Waahaa kleine klote vogeltje wie denk je wel dat je bent mij denken tegen te kunnen houden. Je kan toch niets beginnen met dat kleine klote zwaardje van je.
* heel zachtjes hoorde de ruiter Lliki iets fluisteren waarop het zwaard van Lliki begon te groeien en te groeien totdat het 3 x zo groot was als Lliki zelf. Lliki zwaaide er een paar keer behendig mee in het rond om nog iets meer indruk te maken
Zo ruiterje klein klote vogeltje zei je met een klein klote zwaardje? Als je niet oppast en ons wat informatie gaat geven zal ik je eens van dichtbij kennis kunnen gaan laten maken met dit zwaard
Maar maar hoe kan dit dit is niet mogelijk dat zwaard moet veel te zwaar zijn.
* Lliki liep hierna naar voren en dreef de ruiter achteruit totdat hij over een boomstronk viel en zittend tegen een boom belandde.
Zo en nu ga je ons vertellen wat jullie bij dat huisje te zoeken hadden!
Het teken was van Dark Templar een machtige demonische magiër die in een kasteel woonde dat stond in een stuk bos die hij betoverd en vervloekt had.
Hij had mijn vader vermoord, omdat hij door hem was verraden en daardoor kon hij jaren gevangen gezet worden door de Questor.
En was sinds kort weer terug
Nadat ik gelezen heb wat ik had opgeschreven denk ik.
Dat zou nog flink gevaarlijk kunnen worden, vooral als hij al zijn krachten weer heeft die hij ook al had voor zijn gevangenschap.
Ik moet weer zo snel mogelijk naar AirRaid terug voordat hij dat stuk bos in is gereden.
Ik sta snel op en ren naar mijn paard toe die naast het huis aan een paal vastgebonden staat terwijl ik opstijg komt mij knecht naar buiten rennen en schreeuwt
* Heer hier is wat eten voor onderweg
Ik geef mij paard de sporen en pak snel het eten uit de handen van mijn knecht en rij snel richting het bos.
Als ik bij het bos aankom verdwijn ik snel onder het bladerdek, de richting op waar ik het laats met AirRaid ben geweest.
Na een tijdje gereden te hebben kom ik het spoor weer tegen en begin het te zo snel mogelijk te volgen zonder dat ik het kwijtraak.
"Spreek, als je leven je lief is!"
* De ruiter keek vanuit zijn zittende positie op naar de twee zwaarden die op hem gericht werden, en hoewel er angst in zijn ogen te lezen stond sprak hij niet....
"Vertel ons alles, en we zullen je sparen...Waarom hebben jullie dat huis afgebrand..wat zochten jullie daar?
* Op het horen van deze vragen verschijnt er een blik van minachting in de ogen van de ruiter..
"Jullie volgen ons, maar je weet niet eens waarom?..Ha....denk maar niet dat je van mij iets wijzer zal worden...dood me, als je niet anders kan maar ik zal niet spreken! Er zijn ergere dingen dan de dood...."
* Vervolgens zwijgt de man, en hoewel Abbadon en Lliki op hem in blijven praten komt er geen woord over zijn lippen......
Maar wacht, wat is dat...op de zadeltas staat het zelfde teken dat ook op de spullen van de ruiters stond, die hen bij het huis aanvielen....op de één of andere manier zijn de twee groepen dus gerelateerd.....één ding is wel duidelijk, het gaat hier om een goed georganiseerde groep, niet om zomaar wat bandieten...
Het begint al donker te worden, dus besluiten de twee om op deze plek wat te rusten...Nog een laatse keer worden de knopen waarmee hun gevangene vastzit nagekeken, voordat Lliki op een nabije tak neerstrijkt, en Abbadon zich klaar maakt voor weer een lange nacht vol meditatie...
Deze nacht probeert de gevallen engel wat anders...Om zich helemaal open te kunnen stellen voor de magie van het land zal hij meer tijd nodig hebben, en afgaande op de gebeurtenissen van de laatste dagen is tijd niet iets waar hij veel van heeft...Langzaam begint Abbadon draden van magie om zijn zwaard heen te weven....
