Ver in een diep bos, leven de boselfen en eentje ervan is Myrddin Amethist Caridwen, ze is alleen geen gelukkige boself. Eigenlijk niemand meer in het gedeelte waar Myrddin vroeger woonde.
Nu word ze in haar vroegere woonplaats gevangen gehouden.
Lang geleden diende ze de goedaardige koningin Aurora, maar een kwaadaardige tovenaar heeft dit deel van de elfen wereld overgenomen, daarbij heeft hij Koningin Aurora gedwongen met hem te trouwen om hem koning te maken en haar vervolgens gedood.
Myrddin is daarbij toen gevangen genomen en ze probeert nu een manier te bedenken om vrij te komen, tenslotte heeft ze niet voor niets les gehad in magie. Het punt is alleen dat ze nog in haar leerproces was toen ze werd gevangen genomen.
* Had ik nu maar beter opgelet.
En dan herinnert ze zich eindelijk iets:
Ik roep hierbij op de grote godin van het woud.
o grote priesteres help me met het ontsnappen uit deze kwaadaardige omgeving, help mij een manier te bedenken om uit deze kwaadaardige omgeving te ontsnappen.
Plots ziet ze een schim, de priesteres, die tegen haar begint te praten. Van schrik valt Myrddin met een klap achterover van haar stoel, beduusd komt ze overeind en kijkt nu in het gezicht van de oude priesteres niet langer een schim.
Myrddin, je hebt mij opgeroepen voor raad, maar kijk diep in jezelf voor magie en je bent vrij, denk aan een deur die diep het bos in gaat en je zal snel op het pad verschijnen, als dank voor mijn help, wil ik graag dat je hulp zoekt om deze kant van het land te bevrijden van het kwaad, anders zal ook ik verdwijnen in het niets en zal er geen magie meer bestaan
Zo plotseling als ze verschenen is, zo verdwijnt de oude priesteres ook weer.
Ondanks haar verbazing doet Myrddin wat haar gezegd was, ze denkt aan een deur die haar toegang kan verschaffen naar buiten en tot haar verbazing verschijnt er een houten deur in de muur.
Ze opent voorzichtig de deur en kijkt tot haar verbazing het donkere bos in.
Toch wat angstg kijkt ze om haar heen en stapt vervolgens door de deur.
Tot nu toe gebeurd er niks en ze wil bijna een dansje van vreugde doen als ze plotseling links van haar wat hoort.
Ze kijkt om en ziet een aantal wachters van de boosaardige tovenaar op haar afkomen, ze hebben haar nog niet gezien, dus moet ze nu stilletjes maken dat ze wegkomt.
* Ik moet nu maken dat ik wegkom, maar waar moet ik heen?
Ik ken niemand, weet niet waar ik hulp kan gaan halen.
Ik zie wel waar het lot me brengt en wie ik op mijn pad tegen zal komen, ik hoop dat ik iemand tegen kom die me kan helpen of iemand die me raad kan geven waar ik heen moet gaan.
Niet wetend waarheen gaat Myrddin op reis, ze ziet wel waar ze terecht komt en wie ze tegen zal komen, ze hoopt op haar weg hulp te vinden, zodat ze haar beloofde aan de priesteres na kan komen.
Dat is alles wat ze nu weet, en dat ze eindelijk vrij is.
Als myrddin al een tijdje op weg is, komen ze in het elfenbos erachter dat Myrddin ontsnapt is.
De boosaardige tovenaar stuurt een aantal van zijn diennaars achter haar aan, ze moet namelijk nog een belangrijke rol spelen in zijn macht.
Hij had haar niet voor niks gevangen genomen en nog niet gedood.
Hij moet zorgen dat ze terug komt, anders blijft hij vervloekt.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 02-05-2003 11:08]
Ze blijkt gelijk te hebben en komt in een klein dorpje, voorzichtig probeert ze zo onopvallend mogelijk het dorpje te onderzoeken en merkt dat er een paar huizen zijn, een herberg, en een aantal kleinere winkels.
* ik zal eerst 1 van de winkels te gaan bekijken, tenslotte heb ik nog een mantel nodig, eentje die me helpt op te gaan in de natuur
Binnen gekomen in de winkel ziet ze een vriendelijk vrouwtje staan, Myrddin loopt op haar af.
o vrouwe ik zoek een mantel die mij zoveel mogelijk bescherming bied op mijn reis en die zich aanpast aan de omgeving, zodat ik niet zo opval.
Op de vlucht voor iets? Ach het gaat mij ook niet aan, maar ik heb een perfecte mantel voor u, deze groene mantel is perfect om niet op te vallen in de natuur en door de magische buitenkant neemt hij de kleuren aan van de natuur buiten, zodat u bijna ontzichtbaar bent.
* Dit is perfect, zo'n mantel moet ik precies hebben.
Hij is perfect, graag wil ik ook nog wat benodigdheden voor op reis erbij.
Nadat ze uit de winkel komt, loopt ze eerst richting de herberg
* tijd om wat te eten en misschien kan ik een rustplaats voor vannacht vinden
Na een paar uur lopen krijgt ze toch weer honger en maakt een klein vuurtje om het eten wat ze bij de herberg heeft laten inpakken op te warmen.
* Als het goed is ben ik bij de grenzen van het Elfenbos terecht gekomen, tenminste dat heb ik op de elfenschool geleerd, ik vraag me af wat er voorbij de grenzen te vinden is.
Ze besluit om in dit donkere bos te overnachten, aangezien ze het nog niet gewend is om volle dagen te lopen en ze zich veiliger voelt in het donkere bos.
* Het moet toch niet te moeilijk zijn, zo machtig is ze nog niet, ze heeft haar opleiding nog niet voltooid, en ze is nog nooit buiten het dorp geweest, maar ja ik zal het zelf wel weer moeten oplossen
Op dat moment slaat de deur naar de troonzaal met een klap open en komt er een diennaar binnen.
Heer Ivellios, Meester, ik heb goed nieuws, niet ver hier vandaan is Vrouwe Myrddin gesignaleerd, ze heeft in de oude herberg overnacht en is nu in het grote bos.
De dienaar maakt een diepe buiging en staat op het punt om te vertrekken.
Noem je dat goed nieuws, zolang ze nog niet gevangen is, is er geen goed nieuws, zo kan mijn hele plan in gevaar komen
De diennaar kijkt met angstige ogen omhoog, alsof hij een heel slecht voorgevoel heeft en dan ontmoet hij de kille gloeiende ogen van de tovenaar en de diennaar word lijkbleek.
Met een grote zwaai van de staf van de tovenaar eindigt de diennaar als een hoopje stof op de grond.
* Ik moet toch eens iemand vinden die het hier schoon kan houden, maar ach ik moet toch alles zelf doen, zelfs het gevangen nemen van Myrddin. Ze is dus in het grote bos, dat moet niet al te moeilijk zijn
Een gemene lach komt op zijn gezicht en met grote passen gaat de tovenaar op weg naar de stallen om een paard te zadelen.
* Wat zullen we nu toch krijgen, ze lijken wel door een spreuk in slaap gebracht te zijn, zal even kijken wat ik eraan kan doen
Myrddin pakt haar staf en probeert een aantal spreuken die ze geleerd heeft, maar niks lijkt effect te hebben.
* Blijkbaar is degene die dit gedaan heeft, veel machtiger dan ik, ik moet maar afwachten of ze ooit nog uit deze slaap wakker worden, zal een vuur maken en maar even afwachten, misschien zijn dit mensen die me kunnen helpen.
En met deze woorden, tovert Myrddin een vuurtje te voorschijn en maakt voor haarzelf wat te eten klaar, voor ze in een beschermende cirkel gaat mediteren om op krachten te komen.
* Het is tijd om te stoppen met mediteren, zal een ontbijt voor mezelf maken en daarna nog even bij de slapende figuren gaan kijken of er wat verandert is
Myrddin zwaait met haar stok en voor haar begint er een vuurtje te branden, er zweeft een pan heen met een paar eieren.
Dan loopt ze in de richting waar ze de twee wezens had achter gelaten en hoort op dat moment een zacht gemompel uit beide wezens komen, blijkbaar een teken dat ze bijna wakker zullen worden.
Myrddin keert terug naar haar vuur en ontbijt en gaat eerst lekker ontbijten, misschien dat ze zo wel wakker zullen worden, maar met een volle maag gaat denken tenslotte makkelijker, dus ze wacht rustig af.
Maar blijft op haar hoede, ze weet tenslotte niet of die wezens goed of kwaad willen.
~ elders in het elfenbos ~
* Op het moment dat anderen hen kunnen gade slaan, loopt het duistere tweetal langzaam. De oude man schuiffelt en leunt zwaar op Phoenixx' arm. Zodra zij zich echter onbespied wanen - en met hun magische krachten kan je er dan ook wel vanuit gaan dat er dan ook inderdaad geen stervelingen zijn die hen kunnen zien - schudt Nocens de ouderdom van zich af en vervolgen zij met gezwinde spoed hun pad. Door middel van magie hadden zij in (letterlijk) een handomdraai aan de rand van het elfenbos kunnen verschijnen, maar daarvoor hadden ze niet gekozen. Nee. Lopend vanaf de berg naar het bos, onderwijl informatie uitwisselend. In de "oude man met jonge vrouw" hoedanigheid keuvelend over koetjes en kalfjes, als zij zich over de Eiland wegen spoeden vindt de informatie overdracht plaats door telepatische krachten. Phoenixx licht Nocens in over de elfen die het Eiland bewonen, Nocens vertelt Phoenixx over de stenen die de Meester van hen verlangt. En zo komen zij aan bij de rand van het Elfenbos. De Heren van de Nacht hebben reeds hun mantel over het Eiland geslagen en het bos is in het donker gehuld. Phoenixx' nekharen gaan overeind staan als de verfoeilijke geur die elfen nu eenmaal verspreiden in haar neusgaten binnen dringt en haar handen beginnen te jeuken. Ook Nocens_Veneficus' ogen beginnen te glimmen. Heb medelijden met de onverstandige elf die het pad van dit bloeddorstige tweetal zal kruisen! Zij kijken elkaar aan en het verlangen naar elfenbloed doet hun harten sneller slaan. In het visioen dat zij samen delen druipt het rode elfenbloed van hun handen... vallen de druppels op de grond en schitteren als grote robijnen in het maanlicht...
"Robijnen.... Phoenixx... ik zie het!"
"Ja, Nocens, je hebt gelijk. Dit is het teken. Een robijn zo rood als elfenbloed zal het doel zijn van deze queste.", * hijgt Phoenixx. Ze wijst naar het Noorden, waar de maan boven het Elfenbos hangt.
"Ik geloof dat we die kant op moeten..."
Op dat moment ziet ze de mannenlijke wezen op de grond zitten even versuft om zich heen kijken en dan ziet Myrddin zijn ogen verdraaien, alsvorens hij weer met een klap achterover valt, blijkbaar probeert hij wel om onder de spreuk uit te komen, maar is de spreuk nog niet helemaal uitgewerkt.
Ook het vrouwelijke wezen lijkt nog in diepe rust.
Met een zucht gaat Myrddin weer terug naar haar kampvuur om nog wat te mediteren om haar krachten verder op te laden.
Ze heeft een energie in zich, die ze nog niet eerder heeft gevoeld, het lijkt net of deze ontsnappingpoging, haar veel kracht geeft en dat moet ze toch even onderzoeken, om te zien tot hoe ver haar kracht kan gaan.
"We zullen nog genoeg elven zelf af kunnen slachten mijn beste. Ik heb mijn lieve huisdieren opdracht gegeven om dieper het bos in te dringen. Spoedig zullen wij ze volgen. De tijd voor dood en verderf is aangebroken."
* Nocens kijkt Phoenixx met zoveel intense haat en pure slechtheid aan dat ze verschrikt een stapje achteruit doet. Ze had inderdaad deze man onderschat, hij zou zowaar bijna haar eigen slechtheid kunnen evenaren. Ze glimlacht in zichzelf en knikt naar de man. De Naamloze was wijs geweest om hem aan te nemen.
Het tweetal vervolgt hun pad weer en lopen verder richting het noorden.
"Ik voel hier een andere machtige aanwezigheid in dit bos Nocens. Een zwarte magier....."
"Interessant, ik denk dat we deze beoefenaar van de zwarte kunst maar een bezoek moeten brengen. Misschien dat hij, of zij, ons enige informatie kan verschafffen."
"Ik denk dat de magier ons snel genoeg zal vinden als wij dit pad blijven volgen."
[Dit bericht is gewijzigd door Nocens_Veneficus op 18-05-2003 15:32]
* nyphai schrikt wakker en kijkt om zich heen. Niet wetende waar ze is grijpt ze instinctief naar haar amulet en merkt dat deze is verdwenen. Ze gromt enkele verwensingen en ziet een stuk verderop een kampvuurtje en een gedaante. Ze probeert Werik wakker te maken, maar tevergeefs. Zuchtend staat ze op en loopt op de gedaante af. Deze blijkt midden in een meditatie te zitten en nyphai besluit om tegenover haar plaats te nemen.
Zelf nog zwak van het magische gevecht wat ze niet lang geleden beleeft had probeert ze ook door middel van meditatie op krachten te komen. Ze reikt met haar geest naar de natuurlijke schoonheid om haar heen. Een elfenbos, mooier dan welk bos die zij heeft gezien tijdens haar lange reizen. De natuurlijke energie en magie dringen haar lichaam en geest binnen. Plots voelt zij een duistere aanwezigheid in dit prachtige bos en haar ogen vliegen wijd open. Tegenover haar heeft de elf hetzelfde gevoeld en beide kijken elkaar verschrikt aan.
um, mag ik vragen wie je bent en hoe je hier komt, ik heb gevoelt dat er magie in het spel is, maar misschien kan je me vertellen hoe het precies is gegaan? Het enige dat ik weet is dat er een portaal naast me geopend werd en dat jullie daar even later door heen werden geslingerd, allebei in een diepe magische slaap.
Wat voor wezen ben jij eigenlijk en wie is dat andere wezen?
Zie je ik ben hier geboren in het elfenbos en ben nooit buiten dit bos geweest, ook liggen wij redelijk geisoleerd, waardoor er nooit andere wezens bij ons konden komen.
Nu helemaal niet meer aangezien er een boze tovenaar ons elfenbos heeft overgenomen.
Ik zal me overigens even voorstellen, mijn naam is Myrddin Amethist caridwen, ik ben een elf sorcerer, maar nog niet helemaal uitgeleerd, mijn leermeesteres is helaas gedood door de boze tovenaar, dus ik moet alles nu zelf ontdekken.
Je heeft vast honger, laat mij wat te eten voor je maken
En met een zwaai van haar grote toverstaf, tovert Mrddin een pan te voorschijn en die pan begint een lekkere maaltijd boven het vuur te verwarmen.
"Myrddin, ik moet nog verder mediteren, verder op krachten komen. Ik voel ook een gevaar naderen en ik denk dat jij hetzelfde hebt gevoeld. Kan jij de wacht houden?"
* De elf knikt en nyphai reikt weer met haar geest naar de natuur om haar heen. Ze voelt de kracht van de aarde opnieuw in haar geest en lichaam vloeien. Haar geest vliegt naar haar Koa'Kona en haar lichaam wordt doorschijnend. nyphai hoort in de verte de schreeuw van de elf en keert terug naar haar lichaam. Als ze ontwaakt uit haar trance ziet ze een monster tegenover Myrddin staan die verstijfd is van angst. Ze werpt vlug een blik op de dwerg en ziet dat deze nog in slapende toestand verkeert. Ze roept al haar krachten aan en wuift met beide hand naar het beest, bladeren vliegen richting het afschuwelijke schepsel en sommigen boren zich in zijn lijf, een luid gehuil is het antwoord. Het beest gromt en kwijl druipt langs zijn afzichtelijke snuit. Myrddin stapt vlug opzij als het beest zijn aandacht op de nymf richt.
Myrddin probeert de wacht te houden maar kan haar ogen niet van het schouwspel afhouden en kijkt geinteresseerd wat er gebeurd als de nymf haar geest het lichaam verlaat. Plots hoort de elf een licht gegrom en een donkere schaduw valt over haar heen. Ze draait zich om en schreeuwt het uit van schrik en afschuw als ze het afgrijselijke en onnatuurlijke monster ziet staan. Twee gifgele ogen kijken haar aan.
"Abbadon, waar je ook bent ik hoop dat je me kan horen. Als ik hulp nodig heb is het nu wel" nyphai roept de natuurlijke elementen aan en een boom zwiept zijn machtige takken om het beest, maar het monster is te sterk en breekt los uit de takken. De nymf kijkt vluchtig naar Myrddin maar ziet dat ze daar ook geen hulp van kan verwachten.
Nogmaals roept ze de natuur aan en wortels schieten uit de grond om het monster heen, maar weer is het te sterk. Het monster breekt door de wortels heen en loopt dreigend op de nymf af......
* Opeens wordt de kleine open plek verlicht met een helder blauw schijnsel, als een enorme vortex van magie zich opent...Een grote schaduw verschijnt in het licht en ineens staat Abbadon tussen Nyphai en het wolfachtige monster, zijn zwaard getrokken, zijn machtige vleugels gespreid.... Dit is niet het gebroken wezen dat Nyphai bij haar boom had achter gelaten...Voor haar staat een ware Engel, het licht van magie straalt uit zijn ogen, zijn spieren staan gespannen, klaar voor de strijd....En slechts begeleid door het geluid van zijn vleugels trekt hij nu ten strijde, om haar te beschermen... Zelfs het monster deinst even terug voor zijn nieuwe belager, maar zet dan aan voor een nieuwe aanval. Met een paar korte passen springt het beest de gevallen engel naar de keel. Op het laatste moment springt de engel echter achteruit voor het geweld van het enorme beest en met een razendsnelle beweging steekt hij zijn zwaard recht vooruit om het in de schedel van het monster te begraven. Door de kracht van zijn eigen sprong wordt het beest gespietst op het zwaard dat zo plotseling voor hem verscheen. Een korte flits van blauw licht komt van het zwaard af en schijnt door de ogen van het beest naar buiten. Als het licht weer dooft is het monster gestorven... Een korte huil klinkt door het bos, en in de verte ziet Abbadon hoe drie gedaantes zich een weg tussen de bomen door weven... Met een korte ruk trekt Abbadon zijn zwaard uit de schedel van het monster...Snel kijkt hij om zich heen...Met Nyphai en de anderen lijkt alles goed te gaan...zwart bloed druipt op de grond, terwijl de gevallen engel zich klaarmaakt voor wat komen gaat....de strijd is nog niet voorbij...
Verbouwereerd door de moed van de dwerg kan de engel niets anders doen dan het schouwspel wat er voor hem afspeelt te aanschouwen. Met grote ogen kijkt hij naar de dwerg als deze in volle vaart richting de kop van het monster springt. Bijl in de aanslag. Op hetzelfde moment gaat het monster ook tot de aanval over.
De botsing die midden in de lucht plaatsvind heeft tot gevolg dat de punten van het armor van de dwerg diep in het hoofd van het monster dringen. Maar helaas niet diep genoeg om het monster onmiddelijk te doden.
Het monster, dodelijk gewond, besluit om op de vlucht te slaan. De dwerg, nog steeds met de punten van zijn armor vastgeketend aan het monster, kan niets anders doen dan zich goed vasthouden en hopen dat het beest ooit eens stopt. Elke keer als de dwerg de kans krijgt, probeert hij het monster een slag toe te brengen met zijn bijl.
Na een voor de dwerg lijkende eeuwigheid, zakt het monster uiteindelijk door zijn poten. En valt bovenop de dwerg, waardoor de punten nog dieper in de kop van het monster dringen. Er gaat nog een laatste stuiptrekking door het monster heen en dan ligt het stil.
De dwerg probeert om het dode monster van zich af te gooien, maar de punten van zijn armor zijn te diep doorgedrongen en zitten muurvast. Het monster is te zwaar om hem van zich af te gooien. En tot overmaat van ramp is hij bij de val van het monster zijn bijl kwijtgeraakt. Besluiteloos blijft de dwerg liggen.
Ondertussen is de engel weer bijgekomen van zijn verbazing en verlegd zijn aandacht weer tot de twee overgebleven monsters. Net op tijd want deze staan op het punt om tot de aanval over te gaan.
[Dit bericht is gewijzigd door Werik op 19-05-2003 09:17]
De nymf vraagt Abbadon om zich over de elf te ontfermen en volgt zelf het bloederige spoor van Werik en het monster. Onderweg komt ze zijn bijl tegen en probeert die tevergeefs op te tillen. Dan hoort ze een zacht gekreun en gesteun. Ze rent snel op het geluid af en ziet daar de dwerg half bij bewustzijn liggen...
Ivellios rijd door het bos en hij voelt hij de krachten van Myrddin groeien.
* Dit is foute boel, ik moet haar snel vinden, ze mag niet sterker dan mij worden, dat mag gewoon niet, ik moet haar tegen houden, hopelijk weet ze nog niks van haar krachten, hoe heeft dit kunen gebeuren
Op dat moment hoort Ivellios een geluid en als hij opkijkt ziet hij een zwerm vogels, hij denkt er verder niet bij na, tot hij ze op hem af ziet duiken, met een enorme vaart.
Hij probeert ze nog te ontwijken maar ze zijn overal en pakken hem snel zijn staf af.
* Niet mijn staf, zonder mijn staf ben ik machteloos
De vogels gaan er vandoor, ze hebben waarvoor ze gekomen zijn en laten Ivellios in een zielig hoopje achter, even maar want dan staat Ivellios op.
* Dit is het werk van Myrddin, ik zal het haar betaald zetten, als ze denkt dat dit me zal tegen houden, dan heeft ze het mis.
Een kwaadaardige grijns trekt over zijn gezicht en vol kwade moed, gaat hij weer op pad.
Zwijgend knielt Abbadon naast haar neer..de vragen die hij heeft kunnen later wel komen, eerst moet hij haar helpen...De magie stroomt nog steeds vrijelijk door zijn lichaam en het is dan ook een kleine moeite een deel van die magie in het lichaam van elf te laten overlopen en zo haar energie weer aan te vullen....Na enige tijd begint haar bewusteloosheid over te gaan in een normalere slaap...
Na enige tijd staat de engel weer op...de rest zal haar lichaam zelf moeten doen, en hij heeft het gevoel dat het gevaar nog niet geweken is...
Ik dank u, wie u ook moge zijn, ik voel dat u me wat van uw energie heeft gegeven en zonder u zou ik waarschijnlijk dood zijn gegaan.
Heeft de rest het ook allemaal overleefd, ik mis namelijk de twee andere wezens?
Myrddin concentreert zich op haar omgeving, plots gaan haar ogen wijd open, ze voelde een kwade aanwezigheid, een aanwezigheid die veel lijkt op Ivellios, verder heeft ze nog meer kwaadaardige wezens opgemerkt die in dit bos rondsluipen.
Op dat moment komen er een groep vogels aangevlogen met de staf van Ivellios, die ze voor haar voeten op de grond neerleggen en dan weer opstijgen.
Myrddin pakt de staf op en het voeld kwaadaardig aan, dit deel van haar plan is gelukt, maar ze voelt dat Ivellios het nog niet heeft opgegeven en maakt zich klaar om het volgende deel van het plan te gaan uitvoeren.
"!@# auw, dat was ik dom wicht. Haal alsjeblieft dat beest van me af!"
* nyphai mompelt wat excuses en laat een boom met zijn takken het beest optillen. Ze kijkt verbaasd naar de grond en ziet dat Werik verdwenen is. Dan hoort ze weer vervloekingen en als ze omhoog kijkt ziet ze de dwerg nog vast zitten aan het beest door middel van zijn puntige armor. Ze laat de boom voorzichtig schudden en de dwerg valt met een luide plof op de grond. Na nog meer gevloek en gegrom begeven de twee zich terug naar Abbadon en Myrddin.
nyphai legt aan Werik uit wie de twee anderen zijn en voelt dan plots een duisternis op hun afkomen...
* Verveeld staart Phoenixx voor zich uit. Nocens_Veneficus staart al uren strak voor zich uit, alsof hij door de ogen van de creaturen die hij op pad heeft gestuurd kan zien wat zij voor schade aanrichten. Ze wil met hem spreken, maar ze weet dat hij het niet zal waarderen als zij hem uit zijn concentratie brengt. Wachten is zo stomvervelend. Wachten... ze heeft een eeuwigheid zitten wachten totdat de Naamloze haar een medestrijder had bezorgd en nu kan ze wéér gaan zitten wachten. Als er nou maar één klein elfje, of eigenlijk om het even wat voor wezen, bij hen in de buurt zou willen komen. Dan zou ze... De haat die haar hart had gevuld, vult nu haar hele wezen. Ze staat op, kijkt nog even naar de ouden man en haalt haar schouders op. Hier wordt ze gèk van. Phoenixx loopt langzaam weg. Ze sluipt door de bossage, haar zintuigen tot het uiterste gespitst. Haar aandacht wordt getrokken door een zacht geritsel in de bosjes en ze sluipt geluidloos ernaar toe. Eén bliksemsnelle aktie, één korte gil van het konijntje, één snelle beet met haar messcherpe tanden. Snel, simpel en pijnloos. Phoenixx mag dan medogenloos zijn, een prooidier hoeft wat haar betreft niet te lijden. Hoe minder pijn, hoe minder stampij het dier zal maken en dus ook hoe praktischer de kill is. Voldaan scheurt ze de vacht van het vlees en kluivend aan haar bout keert ze terug naar Nocens. Met het bloed van haar mond en handen druipend biedt ze de oude man geluidloos een poot aan. Ze houdt het vlees voor zijn ogen, geduldig, totdat hij uit zijn trance zal ontwaken.
"Een engel, dwerg, elf en nymf hebben mijn wezens afgeslacht, maar ook zag ik een kwade magiër. Hij zit achter de elf aan. Het lijkt mij verstandig om deze magier op te roepen en onze hulp aanbieden. Misschien dat ik zelfs zijn geest kan manipuleren en naar onze wil buigen"
* Wederom verschijnt er een duivelse glimlach op het gezicht van Phoenixx en haar verveeldheid smelt weg bij dit vooruitzicht.
"Ik bied mij aan als medium. Begin jij met de riten dan breng ik mijzelf vast in trance"
* De vrouw gaat zitten en Nocens trekt met zijn staf een cirkel om haar heen en een grijze mist trekt op uit de grond. Tijdens zijn duistere bezwering raakt Nocens de hoofd van de vrouw aan met zijn staf en het bloed stroomt uit haar mond, neus en oren.
"Adipiscor veneficus! Ego audio!"
De ogen van de vrouw gaan langzaam open en stralen een griezelige afstandelijkheid uit. Haar blik schiet naar Nocens toe en uit haar bebloede mond komt een vreemde stem, de stem van Ivellios.
"Gij magiër, hoe durf je mijn jacht te onderbreken en mijn bossen te verstoren?"
"Ik wil u slechts onze hulp aanbieden in uw jacht op de elf. Het schijnt dat mijn prooi en die van u magicka, zich bij elkaar gevoegd hebben. Ik stel voor dat u naar ons toe komt en dan zal ik ons naar het gezelschap brengen."
"Een mooi aanbod magiër, maar jullie hulp zal niet gratis zijn. Doch ik accepteer het. Ik voel inderdaad dat er meerdere partijen zich in mijn bos hebben begeven."
* Nocens raakt met zijn staf de vrouw aan en de mist verdwijnt. Met een gelukzalige glimlach kijkt Phoenixx op naar de magiër. Bezeten raken is altijd leuk denkt ze....
* Ik heb gelukkig een voordeel, Myrddin denkt en ik dacht dat ik zonder mijn toverstaf geen macht heeft, maar eigenlijk is dat niet zo, als ik er langer over nadenk heb ik in een ver verleden, geleerd mijn macht uit mezelf te halen, iets wat ik nooit goed onder controle had, tot ik de donkere kant van de wereld zag en nu kan ik alles naar mijn wil buigen. Eigenlijk heb ik de andere duistere krachten niet nodig, maar ik wil mijn vijanden niet onderschatten en wat extra hulp is nooit weggelegt, zolang ze maar niet van mij verwachten dat ik naar hun zal luisteren, want ik ben niet voor niets koning van het elfenbos en dat zal ik ook altijd blijven
Een kwaadaardige lach klinkt door het bos en in de omgeving fladderen de vogels verschrikt op en vluchten de herten de schaduwen in.
Altijd handig om zo'n spreuk over je staf te hebben uitgesproken, zo raak je hem nooit kwijt
Op dat moment schiet er een bliksemstraal door de lucht en voelt Ivellios dat het nu tijd is om bij zijn bondgenoten te verschijnen, met een tik van zijn stok op de grond reist hij even sneller door het bos en komt hij een paar meter bij het kwaadaardige stel terecht, eerst verschuilt hij zich achter een boom, om even te kijken wie hij voor zich heeft, hij wil ze namelijk niet onderschatten, maar dan komt hij tussen de bomen vandaan en gaat naar de plek waar de twee zich ophouden.
[Dit bericht is gewijzigd door Ivellios op 22-05-2003 14:48]
* Zo te voelen zijn dat bondgenoten. Goed om te weten waar ze zijn. Hmmm, waar is die Nymph. Ik weet nou nog steeds niet waar en wat ik nu eigenlijk moet zoeken. Laten we eerst het spel maar eens gaan beginnen. Het zoeken is van een latere zorg. Eerst moet ik weten waar
Tarran concentreert zich en de ring van angst die zich om hem heen bevind breidt zich uit. Dan begint Tarran aan een spreuk. Donkere wolken pakken zich boven het elfenbos samen. Uit de wolken begint het eerst zachtjes, maar naarmate de spreuk van Tarran krachtiger wordt het veel harder te regenen. Totdat uiteindelijk een onweersbui is losgebarsten zoals het elfenbos die nog nooit heeft hoeven te doorstaan.
Ondertussen heeft ook de angstspreuk van Tarran het nodige succes gehad. De Nymph is doodsbang van de dwerg weggerend. De dwerg die in eerste instantie probeerde te achterhalen wat er aan de hand is, is helemaal de kluts kwijt en probeert wanhopig de Nymph te vinden. Zelfs de gevallen engel en de elf komen niet helemaal onder het effect uit. Hoewel deze twee minder gevoelig zijn voor dit soort spreuken. Tevreden bekijkt Tarran het resultaat.
* Vier wezens die allemaal van elkaar wegvluchten, mooier kan het niet. Laat hun maar even begaan hoe verder ze van elkaar verwijderd raken hoe liever het mij is. Laten we eens kijken wat ik voor effect op de andere wezens heb gehad.
Tarran verlegd zijn blik naar de andere kant van het bos. Daar ziet hij twee figuren die wel angstig om zich heen kijken, maar niet op de vlucht slaan. Een stukje verderop ziet hij een tovenaar die slechts een verbaasde blik op zijn gezicht heeft. Even concentreerd Tarran zich.
* Ah, je vraagt je af wie de heerser van het elfenbos durft te tarten. Evellios. Waar heb ik die naam eerder gehoord. Nou ja, maakt ook niet uit. Binnenkort wordt je toch onderworpen aan de wil van de meester.
Tarran kijkt weer naar de twee andere figuren en ziet een kanppe verschijning in de vrouw. Even blijft zijn blik hangen als hij de uitdrukking op het gezicht van de vrouw ziet. Dan maakt deze uitdrukking plaats voor een van verbazing als hij de man opneemt.
* Nocens, zowaar oude "vriend". Ik ben je nog niet vergeten. Ooit zal de rekening vereffend worden. Maar niet nu. Niet nu de meester zo dicht bij zijn doel is. Nu is het zaak om onze krachten gebundeld te houden. Ja, ooit... Ooit zal ik mijn wraak hebben. Hoewel zelfs ik moet toegeven dat je krachten gegroeid zijn. Anders had je nooit zolang voor mij verborgen kunnen blijven.
Snel laat Tarran zich zakken, totdat hij net boven de toppen van de bomen hangt. Hij is weer op zoek naar de Nymph.
* Vervloekt ik ben onoplettend geweest. Die vervloekte engel is bij de Nymph aangekomen. Daar gaan mijn plannen. Ik moet nadenken.
Nu laat Tarran zich helemaal tot op de grond zakken. Nog steeds dondert en bliksemt het in het elfenbos. Op vele plaatsen zijn kleine brandjes ontstaan die meteen weer door de aanhoudende regen geblust worden. Te midden van dit donderende geweld straalt Tarran een onnatuurlijke kalmte uit.
* Wat zijn mijn mogelijkheden. Ik kan natuurlijk eerst de heerser van het elfenbos aan mijn kant proberen te krijgen. Maar dit houdt dus in dat de taak van de meester moet blijven wachten. Nee, dat is ontoelaatbaar. Een samenwerking met Nocens en die vrouw. Nee, ik weet niet of mijn aanwezigheid al kenbaar gemaakt is aan Nocens. En als dat niet zo is dan wil ik dat graag zo houden. De elf... misschien... hmmmm. Nee, dat zou ook te veel tijd in beslag nemen. En zoals mijn meester het zo mooi uitdrukte, die wandelende ijzerwinkel, die dwerg. Misschien dat die iets van de Nymph heeft vernomen. Nee, dat lijkt me niet. Hoe minder mensen een geheim kennen des te veiliger het is. Dan zit er niets anders op om de Nymph en de gevallen engel te volgen totdat ik met een beter plan kom. Ja, dat zal ik doen
Vastbesloten om geen tijd meer te verspillen bepaald Tarran waar de twee laatstgenoemde personen zich bevinden. Snel staat hij op en begint in de aangewezen richting te lopen. Onderwijl alle obstakels met een simpele handbeweging aan de kant vegend. Eeuwenoude bomen worden ontworteld alsof ze niets wegen.
* Ja, hier vermaak ik me wel mee tot ik dicht genoeg bij ze ben. Dan zal ik voorzichtiger moeten zijn. Maar vooralsnog is dit de perfecte manier om mijn gemoed even af te koelen.
Even verschijnt er een glimlach op zijn gezicht.
[Dit bericht is gewijzigd door Tarran op 22-05-2003 14:05]
"Abbadon! Er is iets loos, het woud verteld me over nog meer magiërs en een daar van zit achter mij aan. We moeten hier weg!"
* Abbadon legt een hand op nyphai's schouder en onmiddellijk kalmeert ze. De engel en elf lijken geen last te hebben van deze irrationale angst die Werik en haar in zijn greep houdt.
Uiteindelijk bereikt de dwerg het drietal en ook hij wordt gekalmeerd door Abbadon. Hoewel de paniek en ongerustheid hen nog parten speelt probeert het viertal kalm te blijven, totdat nyphai een schrille kreet slaakt van woede. Haar ogen beginnen te schitteren en een hardblauwe gloed omringd haar. Drie paar ogen kijken haar vragend aan.
"De zwarte magiër van Chaos Mountain is hier en hij rukt dit woud uiteen. Hiervoor zal hij boeten!"
"Nee! Ga geen dwaze en ondoordachte acties ondernemen nyphai. Jij hebt een zoektocht te voltooien en ik zal je daarbij helpen. Myrddin en Werik redden zich wel, zij kent dit bos als geen ander. Wij kunnen beter afscheid van elkaar nemen"
* Myrddin en Werik knikken instemmend en het viertal neemt afscheid van elkaar.
nyphai veranderd zichzelf in een vlinder en neemt behaaglijk plaats op Abbadon's schouder. Voordat het tweetal wegvliegen spreekt Myrddin een beschermingsspreuk uit tegen kwade ogen die hen willen volgen. Dan spreidt de engel zijn machtige vleugels uit en zet koers naar Teranoq , stad der Elven
[Dit bericht is gewijzigd door nyphai op 22-05-2003 14:33]
"Dit is niet goed Nocens, er zijn hier vreemde dingen aan de hand. Ik hoop voor Ivellios dat hij hier snel is!"
* Phoenixx raakt een beetje geagiteerd en ijsbeert heen en weer. Ze vindt dit soort situaties maar niks, helemaal niks! Elven of andere wezens moorden, dat is wat ze wil. Dit soort kat en muis spelletjes waarvan zij de regels niet weet past haar niet.
Nocens pakt de zachte hand van de vrouw vast en voert haar mee in zijn geest. Beide raken in een lichte trance. Ze zien hoe Tarran zijn angstspreuk om zich heen weeft en hoe hij rustig het bos vernield.
"Phoenixx, dit is mijn broer, halfbroer. Het Noodlot heeft een sadistisch gevoel voor humor mijn beste. Het is goed geweest dat wij als eerste Ivellios tot ons hebben geroepen. Hij weet meer van de bloedsteen en wij zullen deze meenemen voordat Tarran ook maar van het bestaan weet."
* Nadat de zwarte magiër deze woorden heeft gesproken verschijnt er een persoon vanuit de bebossing. De magiër Ivellios.
"Ik geloof dat er zich nog een indringer hier in mijn bos heeft begeven...."
[Dit bericht is gewijzigd door Nocens_Veneficus op 22-05-2003 14:48]
* Ik kan die nymph nergens meer ontdekken en die gevallen engel ook niet. Vreemd. Dat moet ik nader onderzoeken. Ik kan hun locatie misschien niet bepalen, maar ik zou wel gedachteflarden op kunnen vangen. Ja, dat is een idee.
Tarran neemt plaats op de met mos bedekte grond en begint te mediteren. Binnen de kortste keren hoort hij gedachteflarden van alle schepsels om hem heen. Hij hoort gedachten van vlinders, herten en wolven. Maar ook die van Evellios, Nocens en de mysterieuze vrouw. Tarran zijn meditatie gaat nog dieper. Dan vangt hij een hele lichte fluistering op, Teranoq.
* Vervloekt ze zijn me aan het ontsnappen. Laat me even denken. Ja, misschien kan ik hier wel twee vliegen in een klap slaan. Als ik nou... Ja, ik weet waar ik het lijk van een maagd kan vinden. Het enige wat er kan gebeuren is dat de meester niet met dit plan instemt.
Tarran schrikt op uit zijn meditiatie. Zijn ogen staan helder hij weet wat hem te doen staat. Snel stuurt hij een gedachte naar de meester.
* Meester U zult ongetwijfeld op de hoogte zijn van de aanwezigheid van Nocens. Met uw goedvinden wil ik hun een test laten ondergaan. Als hij zijn krachten eindelijk meester is geworden moet hij deze makkelijk kunnen doorstaan. Zeker met nog twee gezellen aan zijn zijde.
Tevreden in zichzelf glimlachend gaat Tarran weer zitten in afwachting van het antwoord van de meester.
* Ja... Briljant plan. De kyton gaat op de Nocens en zijn gezellen af en de retriever stuur ik achter de Nymph aan met de opdracht om deze naar Teranoq te leiden indien ik mij mocht vergissen. Zodra ik met het oproepen van de retriever en kyton klaar ben, zal ik mijzelf verplaatsen naar Teranoq.
Tarran begint aan een nieuwe spreuk. Deze zal enige tijd vergen. Maar hij wil niet opgemerkt worden in Teranoq. Langzaam begint zijn lichaam te vervormen. Tarran moet al zijn wilskracht gebruiken om het niet uit te schreeuwen van de pijn. Dan valt de pijn weg en Tarran in een diepe slaap. Een slaap die alleen onderbroken kan worden door het antwoord van de meester
"Ivelios, heerser van dit Elfenbos. Wij zijn u zeer dankbaar dat u uw bezigheden heeft willen onderbreken om ons, indringers in uw machtige rijk, met uw aanwezigheid te vereren.", * spreekt Phoenixx als zij nederig een knieval maakt voor de magiër en diens hand kust. Direkt voelt zij hoe Ivelios haar mentaal aftast en is zij gelukkig dat zij over de gave beschikt haar geest volledig te beheersen en anderen slechts toe te laten tot zover Phoenixx het nodig acht. Ivelios glimlacht dan ook vriendelijk naar de in zijn ogen onnozele en onderdanige vrouw.
"Inderdaad, Ivelios. Mijn halfbroer heeft ook zijn weg gevonden naar uw rijk., * verklaart Nocens de andere indringer aan de magiër.
"Wij zoeken de bloedsteen, o grote heerser. Wij móeten die vinden, voordat deze in verkeerde handen, die van Nocens' halfbroeder bijvoorbeeld, zal vallen. Kunt u ons met uw oneindige wijsheid daarmee helpen? Uiteraard zijn wij tot wederdienst bereid!" * Phoenixx kijkt met welhaast devote blik in haar ogen naar Ivelios op.
* Bar_the_Grey stapt zonder vrees naar voren vanachter een oude boom en gaat zitten op een grote steen. Zonder een reactie af te wachten, doet hij zijn sandaal uit en wrijft over zijn rechtervoet.
Tut tut, een momentje als ik mag. Voordat jullie beginnen met toverspreuken enzo los te laten.
Ik liep al een tijdje met een steentje ergens in mijn sandaal moet U weten. Hoogst irritant.
Aha daar is de boosdoener.
* Achteloos wordt het steentje door de Questor weggeworpen.
Ik stoor toch niet? Op deze bijeenkomst van de aanhangers der Duisternis? Ik wil slechts een boodschap overbrengen. Eentje van de Vrouwe zelve. U mag van geluk spreken dat ze nog niet heeft ingegrepen. Maar daar zal ze vast haar redenen voor hebben, zoals iedereen een reden heeft, tot hij of zij het licht ziet. Is het niet Phoenixx? Voel je de kracht van het licht al? Het is heel verhelderend moet je weten. Neem anders mijn hand.....
* Bar_the_Grey toont een vriendelijk gezicht en steekt zijn hand uit. Hersteld van deze overrompeling, komt daar de eerste reactie.....
"Avalon.... deze man is ook van de oude orde. Het Noodlot heeft zeker een sadistisch gevoel voor humor." Nocens zet een stap naar achter en bekijkt de Questor.
Zelfs nu bestaat er nog een vorm van De Merlijn. Een traditie die door velen al vergeten was, een traditie waar hij voor werd opgeleid totdat zijn geheim bekend werd. De Merlijn was altijd iemand van het bloed van Avalon, maar hij had ook Chaos in zijn bloed en om deze reden was hij verstoten van de druïde orde. Nogmaals neemt Nocens de Questor op en vraagt zich of hoeveel deze nog wist van de oude tijden.....
"Dus Tarran neemt zijn vroegere gedaante weer aan. Interessant. Ik zal Tarran eerst maar eens een poosje laten bijkomen, voordat ik hem antwoord geef. Die transformatie kost een hoop kracht en dat zal hij nog voldoende nodig hebben. Ik vraag me af waarom hij dat door hemzelf zeer gehate lichaam weer anneemt. Nou ja, de tijd zal het leren."
Samaell spreekt weer een paar woorden en zijn blik wordt weer teruggebracht naar Phoenixx, Nocens en Ivellios. Dan ziet hij een man in een wit gewaad naar voren stappen. Zo goed als zijn humeur was, slaat deze nu honderdtachtig graden om.
"Dit verandert al mijn plannen. Die bemoeizuchtige pummel moet zich er ook weer mee bemoeien. Hmmm, ik hoop dat ik nu niet te laat ben. Tarran dit is je meester. Voer je plan uit en als je de mogelijkheid hebt ruim dan meteen die bemoeizuchtige pummel in dat witte gewaad uit de weg. Desnoods met iets meer geweld dan je van plan was. En mocht een van de anderen daarbij per ongeluk sterven, zal het zo gemoeten hebben."
In het elfenbos schrikt Tarran wakker. De boodschap was luid en duidelijk en veroorzaakt een barstende koppijn bij hem.
* De transformatie heeft zijn tol geeist. Maar dit is de enige manier om naar Teranoq te kunnen gaan. Nu moet ik mijn ziel nog reinigen. De geest van die net gofferde maagd zou ik daarvoor kunnen gebruiken. Ze heeft toch geen rust meer totdat ze gewroken is. Maar eerst een paar demonen oproepen. De retriever om achter de Nymph aan te gaan en dan maar 2 Kyrons. Dat maakt het wel zo leuk.
Tarran graait in een van zijn zakken en haalt er een klein zakje uit. Uit het zakje haalt hij drie van de zuiverste diamanten die hij heeft kunnen vinden. Dan haalt hij er een poeder uit en begint dit in drie cirkels uit te strooien. Als er uiteindelijk drie perfecte cirkels liggen, begint Tarran er symbolen in te tekenen die alleen wezens met het bloed van Chaos kennen. Eindelijk gaat Tarran staan. Tevreden kijkt hij naar de twee identieke cirkels en de derde die een iets ander patroon heeft. In het midden van elke cirkel legt Tarran nu een diamant. Dan begint hij aan spreuk. De diamanten beginnen te gloeien. Heel Tarran zijn lichaam beweegt nu mee op het ritme van de spreuk die hij eindeloos lijkt te herhalen. Dan vliegt het poeder in brand. Drie immense cirkels van vuur schieten hoog de lucht in. Het vuur blijft gedurende een paar seconden fel branden om daarna met een flits te doven. In de cirkels zitten nu twee Kyrons en een retriever. Allen knielen ze voor Tarran die er hijgend bij staat, totaal uitgeput door de transformatie die hij eerder heeft ondergaan. Snel verzameld Tarran weer wat energie en begint te praten.
* Zo addergebroed ik heb jullie opgeroepen om mij te dienen. Voor kullie Kyrons heb ik een aparte opdracht. Verderop in dit bos bevinden zich vier personen. Maak jacht op, maak ze bang. Dood de man in het witte gewaad en ook de anderen als jullie dit niet laten kunnen. De zielen en het vlees mogen jullie houden als beloning. Voor jou retriever heb ik een speciale opdracht. Er is een Nymph samen met een gevallen engel op weg naar Teranoq. Ik wil dat je probeert om hun tegen te houden voordat ze Teranoq bereiken. Met de engel mag je doen wat je wilt, maar de Nymph wil ik levend. Ga nu, voordat ik mijn geduld verlies.
Even staan de demonen te bedenken of ze Tarran zijn eisen wel zullen opvolgen. Dan ziet Tarran tot zijn grote opluchting de drie snel van hem wegrennen. Niet dat Tarran ze niet aangekund zou hebben. Maar uit een strijd met drie demonen kom je nooit helemaal ongeschonden. En het ontbreekt hem nu aan de tijd om volledig te herstellen. Met een diepe zucht gaat hij weer zitten. Hij voelt weer in het zakje dat hij net weer uit zijn zak heeft gehaald en haalt er een stok uit. Met de punt van de stok tekent hij een paar runen in de grond voor zich. Na de laatste beweging van de stok beginnen er beelden te verschijnen. Dan van de twee Kyrons en dan van de retriever.
Tevreden glimlachend gaat Tarran met zijn rug tegen een boom zitten om het schouwspel te volgen.
[Dit bericht is gewijzigd door Tarran op 29-05-2003 10:57]
Op de open plek heeft niemand van het viertal nog in de gaten wat er staat te gebeuren. De man in het witte gewaad lijkt de alertheid van de anderen danig te hebben verdrongen. Op het moment dat de man in het witte gewaad weer iets wil zeggen gaat de eerst Kyron tot de aanval over. Snel werpt hij vanuit het struikgewas een van zijn kettingen om de benen van de man in het witte gewaad en geeft een ruk. De maan in het witte gewaad valt met een klap achterover. Ondertussen heeft de Kyron de ketting die om de benen van de man zat alweer los en verplaatst hij zich snel en geluidloos naar een andere locatie. Daar aangekomen gooit hij een van de kettingen even omhoog richting de onderste takken van de boom.
De vier op de open plek kijken gealarmeerd naar de bewegende takken. Dan komt er vanuit het struikgewas achter hen een andere ketting aangevlogen van de tweede Kyron. Deze ketting wordt om de hals van Ivellios geslagen. Door een flinke ruk aan de ketting wordt Ivellios bijna onthoofd maar door mee te vallen met de beweging van de ketting weet hij dit af te wenden. Dan is de ketting weer verdwenen en krabbelt Ivellios weer overeind, pijnlijk over zijn nek wrijvend.
Even kijkt de man in het witte gewaad de anderen aan.
* Ik weet nog niet waardoor we nu aangevallen worden, maar ze zijn sterk. Ze spelen nu een spelletje met ons. Dat wil dus zeggen dat ze er zeker van zijn dat zij als overwinnaars uit deze schermutseling naar voren komen. Dus ik zie als enige mogelijkheid om zolang deze dreiging bestaat een pakt te sluiten. Dat is de enige manier waarop wij kunnen winnen van deze wezens.
Even kijken de anderen de man in het witte gewaad aan. Dan geven ze schoorvoetend toe dat hij toch wel gelijk heeft. Een pakt totdat de dreiging over is. Daarna is de man zelf aan de beurt.
[Dit bericht is gewijzigd door Tarran op 29-05-2003 11:00]
Net op het moment dat Phoenixx naar voren wilde stappen om de Questor de hand te schudden, viel de man stijl achterover. Goed, een man mag best een beetje onder de indruk zijn van haar schoonheid, maar om nu stijl achterover te vallen? Dan ziet haar scherpe oog de ketting die zich razendsnel weer van de voeten van de Questor losmaakt en verdwijnt. De takken bewegen wild en Ivelios blijkt het volgende slachtoffer van de rondvliegende kettingen te zijn. Als in een reflex trekt Phoenixx snel enkele runen in de lucht en een beschermend schild vormt zich rond haar lichaam. De aanval bleek echter van korte duur. Een plaagstootje, lijkt het wel. Dan begint de Questor te spreken. Phoenixx was nog druk haar eigen gedachten te ordenen en zijn woorden dringen slechts ten dele tot haar door.
"....Dus ik zie als enige mogelijkheid om zolang deze dreiging bestaat een pakt te sluiten. Dat is de enige manier waarop wij kunnen winnen van deze wezens."
* Hij is fijn! Alles is pais en vree hier (tot grote ergernis van Phoenixx, dat moet gezegd worden) en op het moment dat die paljas in zijn witte laken zich vertoont worden ze aangevallen door... nog niet geïdentificeerde wezens. En wie zegt dat hij die creaturen niet zelf heeft meegenomen? Doordat hij zelf óók is aangevallen? Ja, dag! Zo zou Phoenixx het zelf ook in elkaar gezet kunnen hebben! Een pakt vormen? Met hèm? De andere leden van de groep schijnen echter wel oren te hebben naar het idee. Ze besluit zich neer te leggen bij de mening van de meerderheid.
"Laat ons samenwerken dan. Voor dit moment. Dan kan je ons meteen overtuigen van die prachtige kracht van het licht van je. Maar vergeet niet: ik hou je in de gaten! * sneert Phoenixx naar de Questor.
Neem mijn hand. Verlaat het pad van de Naamloze. Laat je ziel niet verloren gaan.
* Dan slaat wederom een van de Kytons toe en wikkelt zijn kettingen om de arm van de Questor. Maar ditmaal gaat dat niet zonder gevolg. Vanaf de arm van de Questor stroomt een witte lichtbundel naar de ketting van de Kyron. Deze trekt verder over de ketting heen en stroomt verder naar het lichaam van de Kyton. Deze schreeuwt het uit van angst. De kracht van het licht, maakt zich meester over de demoon. Dan gloeit deze helemaal op en begint het hoofd zich te misvormen. Botten beginnen spontaan te groeien, de huid zet zich op en de ogen puilen uit. Op de plek van het hart wordt een zwarte plek zichtbaar, die langzaam naar boven trekt richting de mond. De kettingen worden opgenomen door het lichaam en verdwijnen, op de plek van de schouders verschijnen nieuwe botten en de armen gaan ook een verandering. Ondertussen kermt en kreunt de Kyton op de grond. De Questor loopt rustig op de demoon af en legt zijn rechterhand op het hoofd van de demoon.
Geef je slechte energie aan mij.
* Dan schiet de zwarte vlek die bij de Kyton ter hoogte van de mond was gebleven omhoog naar het hoofd van het wezen. Even kleurt de hand van de Questor zwart, maar wordt dan grijs, gevolgd door wit en keert dan terug naar de normale huidskleur. De Kyton is ondertussen een hele gedaanteverwisseling ondergaan. Op de plek waar eens de armen waren, zijn nu vleugels in de plaats gekomen. De uitstraling is ook totaal omgekeerd. Pure slechtheid heeft plaatsgemaakt voor rust en vrede. De ogen zijn goud van kleur en het haar is gemaakt van veren. Het nieuwe wezen zit nu geknield voor de Questor.
Sta op Avoral. Er wordt op je gewacht bij de Citadel.
* Dan spreid het nieuwe wezen zijn vleugels en vliegt op en verdwijnt aan de horizon.
Nou blijkbaar Phoenixx zul je nog even niet tot het licht bekeren, maar wat nog niet kan nog volgen. Of niet soms Nocens?
* Bar_the_Grey draait zijn gezicht de kant op van Nocens en een blik van herkenning is duidelijk zichtbaar. Een moment kleuren de ogen van de Questor weer hagelwit en dat, samen met de demonstratie van de krachten van de Questor doet Nocens huiveren.
* Dan gaat de Questor rustig zitten en pakt een pijp tevoorschijn. Alsof er niets aan de hand is, gaat hij de pijp stoppen met Aljocha tabak. Ondertussen cirkelt de tweede Kyton nog steeds rond om een nieuwe aanval te plaatsen. De Questor kijkt het wezen een moment aan met hagelwitte ogen. Dan lijkt het alsof de Kyton een moment happert in zijn bewegingen om daarna naar voren te stappen. Maar in de ogen van Nocens, Phoenixx en Ivelios zou er een heel ander iets voor ze kunnen staan. Want een van de krachten van de Kyton is om zich voor te doen als een geliefde of goede vriend van het beoogde slachtoffer.
Deze is voor jullie, laat maar zien op welke destructieve wijze jullie omgaan met een demoon. Dan geniet ik even rustig van mijn pijp.
* Nonchalant kijkt de Questor toe hoe de anderen nu zullen omgaan met de demoon en zijn krachten. Maar terwijl de anderen hun aandacht richten op de Kyton, laat de Questor even zijn rechterhand de grond raken. Naast de plek waar hij zijn staf neerlegde. Ongezien voor een sterveling stroomt de kracht van de staf door de bodem heen. De Questor is ongezien bezig met een bezwering!
De Questor went zich echter van haar af.
"Nou blijkbaar Phoenixx zul je nog even niet tot het licht bekeren, maar wat nog niet kan nog volgen. Of niet soms Nocens?" * Owwwwwwwwww - wat heeft ze er toch een pesthekel aan als mensen tegen een ander, maar óver haar gaan praten! Waar ze zelf bij staat, hè! Alsof zij het in haar hersens zou halen om de Naamloze de rug toe te keren!! Haar Meester zou haar nooit in de steek laten, zij heeft het licht niet nodig. Net als ze hierover fel van leer wil trekken tegen die malloot, hoort ze een stem achter zich."Hallo Chairen... Vermaak je je een beetje?"
* Phoenixx' hart slaat een slag over. Langzaam draait ze zich om en daar ziet ze hem staan. De breedgeschouderde smid komt uit de bosjes gestapt en blijft op een tiental passen afstand naar haar staan te grijnzen. Zijn blauw-grijze ogen twinkelen, de wind speelt met zijn lange haren. Om zijn hals het wolven amulet, in de verre heuvels huilt een wolf.
"Atrimar..." * hijgt ze, buiten adem van schrik en verrassing. Nocens en Ivelios kijken haar vragend aan, de Questor glimlacht. Phoenixx glimlacht ook. Háár Atrimar! Hoewel de tijd dat zij geliefden waren reeds een eeuwigheid achter hen ligt, en er in Phoenixx' hart geen plaats is voor liefde anders dan de liefde voor haar Meester, zal zij altijd een zwak blijven houden voor de grote smid. De brede smid die zijn armen spreidt om Phoenixx in op te vangen, haar te omhelzen, om hun cirkels te laten versmelten. De harde blik van Phoenixx verzacht zich en met een glimlach rond haar lippen loopt zij op Atrimar af, haar armen spreidend om zijn omhelzing te beantwoorden.... en zich onbedoeld zo kwetsbaar als maar mogelijk is op te stellen.
"Phoenixx - neeee!!" * gillen Nocens en Ivelios bijna tegelijkertijd. Zij weten niet wie of wat Phoenixx ziet, maar het creatuur waar zij op af loopt is duidelijk níet diegene die zij denkt! Phoenixx kijkt kwaad naar de beide schreeuwlelijks. Mag ze éven een oude vriend begroeten, ja? Dan draait ze zich weer naar Atrimar, naar zijn blauw-grijze ogen die.... Bláuw-gríjs? En hij had "chairèn" gezegd in plaats van "chairìn". Te laat beseft ze dat ze erin is gelopen. Nu de illusie verbroken is, ziet zij duidelijk het monster voor zich staan. De ketting vliegt al op haar af, slaat om haar benen en trekt haar tegen de grond. Even snel als hij is verschenen, is de ketting ook weer verdwenen. Niet voor lang echter. De ketting vliegt al op haar hals af. Als een razende bedenkt Phoenixx de mogelijkheden die er zijn, om ze even snel weer als onbruikbaar te verwerpen. De ketting slaat om haar hals en beneemt haar de adem. Net als ze dreigt te stikken laat de ketting weer los en wikkelt zich om een been. Ze wordt weggesleurd van de anderen die hulpeloos toe stonden te kijken. Het dier spéélt met haar, als een kat met een bolletje wol. Bolletje wol... De metafoor begint zich in haar hersenen uit te kristalliseren en dan ziet ze het. De Kyton is niet echt... De Kyton is in deze wereld gebracht door runenmagie! Phoenixx concentreert zich en ziet dan eindelijk de runenstructuur. Een structuur die ze herkent, die ze kan verbreken. Al haar energie gespitst op die ene taak weet Phoenixx de structuur te verbreken. Hoe verder ze daarmee komt, hoe harder de Kyton haar aanvalt. Totdat - eindelijk - de struktuur helemaal uit elkaar valt en de Kyton is verdwenen. Phoenixx zwaar gewond in het struikgewas achterlatend.
Ze is al te dicht bij.
* Een glimlach verscheen op het gezicht van de Questor. Hij had zijn bezwering onopvallend voor de anderen afgerond. Zachtjes begon hij te mompelen, een oud rijmpje. Zijn blik continu op Nocens en Ivellios rustend.
With power and might
Let the light
Rout the night.
* Dit was het moment waarop een van de twee zijn kalmte verloor en tot actie overging. Maar de ogen van de Questor waren reeds hagelwit gekleurd. Maar nog veel belangrijker, zijn bezwering was al zonder dat zij het wisten uitgesproken.
* Ah, de illusie van de Kyton heeft dus effect op deze vrouw. Dat is goed om te weten.
Tarran ziet hoe de vrouw het bos wordt ingetrokken door de Kyton. Dan kijkt hij verbaasd naar een van de cirkels die hij heeft gecreeerd. De runen worden uit elkaar getrokken. Snel kijkt hij weer naar het gevecht tussen de vrouw en de tweede Kyton. Langzaam ziet hij de Kyton vervagen.
* Ze heeft het bloed van Chaos door haar aderen lopen. Want anders zou ze niet in staat zijn mijn runen te breken. In de staat waarin ze nu verkeerd is ze een makkelijke prooi voor de meester. Misschien dat hij haar kan overtuigen om onze kant te kiezen. Ja, dat is het beste.
Tarran vouwt de hand waarin hijde vuurbal heeft open. Hij concentreert zich even en de bal wordt groter en groter, totdat hij uiteindelijk zo groot als een persoon is. Dan maakt Tarran een armbeweging en de bal schiet weg. De bal schiet over de open plek waar de man in het witte gewaad en Ivellios en Nocens nog zijn. Verschrikt kijkt de Questor naar boven. Hij verliest zijn concentratie en de spreuk die hij had voorbereid als de bol zijn doel treft. Er komen tranen in zijn ogen als zijn geestesoog Avoral brandend in het elfenbos ziet storten.
Ondertussen heeft Tarran ook niet stil gezeten. Snel spreekt hij een spreuk die een illusie creeert over de twee runencirkels die er nog zijn. Dan maakt hij een portaal en stapt daar snel doorheen. Aan de andere kant van het portaal ligt de vrouw die de tweede Kyton verslagen heeft. Ze is er slecht aan toe. Maar dat vind Tarran op het moment niet zo erg. Snel spreekt hij een paar woorden en veranderd de bestemming van het portaal. Weer begint Tarran aan een spreuk en de vrouw begint te zweven. Voorzichtig laat Tarran haar nu naar het portaal zweven. Nog even kijkt hij om naar de plek waar de drie overgebleven figuren aan een heroisch gevecht zullen beginnen. Tarran glimlacht. Wat er ook gebeurt tijdens dat gevecht, het zal altijd in zijn voordeel zijn...
Snel stapt hij nu de poort door met de zwevende vrouwe aan zijn zijde. Bestemming Chaos Mountain
"Knap staaltje vakmanschap heb je daar verricht Gwydion. Jammer alleen dat je halfbroer Phoenixx heeft meegenomen. Overigens er is nog een tweede bezwering en ik denk dat deze tijd genoeg heeft gehad om tot zijn recht te komen en ons zo aan te vallen."
* De woorden van Avalon dringen eindelijk door tot Nocens en kwaad kijkt hij de Questor aan. Ivellios kijkt beide heren vragend aan en begrijpt niets meer van deze uiterst ingewikkelde situatie waarin hij is belandt.
"Nu je zo effectief mijn naam hebt kunnen raden mijn waarde Merlijn, zou je die van jezelf en de huidige naam van de Vrouwe van het Meer met mij delen? Of worden deze twee tradities niet meer in ere gehouden? Dat zou zonde en jammer zijn, want de intriges van toen waren toch uiterst vermakelijk. Maar we dwalen af zo, ik denk dat ik het volgende speeltje van mijn broer aan jullie overlaat en mijn zoektocht naar de uitermate interessante stenen ga vervolgen. Wij zullen elkaar vast nog maals ontmoeten Questor.
* Met een zachte tik van zijn staf en enkele woorden van magie transporteerd Nocens zichzelf naar het rand van dit bos en zet dan koers naar Teranoq , stad der Elven . Waar de derde steen zich ophoudt.
* Nocens en Ivellios zien dit met een brede grijns aan. Dan gaat Nocens tot actie over. nocens spreekt de Questor aan en stelt daarbij oude vragen. Nog voordat er een antwoord volgt, is Nocens met een simpele beweging verdwenen. Ivellios en de Questor achterlatend.
Wat is dit allemaal in mijn bos? Wie ben jij?* vraagt Ivellios aan de Questor. Maar deze kijkt slechts op met een vriendelijke glimlach. Dan worden de ogen van de Questor weer hagelwit en wordt de Questor doorzichtig en vervaagd langzaam.
* Bar_the_Grey voelt dat zijn bezwering langzaam uitwerkt. Zijn machtige illusie vervaagt, hij voelt het vervagen van de magie. Maar zijn bezwering heeft gewerkt. De anderen zijn te druk met zichzelf bezig om de truuk door te hebben die de Questor zojuist uithaalde. Misschien komen ze er later achter. Maar dat is voor later. Nu is wat telt. De Questor houdt zijn volledige aandacht bij wat gaat komen. Hij is op weg naar de bakkermat van slechtheid: Chaos Mountain
* Als een van de rode haren op het lichaam van Phoenixx, ziet de Questor de verschijning van de persoon die verantwoordelijk is geweest van de komst van de Kytons. Deze stapt uit een portaal en doet een spreuk die de nog immer bewusteloze Phoenixx doet omhoog zweven en haar door de portaal laat gaan. De Questor is binnen. Het plan is gelukt. Nu afwachten of dit risico het waard is gewwest.
Ja denkt hij dat past wel bij haar.
Hij zegt een paar woorden, slaat een paar keer met zij stok op de grond en uit zijn stok, verschijnt er een paars vuur, dat uitgroeit in een draak.
De draak geeft een brul en kijkt dan naar zijn meester met een argwanende blik.
Ga, er zijn twee figuren in mijn bos een mannelijke dwerg en een vrouwelijke elf een tovernares, neem haar gevangen, maar schaad haar niet, wat je met de dwerg wilt doen is jouw zaak, aan hem heb ik niks.
Ga nu en kom met Myrddin terug
* De draak spreid zijn vleugels en vliegt het raam uit.
Dit moet lukken, een draak dat kunnen ze toch niet verslaan?
[Dit bericht is gewijzigd door Ivellios op 17-06-2003 10:56]
Myrddin voelt ook een verspreiding van de kwade gasten in het bos, ze voelt dat Iveelios alleen over is en terug keert naar zijn kasteel.
Wat zal hij nu weer van plan zijn? Ze weet dat ze voorlopig nog niet van hem af is en vraagt zich af wat er verderop in het bos is gebeurd, is hij sterker geworden?
Nou ja, zij is in ieder geval wel sterker geworden.
Dan hoort ze door de bomen een ruisend geluid, het geluid van vleugels, door de bomen ziet ze op eens een paarse gestalte dat vlak voor hun land en een harde brul geeft, in zijn ogen brand een paars voor.
Het lijkt een soort draak te zijn.
Van schrik valt ze achter over en ze ziet dat Werik ook schrikt, dit hadden ze niet verwacht, maar Werik lijkt eerder hersteld dan zei en staat al in een gevechthouding als de eerste klauw van de drak uitschiet.
Snel springt Myrddin weer op haar benen, met haar toverstok in de aanslag, had ze nu ook maar een schild gekocht.
En het gevecht is van start gegaan
De runen die Tarran heeft neergezet liggen er nog steeds rustig bij, tenminste degenen die heel zijn. Dan vluchten inene alle dieren die zich in de buurt bevinden zo ver mogelijk weg. Het portaal naar de demonenwereld staat nog open en er veschijnt nu een hand met een gloeiende zweep in het elfenbos. Al snel volgt er een arm en dan de rest van het lichaam. De balor, want dat is de demon kijkt tevreden rond.
Ja, dit is wel een plek waar ik wat mee kan.
De balor bukt en past met een simpele handbeweging de doorgang aan, die nu wijdt open staat. Met sierlijke bewegingen komt er nu een Nightmare doorstappen. De balor ziet het tevreden aan, het heeft moeite gekost om deze demon voor zich te winnen. Maar hij is niet voor niets de heerser van de demonenwereld. Al zijn uitdagers heeft hij verslagen. Hij kijkt nog eens naar de nightmare, ook hij is de sterkste van zijn soort. De hitte van zijn hoeven, staart en manen branden de balor tegemoet, maar de Balor geniet ervan. Dan legt hij een hand op de nightmare.
Volgens mij wordt het tijd dat wij ons hier eens met de zaken moeten gaan bemoeien. Het gaat allemaal veel te gemoedelijk. Het is maar goed dat ik tijdig ontdekte wat Tarran aan het doen was en dat ik eindelijk de mogelijkheid had om de doorgang open te houden.
Hoewel de Balor een uitstekend vlieger is, besluit hij om op de Nightmare te stijgen. Hij geniet altijd van de vernietigende blik die hij van de demon krijgt. Maar de Balor weet ook dat hij hem trouw blijft, want waar hij gaat volgt geheid wanhoop, chaos en dood. En dat is iets waar de nightmare niet zonder kan. Snel stijgt de Nightmare nu op, op zoek naar de eerste slachtoffers!
Hij slaat z'n machtige vleugels uit en vliegt van de toren af waarna hij verdwijnt in de stroom der tijden. Boven de plaats waar het gevecht tussen de tovenares, de dwerg en de draak zich afspeelt, klinkt een donderslag en daar waar de lucht eerst nog verstoken was van enig teken van leven, verschijnt plotsklaps Quantarianth. Voordat de Paarse Draak het beseft, laat Quantarianth zich boven op hem/haar vallen. De omgeving schokt en trilt als de machtige 'dragon' de paarse 'drake' verplettert.
Onder de verwoestende kracht van de 'Dragon Unleashed' wordt het paarse draakgeval verscheurd en laat Quantarianth zien wat een èchte draak kan doen. Na het korte, felle gevecht buigt Quantarianth zich naar de twee verschrikte personen en gromt een keertje. Op telepatische wijze laat hij weten dat het gevaar van de paarse draak voor hun nu is geweken.
Dan vliegt hij weer terug naar het Kasteel en neemt daar z'n zonnige plekje op de Drakentoren weer in.
* De eigenaar van de paarse draak heeft pijn, mentale en magische pijn omdat z'n opgeroepen draak door een èchte draak is vernietigd *
Ivellios kijkt met verdrietige ogen toe hoe Quantarianth zijn Amethist Draak plet en voor het arme beest gebeurt het zelfs, voor het doorheeft wat er gebeurt, de draak is niet bestand tegen Quantarianth
Nee!!! Stom Arrogant beest.
Hoe durf je!!!
Hoe durf jij je met mijn plannen te bemoeien?
Denk je nou echt dat ik me door een beetje tegenslag laat weerhouden?
* Tranen lopen over het gezicht van Ivellios, door het verlies van zijn draak, maar zijn gezicht staat meedogenloos.
Toch opgelucht ziet hij Quantarianth, naar huis terug keren, volgende keer zal hij beter moeten opletten, blijkbaar word zijn gevecht ook ergens anders opgemerkt.
Ivellios roept een paar woorden voor zijn spiegel en in de spiegel verschijnt een rookwolk.
Hij is alweer bezig met zijn volgende plannetje, hij heeft tenslotte geen tijd te verliezen.
[Dit bericht is gewijzigd door pluisje op 30-06-2003 21:25]
Verbaasd kijkt Werik naar het gevecht tussen de draken. Dan komt zijn norse blik weer tevoorschijn en kijkt hij terloops naar Myrddin. Ze ziet lijkwit en is doodsbenauwd. Dan is het gevecht inene afgelopen en de Amethistkleurige draak ligt voor dood op de grond. Werik voelt met een dreunende klap de woorden van de andere draak in zijn hoofd weerklinken.
* Hmmpf, verdraaide rotbeesten. Waarom spreken jullie niet gewoon in plaats van mij koppijn te bezorgen.
Dan stijgt de draak snel op en verdwijnt uit het zicht. Snel kijkt Werik weer naar Myrddin, maar die is in geen velden of wegen meer te bekennen.
* Wel verdraaid, stomme rotelfen. Je kunt je ook niet even omdraaien of ze zijn hem weer gesmeerd. Nou ja, omdat ik toch niet veel beters te doen heb op het moment zal ik maar naar haar op zoek gaan. Hoewel ze zich aardig kan redden is er een schijnbaar machtig persoon naar haar op zoek. We zullen eens kijken wat daaraan te doen is.
[Dit bericht is gewijzigd door Werik op 02-07-2003 13:35]
Ah, onze oude vriend Tarran hangt hier dus ook rond. Dat betekent dat Samaell niet ver weg kan zijn. Dat moet ik eigenlijk eens nader gaan bekijken. Daar waar Samaell is, is chaos. Maar ik vraag me af wat zijn verdere bedoelingen in deze wereld zijn. Eens kijken, waar kan ik nog meer restjes chaos magie ontdekken. Ah, gevonden. Er is een berg met daarin een vage gloed van magie.
De Balor geeft de Nightmare een harde trap in zijn flanken en geeft de richting aan waarin hij moet vliegen. Als een pijl uit een boog schieten ze weg in de richting van Chaos Mountain.
* Tranen van verdriet lopen over de wangen van Myrddin, als ze denkt aan haar goede oude vriend.
Op het laatste moment heeft Myrddin de draak herkent.
Toen ze klein was speelde ze vaak met Silinde Elensar.
Hij werd haar beste vriend.
Hij was een paar jaar ouder dan zij en hij had de magieschool afgemaakt, voor alle ellende in het bos begonnen.
Daarom wist ze ook dat hij zich kon veranderen in een draak, maar hoe kon Ivellios hem zo manipuleren dat hij hun zou aanvallen? Hij moet hem eerst gevangen hebben genomen en in een lichtpot hebben gestopt.
O, Silinde, hoe heb je je laten betoveren, juist jij die zo sterk was.
Nee! O oude vriend, ik zal hem voor je doden, dit heb je niet verdient.
* Haar woorden klinken als een schot door het bos.
Hoe bozer Myrddin word, hoe meer er een licht om haar heen gaat stralen, terwijl ze met boze passen, niet meer het bos uit probeert te vluchten, maar juist richting het kasteel van Ivellios begint te lopen.
De takken van de bomen gaan aan de kant voor haar en dieren slaan op de vlucht als ze aan komt zetten.
De lucht begint grijs te worden en af en toe zie je een lichtflits langs schieten.
De lucht is zwaar beladen.
Vandaag word de eerste dag van haar nieuwe leven, niet meer bang, maar krachtig zal ze zijn. Haar nieuwe levenspad is haar duidelijk en met deze gedachte gaat ze naar haar ouderlijke vertrek, pakt daar haar magische spullen en keert terug naar het bos. Eens haar huis keert ze de rug toe, maar eens zal ze haar wereld bevrijden van deze boze geest, als de tijd daar rijp voor is.
Verbouwereerd gaat de dwerg op de grond zitten en besluit zijn mogelijkheden te overpeinzen. Hij kan natuurlijk op dezelfde manier doorgaan, maar dan zou hij misschien nog verder afdwalen en helemaal niet meer weten waar hij zich bevind. Besluiteloos staart hij voor zich uit. Dan krijgen zijn ogen weer een heldere uitdrukking. Dat hij daar niet eerder aan gedacht heeft. De runen die zijn berg beschermen kan hij natuurlijk ook gebruiken om een portaal hiervandaan te creeeren naar zijn berg toe.
Snel begint de dwerg met het tekenen van een aantal runen op de bodem van het bos. Zodra ze klaar zijn lichten ze met een blauwe gloed op en verschijnt er een portaal.
* Ik weet niet veel van magie, maar dit is een stukje wat ik wel handig vind
Met die laatste gedachte stapt Werik door het portaal op weg naar wat hij denkt zijn thuis is, maar door de toename van de krachten van Chaos Mountain dat vlakbij Dwarf Mountain ligt is de magie in de wereld verstoord met als gevolg dat de bestemming van de poort drastisch gewijzigd is.
* GRMBL, waar ben ik hier nou weer beland?
Vanuit een nabijgelegen kamer komt er een figuur binnenstappen die zegt:
Welkom in Chaos Mountain
Hij loopt verder. In het bos voelt hij vreemde energieën, allerlei vlagen van voor hem onbekende energie vliegen langs zijn handen. "wat is dit voor bos?"
Uren aan een stuk dwaalt Chameleon door het bos, maar hij ziet niets of niemand. Het lijkt of hij rondjes loopt...
Hij gaat tegen een grote boom zitten, grijpt zijn lange cape en slaat die om hem heen. "Eerst rusten," denkt hij. "Het is donker aan het worden. Ik hoop dat iemand me vindt die hier de weg weet. Als iemand me door dit bos kan leiden zal ik hem een tegendienst bewijzen."
*KNAL*
* Myrddin belandt met een harde klap op de grond. Verbijsterd kijkt ze achterom en schrikt als ze wat ziet bewegen, een gedaante wat gewikkeld lijkt te zijn in een cape schrikt op. Blijkbaar was ze zo in gedachten geweest dat ze niet goed uitgekeken had en is ze over iemand gevallen die lag te rusten tegen de boom aan. Voorzichtig staat ze op en bied aarzelend haar verontschuldigingen aan
"Wie ben je? en waar ben ik?" vraagt hij.
* De gedaante biedt haar exuses aan. Chameleon kan niet goed verstaan wat ze zegt. hij loopt op haar af.
Uhm, nogmaals het spijt me zeer dat ik u zo uit uw rust heb gestoord. Mijn naam is Myrddin en u bevindt zich in het elfenbos, mag ik u vragen hoe u hier zo terecht bent gekomen, het komt zelden voor dat hier iemand rond wandelt
* Chameleon ziet dat myrddin verbaasd naar hem staat te kijken. "Wat is dit voor gloed?" denkt hij bij zichzelf. Plots schiet het door hem heen... Natuurlijk! Hij is Reiki-healer, zijn energie zal vast worden versterkt door de energieën die hier in het bos rondzweven! Chameleon kijkt naar de handen van Myrddin. Hij ziet dat haar hand bloedt, het stukje stof eromheen is ervan doordrenkt.
"Myrddin, ik ben hier helemaal alleen, ik weet niet waar ik naartoe moet. Alsjeblieft, vertel me waar ik onderdak kan vinden. In ruil ervoor zal ik je wond genezen, ik zie dat je erg bloedt."
* Als ze de vreemdeling verbaasd naar haar ziet kijken mompelt Myrddin.
Dat is een lang verhaal en zal u misschien vervelen. Na uw reis zult u wel dorst en honger hebben, laten we terug gaan naar mijn oude woonplaats, daar kan ik wel wat te eten voor u maken
* Myrddin voelt hoe de zon door het bladerendek van de bomen probeert door te dringen en voelt hoe de temperatuur begint op te klimmen, de vochtige damp die in het bos hangt begint op te trekken en geeft het bos een wat vriendelijkere aanblik.
* Chameleon voelde zijn handen gloeien. Iets in dit bos riep hem op zijn energie te gebruiken... Het leek alsof er iets in dit bos zijn energie verdrievoudigde... hij sloeg het krachtsymbool om zich te beschermen, hij voelde dat er veel energetische parasieten op de loer lagen...
* Myrddin kijkt de vreemdeling doordringend aan en voelt de kracht die hij lijkt uit te gloeien. Ze voelt zijn energie en vraagt zich af of hij te vertrouwen is.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 18-10-2003 13:01]
Geef me uw hand, dan zal ik hem helen.
* Chameleon pakt de hand van myrddin en plaatste zijn eigen hand boven de wond.
* Chameleon schrok van wat er gebeurde... normaal was het effect van de Reiki-energie helemaal niet zichtbaar... maar het leek of zijn hele hand licht gaf. Zijn aura, die met de minuut helderder werd, nam een gele kleur aan. Zijn intuïtie vertelde hem dat er iets in Myrddin speelde... waar was ze eigenlijk naar op zoek? Of was ze ergens voor op de vlucht? De vragen gierden door Chameleon's hoofd... zo veel vragen, al sinds hij begon met zijn reiki-training bij Backxeron, en nu hij hier aangespoeld was nog meer... en dan ineens deze vrouw... Wat stond hem te wachten? De energie stopte met stromen.
Zo... binnen een korte tijd zal uw wond genezen zijn.
* Chameleon nam het stuk stof van de wond en zag dat het bloed was opgedroogd. Hij veegde het weg en alles wat overbleef was een vaagrood litteken.
Ik zal u volgen naar uw oude woonplaats... ik heb voedsel nodig, ik voel dat ik aan het verzwakken ben.
Dank u, Ik zal u nu meenemen naar mijn dorp, ik hoop alleen dat u er niet te veel van verwacht, het dorp heeft een nare tijd doorgemaakt en zal veel tijd nodig hebben om zich weer te herstellen. Toch zullen ze u met gastvrijheid onthalen en u eten en drinken schenken, dat is mijn volk niet onbekend namelijk en ze zijn altijd blij vreemdelingen te mogen begroeten.
* Myrddin loopt voor Chameleon uit en volgt het eeuwenoude pa dterug naar het hart van het bos waar haar dorp zich bevindt. De toerns van het kasteel komen al in zicht en de stralen van de zon, verwarmen de eens zo duistere plek. De stemmen van de elfen worden al hoorbaar en de de karchten van hun magie is voelbaar. Een krans van licht hangt nu om het dorp en Myrddin en Chameleon worden begroet door een aantal kinderen.
Bij de herberg stopt Myrddin even en spreekt tot een bleek vrouwtje. Dan stapt ze samen met Chameleon de herberg binnen. In de deuropening blijven ze even staan om hun ogen aan het licht, of meer het gebrek aan licht te laten wennen. Myrddin ziet dat de herberg bijna verlaten is en loopt richting de toonbank.
Wat zou u willen eten en drinken Chameleon? Ik wil graag een groot glas water een een stoofschotel
* Samen met Myrddin nuttigt Chameleon zijn maal. Het smaakt hem goed, hij heeft in tijden niet gegeten... hij leefde de laatste week enkel en alleen op energie, maar dit kan hij gewoonlijk maar enkele dagen volhouden. En zeker nu hij geen flauw idee had waarom hij nu juist hier was aangespoeld... een bos vol geheimen, vol met vreemde energieën. Lag er een missie op hem te wachten? In toeval gelooft hij niet... Tijdens het eten kon Chameleon het niet helpen steeds naar Myrddin te kijken. Er wás iets met haar... haar ogen leken af en toe een blauwe lichtgloed af te geven... "Verbeeld ik me dit nu?" dacht hij bij zichzelf... Iets aan Myrddin leek hem zelfs aan te trekken... Was het haar kracht?Chameleon voelde dat Myrddin over enorme krachten beschikte, veel groter dan ze zelf doorhad... Of was het iets anders... halverwege de maaltijd schuift Chameleon zijn bord opzij. Hij heeft genoeg, al heeft hij een week niets gegeten... hij krijgt geen hap meer door zijn keel.
Ik vraag me af of je misschien met een missie hierheen bent gekomen, lijkt me vervelend dat je dat niet meer weet. Heb je buiten Reiki nog meer krachten? Je zult misschien wel moe zijn en rust nodig hebben, het wordt voor mij ook weer tijd om te mediteren, mijn krachten zijn een beetje verzwakt. Ik zal u meenemen naar het kasteel, er zal vast wel een kamer beschikbaar zijn. of wilt u liever een kijkje nemen in het dorp?
* Hij wist het nu zeker. Iets in dit bos riep hem, iets lokte hem. Daagde hem uit zijn krachten te gebruiken. Chameleon bedacht zich dat hij lange tijd niemand had genezen, totdat hij deze elf genas. Zijn handen tintelden. Spoedig zou zijn missie zich aan hem bekend maken. Samen met Myrddin liep hij het dorpje in. Het zag er gastvrij uit, vol vriendelijke, hardwerkende mensen. Chameleon merkte op dat sommige kinderen heel verbaasd naar hem keken, niet bang maar vol verwondering. Gerben keek omhoog en zag een grote energiebaan naar zijn hoofd stromen. Zijn energiekanaal had zich heropend, zijn handen gloeiden. Hij was waar hij zijn moest.
Myrddin, mijn beste elf, ik vermoed dat ik hier moet zijn. Ik weet niet waarom, ik weet niet waar precies, maar alles wijst erop zich hier iets bevind dat mijn aandacht benodigt. Wat zou het kunnen zijn...
* Chameleon stond stil, veegde wat stof van zijn cape en mompelde zachtjes, het was bijna niet te verstaan...
Hon sha... nen... Sei.... ku rei.... kho myo....
* Opnieuw kreeg de aura van Chameleon een gele kleur. ditmaal leek hij zich uit te breiden, langzaam strekte zijn energieveld tot een meter buiten hem om. Plotseling verdween de gele gloed. Een koude vlaag vloog over het dorp. Chameleon keek op.
Is er iemand stervende in het dorp? het gevoel is onmiskenbaar...
Een gil is hoorbaar en de elfen in het bos richten hun aandacht meteen naar de plek waar de gil vandaan komt.
Chameleon en Myrddin begeven zich in een razend tempo naar de plek waar het geluid vandaan kwam en wat ze daar zien, doet Myrddin hevig slikken.
Ze voelt hoe de kleur uit haar gezicht trekt en hoe haar handen koud worden. Ook voelt ze de razernij door haar heen razen.
Het is rustig in het bos totdat Garoef op een gegeven moment lijkt aangekomen bij het punt van bestemming. Er klinkt een gil. Garoef kijkt gespannen om zich heen, ziet dat er geen gevaar is en loopt in de richting van het geluid. Op een lichte plek in het bos ziet hij twee personen staan. Ze lijken voor hetzelfde gekomen als hij...
Na een korte pauze legt Garoef zijn bijl neer en benaderd voorzichtig de twee personen. Ze zien hem staan, maar zijn zo gefascineerd dat er geen directe reactie komt. Garoef doet een stapje naar voren en ziet dat hij te laat gekomen is.
Als ze met haar ogen knippert en weer een beetje bij haar positieven komt ziet ze een dwerg staan, even kijkt ze de dwerg verbaasd aan en denkt ze dat Werik is teruggekomen en haar heeft gevonden, maar als ze kijkt nog eens goed kijkt, ziet ze dat deze dwerg totaal niet op Werik lijkt en vraagt zich af hoe hij hier gekomen is.
Myrddin kijkt opzij naar Chameleon en ook hij kijkt een beetje beduusd, niet wetend wat hij met deze situatie aanmoet. Ze waren te laat en dat zal Myrddin zichzelf nooit kunnen vergeven. Maar eerst even kijken wie die vreemdeling is.
Ze loopt naar de dwerg toe en spreekt
Goedendag, mag ik zo vrij zijn te vragen wie u bent en wat u naar het elfenbos brengt?
* Ik kom bij bewustzijn van het geluid van gepraat en gelach wat van boven lijkt te komen.
Met moeite doe ik mij ogen open en ik zie dat ik in een donkere ruimte lig, het enige licht komt uit wat kieren van de planken boven mij.
Waar ben ik, en hoe kom ik hier.
* Langzaam komt alles weer terug wat er gebeurd is in het kasteel.
Ik probeer op te staan en met veel pijn en moeite probeer ik wat te lopen en ik heb nog maar een paar stappen gezet, als ik al meteen weer ergens over struikel.
Verdomme, wat is dit voor ruimte
* Ik kijk nog eens goed om mij heen voordat ik weer probeer te lopen, en mij ogen beginnen zich aan het donker te wennen.
Ik zie overal kratten en manden staan en dat er in een hoek van de ruimte een houten trap die naar boven gaat.
Langzaam loop ik naar de trap toe en zie dat het maar een klein trapje is.
Boven aan de trap gekomen ligt een houten luik die gelukkig niet op slot zit.
Als ik het luik voorzichtig op een kier opent komt het geluid en een geur van eten mij tegemoet.
Ik kijk om mij heen, en ik zie dat ik in een soort herberg terecht gekomen ben en dat de herberg vol zit met mensen, hoewel mensen ze zien er wel anders uit.
Opeens weet ik het
Elfen, ik ben in een herberg van elfen terecht gekomen, maar dan ben ik misschien wel in het elfenbos.
* Langzaam doe ik het luik verder open en klim eruit, de herbergier die net langsliep schrikt en laat bijna een bord met eten vallen.
Hij kijkt verbaast aan, en vraagt hoe ik in zijn kelder terecht ben gekomen.
Ik zeg tegen de herbergier
Ik weet het zelf niet eens, maar kunt u mij vertellen waar ik terecht ben gekomen.
* De herbergier vertelt dat ik in het elfenbos terecht ben gekomen zoals ik al vermoede en dat ik in de herberg van het dorp ben.
Ik bedank de herbergier en als ik naar buiten loop zie ik dat er een grijze mist komt opzetten uit het bos.
Ik wil net bedenken wat ik moet gaan doen als er opeens een gil klinkt vanuit het bos, ik trek mijn zwaard en ren door de mist naar de plek waar ik de gil hoorde.
De schutter stond hoog aan de hemel, ik was net op tijd om hem te zien, maar ondertussen "is zijn schot gelost" zal ik maar zeggen. De sterren staan weer gunstig, maar de vraag is echter voor hoe lang.
Nu U mij kent, mag ik ook uw naam? En wat is uw rol in dit geheel?
* Als Myrddin nog eens naar de vrouw kijkt, die ooit haar goede vriendin was, kan ze haar gevoelens niet meer zo goed verborgen houden, een traan glijd over haar wang en die traan begint te gloeien, ook nemen de geluiden om hun heen toe. Myrddin haalt even diep adem en probeert zichzelf te kalmeren dan draait ze zich weer om naar de dwerg.
U zegt dat u dit voorzien had, mag ik dan vragen, wat u voor gaven heeft, als u het zo kan omschrijven?
verdomme, Ben ik toch te laat gekomen
* Als ik weer naar de andere kijk, zie ik dat ze mij ook aankijken en ik besluit me voor te stellen.
Gegroet mens elf en dwerg, ik ben jan jaap wie zijn jullie, en wie heeft deze vrouw gedood want ik denk niet dat jullie dat gedaan hebben zoals ik van jullie gezichten kan aflezen.
U ook gegroet Jan Jaap. Mijn naam is Myrddin en ik ben een bewoonster van dit dorp. Ik kan u ook niet zo zeggen wie deze vrouw heeft vermoord, daar waren we net over in discussie. Ik wil niet te brutaal overkomen, maar mag ik u vragen hoe u hier zo komt en wat u doel van dit bezoek is?
* Myrddin kijkt om zich heen en ziet hoe de mist in het dorp optrekt en hoe de zon aarzelend haar stralen over het dorp laat gaan, net of het wil aangeven dat alles op dit moment goed is. Maar Myrddin vraagt zich af voor hoe lang.
* Garoef draait zich om en stelt zich voor aan de onbekende die zichzelf Jan Jaap noemt.
Goedendag, Garoef is de naam. Helaas, U bent inderdaad te laat. Maar de bescherming van de weegschaal heerst over ons en we zijn vooralsnog veilig. Al zal de tijd van de leeuw niet lang op zich laten wachten.
De tijd van de Leeuw komt eraan. Is dat iets slechts?
* Myrddin richt haar blik naar de hemel en ziet alleen fonkelende sterren aan de hemel, maar een echt patroon kan ze er niet aan onderscheiden dan kijkt ze naar de maan en ziet dat de rode band om de maan verdwenen is. Ze beseft dat de kleine man gelijk heeft, dat het gevaar voorlopig geweken is.
Ze kijkt weer terug naar de personen voor haar, een bonte verzameling van wezens en vraagt zich af of het het lot is dat hun hier samen heeft gebracht of dat het toch toeval is. Maar toeval bestaat voor Myrddin eigenlijk niet, dat heeft haar opleiding haar wel duidelijk gemaakt. Ze bedenkt dat ze deze personen beter een slaapplaats kan aanbieden. Dan draait ze zich weer om naar het lijk dat nog steeds achter haar ligt en voelt de pijn weer in haar hart.
Dan knielt ze er bij neer en begint een zacht lied te zingen. Het vedriet dat het lied voortbrengt is voelbaar in het bos.
* De woorden galmen door het bos zodra Trem merkt wat er eigenlijk aan zijn arm knaagde terwijl hij sliep. Nog versuft van zijn slaap houdt hij het rat achtige creatuur in zijn ferme linkerhand. In zijn rechter zijn hamer welke op het punt staat moes te maken van het kleine, toch ietwat onschuldige beestje. Al vanaf het het moment dat hij 3 dagen geleden wakker werd onder die grote eik werd hij lastig gevallen door deze kleine beesten, alsof er een vloek over hem hing. Dagenlang doolde hij rond door het bos zonder enige aanwijzing van richting of pad. De irritatie van de laatste paar dagen had zich opgekropt en het trillen van zijn spieren duidde aan dat het moment daar was om dit diertje in een baan om de aarde te brengen. Ware het niet dat ineens een gezang zijn oor bereikte.
"wat is dat nou weer" * mompelt hij tegen zichzelf
* Half geirriteerd liet hij het beestje los, welk vlug onder een struik kroop. De grote noorman draaide zich om riching het geluid. Het was het eerste wat hij in dagen gehoord had, en misschien wist de zanger wel hoe hij uit dit verduivelde bos kon komen. Zijn hamer over zijn schouder slingerend pakte hij zijn paar bezittingen bij elkaar en begon te wandelen richting het constant sterker wordende geluid. Zijn ogen samenknipend ziet hij in de verte een aantal personen. Hij verstevigd zijn grip op zijn immens grote hamer en vervolgt zijn weg. je weet maar nooit, denk hij bij zichzelf.
Ik huiver als ik het lied hoor want het klinkt zo mooi, maar daar komt het niet alleen door, ik heb het gevoel dat iemand in de buurt is en onze kant op komt.
Ik besluit om het lied niet te onderbreken om het de andere te vertellen, want wie het ook is hij is dichtbij en kan zo hier zijn.
Ik luister op mijn hoede verder naar het lied.
Jan-Jaap staat achterhem, hij kijkt nuchter voor zich uit en gebaart dat Garoef een stap terug moet doen. Garoef gehoordzaamd en blijft gefascineerd toekijken.
Een korte knik in de richting van de twee anderen laat hen weten dat hij ze gezien heeft. En met zijn normaal kalme, maar nu toch wat verontrustte blik richting de vrouw vraagt hij zich af of alles in orde is.
Hij slingert zijn hamer van zijn schouder, en zet deze langzaam neer op de grond, stilletjes aanschouwt hij het geheel, niet echt zeker wat hij ervan moet denken.
Even kijkt Myrddin om zich heen, ze ziet hoe de nacht helderder is geworden dan ze in lange tijd heeft gezien. in het bos klinken weer de normale geluiden en een havik komt omlaag gevlogen en land op de uitgestoken arm van myrddin. Even haalt ze een hand over de kop van de havik en de havik lijkt Myrddin ook te begroeten.
Bij het gebouw aangekomen, doet Myrddin de oude houten deur krakend open en stapt de schemerige ruimte in. Net naast de deur staat een kaars en met een beweging van haar hand gaat de kaars aan. Zo gaat ze naar de kroonluchter die in het midden van de kamer hangt en na nog een handbeweging, springen de kaarsen aan, zo de kamer in het licht zettend.
Ze gebaart de anderen om te gaan zitten.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 03-12-2003 23:00]
* Eenmaal zittende bestuurdeerd hij de kamer. Een oude bruin koperen kroonluchter siert het plafond, verder staat er een stevig tafel met een aantal totaal verschillende stoelen. Aan de wand staat een halfgevulde boekenkast. Gedeeltelijk al jaren niet gebruikt, gedeeltelijk vol met bladwijzers en niet zo lang geleden weggezet. Hij kijkt naar JanJaap die tegenover hem zit, dan naar rechts naar Myrddin, even kijkt hij in de rondte en dan ziet hij Trem diep in gedachte bij het raam staan. Hij laat hem voor wat het is en keert zich weer tot Myrddin.
Bedankt, ik heb genoten van je gezang. Het was ontroerend. De leeuw heeft het gehoord en is voorlopig schrik aangejaagd. We kunnen even rustig ademhalen.
Dank u wel voor uw woorden, in onze stam is het gebruikelijk om zingend afscheid te nemen van een geliefd persoon en de persoon van wie ik net afscheid heb genomen was zeer geliefd in dit dorp en het verlies zal groot zijn. Ik vrees ook voor de gevolgen. Ik merk dat er veel onrust in het dorp verkeerd, zelfs nog meer toen Ivellios, de kwaadaardige tovenaar nog niet gevlucht was. U zegt dat de Leeuw rustig is, misschien hebben we dan nog tijd. Ik heb het gevoel dat er wat ergs staat te gebeuren en dat wij niet voor niets bij elkaar zijn gebracht.
Wat denkt u?
* Myrddin richt haar oplettende blik op de dwerg en probeert hem te doorgronden. In haar jonge leven heeft ze nog nooit voor zo'n situatie gestaan en ze weet niet wie ze wel kan vertrouwen en wie niet. Ongemerkt klemt Myrddin haar hand vaster om haar staf, om op alles voorbereid te zijn.
Even aarzelde hij en toen slingerde hij zijn hamer weer over zijn schouder, nam nog een grote teug frisse boslucht en stapte gebukt het hutje binnen. zijn blik fris, en vrolijk nu hij eindelijk weer wat andere wezens aan trof in het bos.
Zijn stem was diep en zwaar, maar paste bij zijn postuur. Terwijl hij zijn hamer neerzette, en tegen zijn voorhoofd tikte als begroeting sprak hij
Gegroet aldaar, Tremmor is de naam. Het is al een tijdje geleden dat ik anderen tegen ben gekomen, vindt u het erg als ik me bij u voeg.
* Geduldig glimlachte hij door de deuropening richting iedereen. En wachtte netjes op een antwoord voordat hij verder nar binnen kwam
* Garoef tikt wat met zijn vingers op tafel. Lichte zenuwen lopen door zijn lichaam. Hij weet niet echt goed wat hij met de situatie aan moet. Er zijn tekens, maar er zijn zoveel onbekenden.
Ik had me al aan sommige voorgesteld, maar aan gezien er zoveel mensen bij zijn gekomen, lijkt me het beter om ons eerst even voor te stellen aan de anderen, zodat we weten met wie we te maken hebben en misschien kunnen we erachter komen, waarom wij juist bij elkaar zijn gekomen.
Mijn naam is Myrddin caridwen en ik ben een bewoonster van dit dorp. Ik heb jarenlang lesgehad in de elf magie van de elf koningin. Een paar jaar terug werd ons dorp overvallen door een boosaardige tovernaar die mijn koningin dwong met hem te trouwen en te doden zodat hij de macht over dit bos en dit dorp kreeg. Doordat ik van de koningin les had gekregen was ik blijkbaar een bedreiging en ik werd in een huisje in het dorp opgesloten. Hoewel ik eruit ben ontsnapt heb ik de tovernaar niet te pakken kunnen krijgen en eigenlijk was ik op zoek naar mensen, toen de tovernaar besloot te vluchten. Ik kwam Chameleon onderweg tegen en besloot terug te keren naar het dorp. Daar gebeurde de ene rare gebeurtenis na de ander en eigenlijk zijn we nu op dit punt aanbeland.
Mijn naam weet ik niet, maar de stam die me vond noemde me Tremmor, Trem in het kort, via die stam ben ik ook op het eiland terecht gekomen. Ze hebben me hier achter gelaten, of ik heb de boot gemist, dat kan ook. Maar nu ik dit zo hoor, vraag ik me af of dit allemaal wel toeval was.
* Hij legde zijn grote armen over elkaar op de tafel, en keen eens serieus in het rond
Maar goed, mijn sterke punt is mijn slagkracht * Waarop hij naar zijn hamer wees En ik weet niet wat er aan de hand is, maar ik denk dat het best van pas kan komen.....toch?
Ik ben Jan-Jaap ik had me al voorgesteld aan een paar van jullie maar niet vertelt hoe ik hier terecht ben gekomen dat is een lang verhaal maar ik zou het kort houden
Ik was in het kasteel van een zekere heer Lord Dreamer die denk ik bij sommige van jullie wel bekent is.
Maar goed, daar ontdekte ik een geheime gang en toen kwam ik bij een kamer met in het midden een blauw vuur en die heeft mij hier onverwachts naar toe getransporteerd.
* Als ik ben uitverteld, haal ik een stuk brood en een stuk kaas wat ik nog uit het kasteel had meegenomen uit mij tas en leg het op de tafel.
Het is niet veel voor ons allen maar mag het jullie smaken.
Het lijkt mij het beste dat we naar het kasteel gaan, daar is plaats en eten genoeg voor iedereen en kunnen we even uitrusten en bijkomen van de reizen die we gemaakt hebben. Ook kunnen we overleggen wat onze plannen zijn, hoe we met elkaar kunnen samen werken of iemand moet een beter voorstel hebben?
Dat lijkt me een goed idee Myrddin want ik voel iemand nader komen, ik weet niet of hij goed of slecht is en met hoeveel ze zijn of hij alleen is, maar het is beter om naar het kasteel te gaan.
* Met een tweede beweging van Myrddin haar hand gaan alle kaarsen weer uit, en we lopen naar buiten richting het kasteel.
Ze gaat de anderen voor en buiten neemt ze een klein bospad wat aan hun linker hand ligt. Het bos is ook geheel in het duister gelegen en met een tik op de grond met haar staf, verleent Myrddin voldoende licht om te zien waar ze heen gaat. Licht heeft ze eigenlijk niet nodig, ze kent deze weg ook in het donker vinden, maar iets zegt haar dat ze beter voor licht kan zorgen.
Ze maant de anderen vlak achter haar te blijven.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 24-12-2003 17:18]
Voor Laliana antwoord geeft, besluit Laliana wat kracht te tonen, door zich kwetsbaar op te stellen. Ze stijgt van haar paard af om haar kwetsbare positie duidelijk te maken. De ogen van de elf volgen al haar bewegingen en met haar opmerkelijke ogen kijkt Laliana de elf aan. Die knikt dan begrijpend en gebaart Laliana en de rest haar weer te volgen.
Ze ziet hoe de rest niet begrijpend naar de elf kijkt, om vervolgens hun schouders op te halen en de elf verder het bos in te volgen.
Myrddin vraagt aan de vrouw waarom ze hun volgen.
Zonder antwoord te geven stijgt de vrouw van haar paard af ondertussen kijkt myrddin haar nog de hele tijd aan en wenkt haar en ons om haar weer te volgen.
Verbaast kijken we haar aan om dit rare gedoe, maar zonder iets te zeggen volgen we haar weer richting het kasteel.
Aan de andere kant ziet Myrddin de vertrouwde tuinen en snuift ze de heerlijke geur op van de bloemen die er bloeien. Een vlinder komt lansgvliegen en blijft even boven op haar toverstok zitten, voor het weer fladderend verder vliegt.
De anderen kijken met iets van verbazing om zich heen, maar Myrddin loopt onvermoeibaar door.
Ze neemt een paadje naar links en neemt zo het pad naar de westervleugel. Ze gebaart naar Laliana om haar paard hier in de tuin achter te laten, die is hier veilig genoeg en er is genoeg gras om te grazen. Ze loopt recht op een deur af en opent die. Ze gebaart de anderen haar voor te gaan en als laatste stapt ze het kasteel binnen, waarna ze zorgvuldig de deur achter zich sluit. met een handgebaar zorgt ze voor voldoende licht en kunnen de anderen om zich heen kijken.
Ik zou zeggen welkom in dit kasteel en voel je vrij om rond te kijken. Ik zal eerst iedereen een kamer toewijzen, zodat je je wat kan opfrissen. Ik zal zorgen dat er zo eten wordt geserveerd in de grote eetkamer, die is hier rechtdoor. Ik hoop jullie daar over ongeveer een uurtje weer te mogen ontmoeten
* Myrddin geeft iedereen een kamer en loopt zelf richting een andere vleugel, daar opent ze een houten deur en begint een paar toverspreuken uit te spreken. Na niet al te lange tijd, vult een heerlijke etensgeur het kasteel. Na even goedkeurend te hebben geknikt loopt ook Myrddin naar haar kamer om zich wat op te frissen.
Het duurt en het duurt en uiteindelijk besluit de dwerg om vast een hapje te nemen. Hij breekt een stuk brood af en doopt die in de soep. Hij neemt een hap. Een heerlijke smaak vult zijn mond. Hij kan zich niet inhouden en al snel is zijn hele kom soep leeg. Voorzichtig staat hij op om te kijken of de anderen nog komen.
Een lichte duizeling stijgt naar zijn hoofd. Het voelt niet goed. Met gezwinde pas loopt hij naar zijn kamer en gaat op bed liggen. Hij sluit zijn ogen en valt in slaap.
Elfenmagie mompel ik
Ik loop de kamer door en opeens sta ik in een mooi versierde badkamer met een bad vol met heet water waar de heerlijkste geuren uit komen.
Ik besluit een bad te nemen en als ik me uitgekleed hebt laat ik me langzaam in het water glijden.
Het water is heel ontspannend, ik voel me spieren ontspannen en val bijna in slaap als ik opeens mij maag hoor rommelen.
Ik besluit maar om naar de eetzaal te gaan, en nadat ik weer aangekleed heb met nieuwe kleren die opeens op mij bed zijn verschenen, loop ik de gang op mijn neus achter naar.
Als ik even later een zaal binnenkom zie ik dat er al iemand heeft gegeten.
En denk bij mezelf
Vreemd, wie zou er nou al gegeten hebben
* Ik ga aan de tafel zitten en pak een kan wijn en schenk wat in en begin te eten, ondertussen wachtend op de anderen die wel snel zullen komen
Hij schudy zijn cape af en laat Hidalgo stapvoets verder gaan. De zon begint aan haar laatste minuten en dus is het lastig om te kijken in het bos.
Het is al bijna volledig duister als er in de verte een lichtje verschijnt. Hidalgo stapt gestaag door in de duisternis.
Voorzichtig maakt Dagobert de man wakker. De vreemdeling kijkt versuft uit zijn ogen en vraagt aan Dagobert wie hij is en wat hij wil.
U lijkt er niet al te best aan toe te zijn, kan ik U ergens mee helpen?
Is wat water ook goed meneer? Bier heb ik helaas niet bij me, maar U mag wel meekomen naar mijn abdij, daar heb ik ook wel een warme droge plaats om te slapen voor U.
Onderweg vertelt hij wat over zichzelf en de adbij. Hij heeft niet door dat de dronkaard ondertussen weer ligt te soezen.
Met de laatste kracht die hij nog heeft tovert hij zijn staf en cape om en daarna gaat hij even liggen, voor hij de reis terug nar het dorp zal maken
Weet jij wie er nog meer van het eten heeft gegeten?
* Ze ziet hoe Jan Jaap verschrikt opkijkt alsvorens naar het eten te kijken, dan druppelen de andere een voor een de kamer binnen. Als ze ziet dat de anderen aan het eten willen beginnen klinkt er een schreeuw
Nee!!! Niet aan het eten komen, er is iets goed mis met het eten, aangezien de rest er allemaal is, missen we er een en ik ben bang dat die al van het eten heeft gegeten, net als Jan Jaap hier.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 08-01-2004 19:13]
quote:*szoezd*
Op dinsdag 6 januari 2004 18:44 schreef Dagobert het volgende:
* Dagobert geeft de man wat water en helpt hem dan achter op zijn paard. Hij spoort Hidalgo aan en samen rijden ze terug naar Zilea, Abdij van de Verborgen Waarheid.Onderweg vertelt hij wat over zichzelf en de adbij. Hij heeft niet door dat de dronkaard ondertussen weer ligt te soezen.
Garoef loopt rustig door en gaat op het geluid af. Het is donker in het bos, maar toch ook licht. De maan en de sterren zijn te zien aan de hemel, maar ook op plekken waar de maan niet door de bomen schijnt kan Garoef toch goed voor zich uit kijken en zich een pad banen door de felgekleurde varens.
Als hij bij een klein huisje komt zie hij een vrouw met een luit zitten. Ze heeft prachtig donkerbruin haar en stralende groene ogen. Een zachte stem zet in op de melodie van het lied. Het gaat over vroeger, over de plek waar Garoef vandaan komt. Het duurt even, maar dan ziet hij het. Het is zijn moeder die zachtjes zit te zingen.
Dit kan niet, dit klopt niet denkt Garoef bij zichzelf. Hij loopt rustig op de vrouw af en wil haar hand strelen. Ze lijkt hem niet te zien, totdat ze plots zijn hand vast pakt. Garoef kijkt haar aan en ziet langzaam dat het Myrddin is. Hij kijkt wat verbaasd uit zijn ogen en ziet dan alle gasten om zijn bed staan.
Wat is er aan de hand?
Wat is er aan de hand , * Vraagt Garoef. Myrddin zorgt dat hij weer gaat liggen, aangezien ze de bijwerkingen van deze betovering kent. Ze kijkt om zich heen en ziet dat er iemand mist. Met ruisende rokken draait ze zich om en haast weer de gang op. Snel loopt ze terug naar de eetkamer, waar ze Jan Jaap op de grond aantreft, op dezelfde manier als ze Garoef net aantrof. Ze knielt bij hem neer en schud hem ook aan zijn schouders heen en weer. pakt zijn hand en zend er de energie door die nodig om zo'n betovering te verbreken. Even knippert Jan jaap met zijn ogen, om vervolgens in een gezonde slaap weg te zakken. Ze laat Jan Jaap even liggen en loopt naar de tafel, waar het eten nog staat. Met een hand gebaar laat ze al het eten verdwijnen.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 14-01-2004 16:16]
Ik voel opeens me heel moe en zie nog net dat Myrddin haastig de zaal verlaat voordat het zwart voor mij ogen word en mij ledematen slap worden en op de grond ik elkaar zak.
Even later knipper ik met mij ogen en zie dat Myrddin mij hand heeft vastgepakt en ik voel een rare energie stroom door mij heen gaan.
Langzaam doe ik mij ogen maar weer dicht en val in een diepe slaap.
Het lijkt me het beste als iedereen wat gaat slapen, ik neem aan dat iedereen zelf wat te eten in zijn reis benodigdheden heeft, dat lijkt me op dit moment veiliger om te eten. Ik wens iedereen een goede nacht en kijk goed uit.
* Met deze woorden draait ze zich om en stuift ze de kamer uit. Snel loopt ze de trap af naar de kerker waar het lab zich bevind. Daar ligt het eten en snel doet ze wat proefjes op het eten. Veel verder dan wat ze al wist komt ze niet. Buiten begint het al weer licht te worden en met een handgebaar verwijdert ze het eten en sluit de deur zorgvuldig af voor ze naar haar vleugel loopt
[i]...Mama...
Garoef kijkt diep in haar groene ogen en krijgt ditmaal wel een blik terug. De muziek is gestopt en de jongedame staat op. Zonder een woord te zeggen draait ze zich om en loopt het huisje waar ze voor zat in. Garoef kijkt even rond en besluit haar te volgen. Ze loopt de keuken in en begint een maaltijd te bereiden. Garoef kan zijn ogen niet geloven als ze korte tijd later de keuken uit komt. Hij pakt een stuk brood vast en neemt een hap.
Het is vreemd. Hij lijkt niets te proeven. Hij kijkt om zich heen en ziet dat het ondertussen weer licht is buiten en hij nog steeds op zijn kamer ligt. Naast zijn bed staat een schaaltje met brood waarvan hij een stuk in zijn hand houdt.
vaarwel Eiland
* Op het bed blijft slechts een lichaam achter. De geest ie gevlogen naar huis. Naar egborgenheid en zekerheid. Een kille wind komt de kamer binnen. Het blijft donker en koud in het kasteel.
|
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |