf verzen na 2:106 de koran de christenen en joden vraagt om uw bewijs te tonen (Soera 2:111) van hun Geschriften. Dit zou een irrelevante en tegenstrijdige opdracht zijn als het zojuist heeft geleerd dat hun Schrift geabrogeerd was. In feite, slechts dertig verzen na 2:106 zegt de koran dat het geen onderscheid maakt (Soera 2:136) tussen zichzelf en elk ander eerder Schrift. Al-Boechari zegt dat 2:106 verwijst naar de afschaffing binnen de koran zelf:
Verteld door Ibn Abbas: Oemar zei, “Oebai was de beste van ons in de recitatie (van de koran) maar we hebben wat weggelaten van wat hij reciteerde”. Oebai zegt, “Ik heb het van de mond van Allah’s Apostel vernomen en zal het niet voor iets anders laten”. Maar Allah zei: “Welk teken Wij ook opheffen of doen vergeten, daarvoor brengen Wij betere of daaraan gelijke.” (Soera 2:106). (Boechari: deel 6, hadith 527, p. 489; boek LXI)
6. In het volgende vers wordt naar de Boeken van Mozes verwezen als een betrouwbare bron van Gods waarschuwing: Is hem niet verteld over hetgeen in de geschriften van Mozes staat (Soera 53:36). Dus, er is geen excuus voor degene die het ontkent.
7. Zeg: "O, mensen van het Boek, gij steunt op niets voordat gij de Torah en het Evangelie en hetgeen u van uw Heer is nedergezonden, onderhoudt. (Soera 5: 68). Hoe kunnen de joden of christenen, de Torah en het Evangelie onderhouden, als de Torah en het evangelie zijn gecorrumpeerd of geabrogeerd? Opnieuw neemt de koran aan dat deze Geschriften het betrouwbare woord van God zijn.
8. Toen Mohammed in macht groeide werd hij vaak geroepen om als rechter op te treden en meningsverschillen te beslechten. Echter, toen de joden en christenen tot hem kwamen verwees hij hen naar hun eigen Geschriften om Gods oordeel te weten:
Hoe zullen zij u [Mohammed] tot rechter maken wanneer zij de Torah bij zich hebben waarin Allah's oordeel is? ...Wij gaven hem [Jezus] het Evangelie, dat licht en leiding bevatte, bevestigende hetgeen daarvóór in de Torah was en een leiding en een vermaning voor de godvrezenden. En laat de mensen van het Evangelie richten naar hetgeen Allah daarin heeft geopenbaard... (Soera 5:43-48)
Opnieuw verwijst de koran naar deze boeken als Gods betrouwbare Geschriften naar wie de joden en christenen zich zouden moeten wenden als zij Gods wil wensen te weten. Deze Geschriften moeten als betrouwbaar beschouwd worden als de koran de joden en christenen instrueert om zich eraan te onderwerpen.
9. In de volgende verzen zien we de joden en christenen verzocht worden om de waarheid van hun Geschriften te leren en deze te gehoorzamen: Zeg: "O, mensen van het Boek, overdrijft uw godsdienst niet ten onrechte (Soera 5:77) Beveelt gij de mensen het goede te doen en vergeet daarbij u zelf, hoewel gij het Boek leest? Wilt gij dan niet begrijpen? (Soera 2:44). Christenen en joden konden niet hun Geschriften onderwijzen en gehoorzamen als deze waren gecorrumpeerd.
10. De Schrift die voor de koran bestond moest geraadpleegd worden door of Mohammed of door zijn Arabische tijdgenoten als zij in twijfel waren over de boodschap die aan Mohammed was gegeven: En als gij over hetgeen Wij tot u hebben nedergezonden twijfelt, vraagt dan degenen die het Boek vóór u hebben gelezen. (Soera 10:94). Dus die eerdere Schrift moest wel betrouwbaar zijn om zo’n verzoek te doen.
11. Hier worden de eerdere Geschriften van de joden en christenen aangehaald om de waarheid van Mohammeds missie te bewijzen.
Hun, die de boodschapper, de reine profeet volgen, die zij in de Torah en het Evangelie beschreven vinden. (Soera 7:157)
En zij (de ongelovigen) zeggen: "Waarom brengt hij ons geen teken van zijn Heer?" Is er dan geen duidelijk teken tot hen gekomen in hetgeen in de vroegere geschriften staat? (Soera 20:133)
En het is zeker in de geschriften[iii] der vroegere volkeren (vermeld). Is het geen teken voor hen dat de geleerden onder de kinderen van Israël het weten (Soera 26:196-197)
Hoe kunnen deze Geschriften worden aangehaald, om te bewijzen dat Mohammed waar is, als zij zijn gecorrumpeerd? De koran moest deze Geschriften als betrouwbaar zien om zo’n verzoek te doen.
Wat zijn de joodse en christelijke Geschriften?
De joden en christenen hebben altijd hetzelfde boek gedeeld. De koran ziet dit ook: De joden zeggen:” De christenen baseren zich op niets”, en de christenen zeggen: “De joden baseren zich op niets.” En toch lezen zij het boek voor. (Soera 2:113). In het jodendom wordt het de tonach of hebreeuwse bijbel, en in het christelijk geloof, het oude testament genoemd. In dit boek zijn de torah (wet van Mozes), de profeten, en de psalmen. Dat zijn de Geschriften van de joodse profeten voor Jezus komst. Jezus zei over deze Schrift: dat alles wat over Mij geschreven staat in de wet van Mozes en de profeten en de psalmen moet vervuld worden. (Lucas 24:44)[iv] Omdat Jezus dit zei hebben de christenen altijd die Schrift gerespecteerd. Die Schrift is het eerste deel van de christelijke bijbel.
Er is een boek waarover veel joden het niet eens zijn met de christenen: het evangelie. Christenen accepteren het evangelie als Schrift. Veel oude kopieën van dit boek van Mohammeds tijd en ervoor, bestaan vandaag de dag nog. Het Boek van het evangelie wordt het nieuwe testament genoemd door christenen; dat is het tweede deel van de bijbel.
Dus al de Schrift van zowel joden als van christenen worden in de bijbel weer gegeven. Er bestaan vandaag de dag oude kopie Geschriften uit de tijd van Mohammed en honderden jaren voor hem. Geleerden gebruiken deze oude Geschriften om aan te tonen dat de hedendaagse bijbels authentiek zijn.
Conclusie
De koran handhaaft dat de Geschriften van de joden en christenen het woord van God is en maakt geen onderscheid tussen deze heilige boeken. Daarom als u een moslim bent zou u de bijbel niet moeten aanvallen - de koran houdt hem zelf hoog! De bijbel wordt onderwezen om een bron van leiding te zijn voor joden en christenen en ieder die de wil van God wil weten, en daarom beveelt de koran joden en christenen aan hun Schrift te gehoorzamen en vraagt hen nooit om die te ontkennen. De koran zegt dat de joodse en christelijke Schrift de komst van Mohammed voorspellen het zegt nergens dat de getrouwe joden of christenen hun Schrift hebben gecorrumpeerd.
De koran vraagt nergens een christen of jood om hem te accepteren omdat hun eigen Schrift corrupt is geworden, sterker nog: zij worden gevraagd de koran te accepteren omdat de koran beweert: 1. de leer van de joodse en christelijke Schrift te bevestigen, 2. dat Mohammed voorspelt wordt in de torah en het evangelie, 3. de koranische leer verduidelijkt wat de joden en christenen niet goed van hun eigen Geschriften konden begrijpen. Als de koran serieus wordt genomen dan moeten de beweringen die hij maakt beproefd worden. Als zijn beweringen waar zijn dan is dat bewijs om dit boek te accepteren als het Woord van God. Als zijn beweringen onjuist zijn dan faalt het zijn eigen beproeving en dient dit boek verworpen te worden.
Laten we nu eens kijken of deze beweringen van de koran waar zijn.
Mohammed beweert een profeet van God te zijn. Christenen kunnen zijn bewering niet als onmogelijk verwerpen omdat christenen geloven dat God profeten heeft gezonden. Maar dit betekent niet dat christenen blind moeten accepteren dat Mohammed een profeet is, dat zou dwaas en ongehoorzaam zijn, in plaats daarvan worden we geboden om profeten te beproeven om te bepalen of zij van God zijn. Mohammed is òf een ware profeet òf hij is een valse profeet. We moeten hem beproeven om te zien wat hij is. Ben jij gereed om Mohammed te beproeven zoals God geboden heeft?
Hoe moeten we een profeet beproeven? We beproeven een profeet door te onderzoeken of zijn profetie waar is. De profetie van Mohammed is in de koran opgeschreven dus moeten we beproeven wat de koran zegt om te zien of Mohammed een ware profeet is.
De koran doet drie beweringen waarom Mohammed een ware profeet is. Deze beweringen zijn “beproefbaar”. Deze zijn:
1. De koran bevestigt het onderwijs van de joodse en christelijke Geschriften.
2. De koran verduidelijkt het onderwijs van de joodse en christelijke Geschriften.
3. Mohammed wordt voorspeld in de joodse en christelijke Geschriften.
Merk op: Al de joodse en christelijke Geschriften zijn in de bijbel opgenomen. Deze bevatten de torah, de psalmen, de profeten en het evangelie.
Voor de rest van dit artikel wens ik deze beweringen serieus te nemen en ze te beproeven. Ik bid dat de lezer geen excuses zoekt om deze beproeving te vermijden maar eerder God zal gehoorzamen en de waarheid te zoeken.
Bevestigt de koran de bijbel?
O, mensen van het Boek, gelooft in hetgeen Wij hebben nedergezonden, vervullende hetgeen bij u is… (Soera 4:47)[ii]
In bepaalde opzichten bevestigt de koran de bijbel. Bijvoorbeeld de bijbel leert dat er alleen één God is en dat hij de schepper van alle dingen is en dat er een dag is waarop God over de mensen zal oordelen. De koran leert ook deze ideeën en bevestigt dus de bijbel. Echter bij veel andere belangrijke punten weerspreekt de koran het onderwijs van de bijbel en dus bevestigt hij de bijbel niet helemaal. Hier zijn enkele korte voorbeelden:
Vechten voor God
In het evangelie leerde Jezus erg duidelijk dat christenen niet voor hun religie moeten vechten. Zijn apostelen leerden ook hetzelfde:
Keer hem ook de andere wang toe … hebt u vijanden lief en bidt voor wie u vervolgen. (Mattheüs 5:39, 44)
Breng uw zwaard weer op zijn plaats, want allen die naar het zwaard grijpen, zullen door het zwaard omkomen. (Mattheüs 26:52)
Want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van deze duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten. (Efeziërs 6:12)
Maar in de koran wordt gezegd dat het evangelie leerde dat vechten voor God (religie) acceptabel is:
Zij vechten voor de zaak van Allah en zij doden en worden gedood - een onfeilbare belofte in de Torah en het Evangelie en de Koran. (Soera 9:111)
Wat de koran leert over het evangelie is verkeerd. Het evangelie verbiedt duidelijk vechten voor religie. De koran bevestigt de bijbel op dit belangrijke punt niet.
De straf voor een dief
In de bijbel is de straf voor stelen dat de dief het gestolen goed moet terugbetalen plus een additioneel bedrag ter compensatie (Leviticus 6:1-5, Exodus 22:3-4). Als de dief niet kan terugbetalen is hij gedwongen te werken om zijn schuld terug te betalen (Exodus 22:1). De maximum lengte die hij moet werken is zes jaar, dan moet hij vrij worden gelaten (Deuteronomium 15:12-14). Dit type van recht is een vermogensstraf voor een vermogensdelict.
In de koran echter moet de hand van een dief afgehouwen worden:
En snijdt de dief en de dievegge de hand af. (Soera 5:38)
Dit soort van straf is een permanente levenslange fysieke bestraffing voor een vermogensdelict. Het koranische onderwijs bevestigt in geen enkel opzicht het bijbelse onderwijs.
Dezelfde vrouw hertrouwen
In de torah gebiedt God Mozes dat een man zijn vrouw niet moet hertrouwen als zij na hem te hebben verlaten een andere man heeft getrouwd. In feite zei God dat het gruwelijk is om zoiets te doen.
Wanneer iemand een vrouw genomen en gehuwd heeft, dan zal, - als hij haar geen genegenheid toedraagt, omdat hij iets onbehoorlijks aan haar gevonden heeft, en hij een scheidbrief geschreven en haar die overhandigd heeft, waarna hij haar uit zijn huis heeft weggezonden; en als zij dan uit zijn huis vertrokken, haars weegs gegaan en de vrouw van een ander geworden is; en als dan de laatste man een afkeer van haar krijgt, een scheidbrief schrijft, haar die overhandigt en haar uit zijn huis wegzendt; of als de laatste man, die haar tot vrouw genomen heeft, gestorven is – dan zal de eerst echtgenoot, die haar weggezonden heeft, haar niet opnieuw tot vrouw mogen nemen, nadat zij verontreinigd is geworden; want dat is een gruwel voor het aangezicht van de HERE. (Deuteronomium 24:1-4)
Echter, de koran staat een man toe om zijn vrouw te hertrouwen als zij na hem te hebben verlaten met een andere man getrouwd is geweest:
Indien hij van haar (ten derden male) scheidt, is zij voor hem niet meer geoorloofd, voordat ze een andere echtgenoot heeft gehuwd en indien deze van haar scheidt, zal het voor hen geen zonde zijn, tot elkander terug te keren… (Soera 2:230)
Wat de koran toestaat daarvan zegt de bijbel dat het gruwelijk is, dus de koran bevestigt de bijbel niet.
De dood van Jezus
In de bijbel leerde Jezus duidelijk dat hij zou sterven en uit de dood opgewekt worden:
Van toen aan begon Jezus Christus zijn discipelen te tonen, dat Hij naar Jeruzalem moest gaan en veel lijden van de zijde van de oudsten en overpiesters en schriftgeleerden en gedood worden en ten derde dage opgewekt worden. (Mattheüs 16:21)
Jezus zei ook dat zijn dood en opstanding was wat de profeten voor hem hadden voorspeld:
Hij zei tot hen: Dit zijn mijn woorden, die Ik tot u sprak, toen Ik nog bij u was, dat alles wat over Mij geschreven staat in de wet van Mozes en de profeten en de psalmen moet vervuld worden. Toen opende Hij hun verstand, zodat zij de Schriften begrepen. En Hij zei tot hen: Aldus staat er geschreven, dat de Christus moest lijden en ten derde dage opstaan uit de doden, en dat in zijn naam moest gepredikt worden bekering tot vergeving van de zonden aan alle volken, te beginnen bij Jeruzalem. (Lucas 24:45-47)
Jezus legt ook de betekenis van zijn dood uit:
Wie onder u groot wil worden, zal uw dienaar zijn, en wie onder u de eerste wil zijn, zal uw slaaf zij; gelijk de Zoon van de mensen niet gekomen is om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen. (Mattheüs 20:26-28)
Echter, wanneer de koran over de dood van Jezus aan het kruis spreekt zegt de koran dat hij werkelijk nooit stierf!
En om hun [de joden] zeggen: "Wij hebben de Messias, Jezus, zoon van Maria, de boodschapper van Allah gedood", - maar zij doodden hem niet, noch kruisigden zij hem (ten dode), - doch het werd hun verward, … zij doodden hem gewis niet, Integendeel, Allah verhief hem tot Zich en Allah is Almachtig, Alwijs. (Soera 4:157)
Jezus leerde dat zijn dood aan het kruis diende om voor onze zonde te betalen en dat het deel van Gods werk was dat hij kwam verrichten. Echter in de koran is Jezus’ dood aan het kruis helemaal geen dood. Dus de koran bevestigt de bijbel op dit meest cruciale punt niet.
Het verslag van Noach
De koran hervertelt ook veel van de bijbelse verslagen incorrect. Hier zijn twee korte voorbeelden. De bijbel leert duidelijk dat al Noachs zonen met hem in de ark gingen.
Dit is de geschiedenis van Noach, Noach was onder zijn tijdgenoten een rechtvaardig en onberispelijk man; Noach wandelde met God. En Noach verwekte drie zonen: Sem, Cham en Jafeth. .. En de HERE zei tot Noach: Ga in de ark, u en geheel uw huis, want u heb Ik in dit geslacht voor mijn aangezicht rechtvaardig bevonden. ... En Noach ging met zijn zonen en zijn vrouw en de vrouwen zijner zonen met hem, in de ark vanwege de wateren van de vloed. (Genesis 6:9-10, 7:1, 7:7)
Echter, in de koran ging één van Noachs zonen de ark niet in:
En Noach riep tot zijn zoon, die zich afzijdig hield: "O mijn zoon, scheep u met ons in en wees niet met de ongelovigen." Hij antwoordde: "Ik zal mijn toevlucht weldra op een berg zoeken, die mij tegen het water zal beschermen." … En een golf kwam tussen beiden, hij behoorde tot de drenkelingen. (Soera 11:42-43)
Dus het verhaal van Noach in de koran bevestigt de bijbelse lezing niet.
De plagen in Egypte
De bijbel verslaat in groot detail de plagen die God op Egypte zond. Dit kan in Exodus 7 – 11 gevonden worden. Hieronder een samenvatting van de plagen:
1. Het water in bloed veranderend. (Exodus 7:14-24)
2. Kikkers. (8:1-15)
3. Muggen. (8:16-19)
4. Vliegen. (8:20-32)
5. Veepest. (9:1-7)
6. Zweren. (9:8-12)
7. Hagel. (9:13-35)
8. Sprinkhanen. (10:1-20)
9. Duisternis. (10:21-29)
10. Dood van de eerstgeborenen. (11:1-10)
In de koran worden we verteld dat één van de plagen een overstroming was:
Toen zonden Wij de storm en de sprinkhanen en de luizen en de kikvorsen en bloed over hen - als duidelijke tekenen, doch zij gedroegen zich hoogmoedig en waren een schuldig volk. (Soera 7:133)
Dit is juist verkeerd; een overstroming was niet één van de plagen die God naar Egypte stuurde. Dus opnieuw zien we dat de koran de bijbel niet bevestigt.
Conclusie: De koran beweert het onderwijs van de bijbel te bevestigen. Echter, wanneer zijn onderwijs wordt vergeleken met dat van de bijbel zien we dat de koran de bijbel op grote en kleine punten niet bevestigt. Ongetwijfeld kunnen veel excuses geleverd worden om de koran voor dit falen te excuseren, maar waarom leunen op excuses? De koran beweert het onderwijs van de bijbel te bevestigen maar doet het niet en is daarom niet ware en echte profetie van God.
Verduidelijkt de koran het onderwijs van de bijbel?
En deze Koran kon door niemand buiten Allah worden voortgebracht. Integendeel, hij is de vervulling van datgene wat er vóór was en is een uiteenzetting van de Wet door de Heer der Werelden, daaraan is geen twijfel. (Soera 10:37)
Waarlijk deze Koran legt aan de kinderen van Israël veel uit van hetgeen waaromtrent zij verschillen. (Soera 27:76)
De dood van Jezus
In de bijbel wordt de dood van Jezus aan het kruis zeer duidelijk uitgelegd. Zowel Jezus als zijn discipelen leerden dat Jezus’ dood nodig waren om voor onze zonden te betalen zodat wij van het oordeel van God gered kunnen worden.
Jezus zei:
De Zoon van de mensen nis niet gekomen om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen. (Mattheüs 20:28)
De apostel Petrus leerde:
Want ook Christus is eenmaal om de zonden gestorven als rechtvaardige voor onrechtvaardigen, opdat Hij u tot God zou brengen. (1 Petrus 3:18)
De apostel Paulus leerde:
Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek van de wet door voor ons een vloek te worden; want er staat geschreven: Vervloekt is een ieder, die aan het hout hangt. Zo is de zegen van Abraham tot de heidenen gekomen in Jezus Christus. (Galaten 3:13-14)
De apostel Johannes leerde:
Hij (Jezus) is het verzoenende offer voor onze zonden, en niet alleen voor onze maar ook voor de zonden van de gehele wereld.
Het bovenstaande citaat toont aan dat de bijbel de dood van Jezus erg helder uitlegt. Maar wanneer de koran wordt gelezen verduidelijkt die het bijbels onderwijs niet maar verwart dit onderwijs eigenlijk. Hij doet dit door te leren dat Jezus nooit aan het kruis stierf:
En om hun [de joden] zeggen: "Wij hebben de Messias, Jezus, zoon van Maria, de boodschapper van Allah gedood", - maar zij doodden hem niet, noch kruisigden zij hem (ten dode), - doch het werd hun verward, … zij doodden hem gewis niet, Integendeel, Allah verhief hem tot Zich en Allah is Almachtig, Alwijs. (Soera 4:157)
Wat is het gevolg van wat de koran over Jezus’ kruisiging leert? Is de betekenis van Jezus’ dood “duidelijker” onderwezen zodat die gemakkelijker te begrijpen is? Nee, het tegenovergestelde is waar. De dood van Jezus wordt zelfs door veel moslims niet geloofd. Dus de koran verduidelijkt het onderwijs van de bijbel niet, in plaats daarvan verwart hij het en neemt hij mensen weg van het woord van God dat reeds duidelijk was.
Abrahams offer
De bijbel leert zeer duidelijk dat Abraham geboden werd om zijn zoon Isaäk te offeren aan God:
Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij zei tot hem: Abraham, en deze zei: Hier ben ik. En Hij zei: Neem toch uw zoon, uw enige, die u liefhebt, Isaäk, en ga naar het land Moria, en offer hem daar tot een brandoffer op een van de bergen, die Ik u noemen zal. Toen stond Abraham des morgens vroeg op, zadelde zijn ezel, en nam twee van zijn knechten met zich, benevens zijn zoon Isaäk. ... Toen zij aan de plaats die God hem genoemd had, gekomen waren, bouwde Abraham daar een altaar, schikte het hout, bond zijn zoon Isaäk en legde hem op het altaar boven op het hout. Daarop strekte Abraham zijn hand uit en nam het mes om zijn zoon te slachten. Maar de Engel van HERE riep tot hem van de hemel en zei: Abraham, Abraham! En hij zei: Hier ben ik. En Hij zei: Strek uw hand niet uit naar de jongen en doe hem niet, want nu weet Ik, dat u godvrezend bent, en uw zoon, uw enige, Mij niet hebt onthouden. (Genesis 22:1-12)
De rest van de bijbel leert ook duidelijk dat Isaäk de zoon was die Abraham offerde:
Door het geloof heeft Abraham, toen hij verzocht werd, Izak ten offer gebracht, en hij, die de beloften aanvaard had, wilde zijn enige zoon offeren. (Hebreeën 11:17)
Is onze vader Abraham niet uit werken gerechtvaardigd, toen hij zijn zoon Izak op het altaar legde? (Jacobus 2:21)
Het verslag van Abrahams offer wordt ook in de koran verteld. Echter het verslag is niet erg duidelijk. In het bijzonder wordt de identiteit van de zoon niet expliciet genoemd.
Dan gaven Wij hem de blijde tijding van een verdraagzame zoon. En toen deze de knapenleeftijd bereikte, zei hij: "O mijn lieve zoon, ik heb in een droom gezien, dat ik u heb te offeren. Zie, wat zegt gij daarvan?" Deze antwoordde: "O mijn vader doe zoals u bevolen is, gij zult mij, indien Allah het wil, zeker geduldig vinden." En toen zij zich beiden aan (Gods bevel) hadden onderworpen, en hij hem plat op zijn voorhoofd had gelegd, Riepen Wij hem toe: "O Abraham, ij hebt de droom reeds vervuld." (Soera 37:101-104)
Omdat de identiteit van Abrahams zoon niet in de koran wordt genoemd heeft dit tot alle soorten van verwarring in de moslimgemeenschap geleidt. Al-Tabari is één van islams grootste historici van de koran. Hij erkent vrijelijk dat de vroege moslimtheologen niet zeker waren welke zoon Abraham offerde, sommige dachten dat hij Isaäk was, anderen dat hij Ismaël was. In feite zegt Al-Tabari zelf dat er sommige betrouwbare overleveringen van Mohammed zijn die zeggen dat zijn zoon Isaäk was en andere dat hij Ismaël was.
De vroegste sages van de natie van onze Profeet zijn het oneens over welke van Abrahams twee zonen het was die hij geboden werd te offeren. Sommige zeggen dat hij Isaäk was, terwijl anderen zeggen dat hij Ismaël was. Beide gezichtspunten worden ondersteund door verklaringen verbonden aan de autoriteit van de Boodschapper van God. Als beide groepen verklaringen gelijk luidend zijn, dan – omdat ze beide van de Profeet kwamen – kan alleen de koran dienen als bewijs dat het verslag dat Isaäk noemt meer waar is van de twee. (Al-Tabari, De Geschiedenis van al-Tabari, Vol. II, p. 82, Profeten en Patriarchen, State University of New York Press, Abany 1987)
Deze verwarring, veroorzaakt door de koran, komt tot een climax met het moslimfeest van Ied-al-Adha. Dit feest gebeurt tijdens de jaarlijkse pelgrimstocht naar Mekka. Tijdens dit feest wordt een dier geofferd om de tijd te herinneren toen Abraham, niet Isaäk, maar zijn zoon Ismaël offerde. De bijbel leert duidelijk dat de zoon die Abraham offerde Isaäk was. De koran zegt niet wie de zoon was, maar het gevolg van de onheldere lezing van de koran is dat moslims de duidelijke lezing van de bijbel verwerpen en in plaats daarvan denken dat de zoon Ismaël was zelfs hoewel er hier geen bewijs in de koran voor is.
Opnieuw zien we dat wat duidelijk in de bijbel wordt geleerd door de koran wordt verward en tot verwarring en onenigheden tussen moslims, joden en christenen heeft geleid. Dus de koranische bewering de bijbel te verduidelijken dient opnieuw als onjuist te worden gezien.
Zoon van God
In de bijbel zijn er veel leringen over de “Zoon van God”. Dit onderwijs is nogal duidelijk. De koran heeft ook veel te zeggen over de “Zoon van God”, echter het bevestigt of verduidelijkt het bijbels onderwijs niet, in plaats daarvan begrijpt die het verkeerd en verwart het eigenlijk wat de bijbel duidelijk leert.
Wat zegt de bijbel over de “Zoon van God”?
De frase, “Zoon van God” is een titel die in de bijbel gebruikt wordt om iemands relatie met God aan te duiden. Deze relatie betrekt de persoon, of volk, die beloftes van God ontvangen dat zij iets van hem zullen ontvangen. Op deze manier zijn zij een erfgenaam van God zoals aan hen beloofd is en erfenis van hem. Nu omdat een zoon de erfgenaam van zijn vader is worden dus ook degenen die de beloftes van God hebben ontvangen “zonen” van God genoemd. In het boek Exodus zien we dat de gehele natie Israël Gods “zoon” wordt genoemd.
En de HERE zei tot Mozes: Nu u gaat terugkeren naar Egypte, zie toe, dat u voor het aangezicht van Farao al de wonderen doe, die Ik in uw macht gesteld heb. ... Dan zult u tot Farao zeggen: Zo zegt de HERE: Israël is mijn eerstgeboren zoon; daarom zeg Ik u: laat mijn zoon gaan, opdat hij Mij diene; zou u echter weigeren hem te laten, dan zal Ik uw eerstgeboren zoon doden. (Exodus 4:21-23)
Toen Israël een kind was, heb Ik het liefgehad, en uit Egypte heb Ik mijn zoon geroepen. (Hosea 11:1)
Later in Israëls geschiedenis wees God David aan als Israëls koning. De titel “Zoon” die voor Israël van toepassing was geweest werd nu op Israëls koning toegepast omdat hij het hoofd van de natie was en een bijzondere belofte van God ontvangen had. Dus iedere koning van Israël had de titel “Zoon“ van God.
Ook kondigt de HERE u aan: De HERE zal u een huis bouwen. Wanneer uw dagen vervuld zijn en u bij uw vaderen te ruste bent gegaan, dan zal Ik uw nakomeling, uw eigen zoon, na u doen optreden, en Ik zal zijn koningschap bevestigen. Die zal mijn naam een huis bouwen, en Ik zal zijn koninklijke troon voor immer bevestigen. Ik zal hem tot een vader zijn, en hij zal Mij tot een zoon zijn. (2 Samuël 7:11-14)
De koning van Israël had ook een andere titel, de titel van Messias. (De Griekse vertaling van het woord Messias is Christus.) Het woord Messias komt van het woord “zalven”. Iedere koning van Israël werd gezalfd tot de positie van koning, en dus was iedere koning de Gezalfde of de Messias.We zien dit gebeuren toen Saulus tot koning over Israël werd gezalfd.
Toen nam Samuël de oliekruik, goot haar uit voer zijn hoofd, kuste hem en zie: Heeft de HERE u niet tot vorst over zijn erfdeel gezalfd? (1 Samuël 10:1)
Wat hebben we tot nu toe gezien? We hebben gezien dat iedere koning van Israël de titels Zoon van God en Messias/ Christus had. Dus de Zoon van God was de Messias/ Christus en de Messias/ Christus was de Zoon van God. Deze connectie tussen de twee titels werd goed begrepen tijdens Jezus’ leven want we zien de twee titels tezamen gebruikt:
Toen Jezus in de omgeving van Caesaréa Filippi gekomen was, vroeg Hij zijn discipelen en zei: Wie zeggen de mensen, dat de Zoon van de mensen is? ... Simon Petrus antwoordde en zie: U bent de Christus, de Zoon van de levende God! (Mattheüs 16:13-16)
En de hogepriester stond op en zie tot Hem: Geeft U geen antwoord; wat getuigen dezen tegen U? Maar Jezus bleef zwijgen. En de hogepriester zei tot Hem: Ik bezweer U bij de levende God, dat U ons zegt, of U bent de Christus, de Zoon van God. Jezus zei tot hem: U hebt het gezegd. (Mattheüs 26:62-64)
Hopelijk kun je nu begrijpen wat de bijbel bedoelt wanneer die spreekt over de Zoon van God. Hij spreekt niet over God die gemeenschap heeft en een baby voortbrengt. De titel Zoon van God betekent zelfs niet goddelijkheid in de persoon want - zoals we hebben gezien- werden de natie Israël en zijn koning Gods zoon genoemd. Jezus is de ware vervulling van de Zoon van God. Hij is de ware zoon van David, het ware Israël. Hij is de ware zoon die de erfenis van zijn Vader God ontving. Deze erfenis was het koninkrijk van God zelf.
En Jezus trad naderbij en sprak tot the, zeggende: Mij is gegeven alle macht in hemel en op de aarde. (Mattheüs 28:18)
Nu verduidelijkt de koran het bijbelse onderwijs over de “Zoon van God”? Het antwoord is nee! In feite begrijpt de koran deze lering uit de bijbel verkeert en verwart het. De gehele de koran ontkent dat Jezus de Zoon van God is en noemt hem niettemin nog abusievelijk de Messias.
De Messias, Jezus, zoon van Maria was slechts een boodschapper van Allah en Zijn woord tot Maria gegeven als barmhartigheid van Hem. (Soera 4:171)
En de Joden zeggen: "Ezra is de zoon van Allah" en de Christenen zeggen: "De Messias is de zoon van Allah." Dit is, hetgeen zij met hun mond zeggen. Zij spreken de woorden na van degenen die vóór hen ongelovig waren; Allah's vloek zij over hen, hoe zijn zij afgekeerd! (Soera 9:30)
Zij zeggen: "Allah heeft een zoon tot Zich genomen. Heilig is Hij, Hij is Zichzelf genoeg. (Soera 10:68)
De koran laat geen begrip zien van de betekenis van de titel “Zoon van God”. In de koran betekent het niets meer dan dat God gemeenschap had, en zoals we in de bijbel hebben gezien is dit niet wat de titel betekent. In de koran wordt Jezus de titel Messias gegeven niettemin wordt de titel Zoon van God ontkend, de bijbel leert dat beide titels samen gaan.
Opnieuw zien we dat wat duidelijk in de bijbel onderwezen wordt door de koran wordt verward en heeft tot verwarring en onenigheid geleid tussen moslims en christenen. De koran beweert het onderwijs van de bijbel te verduidelijken maar deze bewering is onjuist. Hij maakt het bijbelse onderwijs niet duidelijker, in feite verwart hij het alleen.
Wordt Mohammed voorspeld in de bijbel?
"... die de boodschapper, de reine profeet volgen, die zij in de Torah en het Evangelie beschreven vinden...” (Soera 7:157)
Merk op: De torah en het evangelie zijn de hoofddelen van de bijbel.
Om te beoordelen of Mohammed wel of niet voorspeld wordt in de bijbel dien je de bijbelse verzen te lezen waarnaar verwezen wordt en dien je voor jezelf te besluiten of jij denkt dat deze de komst van Mohammed voorspellen. Misschien vind jij het prettig om mijn kijk op of Jamal Badawi's artikel hierover te lezen. Hij noemt al de gebruikelijke bijbelverzen die volgens moslims naar Mohammed verwijzen. Persoonlijk heb ik al de pogingen om dit te laten zien niet overtuigend gevonden.
Het is duidelijk dat moslims het ook moeilijk gevonden hebben om enige verwijzingen naar Mohammed in de bijbel te vinden. Ik zeg dit omdat sommige moslims feitelijk hun eigen evangelie hebben geschreven zodat het nu de komst van Mohammed voorspelt. Twee voorbeelden hiervan zijn “Het evangelie volgens de islam” (1979) en “Het evangelie van Barnabas” (14e eeuw).
Maar zij (Maria) wees naar de baby. Zij zeiden, Hoe kunnen we spreken tot een zuigeling in de wieg. Maar het kind sprak en zei, Ik ben inderdaad een dienaar van God. Hij heeft mij aangewezen als een teken voor mensen en een weldaad van Hem. Dit was een verordende zaak... Dat Ik de wereld het goede nieuws van een boodschapper mag brengen die na mij zal komen als licht en weldaad voor alle naties; zijn naam zal zijn de Begerenswaardige. ((2:20-3:1) Ahmad Shafaat, Het evangelie volgens de Islam, New York: Vantage Press, 1979)
Toen zei de priester: “Hoe zal de Messias genoemd worden?” ... Jezus antwoordde: “De naam van de Messias is begerenswaardig... Mohammed is zijn gezegende naam”. (Het evangelie van Barnabas, hoofdstuk 97, 14e eeuw na Christus)
Als Mohammed werkelijk voorspeld werd in het evangelie zou er geen behoefte voor moslims zijn om het evangelie te herschrijven met Mohammed er nu in voorspeld. Deze onjuiste evangeliën zijn ondersteunende bewijzen dat Mohammed niet in de bijbel voorspeld wordt en dat deze bewering van de koran onjuist is.
Conclusie
Ieder die beweert een profeet te zijn moet bereid zijn om zijn profetie te laten beproeven – het is een gebod van God! De profetie van Mohammed is de koran en de koran doet drie beweringen die beproefd kunnen worden:
1. Het bevestigt het onderwijs van de bijbel.
2. Het verduidelijkt het onderwijs van de bijbel.
3. Mohammed wordt voorspeld in de bijbel.
In dit artikel heb ik het bewijs geleverd zodat je deze drie beweringen voor jezelf kan beoordelen. Ik persoonlijk kan alleen concluderen dat de beweringen van de koran onjuist zijn. Het bevestigt niet het onderwijs van de bijbel; het verduidelijkt niet het onderwijs van de bijbel; en Mohammed wordt niet voorspeld in de bijbel. Het is omdat de koran vals is dat moslims het evangelie moesten herschrijven, met boeken als “Het evangelie volgens de islam” en “Het evangelie van Barnabas”, om de bijbel en de koran elkaar te laten bevestigen. Dit verklaart ook waarom zo veel moslims die ik gesproken heb de bijbel aanvallen en het beschuldigen dat het veranderd is; zij zijn bezig het falen van de koran te ontsnappen door de schuld op anderen te schuiven.
Islam en abrogatie onmogelijk? Er zijn vele SAHIH hadiths die spreken van weglatingen, veranderingen en verdwenen verzen, maar om daar nu niet te veel tijd aan te besteden zal ik wederom een stuk plakken, wat geschreven is voor mensen als jij;
Mohammed (Ahmad) riep zichzelf uit tot profeet. Hij beweerde dat de engel Gabriël Gods woord hoorde en het tot hem herhaalde. Mohammed op zijn beurt herhaalde het ook als zijnde Gods woord – de koran.
Echter, tijdens zijn 23 jarige carrière als een religieusleider vergat Mohammed delen van wat Gabriël hem vertelde. Verder spreken enkele van deze koranverzen elkaar tegen. Instructies, leringen, en leerstellingen waren soms niet in overeenstemming met elkaar. Verschillende mensen bekritiseerden Mohammed hierover; de inconsistenties waren duidelijk. Om deze kritieken van antwoord te voorzien bedacht Mohammed de leerstelling van "abrogatie". "Abrogatie" betekent het annuleren en vervangen van sommige verzen in de koran door andere verzen. De Arabische woorden gerelateerd aan dit onderwerp zijn "Nasiekh" wat betekent "datgene wat abrogeert" en "Mansoekh" wat betekent " dat wat geabrogeerd is ".
De grote islamgeleerde Arthur Jeffery schreef: “De koran is onder de heilige geschriften uniek vanwege het leren van een doctrine van abrogatie volgens welke latere uitspraken van de Profeet eerdere uitspraken van hem abrogeren, dat wil zeggen: leeg en nietig verklaren. De belangrijkheid van het weten welke verzen andere verzen abrogeren, heeft de koranswetenschap bekend als "Nasiekh wa Mansoekh" doen ontstaan, dat wil zeggen: "de abrogators en het geabrogeerde".”
[1]
In "the Dictionary van Qur'anic Terms and Concepts", pagina's 5 en 6 door Muntasir Mir staat: "Koraninvoegingen zelf kunnen geabrogeerd zijn, zoals in enkele gevallen is gebeurd. Een voorbeeld van deze abrogatie is vers 24:2 dat de straf voor overspel genoemd in 4:15-16 abrogeert. Een studie van de koran laat zien dat alleen een begrensd aantal koranverzen geabrogeerd is, en ten tweede dat de abrogatie alleen geldt voor juridische en praktische zaken, en niet voor leerstellingen en geloofszaken."[2]
Het grote probleem met "Nasiekh wa Mansoekh" is in het precies definiëren welke verzen "Nasiekh" zijn, en welke "Mansoekh" zijn. Dit omdat de koran inherent verward is. De volgorder waarin de koran geschreven werd, was niet chronologisch maar volgens de lengte van de soera's (hoofdstukken), en de koran werd stukje bij beetje gevonden en samengesteld, wat de bepaling van de leeftijd van de verzen veel moeilijker maakt. De moslimtraditie erkent dat veel van de soera’s zelfs niet aan Mohammed in één geheel gegeven zijn, en dat onder Mohammeds supervisie sommige latere verzen tot eerdere, bestaande soera's werden toegevoegd. Sommige verzen werden in Mekka gesproken, andere in Medina. Hoe kun je dan - met een grote mate van overtuiging - weten welke verzen de meer gezaghebbende zijn?
Voor degenenen onder u die in het bijzonder in dit onderwerp geïnteresseerd zijn, raad ik Richard Bell's "Introduction to the Quran (Inleiding tot de koran)" [3] aan. Bell geeft ook een aantal "abrogaties" in zijn boek. Bell gaat zelfs zo ver, door de koran te hersamenstellen en komt met een nieuwe verzameling soera's en verzen.
Een ander moslimschrijver, Mahmoud Ayoub, vat de onzekerheid met de volgende woorden goed samen: "Tot nu toe is er onder moslimgeleerden geen algemene overeenstemming over welke verzen geabrogeerd zijn en door welke verzen." [4]
De Hughes Dictionary of Islam zegt: "Jalalu'd-Din in zijn 'Itqan' geeft de volgende lijst van 20 verzen, die door alle commentatoren erkend worden te zijn geabrogeerd. De lezer wordt verwezen naar Hughes’ werk voor Jalalu' Dins concrete lijst van 20 [5]. Ik zal er later enkele geven. Ik las dat zelfs tot 500 verzen aan toe door abrogatie getroffen kunnen zijn.
"Nasiekh wa Mansoekh" is geen zwarte-magie-wetenschap, maar het is onmogelijk om in vele gevallen precies te zijn. Dus is er zelfs onder moslimgeleerden onenigheid over.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
PRESENTATIE VAN KORANVERSEN DIE DE LEERSTELLING VAN "ABROGATIE" OPMAKEN
Hier zijn de koranverzen die de leerstelling van abrogatie opmaken [6]:
Soera 2:106: "Welk teken [of vers] Wij ook opheffen of doen vergeten, daarvoor brengen Wij betere of daaraan gelijke.”
Soera 13:39: "Allah doet te niet [dat is: abrogeert] wat Hij wil en bevestigt wat Hij wil en bij Hem is de oorsprong van het Boek.”
Soera 17:86: "En als Wij wilden, zouden Wij hetgeen Wij u hebben geopenbaard zeker weg kunnen nemen...”
Soera 16:101 En wanneer Wij het ene teken [of vers] in plaats van het andere brengen - en Allah weet het beste wat Hij openbaart - zeggen zij: "Gij verzint slechts."
Soera 22:52: "Nimmer zonden Wij een boodschapper of een profeet vóór u of, wanneer hij (zijn boodschap) verkondigde, kwam de duivel ertussen. Doch Allah doet hetgeen Satan inblaast te niet [dat is: abrogeert]. Dan bevestigt Allah Zijn woorden...”
Dit laatste vers staat in verband met die die bekend staan als de “Satansversen”. Op een bepaald moment compromitteerde Mohammed met het heidendom en sprak een “openbaring” die afgodendienst toestond uit. Later zei hij dat God hem had laten zien dat hij door Satan beetgenomen was en in plaats van Gods woorden satanswoorden sprak. Zijn openbaring die afgodendienst toestond, werd vervolgens verwijderd van het reciteren van de koran, en een ander “openbaring” werd daarvoor in de plaats gezet.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
PRESENTATIE VAN ABROGERENDE/ GEABROGEERDE KORANVERZEN
Er zijn veel gevallen van abrogatie. Vanwege de ruimte beperk ik mijzelf tot de volgende selectie:
1) In soera 2:142-144 vinden we de verandering van de “Kibla”, de gebedsrichting, van Jeruzalem naar Mekka.
2) De verandering van straf voor overspel, beginnend met levenslange opsluiting, gevonden in soera 4:15, en vervolgens volgens soera 24:2veranderd tot 100 zweepslagen. Merk op dat deze twee voorbeelden niet het vorige ‘missende’ vers noemen, dat steniging voorschrijft voor degenen die overspel plegen.
3) De capaciteit aan gevechtsklare mannen voor de overwinning wordt ook geabrogeerd door het daarop volgende vers...
“O profeet, spoor de gelovigen aan om te vechten. Als er twintig onder u zijn die stand houden, zullen zij tweehonderd overwinnen en als er honderd uwer zijn zullen zij duizend der ongelovigen verslaan, omdat zij een volk zijn dat niet wil begrijpen. Maar nu heeft Allah uw last verlicht, want Hij weet dat er zwakheid in u is. Als er daarom honderd uwer zijn die standvastig zijn, zullen zij tweehonderd overweldigen en als er duizend uwer zijn zullen zij door het gebod van Allah twee duizend overwinnen. En Allah is met degenen die standvastig zijn.” Soera 8: 65, 66
4) De Zwaardverzen: de Roep“vecht en sla dood de heiden (afgodendienaars) waar je ze ook vindt” (soera 47:5); of “bestrijd de ongelovigen in Allah, totdat erg geen verzoeking meer is” (Soera 8:39); of “een pijnlijke straf aan hen die het geloof vaarwel zeggen” (Soera 9:3). Deze weerspreken allemaal: “Er is geen dwang in religie” (Soera 2:256). Merk hier op dat Soera 9 één van de laatste “aan Mohammed geopenbaarde” soera’s was”. Logischerwijs moet het dus “er is geen dwang in islam” abrogeren.
5) Het nachtgebed door de koran te reciteren moet ongeveer de helft van de nacht beslaan (Soera 73:2). Dit werd in die mate veranderd om het hen gemakkelijk te maken (vers 20).
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
VOORBEELDEN VAN BOECHARIE'S HADIETH
Er zijn verscheidene gevallen van abrogatie in Boechari’s Hadieth. Deze illustreren ook de verwarring vanaf de eerste dagen van de islam aangaande abrogatie. Over soera 2:184 en 2:185, de verzen over het vasten, zeggen twee Hadieth (deel 6, nummer 33, 34) dat vers 185 vers 184 abrogeert, terwijl één Hadieth zegt dat het niet geabrogeerd was (deel 6, nummer 32). Dus zien we, dat zelfs de metgezellen van Mohammed hierover in de war waren.
Een ander geval in Boechari is de abrogatie van 2:284 door 2:285, (deel 6, nummer 68, 69). Opnieuw wordt één vers geabrogeerd door het volgende, opnieuw illustrerend dat Allah niet zeker van zichzelf was.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
DE MOSLIM ANTWOORDEN
Natuurlijk zijn moslims bewust van de theologische problemen die dit onderwerp doet ontstaan. Het werpt twijfel op het karakter van zowel God als van Mohammed en het kweekt theologische verwarring. Eerlijk is daarom om hun verdediging van deze leerstelling te presenteren.
Laten we starten met Yusuf Ali’s commentaar gevonden in zijn Engelse verklaring van de koran [7]. Hier zijn enkele van zijn commentaren die abrogatie verdedigen:
Ali’s commentaar op soera 2:106:
“Wat is de betekenis hier? Als we het in algemene zin nemen, betekent het dat Gods boodschap ten alle tijd dezelfde is, maar dat de vorm kan verschillen volgens de behoeften en eisen van de tijd. Sommige commentatoren passen het ook toe op de Ayat (openbaring) van de koran. Niets doet afbreuk hierin als we geloven in voortschrijdende openbaring. ... Er kan opzettelijke abrogatie zijn, of er kan abrogatie zijn die mensen “doet vergeten of laat vergeten.” Hoeveel goede en wijze instituties worden met het verstrijken van de tijd niet stapje bij stapje overbodig? Verder is er het graduele proces in de evolutie van het in onbruik geraken of het vergeten. Dit betekent niet dat eeuwige principes veranderen. Het is slechts een teken van Allah's oneindige Macht dat Zijn schepping zoveel vormen kan aannemen, niet alleen in de materiele wereld maar ook in de wereld van menselijke gedachten en uitdrukkingen.
Ali’s commentaar op soera 16:101:
"De leerstelling van voortschrijdende openbaring van tijdperk tot tijdperk en van tijd tot tijd betekent niet dat Allah's fundamentele wet verandert. Het is niet eerlijk om een Profeet van Allah te beschuldigen van vervalsing omdat de Boodschap - zoals die aan hem geopenbaard is - in andere vorm is als het eerder geopenbaarde, wanneer de kern van de Waarheid dezelfde is, want het komt van Allah."
In de “Tafsir ul-Qur’an”, van Maulana Abdul Majid Daryabadi, [8] wordt het volgende commentaar op 2:106 gegeven:
“Er is niets beschamends in de leerstelling van bepaalde wetten, tijdelijk of lokaal, die door bepaalde andere wetten, permanente en universele , en verordent door dezelfde wetgever vervangen of geabrogeerd zijn, in het bijzonder in de loop van de uitvaardiging van die wet. De loop van koranopenbaring is, door iedereen erkend, geleidelijk geweest. Het kostte ongeveer 23 jaar om de Wetgeving te voltooien en te vervolmaken. Geen wonder dan, dat bepaalde, tijdelijke, mindere wetten, door bepaalde andere, blijvende en eeuwige vervangen werden. Zelfs Goddelijke wetten kunnen onderworpen zijn aan Goddelijke verbetering, zoals met ieder object en fenomeen in het fysieke universum van de schepping. Het moet, echter, duidelijk zijn dat de leerstelling van abrogatie alleen voor “wetten” geldt, en zelfs tot die van mindere en secundaire belangrijkheid. Geloofstellingen, artikelen van geloof, wetsprincipes, vertellingen, vermaningen, morele voorschriften en spirituele waarheden; geen van deze is onderhevig aan abrogatie of herroeping.”
Mahmoud M. Ayoub, in zijn "The Quran and Its Interpreters (De koran en zijn interpretators)", [4, pagina 139] citeert uit een aantal beroemde koran-tafsiers (commentaren). Hier zijn enkele van deze commentaren op 2:106.
“Wahadi zegt dat dit vers naar beneden gezonden was omdat de metgezellen zeiden: “Zie je Mohammed niet, hoe hij zijn mensen beveelt om iets te doen, vervolgens hun verbiedt om het te doen en hun beveelt het tegenovergestelde te doen? Vandaag zegt hij het zus en morgen verandert hij erover van gedachten. De koran is niets meer dan de woorden van Mohammed. Het is samengesteld uit woorden die elkaar tegenspreken.” Dus zei Wahidi, God zond vers 101 van al-Nahl (Soera 16) naar beneden, en dit vers (Wahidi, p.32: zie ook Zamakhshari, I. p. 303). Tabari interpreteert abrogatie (naskh) ruim als “wat we [dat is: God] abrogeren ten aanzien van het voorschrift van een vers dat we veranderen, of dat we met een ander vers vervangen, dus dat wat wettig is kan onwettig worden en dat wat onwettig is kan wettig worden; dat wat toegestaan is kan verboden worden en dat wat verboden is kan toegestaan worden. Dit, echter, kan alleen worden gedaan ten aanzien van geboden en verboden... maar verslagen of vertellingen kunnen noch worden geabrogeerd noch kunnen zij abrogeren” (Tabari, II, p. 471-472; zie ook Shawkani, I, p 125-126).”
---------------------------------------------------------------------------------------
VERGELIJKING MET DE BIJBEL
Leert de bijbel de leerstelling van abrogatie zoals die in de islam geleerd wordt? In het geheel niet. Vergelijk Mohammed en de koran met Mozes en de Torah. Gedurende 23 jaren was Mohammed een religieusleider en in die tijdsperiode werden veel verzen in de koran geabrogeerd. Echter, Mozes besteedde 40 jaar met de Israëlieten zwervend in de onherbergzame omgeving van de Sinaï. Niet één vers van de wet werd geabrogeerd. Toen de Israëlieten zondigden werden zij gestraft. Niets werd veranderd om zaken voor de Israëlieten gemakkelijker te maken. De Wet moest worden gehoorzaamd. Daar viel niet over te onderhandelen. Daarentegen werden in enkele van de geabrogeerde koranverzen veranderingen gemaakt om het leven voor de moslims (bijvoorbeeld het nachtgebed) gemakkelijker te maken of om straffen (bijvoorbeeld, de straf op overspel) aanvaarbaarder te maken. Met als gevolg dat God met Zijn woord, met Zijn Wet en met Zijn verlangens compromitteerde om het Mohammeds volgelingen gemakkelijker te maken.
Onderzoek het nieuwe testament. Kwam Jezus op Zijn woorden terug? Zei Hij dat hij dingen gemakkelijker zou maken voor iemand die zijn kruis niet wilde dragen?
Er wordt soms gezegd dat Jezus de oudtestamentische Wet “abrogeerde”. Iemand die bekend is met het nieuwe testament weet dat christenen geloven dat de oudtestamentische Wet niet langer op de gelovigen in Christus van toepassing is. “Want Christus is het einde van de wet, tot gerechtigheid voor een ieder, die gelooft.” (Romeinen10:4) Jezus Zelf zei dat Hij kwam om de Wet te vervullen en een Nieuw Verbond in leven te roepen. “Dit is het bloed van mijn verbond, dat voor velen vergoten wordt tot vergeving van zonden.” (Mattheüs 26:28)
Dus hoewel we zeiden dat de wet niet op ons van toepassing is, betekent het niet dat de Wet geannuleerd of vernietigd is. Hij is daarentegen vervuld. Hij blijft gelden voor degenen aan wie het gegeven was, die niet in Christus zijn. Ten tweede, het oude testament voorspelt dat een Nieuw Verbond op een dag zal gelden.
“Zie, de dagen komen, luidt het woord des HEREN, dat Ik met het huis van Israël en het huis van Juda een nieuw verbond sluiten zal. Niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen gesloten heb ten dage dat Ik hen bij de hand nam, om hen uit het land Egypte te leiden: mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ik heer over hen ben, luidt het woord des HEREN. Maar dit is het verbond, dat Ik met het huis van Israël sluiten zal na deze dagen, luidt het woord des HEREN: “Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven, Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn... want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en hun zonde niet meer gedenken.” (Jeremia 31:31-34)
Daarom is de realisatie van het Nieuwe Verbond niet zomaar toevallig en is relevant voor christenen. Dit was lang van tevoren voorspeld en veelomvattend.
We geloven in voortschrijdende openbaring. Het Oude Verbond van de Wet, zoals gegeven aan Mozes, werd vervangen door het Nieuwe Verbond van genade, die Jezus introduceerde. Deze ontwikkelingen vonden gedurende 1500 jaren plaats. Vergelijk dat met Mohammeds 23 jaren. Vergelijk de bijbelse aankondiging van een Nieuw Verbond lang voordat het tot stand kwam, met hoe Mohammed zijn theorie van abrogatie creëerde. Mohammed kondigde het nooit aan, hij sprak 2:106 alleen uit nadat de niet-moslims hem aanspraken op zijn koerswijziging.
Daarom kan in het bijbelse geval geen willekeur bij God worden verondersteld. In dit licht is het onacceptabel dat in een periode van 23 jaren of een avond, een behoefte aan verandering of correctie nodig is. Het is één van tweeën: of God is niet alwetend of de verslaglegger deed een correctie.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
COMMENTAAR VAN ANDERE GELEERDEN
Er zijn gematigde moslims die bereid zijn te bespreken wat “abrogatie” betekent in de context van een alwetende God. De moslimgeleerde Ali Dashti [9] schrijft:
“Je moet altijd beseffen dat de meeste koranwetten en verordeningen geformuleerd werden als antwoord op willekeurige gebeurtenissen en smeekbedes van gegriefde personen. Dat is waarom er enkele inconsistenties in zijn en waarom er abrogerende en geabrogeerde verordeningen zijn... De koranwetten zijn kort en waren onvolledig voor de behoeften van de grote moslimgemeenschap die gedurende anderhalf eeuw na de dood van de Profeet ontstond.”, pagina 54.
Ten aanzien van soera 33:52: “Laten volgens Zamakhshari’s opinie Aisja’s woorden zien dat vers 52 door gewoonte geabrogeerd werd door vers 50 (“O profeet, Wij hebben voor u... wettig gemaakt...”). Echter, een geabrogeerd vers wordt verondersteld te komen na het geabrogeerde.
Niettemin blijft Soyuti in zijn verhandeling over koranproblemen, genaamd ol-Etqan, vasthouden dat in dit geval het eerdere vers het latere abrogeerde.”, pagina 128.
“Een verschillend, maar niet minder verbazingwekkende zaak vergt enig aandacht. Het betreft de aanwezigheid van abrogerende en geabrogeerde verzen in de koran.
De korancommentatoren en theologen verzamelden en legden alle gevallen van abrogatie uit. Een eerder geopenbaard vers werd geabrogeerd door een volgend geopenbaard vers met een verschillende of tegenstrijdige betekenis.
Het veranderen van gedachten na het nemen van een beslissing of het maken van een plan is een normale en veelvoorkomende gebeurtenis in levens van mensen, die niet alle relevante feiten op ieder moment kunnen weten... Het is , echter, in tegenspraak met de rede dat God, die alwetend en almachtig is, Zijn geboden moet reviseren...
Het is juist omdat God tot alles instaat is en dat Hij niet een vers zou openbaren en het vervolgens zou abrogeren. Omdat alwetendheid en almacht essentiële kenmerken van de Schepper zijn, moet Hij in staat zijn om geboden uit te vaardigen die geen revisie nodig hebben. Ieder nadenkend persoon die in Eén Almachtige God gelooft is gebonden om te vragen waarom Hij een gebod zou uitspreken en het vervolgens zou intrekken”, pagina’s 154, 155.
De islamgeleerde, A. Guillaume, die Islamitische wetenschap doceerde aan de Universiteit van London, Princeton, en de Amerikaanse Universiteit van Beiroet, [10] geeft commentaar op het zwaardvers 9:5 dat andere verzen abrogeert. Hij schrijft in “Islam”: “Echter, het is veel moeilijker om de woorden van een boek aan te passen dat door God zelf gedicteerd is. Een geïnspireerde man kan soms fouten maken; een geïnspireerd boek kan dat niet...” pagina 187.
In "Behind the Veil (Achter de sluier)", [11] pagina 220, stelt de schrijver dat:
"In Asbab al-Nuzul, p. 19, zegt de Suyuti dat: "Ibn Abbas zelf zei: “ Soms daalde de openbaring ‘s nachts neer op de profeet en vervolgens vergat hij het tijdens de dag, dus zond God dit vers 2:106 naar beneden”.
En op pagina 226:
“De abrogator gaat het geabrogeerde vooraf. In deel 3, p. 69 merkt de Suyuti op: “In de koran is er geen abrogator (vers) zonder voorafgegaan door een geabrogeerd (vers) met uitzondering van twee verzen, en sommige voegde
eeeh