De volgende ochtend zijn Abbadon en Lliki al bij het eerste zonlicht klaar om weer verder te reizen....Hun gevangene is in de loop van de nacht in slaap gevallen....Een korte klap met de knop van een zwaard verandert de slaap in bewusteloosheid, waarna Abbadon de knopen wat losser maakt....De ruiter zal kunnen ontsnappen, maar het zal zeker de hele dag wel duren voordat hij hier weg is......genoeg tijd om een behoorlijke voorsprong op te bouwen...
Gezamenlijk stijgen Lliki en Abbadon op en al snel vliegen ze met grote vaart tussen de bomen door...het spoor is weer vrij makkelijk te volgen...
Na enkele uren vliegen doemt in de verte, tussen het gebladerte, een donkere schaduw op.....het lijkt een soort wachttoren te zijn, oud en vervallen...Een korte vlucht eroverheen leert hen dat er hier een oud, verlaten fort staat.....de binnenplaats is gevuld met een groot aantal paarden....ze hebben de ruiters gevonden.....
* Volgens mij is dat het bos waar ik over gelezen heb nu moeten we dubbel zo goed opletten want het ziet vol met gevaren en ik hoop maar dat het AirRaid is die daar op mij staat te wachten.
Als ik de beek volg richting de man zie ik dat het inderdaad AirRaid is en rij ik rustig naar hem toe zonder dat hij mij opmerkt.
[Dit bericht is gewijzigd door Asschen_sukar op 11-05-2003 20:08]
Arutha had de elf op het altaar van een afstandje gade geslagen. Ze was zelfs naar menselijke maatstaven niet geheel onaardig.
Hij vond haar zelfs knap.
Het was jammer dat hij zijn menselijke lusten niet kon botvieren op, of eigenlijk in, het lichaam van de mooie maagd voor hem.
Het idee wond hem op. Hij had nu alle macht over haar.
Haar lot lag in zijn handen. Het wond hem op. Maar zijn wilskracht was groter dan zijn lust. Hij dwong zichzelf tot rust. Er was nu geen ruimte voor menselijke gevoelens.
Boven hem bereikte de maan het hoogste punt. Een wit licht scheen over de kleine tempel van de Verloren god. Het altaar baadde in het licht. Het was tijd.
Met getrokken mes liep Arutha op de elf af. Een vreemd soort licht scheen in zijn ogen. Een blauwe gloed hing er om hem heen. Het leek alsof er een aura van puur kwaad om hem hing.
Langzaam bracht hij de punt van het mes omlaag, prikkend op de borst van zijn slachtoffer.
Een kleine druppel bloed verscheen, maar de elf hield zich stil.
Langzaam trok hij het mes over haar huid, een rood spoor van het bloed achterlatend. Het gezicht van Lithea vertrok geen spier, niks verraadde de pijnen die ze moest ondergaan.
Een cirkel van bloed verscheen op haar buik. Langzaam gleed het mes verder over haar lichaam, een spoor van vers bloed achterlatend.
Een figuur van bloed ontstond. De magiër was nog volop bezig met het mes. Een ingewikkeld patroon werd om het pentagram heen getekend.
Het mes gleed over de huid, niet diep genoeg om dodelijk te zijn, maar zeker niet pijnloos.
Ook de elf kon zich niet langer inhouden, tranen rolden over haar wangen, en haar spieren verkrampte bij iedere snee die gemaakt werd.
Zonder genade voor de, in doodsangst verkerende, elf maakte Arutha het ritueel af. Hij moest en zou zijn macht weer terug krijgen.
Alleen dan was hij in staat om die klote valheru af te maken, en terug te schoppen naar dat duistere rijk waar hij hoorde.
Langzaam drukte hij de mes op haar huid, in het midden van het bebloede pentagram. Een enkele bloeddruppel kwam tevoorschijn, en spreidde zich uit over haar blootliggende buik. Langzaam zette hij meer kracht, het mes verder haar lichaam in duwend. Het mes verdween langzaam in haar lichaam, centimeter na centimeter gleed het naar binnen.
De ochtendzon kwam langzaam boven de boomtoppen, op het altaar lag het bebloede lijk van de Elf. Een uitgeputte Arutha ernaast, de ceremonie had veel krachten gekost. Maar het resultaat was ernaar. De tijd voor wraak was aangebroken.
Die valheru zou boeten, waar hij ook mocht uithangen.
Wat zullen we doen? ze zijn met een enorme macht en er zitten ook boogschutters bij, ik kan wel dat touw op het valhek doorsnijden zodat ze er in ieder geval niet zonder kleerscheuren uit kunnen komen. Als we daarna een manier vinden om de paarden op hol te laten slaan zullen er ook wel een paar vertrappeld worden maar ik betwijfel of dat genoeg zal zijn.
"Ik geloof dat onze tegenstanders een domme, maar begrijpelijke fout gemaakt hebben....Het fort is behoorlijk in verval, en er staat nog slechts één toren overeind...Dit is vermoedelijk waar ze hun gevangene vasthouden.
Normaal gesproken zou dit de beste plek zijn, maar ze hebben duidelijk geen rekenig gehouden met vliegende achtervolgers...Waarom zouden ze ook?..Ik denk, Lliki, dat het voor jou mogelijk zou moeten zijn om 's nachts via een raam op de bovenste verdieping onopgemerkt toegang te krijgen tot de toren....
Misschien kunnen we via die route de gevangene ook naar buiten krijgen...Ik ben denk ik wel sterk genoeg om, in ieder geval voor korte tijd, iemand door de lucht te dragen....Wellicht zal het helemaal niet nodig zijn het rechtstreeks tegen de ruiters op te nemen....."
Abbadon, ik zal vanavond de gevangen gaan waarschuwen maar we weten nog steeds niet met hoeveel ze zijn. En de nacht erop gaan we ze dan bevrijden. De nacht valt nu vroeg en ik denk dat we dus wel genoeg tijd hebben om er een paar buiten te krijgen.
* Terwijl Lliki snel terugvliegt om het paard op te halen, gaat Abbadon in de omgeving op zoek naar een geschikte grot... Na enige tijd zoeken, vind hij een ondiepe grot, die redelijk verstopt is achter bomen en struikgewas, en enige uren later zijn de twee weer samen op de plek waar zij elkaar eerder verlieten.. Zij konden nu nog slechts wachten op het vallen van de avond....
Een paar uur laters was het stil in het verlaten ford.
Abbadon het moment is gekomen, ik ga vast de toren in, zorg jij dat het paard klaar staat om te vluchten.
* geruisloos vloog lliki omhoog en op de toren af, daargekomen vloog hij via een raam de toren in. Behoedzaam ging hij via de trap naar beneden totdat hij 2 deuren tegenkwam, 1 ging duidelijk naar buiten en de andere zou in een kamer uitkomen. Zachtjes klopte hij op de deur
klop klop klop Hallo, is daar iemand?
Ja, rendan en kwari zitten hier opgesloten maar wat kom je doen?
Ik ben lliki, ik kom jullie hieruit halen maar wees vooral stil want in heb het er niks op met al die zwaarden in de buurt
* zachtjes schoof Lliki de balk van de deur en plaatste deze an de binnenkant van de andere deur waardoor de ruiters niet zo makkelijk binnen zouden kunnen komen.
Kom volg me naar boven
maar hoe wil je ons van bovenaf beneden krijgen?
Ik heb buiten hulp en aangezien jullie er niet zwaar uitzien moet hij jullie naar beneden kunnen tillen, het is een engel en hij heet abbadon.
* voorzichtig liep het gezelshcap de trap op tot ze bovenaan waren
Hoehoe hoehoe Abaddon kom ze maar halen riep Lliki naar de engel.
Vanuit de toren lijkt het alsof er plotseling een gedaante opdoemt, aangezien zijn inktzwarte vleugels de Engel bijna onzichtbaar maken in de nachtelijke duisternis...
Slechts verlicht door de sterren lijkt het fort bijna verlaten..de kampvuren zijn bijna geheel gedoofd en alleen plaatselijke verdichtingen in de schaduw geven aan waar de slapende ruiters liggen...de enkele boogschutter die de muur bewaakt lijkt ook te slapen..
gerustgesteld pakt Abbadon de eerste gevangene stevig vast, terwijl hij hem tot stilte maant...enkele tellen later staat de eerste gevangene, Rendan, aan de andere kant van de muur en terwijl hij zich snel in het struikgewas verstopt is Abbadon alweer onderweg om de tweede gevangene op te halen....
Terwijl hij de tweede gevangene beetpakt vraagt hij Lliki om de toren weer in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen, zodat de ontsnapping hopelijk later ontdekt zal worden....
Enkele minuten later staan de vier in het bos buiten het fort, maar voor rust is geen tijd...Zo snel mogelijk begeeft het viertal zich naar de grot die Abbadon eerder die dag had uitgezocht, waar ze zich, met behulp van wat struikgewas en wat magie, zo goed mogelijk verbergen...
* Instinctief voelde de Akeï Warrior dat het hier ruikte naar magie en de geur van dood hing in de lucht. Zarr liet zijn schimmel halt houden en stapte af. Hij snoof nog eens de lucht op en was er nu zeker van. Magie! * Zarr trok vlug zijn zwaard, al zijn vezels in zijn lijf stonden gespannen. Als er iets was dat een Akeï Warrior haatte, was het wel magie.
Bij Kronos, toon jezelf, ik voel dat je er bent tovenaar? Heks?
* Maar hoe hard Zarr ook riep er kwam geen reactie. Iets bedaard keek hij nu goed om zich heen en richtte zijn aandacht op waar de geur van magie afkwam. Nu pas zag hij dat aan de rand van de open plek een oud vervallen tempelruïne lag. Behoedzaam liep hij de treden op, richting de dubbele deur die zou leiden naar de kappel. De Linkerdeur was half vergaan en dus spaardde Zarr zich de moeite deze te openen, hij stapte eenvoudig erlangs naar binnen. Het was een simpele kappel, sober, maar met de nodige beelden en wandschilderingen. De Geur werd sterker en Zarr spandde zijn spieren. Zijn houwvast om zijn trouwe zwaard was nu van ijzer zo leek het wel. De ruimte was in koepelvorm geschapen in het midden van de ruimte stond een altaar van steen. Vergistte Zarr zich nu of lag daar een vrouw? Met een paar snelle stappen kwam hij bij het altaar aan. Hij gruwelde van wat hij daar zag, een hulpeloos elfenvrouw in een of ander duister ritueel geslacht.
NEEEEE!!! Dit wil Zarr niet.....
VERVLOEKT JULLIE ALLEMAAL TOVENAARS,.... HEKSEN.....
* Als vanzelf kwam er een waan over de barbaar heen, hij raakte zijn controle kwijt.
KABANG!
* De dubbele deur begaf het definitief onder het brute geweld dat erop werd losgelaten. Stof waaide op. In de deuropening stond nu een barbaar met bloedlust dat stond geschreven in zijn ogen. Hij ademde zwaar en schuim stond op zijn tanden. Iemand zou voor deze wandaad boeten. Iemand. Het maakte niet uit wie. en zo verliet de Akeï de oude tempel. Op zoek naar iemand om aan zijn zwaard te rijgen.
[Dit bericht is gewijzigd door Zarr op 13-05-2003 21:25]
* Geruisloos vloog Lliki de grot uit en vloog richting het fort. Mmm je ziet die grot dus echt niet van buiten, mooi.
* Bij het fort aangekomen ging Lliki bovenop de enige overgebleven toren zitten om af te wachten wat er ging gebeuren. Al snel bleek dat de mensen in het fort nog helemaal niets in de gaten hadden van wat er gebeurd was. Lliki vloog nu snel naar beneden en sneed de touwen van de paarden los, van 1 greep hij de teugels en leidde hem mee naar buiten, de andere paarden volgden als makke lammetjes.
Die hadden hun paarden ook wel wat beter af mogen richten. dacht lliki Zo word het wel heel makkelijk.
* Na enkele 100den meters hoorde lliki een hoop gevloek in de verte dat zullen de ruiters wel zijn die iets gehoord hebben, snel zorgde Lliki er voor dat de paarden op hol sloegen zodat hij hun in ieder geval niet meer hoefde te leidden.
Zo nu eerst maar even kijken of ik nog een paar van die figuren naar de eeuwige jachtvelden kan sturen.
* Lliki vloog hierop terug naar het fort en zag tot zijn genoegen dat er maar 2 bewakers waren achtergebleven.
Haha ze hebben zelfs nog niet in de toren gekeken.
* snel vloog lliki de toren in en klopte van binnenuit op de deur, de deur vloog open en lliki stak hem van boven de deur een zwaard in de rug, hierop kwam de volgende ook binnen en ook deze werd snel een zwaard door de rug geboord. Blijkbaar hadden ze geen uil verwacht. Snel vloog lliki weer naar het bos om nog een paar ruiters om zeep te helpen.
Hij kan wel zien dat de vlucht vanuit het fort ze uitgeput heeft, dus laat hij ze de eerste paar uur met rust en wijdt zich aan zijn eigen meditatie, waarmee hij tegelijkertijd de spreuk die de grot verhult versterkt...
Maar na enige tijd, als hij ziet dat de twee wat tot rust gekomen zijn, besluit hij ze toch maar wat vragen te stellen....
"...en zo kwamen we dus hier om jullie te bevrijden. Maar vertel eens...waarom zijn jullie eigenlijk gevangen genomen? was het vanwege het kistje?....."
* Rendan en Kwari kijken elkaar even aan, voordat Rendan begint te spreken....
"Wij...werken voor Lord Dreamer...Hij voorziet ons van geld en voedsel, en in ruil daarvoor bewaken wij zaken die hij uit de handen van anderen wil houden...Wij beiden beschikken namelijk over een magisch talent om dingen onzichtbaar en onvindbaar te maken, zoals het kistje dat jullie vonden...de brand moet de beschermende spreuk aangetast hebben, maar gelukkig hebben jullie het kistje gevonden en opnieuw verborgen....
Toen de ruiters niet konden vinden waar zij voor kwamen hebben ze ons meegenomen en het huis in brand gestoken...ze hebben ons ondervraagd maar tot nog toe hebben we niets verraden, al denk ik niet dat we dat veel langer zouden hebben volgehouden...
We moeten zo snel mogelijk terug naar Lord Dreamer, om aan hem te rapporteren..."
* Met die woorden valt er een diepe stilte, waarin de aanwezigen overdenken wat er allemaal gezegd is...de stilte wordt pas doorbroken als enige tijd later Lliki weer binnekomt......
* Zarr heeft zijn beserk rage nog steeds niet onder controle en een oerinstinct drijft hem richting het pad waar de ruiters vandaan kwamen. Hij wrijft wat bloed over zijn borst en likt deze op met zijn tong. Gevolgd door een luide kreet die tot diep in het bos is te horen.
WAAAARGGH!!!
* Het fort komt tot leven als er alarm wordt geslagen door de overdonderde kreet. Een eenzaam figuur naderd de poort van het fort.....
Hij neemt nog even de tijd om Lliki te waarschuwen over wat hij gaat proberen, voordat hij zich in een diepe trance stort....Met volledige overgave giet hij zijn geest in de talisman, en volgt hij de roep van de nymf...Zonder een spoor van twijfel kan hij zijn geest eindelijk volledig openen voor de magie van het land en als een vloedgolf raast de magie door hem heen...
Het licht dat uit de talisman stroomt wordt feller en feller, en dwingt Lliki en de twee bevrijdde gevangenen de ogen te sluiten...Als het licht eindelijk verdwijnt is ook Abbadon verdwenen, meegevoerd door een vortex van magie naar de plek waar Nyphai zich bevindt
Dan gebeurt het onverwachte, het paard van Lord Dreamer struikeld door een gat in het pad, een gat gemaakt door een mol die in z'n jacht op pieren het bos pad heeft doorkruist, het paard blijft met z'n voorbeen steken in het gat en maakt een koprol waardoor hij helaas z'n nek breekt.
Lord Dreamer wordt vanaf het paard gelanceerd. en vliegt al buitelend tegen een boom aan, hij zakt weg in bewusteloosheid. Na een dag opent hij z'n ogen. het enige dat hij ziet is een grijze mist met hier en daar een schaduw. Heel langzaam klaart de mist op en Lord Dreamer kan zien waar hij is.
Hij weet dat z'n paard struikelde en z'n nek brak en daarna weet hij niets meer. Hij kijkt om zich heen, en vloekt in zichzelf. Hij gooit z'n zadeltassen over z'n schouder en begint aan de lange tocht richtig z'n kasteel.
Misschien komt hij nog wel iemand tegen, misschien ook niet en dan wordt het een erg lange wandeling.
WHHAARGHHH Sterf tovenaar! Je zult boeten. Bij KRONOS.
* Zarr duwt een tegenstander opzij en springt tegen een andere op. Gezamelijk vallen ze naar beneden en de wachter breekt Zarr's val. Met een sprong komt Zarr overeind en gooit zijn twee werpmessen in de borst van twee wachters die bij de magïer stonden. Deze staat verbaasd te kijken en prevelt onder de indruk van dit alles, de verkeerde woorden voor zijn volgende bezwering. Snel bladert hij door zijn spreukenboek om op tijd de bezwering te herhalen. Hij wijst met zijn linkervinger naar de barbaar, en prevelt tegelijkertijd de bijbehorende woorden die hij nu duidelijk kan lezen in het spreukenboek dat hij met zijn rechterhand vasthoudt....
AAAHHH
* Het spreukenboek en een rechterhand vallen op de grond neer. Zarr heeft met een onderwaartse slag de hand van de magïer geamputeerd. De Man kermt van de pijn en knielt neer op de grond. Hulpeloos brengt hij nog zijn linkrhand omhoog om de volgende slag tegen te houden en smeekt om genade
Neee, alsjeblieft....
* Zarr hoort of ziet niets, slechts bloedlust is zijn drijfveer. Een moment later rolt het hoofd van de magïer over de binneplaats heen. De woede en agressie verlaat met deze daad het lichaam van de Barbaar en verbaast kijkt hij om zich heen waar hij zich ergens bevindt. Hij ziet bewapende mannen om hem heen en ze hebben niet veel goeds in de zin. De eerste aanvaller komt al op Zarr afgestormd en automatisch richt hij zijn zwaard op om de slag af te weren. Zarr countert door hem met zijn arm langs hem heen te smijten, de snelheid van de aanvaller daarbij gebruikend als hulpmiddel. Zarr ziet nu van alle kanten gewapende mannen aankomen en rent richting een houten trap. Achter hem hoort hij een luide stem roepen....
50 Dukaten voor degene die hem dood, DOOD HEM!!!
* Zarr duwt de trap omver als hij op de wal van het fort is.Maar zowel van links als van rechts komen nieuwe tegenstanders. Zarr besluit het fort maar te verlaten nu hij nog leeft en kijkt over de palisademuur heen, daarna springt hij over de houten balken die de muur vormen en land niet geheel zachtzinnig in enkele struiken. Hij voelt een pijnscheut door zijn lichaam, maar gunt zichzelf de tijd niet om zich daar druk over te maken, al rennend weet hij wat bomen te bereiken en verdwijnt zodoende uit het zicht van het fort. Instinctief vind Zarr snel zijn weg terug naar de schimmel en maakt alles gereed om te vertrekken. Dan stapt hij op. Dan werpt hij nog vlug een blik richting de verlaten vervallen tempel.
Als ik hem vind, dan rijg ik hem aan mijn zwaard voor je. Lieve Elvenvrouw!
* Zarr mag dan wel de elvenslachter niet gevonden hebben, er is weer een magïer minder op deze wereld. Met die gedachte verschijnt er een brede grijns en geeft hij zijn paard de sporen. Hij heeft genoeg gehad van dit bos, op naar waar? Misschien richting die berg, die tussen de bomen door in de verte zichtbaar is. Dat lijkt Zarr een goed idee en aldus vertrekt hij die richting uit.
Hij stopt bij een groep grote eiken en maakt daar z'n kamp op. Met z'n boog weet hij een konijn te schieten en hangt even later te braden boven een houtvuurtje. Lord Dreamer verwacht nog wel een paar dagen in het bos te dwalen tot hij er uit is.
Hij vindt het bos de laatste tijd erg stil en doods geworden, alsof er vele reizigers de dieren die er nomaal in rondlopen hebben opgeschrikt en verjaagt. Hij vriendelijke onvoorspelbare karakter van het bos is ook veranderd in iets duisters en onbestemt.
Mensen, ik ga kijken of ik die Lord dreamer van jullie kan vinden ik heb wel ooit van hem gehoord maar hem nog nooit gezien. Blijf hier want dit is voor nu de enige plaats waar jullie veilig zijn.
Snel vloog Lliki nu weer de grot uit op zoek naar Lord dreamer
* Wat heb je ontdekt over het teken en de ruiters
Ik leg uit dat de ruiter afkomstig zijn van Dark Templar is en dat hij een kasteel heeft in dit stuk duister bos en dat hij waarschijnlijk achter het kistje aan is.
En dat we nog veel gevaren zullen tegenkomen.
Als ik net alles heb uitgelegd, en we van plan zijn om verder te rijden horen we in de verte het geluid van een groep paarden.
We kijken elkaar aan, en ik leg mijn oor tegen de grond om te luisteren om hoeveel paarden het gaat.
Het zijn een stuk of 10 ruiters en waarschijnlijk vijandig
Mompel ik zachtjes
We overleggen wat we zullen gaan doen en we besluiten om onze paarden weg te jagen en ons te verstoppen in een boom.
We klimmen in een boom we zitten nog net tussen de bladeren als de ruiters in zicht komen.
Ik tel ze en het zijn 12 ruiters
Als ze onder onze boom zijn schreeuwt de aanvoeder dat ze halt moeten houden.
Vervloekt 1 van hun heeft een kruisboog daar had ik helemaal geen rekening mee gehouden
Als er een tweede pijl mij mantel aan een stam vastspits klim ik snel uit de boom en verdwijn snel in de struiken.
Ondertussen is AirRaid achter de drie jagers aangegaan en zie dat de 3 mannen een pijl op hun boog legt en een konijn schiet.
Op dat moment komt AirRaid in actie en gooit een dolk in de keel van de eerste man en voordat de twee andere kunnen reageren heeft AirRaid zijn zwaard al getrokken en slaat de tweede man op de grond in de tussentijd heeft de andere man zijn zwaard al getrokken en komt op AirRaid af die nog net op tijd zich kan omdraaien en de slag van de man kan afslaan
Oef dat scheelde maar weinig
Naar een lang gevecht wordt AirRaid en de man moe en beginnen steeds zachter te slaan opeens struikelt de man en ziet AirRaid de kans om hem neer te slaan.
AirRaid besluit om weer snel naar terug te gaan en pakt het konijn op.
Dat kan ik en jan jaap goed gebruiken voor het avondeten
En rent snel de struiken in terug om mij te helpen.
Ondertussen zitten de ruiters nog steeds op de zelfde plek en ben ik bezig om rond hun heen te sluipen maar ze zijn veel te goed getraind en hebben mij list door.
Ik zie dat een eind achter hun grote oude bomen groeien met hun dikke takken boven de ruiters.
Als ik nou in die bomen klim dan kan ik ze vanaf boven aanvallen
Ik sluip zo zachtjes dat de ruiters mij niet eens horen naar de bomen toe en klim er in.
Als ik bovenin de boom ben geklommen zie ik dat de takken zo zijn gegroeid dat je er met gemak overheen kan lopen en als ik boven de ruiters ben die nog steeds alle kanten op kijken op ze een glimp van mij kunnen opvangen leg ik stiletjes een pijl op mijn boog en schiet de kruisboogschutter neer.
De overgebleven ruiters schrikken en voordat ze van de schrik zijn bijgekomen spring ik naar beneden op de nek van 1 van de ruiters en snij zijn keel door.
De overgebleven twee ruiters komen nu met getrokken zwaarden op mij af, ik pak snel het zwaard van de dode ruiter en wacht met twee zwaarden de mannen op.
Als we in gevecht zijn maak ik een fout en 1 van de ruiters slaat op mijn schouder en laat een diepe wond achter.
Verblind van pijn laat ik een zwaard vallen. Ik kan van de pijn bijna niet op mijn benen blijven staan als er achter de twee mannen de struiken uiteenwijken en AirRaid mij te hulp komt schieten.
Ik zie nog net dat AirRaid 1 der ruiters neerslaat en dat de andere op de vlucht slaat als ik neerval en in een zwarte duisternis wegzakt.
|
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |