Etapa 21: Distrito Telefónica. Madrid - Madrid, 24,6 kmDe laatste bergrit van de Vuelta leverde niet direct het gehoopte spektakel op, maar het was alsnog een rit waar we ons mee konden vermaken. De hele dag ging het op en af en in aanloop naar de eerste gecategoriseerde klim van de dag reed er een klein groepje weg, met in die groep Marco Soler en Jay Vine. Soler reed in de bollentrui, maar Vine stond dichtbij en Vine had aangegeven dat hij graag de bollentrui wilde hebben. Dit omdat hij een paar jaar geleden op weg was om die trui te winnen, tot hij zwaar ten val kwam. Soler had daar ogenschijnlijk geen problemen mee, op de eerste twee beklimmingen liet hij Vine z'n gang gaan. Vine won twee keer de bergsprint, voor het fenomeen Pablo Castrillo. Soler moeide zich niet en dus leek de bergtrui naar Vine te gaan. In het peloton moeiden ze zich ook niet, aanvankelijk waren er nog enkele ploegen die probeerden het gat met de kopgroep te dichten, maar na een tijd viel het stil en toen liep de voorsprong van de koplopers snel op naar zes minuten. Er was ondertussen wel wat vreemds aan de hand in dat peloton, vroeg in de rit werden drie renners van Bora gelost. Dat Gamper lost was dan niet direct het probleem, maar het afhaken van Martinez en Vlasov was vreemder. Er bleek sprake te zijn van een klein probleempje bij de ploeg. Salmonella, aldus de geruchten. De volgende vraag was dan meteen of ook Roglic getroffen zou zijn, althans, je zou verwachten dat enkele ploegen die vraag zouden stellen. Deden ze niet, het tempo bleef een tijd vrij rustig. Tot Ineos ineens op kop besloot te rijden, de voorsprong van zes minuten van de koplopers werd snel gehalveerd. Door dit hoge tempo kreeg je het vermoeden dat Carlos Rodriguez over een stel wonderbenen moest beschikken, maar dat viel in de praktijk tegen. Gedurende de rit reden we over enkele prachtige beklimmingen, zelfs als de koers het een beetje liet afweten konden we op z'n minst nog genieten van al het natuurschoon. De Portillo de Lunada is bijvoorbeeld een klim die niet vaak te zien is in de Vuelta, maar oh, wat een schoonheid. Op die Portillo de Lunada reed Marc Soler overigens in z'n eentje een halve minuut voor de andere koplopers uit. Eerst leek het erop alsof hij de bergtrui aan zijn ploeggenoot Vine gunde, maar op de volgende berg ging hij dan ineens vanaf de voet in de aanval. Vine reed er een eindje achter, samen met Berthet. Even later kwam ook Castrillo erbij, net als Marco Frigo. In de afdaling reden deze renners weer naar Soler toe, waarna hij aan de voet van La Sia wéér een versnelling plaatste. Weer reed hij een halve minuut weg, het was echt weer typisch Soler allemaal. Geen idee wat er in dat hoofd omgaat, niets en veel tegelijk. Hoezo daal je zo slecht dat je een halve minuut verliest, om dan vervolgens bergop weer een halve minuut weg te rijden? Wat is het idee? Volgens Vine was het overigens allemaal wel heel bewust, de aanvallen van Soler hadden als doel de andere koplopers uit te putten. Juist. Op de top van La Sia pakte Soler weer meer punten dan Vine, waardoor ze ineens weer gelijk stonden in het bergklassement. En Soler zou in dat geval de winnaar zijn, aangezien hij een aantal dagen geleden als eerste boven wist te komen op Lagos de Covadonga, een klim van buitencategorie.
In de lange afdaling van de Portillo de la Sía werd Soler opnieuw ingerekend. Berthet reed naar hem toe, even later volgde de rest. Ze waren weer gezellig samen. Toen we even later aan de volgende klim begonnen, Los Tornos, was het wachten op de nieuwe aanval van Soler. Maar die kwam niet. Hij reed nog even een paar meter op kop voor Vine en gaf het toen op. Een totaal onnavolgbare rit weer, ik ga een maand nodig hebben om bij te komen van deze Vuelta van Soler. Hij heeft gekoerst voor tien, ik heb denk ik nog nooit zo'n vage ronde gezien van een renner. Zo sterk, maar ook zo raar, zo random, zo onorthodox, zo Marco. Een standbeeld in Catalonië lijkt me op z'n minst wel een terechte beloning, er moet een bedevaartsoord komen om het Solerismo te kunnen vereren. Goed, Soler gaf het dus op en de bergtrui zou naar Vine gaan. Tenzij ze voor de top van Los Tornos ingerekend zouden worden. En dat dreigde wel te gebeuren. Ineos reed een flinke hap van de voorsprong af, in de kilometers daarna nam Quick Step het commando over. Ze reden met z'n allen keihard op kop, in dienst van Landa. In de beklimmingen pakten ze niet eens veel tijd terug op Soler, maar omdat de Catalaan iedere keer als een drol naar beneden ging verloor hij vooral daar de tijd. Het had tot gevolg dat de groep vooraan maar een voorgift van een minuut had aan de voet van Los Tornos. En op Los Tornos werd er alleen maar harder gereden in het peloton, Mattia Cattaneo legde er duchtig de pees op. Dat had gevolgen, er werden enkele renners van naam en faam gelost. Sepp Kuss had weer eens een slechte dag, bijvoorbeeld. Maar ook Carlos Rodriguez haakte af, dat was toch ook wel weer verbijsterend. Ineos reed hard op kop, maar enkele kilometers later werd de kopman buiten beeld kansloos gelost. Hij verloor uiteindelijk zes minuten, lekker gewerkt. Skjelmose had het ook even zwaar, maar hij kon later weer aansluiten. Na het werk van Cattaneo was het aan Landa om aan te vallen, maar het kwam er niet echt van. Eén schijnaanval, dat was het zo ongeveer. Had vooral te maken met de klim en het stuk erna. De klim was niet echt steil genoeg, na de klim volgde een stuk in de vallei waar de wind tegen zou staan. Niet alle renners hadden daardoor zin om hun kaarten op tafel te leggen. Het was uiteindelijk Sivakov die het wel aandurfde. Hij ging in de aanval en hij reed ook meteen een mooie voorsprong bijeen. Jay Vine werd ondertussen tot de orde geroepen, alle koplopers werd bijgehaald, vrij ver voor de top al. Dat had een probleem kunnen zijn voor Vine, hij moest hoe dan ook bergpunten pakken op de klim. Zijn ploeggenoot Sivakov zorgde er alvast voor dat er minder punten te rapen waren, handig. Op de top van de klim lag ook nog een bonussprint, waardoor Mas er vol voor ging. Vine moest zich reppen, maar hij wist nog net vierde te worden. Paar puntjes erbij en voila, hij neemt de bollentrui over van Soler. Wat hem een paar jaar geleden niet lukte is nu wel gelukt, mummie Vine is de bergkoning. Leuk voor hem. Na al die blessures gun je hem ook wel een succesje, maar het blijft een lul.
Sivakov reed ondertussen een minuut weg, terwijl Bora wat kopwerk deed in de achtervolging. Niet alle renners waren ziek, Roger Adria verkeerde zelfs in een blakende vorm. Roglic leek ook nergens last van te hebben, terwijl er ondertussen twee van zijn ploeggenoten afgestapt waren. Drie, volgens de geruchten, maar de zieke Denz ploegde dapper voort tot het eind, om uiteindelijk een OTL te noteren. Even later keerde Cattaneo ook nog terug, vooral zijn beurt was funest voor de kansen van Sivakov. Op een gegeven moment ging zijn voorsprong naar 1:15, maar Cattaneo knabbelde er zo een halve minuut af. In aanloop naar Picón Blanco mocht ook Lecerf nog even op kop rijden voor Landa, het zorgde ervoor dat de poging van Sivakov in schoonheid zou sterven. Na een dag met zes gecategoriseerde beklimmingen moesten we nog even omhoog naar de voormalige militaire basis op de top van Picón Blanco. De lastigste klim van de dag, de hoogste stijgingspercentages volgden pas aan het eind. Bleek niet echt een handig ontwerp van de rit te zijn, alles kwam daardoor neer op die slotklim. Viel te verwachten, maar je had toch de hoop dat er een paar renners alles of niets zouden durven te spelen onderweg. Uiteindelijk toonde alleen Landa ballen, en Sivakov dus. Carapaz en Mas? Totaal niet. Een poging wagen om Ben O'Connor van het podium te trappen? Ben je gek. Eenmaal op Picón Blanco reed Bora even op kop, maar toen de knechten waren opgerookt moest Roglic zelf het tempo bepalen en hij versnelde niet meteen vanaf de voet zoals op de klim naar Moncalvillo. Het tempo werd wat gedrukt en dat zorgde ervoor dat enkele andere renners hun kans schoon zagen om in de aanval te gaan. Eddie Dunbar plaatste een flitsende demarrage, hij reed meteen een eind weg van de groep. Hij ging op zoek naar Sivakov, die nog steeds op kop reed. De Franse Rus hield lang stand, de voorsprong schommelde nog lang rond de halve minuut, maar richting de top kwam hij zichzelf tegen. Dunbar reed langzaam maar zeker naar hem toe, en even later liet hij hem ter plaatse. Daarachter zagen we vanalles, maar niet direct de dingen die we wilden zien. We zagen een aanval van Gaudu, met jandorie Urko Berrade op het wiel. Nieuwe dag, nieuwe buitengewone prestatie van Kern Pharma. Castrillo had het in de vlucht zowaar een keer zwaar, hij was geen partij voor Soler en Vine en ook niet voor Berthet, maar toen bleek Berrade ineens met de besten mee te kunnen bergop. Al profiteerde hij ook wel wat van het labbekakkerige rijden van Roglic, Mas en Carapaz. Die deden in feite niets, op een paar schijnversnellingen na. Het was best bizar om het allemaal te zien gebeuren, waarbij het dieptepunt toch wel was dat Mas nog steeds geen zin had om op kop te rijden toen O'Connor gelost werd. Dat was z'n kans om in ieder geval de tweede plaats veilig te stellen, maar hij was meer bezig met Carapaz die niet overnam. Ja, lekker boeiend, fiets gewoon door en zorg ervoor dat je O'Connor nekt, maar nee, de persoonlijke vete met Carapaz nam de overhand. En bij Carapaz was het ditmaal geen onwil, hij leek daadwerkelijk niet beter te kunnen.
Roglic deed al helemaal niets, de man in de rode trui was dik tevreden met hoe het ging. Geen gekke dingen doen, de zege is toch al binnen. In de laatste paar kilometer kwamen ze iets dichter op Dunbar, zijn voorsprong bedroeg niet veel meer dan een seconde of 10. Maar niemand reed naar hem toe. Gaudu probeerde het, maar hij kwam er niet. Berrade ging mee, maar ook dat verhaal hield op. Roglic deed niets, Mas versnelde om dan snel om te kijken, Carapaz beperkte zich tot volgen. O'Connor werd gelost, maar dankzij de wonderbaarlijk herrezen Felix Gall kon hij zich weer richting de andere favorieten fietsen. Mikel Landa probeerde onderweg het een en ander, maar hij kwam zichzelf ook wat tegen richting de top. Al sloot hij in de laatste kilometer wel weer aan, omdat er in de favorietengroep toch weer vooral naar elkaar gekeken werd. Met een ultieme krachtsinspanning probeerde Landa nog naar Dunbar te rijden, maar dat lukte totaal niet. Hij werd weer bijgebeend door Mas, die pas in de allerlaatste meters van de rit zijn eerste echte versnelling durfde te plaatsen. Veel te laat, veel en veel te laat. Dunbar won, onvoorstelbaar. Zijn tweede rit alweer, ditmaal niet vanuit de vlucht, nee, ditmaal door de beste klassementsrenner te zijn. Leg het allemaal maar uit, na zo'n blanco jaar. Mas werd tweede op zeven seconden, hij reed nog een paar tellen weg van Roglic en Carapaz. Urko Berrade werd heel verrassend vijfde, die zag ik zelfs niet aankomen. Ben O'Connor zat in zijn wiel, hij beperkte de schade. Dat deed hij door voor het eerst deze Vuelta slim te rijden, aldus hemzelf. Rijkelijk laat, maar oké. Had te maken met het feit dat hij nu de rode trui niet meer droeg, de andere dagen wilde hij de rode trui eren door als een sukkel rond te rijden. Zonder rode trui gebruikte hij zijn verstand, dit keer ontplofte hij niet en daardoor is de kans enorm groot dat hij in Madrid op het podium gaat eindigen. Sterker nog, hij kan zelfs tweede worden. Ondanks een aanval in de laatste kilometer werd Landa nog achtste, hij probeerde weer een hoop maar het lukte niet. De enige met ballen, helaas zonder benen. Enric Mas is het tegenovergestelde, wel de benen, niet de ballen. Een enorm vreemde slotbeklimming, sowieso een vreemde rit. Leg maar uit waarom je naar elkaar gaat kijken als O'Connor gelost is. Leg maar uit waarom je Dunbar min of meer de zege cadeau doet. Dunbar reed nog nooit zo hard een berg op, dat is volledig zijn eigen verdienste, maar Mas had hem hoe dan ook kunnen bijhalen, als hij enige grinta in zijn donder had gehad. Skjelmose en Lipowitz kwamen samen over de streep, dat was dan nog interessant in de strijd om de witte trui, een strijd die nu wel beslecht is in het voordeel van de Deen. Met betrekkelijk weinig vraagtekens trekken we nu naar Madrid, waar verrassend genoeg een tijdrit op het programma staat. We zijn zo gewend aan een laatste rit in lijn die in een sprint eindigt in de straten van de hoofdstad van Spanje, maar dit jaar sluiten we dus af met een tijdrit van een kleine 25 kilometer. In de tijdrit staat uiteraard de dagzege op het spel, maar ook de podiumplaatsen moeten nog verdeeld worden. De voorsprong van O'Connor op Mas is heel beperkt, die twee kunnen nog stuivertje gaan wisselen. Een bijzondere Vuelta zit er bijna op. De Vuelta van Marco Soler en de Vuelta van Kern Pharma, twee verhalen die we niet snel gaan vergeten. Ook de Vuelta van Primoz Roglic, die na de dag van gisteren de eindzege alleen nog maar even hoeft op te halen. Zijn vierde zege in de Vuelta komt eraan, hij hoefde gisteren geen kracht te verspillen. Vandaag kan hij de puntjes op de i gaan zetten, hij is de terechte winnaar van de ronde. Zeker als je bekijkt hoe lafjes Mas weer heeft gereden, je gunt die jongen ook totaal geen eindzege. Lekker naar Carapaz kijken als O'Connor is gelost, onnavolgbaar. En sowieso, zijn ploeg heeft geen enkele poging ondernomen om Roglic onder druk te zetten, zelfs niet nadat zijn halve ploeg ziek voor de bezemwagen reed. Heel bijzonder allemaal, als je het mij vraagt. Maar goed, de tijdrit dus. Nog één dagje Vuelta, we kunnen bijna weer verder met ons leven. We hebben een paar maanden de tijd om te filosoferen over de volgende Vuelta, zou het ze lukken om een keer een bergrit te ontwerpen waarin de laatste berg niet de zwaarste van de dag is? Misschien ook een mooi gespreksonderwerp tijdens de laatste etappe, weer een etappe die lichtelijk gesponsord lijkt. We rijden van Madrid naar Madrid, van het ene pand van een bedrijf naar het volgende pand van datzelfde bedrijf. De portemonnee van Guillén past ondertussen niet meer in zijn broekzak.
![GW5up1-WsAAreQr?format=jpg&name=large]()
![42ab8]()
![f0f01]()
Deze voorzichtig gesponsorde Vuelta gaan we op een volkomen schaamteloze manier afsluiten. Bent u bekend met Telefónica? Telefónica is het bedrijf dat vroeger de telefonie in Spanje organiseerde. Deze status van monopolist heeft zij tot 1997 behouden, daarna is zij geprivatiseerd en heeft zij niet langer het alleenrecht op telefonie in Spanje. Telefónica is sterk vertegenwoordigd in Latijns-Amerika en Spanje en is verder actief in Duitsland en middels een joint venture in het Verenigd Koninkrijk. De merknaam van Telefónica in Spanje is... Movistar! Kennen we ergens van. Telefónica is een groot telecombedrijf. Zij levert een breed pakket van communicatiediensten aan zo’n 380 miljoen klanten. Geen monopolist meer, maar het scheelt alsnog niet veel. Dit jaar 100 jaar geleden werd Telefónica opgericht, om dat jubileum te vieren gaan we van start bij het hoofdkantoor van het bedrijf. Historisch was het hoofdkantoor gevestigd in het centrum van Madrid, verspreid over meerdere gebouwen. In 2008 werden de centrale diensten samengebracht in een nieuw gebouwd kantorencomplex Distrito Telefónica, ten noorden van het stadscentrum. We zijn al van start gegaan in een supermarkt, we hebben rondjes gereden langs de technologische campus van Cortizo en nu bevinden we ons bij het Distrito Telefónica. Distrito Telefónica is het hoofdkantoor van het Spaanse telecommunicatiebedrijf Telefónica en is gelegen in de Madrileense wijk Las Tablas van de barrio Valverde, gelegen in het noordelijk stadsdistrict Fuencarral-El Pardo. Oorspronkelijk heette het hoofdkantoor "Distrito C" (Distrito de las Comunicaciones), in oktober 2011 werd het omgedoopt tot "Distrito Telefónica". Het gebouwencomplex is een architectonisch project onder leiding van Rafael de La-Hoz Castanys. De bouwwerken werden in 36 maanden uitgevoerd op een oppervlakte van 370.000 vierkante meter in Las Tablas, een uitbreidingsgebied in het noordoosten van Madrid in de buurt van de voorstad Alcobendas. De gebouwen, met bijzonder veel glaswanden, hebben een oppervlakte van 140.000 vierkante meter. Het ontwerp van het Telefónica-complex voorzag in aanzienlijke besparingen op airconditioning, van 15% in de winter tot 34% in de zomer, waardoor de CO2-uitstoot met ongeveer 5.000 ton per jaar wordt verminderd. De keuze voor glazen gevels zorgt voor een verlichtingsbesparing van 42%, wat een zeer aanzienlijke vermindering van het energieverbruik betekende. Het zijn dertien gebouwen die bedoeld zijn voor kantoren, waarvan vier met tien verdiepingen aan de uiteinden, en daartussen gestructureerd in een rechthoek rond een binnentuin vier met vier verdiepingen, vier met drie verdiepingen en nog een centraal bouwwerk, alle overkoepeld door een groot schaduwgevend afdak. Daarnaast omvat het complex een winkelcentrum dat open is voor het publiek en verschillende extra gebouwen voor ondersteunende diensten (polikliniek, banken, apotheek, opticien, kapper, Movistar-winkel en zelfs een kleine Corte Inglés). Het doel van Distrito Telefónica is om alle middelen van het bedrijf op dezelfde locatie samen te brengen, om aanzienlijke besparingen in de structuur en een grotere efficiëntie in het beheer te realiseren. De investering bedroeg meer dan 500 miljoen euro en werd voornamelijk gefinancierd met de verkoop of verhuur van verschillende eigendommen die Telefónica in Madrid bezat. In het Distrito Telefónica circuleren gemiddeld 14.000 mensen, voornamelijk het eigen personeel van de groep, maar ook bezoekers. Allemaal rechtstreeks van Wikipedia, blijkbaar is er in Nederland of in België een fan van dit bedrijf te vinden. Om te doen alsof deze vertegenwoordiger van het grootkapitaal enigszins sympathiek is sluit Wikipedia af met een alinea over 2000 bomen die er in de omgeving zijn neergezet, trappen wij niet in. Wel nog een ander leuk feitje: Telefónica kocht ooit Endemol, het bedrijf van John de Mol. Werd geen succes, waarna John later zijn bedrijf terugkocht met de hulp van Silvio Berlusconi. Dit geheel terzijde verder. Sinds 2011 is Telefónica actief in de wielersport, onder de merknaam Movistar sponsoren ze nu al bijna 14 jaar de ploeg van Eusebio Unzue. Kost een bult, maar dan heb je wel mooi de beschikking over Enric Mas. Het perfecte uithangbord, me dunkt.
![Distrito_Telef%C3%B3nica_%28Madrid%29_01.jpg]()
![Distrito-Telefonica-Jardines-Telefonca-District-Gardens-1-1-e1705572892854.jpg?w=1200]()
Het kantorencomplex van Telefónica is gebouwd in een vierkant. In het midden van het vierkant is er een open ruimte en in die open ruimte gaan de renners van start. Waar precies is me volstrekt onduidelijk, als het goed is in de buurt van de fontein. Daarna gaan ze in de eerste meters van de tijdrit liefst vier bochten tegenkomen voor ze het terrein van Distrito Telefónica verlaten via de hierboven afgebeelde rotonde. We rijden in de eerste meters eerst over het middenterrein, om vervolgens onder een paar van die kantoorgebouwen door uit te komen bij de rotonde. Het middenterrein ligt net iets lager, dus in de eerste meters van de rit moeten de renners ook nog even een paar meter omhoog rijden, tussen wat trappen in is er een klein platform te vinden waar ze ongetwijfeld overheen worden gestuurd. Er liggen ook wat stenen in het middenterrein en onder de kantoorpanden door, alles om deze vreemde start nog wat vreemder te maken. Telefónica moet in het zonnetje worden gezet, en de renners mogen het als een stel circusaapjes verder maar uitzoeken. Bocht naar rechts, nog een bocht naar rechts, bocht naar links, klein stukje omhoog, bocht naar links en dan bereiken we de rotonde, waar de renners helemaal links omheen moeten rijden. Daardoor rijden we nog even langs de voorkant van het Distrito Telefónica af, alles moet natuurlijk wel netjes in beeld gebracht worden. Clowneske start, zeker als je bedenkt dat het hele complex nog spuuglelijk is ook. Met alleen een vijvertje en een paar bomen in het middenterrein kom je er ook niet.
![UlA2C0Q.png]()
![cfa68cb8-8290-4c75-8813-8eb2ed857852_alta-libre-aspect-ratio_default_0.jpg]()
Nou, goed, voorbij Distrito Telefónica rijden de renners rechtdoor onder een viaduct door, om voorbij het viaduct bij een waanzinnig brede rotonde meteen weer linksaf te slaan. Een rotonde met drie rijbanen, jemig. Na deze bocht rijden de renners twee kilometer over dezelfde weg, een ongelooflijk brede weg. Ze rijden door de wijk Las Tablas en hier liggen vrolijk vier rijbanen naast elkaar. De weg is wel een beetje bochtig, vooral in de eerste kilometer over deze weg zijn er continu krommingen te vinden. Toch zou dit weinig moeten uitmaken, aangezien de weg zo breed is. Er is geen moment te vinden waar je even moet terugschakelen voor een bocht, je kunt alsnog vooral rechtdoor blijven stampen met af en toe een lichte correctie. Het is eerder opletten voor de drempels hier, we komen er een paar tegen. Na een bocht die eindeloos een halve kilometer heel licht naar rechts loopt gaat het vervolgens een kleine kilometer volledig rechtdoor. Het terrein hier is niet volledig vlak, het gaat de hele tijdrit een beetje glooiend zijn, maar ik denk niet dat ze er in dit stuk iets van gaan voelen. Aan het eind van de rechte weg slaan de renners stevig linksaf, een bocht van 90 graden. Een meter of 20 later slaan ze bij een rotonde nog eens linksaf, het zijn brede bochten en dus zou dit goed te doen moeten zijn. Na deze twee bochten naar links komen we terecht op een weg die opnieuw gigantisch breed gaat zijn. Deze weg volgen de renners liefst drie kilometer. Ze rijden nog steeds door Las Tablas, een nieuwbouwwijk die ontzettend ruim is opgezet. Daardoor heeft de wind hier praktisch vrij spel, de eerste gebouwen staan een heel eind van de toch al brede weg af. In de verte zien we het hoofdkantoor van BBVA liggen, een van oorsprong Baskische bank. Een opvallend gebouw, mooi zou ik het niet direct willen noemen. In feite rijden de renners 2,5 kilometer volledig rechtdoor, in deze 2,5 kilometer komen ze alleen een viaduct tegen en een aantal drempels. Daarna volgt een lange, lopende bocht naar rechts, je zou kunnen zeggen dat het nog wat langer recht is. Vervolgens komen ze uit bij een enorm brede rotonde, waar ze enigszins omheen moeten sturen. Al kun je hier ook quasi rechtdoor, uiteindelijk. Bij de tweede rotonde kort daarna volgt er dan weer een bocht naar rechts, weer een vrij brede bocht. Al kom je aan het eind van de bocht wel een vluchtheuvel tegen, wellicht moet je deze zowaar goed bekijken tijdens de verkenning. Naderhand rijden de renners een paar meter rechtdoor, waarna ze uitkomen bij de volgende rotonde. Hier gaat het weer naar rechts, deze bocht mogen ze ook even goed verkennen. Een wat scherpere bocht, die wat lastig aan te snijden is vanwege een in de weg liggende stoeprand. Met een boog rijden ze nu om het Parque de la Oreja heen, gelegen in de wijk Sanchinarro. Een halve kilometer rijden ze zo goed als rechtdoor, heel licht vals plat omhoog. Op papier buigen we steeds een beetje af naar links, maar daar merk je in de praktijk niets van. Na een halve kilometer langs het park gereden te hebben volgt er een echte bocht naar links, daar merken we wel wat van. Bij een brede rotonde naar links, een nieuwe brede weg tegemoet. Deze weg brengt ons naar de Plaza del Alcalde Moreno Torres, een pleintje met om het plein heen een enorme rotonde. De renners rijden links helemaal om deze gigantische rotonde heen, die bocht gaat een eeuwigheid duren. Als de renners over deze rotonde rijden passeren ze langs een opvallende woontoren. Ga je googlen en blijkt het een Nederlands ontwerp te zijn, een extra reden om je dood te schamen voor ons land. Edificio Mirador, nou, bij een mirador denk je eerder aan iets moois. Aan het eind van de rotonde slaan ze linksaf de volgende brede weg in en op deze weg volgt na 7,9 kilometer het eerste tussenpunt, we gaan vandaag twee keer een tussentijd opnemen.
![52610596562_db218ec9d4_b.jpg]()
![01-1370.jpg]()
![2321px-Mapcarta.jpg]()
Madrid is een mooie stad, maar voorlopig kan ik de buitenwijken niet aanraden. Na het tussenpunt rijden de renners eventjes rechtdoor, waarna ze vervolgens onder de spoorbrug door gaan rijden. Simpel bochtje naar rechts hier, waarna ze na een iets scherpere bocht naar links ook nog onder de snelweg door mogen rijden. Na deze twee bochten loopt de weg dik twee kilometer rechtdoor verder, echte bochten komen we voorlopig niet meer tegen. Er mag dan wel weer geklommen worden, het gaat een kilometertje omhoog aan 4%. Over een driebaansweg omgeven door bomen rijden we rechtdoor, een beetje omhoog dus. Alsnog is het een tijdrit voor de echte specialisten, maar als ze een volledig vlak parcours verwachten komen ze van een koude kermis thuis. Na het klimmetje loopt de weg dan weer rechtdoor een kilometertje vals plat omlaag, hier heb je baat bij de grootste plaat die er te vinden is. Aan het eind van deze weg volgt er een stevige bocht naar rechts, vervolgens rijden we schuin rechtsdoor een oprit in die ons naar de Calle de Costa Rica brengt. Wederom een brede weg, bovendien een weg die weer eens gezellig twee kilometer rechtdoor zal lopen. In die twee kilometer rijden we twee keer kort door een tunneltje, in aanloop naar het eerste tunneltje loopt de weg een paar meter omlaag, zodra we de tunnel verlaten moet er een kleine kilometer geklommen worden aan 3%. Aan het eind van dit stukje in stijgende lijn duiken we de tweede tunnel in, buiten de tweede tunnel loopt de weg een beetje glooiend verder rechtdoor. We passeren een restaurant met de naam LaLanda, dit moet Mikel inspireren om vandaag minder dan drie minuten te verliezen. Aan het eind van deze weg komen we uit op de Plaza de Cuzco, een rotonde met een heel bos in het midden. Flinke bomen hier, die toch een beetje uit de toon vallen. Op de Plaza de Cuzco slaan de renners rechtsaf, dit is wel een heel simpele en brede bocht. Na deze bocht rijden we rechtdoor opnieuw een aantal spuuglelijke hypermoderne bedrijfspanden tegemoet, het gaat 700 meter volledig rechtdoor over een brede en zo goed als vlakke weg richting de Plaza de Castilla. Als we deze plaza bereiken, waar we weer een rotonde tegenkomen, gaat het stevig naar links. Een paar meter later slaan de renners nog eens linksaf en dan komen ze terecht op de Calle de Bravo Murillo, in deze straat ligt na 14,1 kilometer het tweede tussenpunt. We meten de tussentijd op na acht kilometer, we meten de tussentijd nog eens op na 14 kilometer en daarna moeten we wachten tot de finish. Over de Plaza de Castilla waar we bij de rotonde twee bochten naar links tegenkomen weet madrid-nu.nl het volgende te melden: Plaza de Castilla vormt het startpunt voor het verkennen van het 21e eeuwse Madrid. Min of meer direct grenzend aan Plaza Castilla hellen twee torens van glas en staal vervaarlijk naar elkaar. Dit is La Puerta de Europa, Madrids moderne stadspoort. Hier komt namelijk de snelweg uit het noorden de stad binnen en het drukke metro- en busstation wemelt-vooral in de ochtendspits- van Madrilenen en forenzen. De torens zijn ontworpen door de architect Philip Johnson en zijn in gebruik als kantoren van de bank Caja Madrid. Noot van de redactie: er zit volgens mij tegenwoordig een of andere verzekeringsmaatschappij in, maar bon. Liefhebbers van moderne architectuur komen in deze wijk wel aan hun trekken. Kijkend naar het noorden is het onmogelijk om de ´cuatro torres´ (vier torens), zoals de Cuatro Torres Business Area in het kort worden genoemd, te missen. De vier wolkenkrabbers zijn tussen 223 en 250 meter hoog en hebben sinds hun oplevering in 2008 de skyline van Madrid voorgoed veranderd. In de torens vind je o.a. kantoren, maar ook een luxe en hip hotel én de Nederlande ambassade. Mocht je ze van dichtbij willen bewonderen, dan kun je er naar toe wandelen vanaf Plaza Castilla, maar je kunt ook de metro nemen. De architect Santiago Calatrava is de bedenker en makervan de gouden obelisk op Plaza Castilla. Dit kunstwerk is een geschenk van Caja Madrid aan de stad Madrid. De goudkleurige zuil is 92 meter hoog en vanuit het zuiden zie je hem precies tussen de twee schuine torens. Schuin tegenover Plaza Castilla bevindt zich het complex van Canal Isabel II, Madrid´s waterbedrijf. Boven op de waterdepostito´s is een park aangelegd, het Parque Canal Isabel II. Geheel in stijl met de omgeving is ook het park op moderne wijze aangelegd, maar daarom is het er niet minder prettig vertoeven. Pergola´s bieden fijne schaduw in de Madrileense zomers, het waterlabyrint biedt verfrissing en de rozentuin is gewoon mooi. In het voormalige waterpompstation is nu Fundación Canal gevestigd, een leuk cultureel centrum waar altijd wel een leuke tentoonstelling te zien is. Ook worden er concerten en workshops gegeven. De entree en de meeste activiteiten zijn gratis.
![Plaza_de_Castilla%2C_Madrid.jpg]()
![motion-madrid-obelisco-01.JPG]()
Toch nuttige informatie, zou ik zeggen. De rozentuin is gewoon mooi, klaar. De renners rijden vlak voor het tweede tussenpunt langs de watertoren, ze zien de obelisk en de twee naar elkaar leunende gebouwen liggen, maar dan slaan ze op het plein dus twee keer linksaf en laten ze de Plaza de Castilla achter zich. In de resterende tien kilometer van de tijdrit gaat het eerst drie kilometer zo goed als rechtdoor in een best wel mooie straat. We hebben tot nu toe vooral door ruim opgezette buitenwijken van Madrid gereden, we komen nu meer in de buurt van het centrum en daar beginnen de straten wat meer karakter te vertonen. Over een brede weg gaat het op een paar minimale flauwe bochten na eeuwig rechtdoor, op een vlakke manier. Dit is echt het stuk voor de specialisten, hier kun je een verzet draaien dat zelfs Bert Grabsch te ver zou gaan. Aan het eind van deze weg, als we al heel wat fraaie façades hebben gezien, komen we uit bij een rotonde. Hier rijden de renners rechts omheen, eindelijk weer wat bochtenwerk. Na de rotonde gaat het dan weer anderhalve kilometer volledig rechtdoor over een enorm brede weg, vals plat omlaag. Hier gaan de renners absurde snelheden aantikken, beangstigend. Vijf banen breed, rechtdoor. Aan het eind van deze weg komen we uit bij een rotonde, met in het midden van die rotonde een standbeeld ter ere van de schrijver Francisco de Quevedo. Bij deze rotonde volgt er een bocht naar links, een bocht waarvoor er wel even afgeremd moet worden. Na deze bocht bij de rotonde rijden de renners rechtdoor tot op vijf kilometer van de finish, het einde van de Vuelta komt nu echt in zicht. De weg loopt nog steeds vals plat omlaag, het gaat in dit stuk ruiken naar benzine. Op vijf kilometer van het eind komen we uit bij de volgende rotonde. Op de Plaza de Emilio Castelar is weer eens een standbeeld te vinden in het midden van een rotonde. De renners slaan op deze plaza rechtsaf, maar dit is zo'n beetje de breedste bocht van het hele parcours. Het is eigenlijk niet eens een bocht, we gaan heel geleidelijk naar rechts. We komen uit op de Paseo de la Castellana, weer een rechte en brede weg. Een dikke kilometer rijden de renners vals plat omlaag verder, tot ze op iets minder dan vier kilometer van het eind uitkomen bij de Plaza de Colón, alwaar we een monument aantreffen ter ere van Cristóbal Colón, bij ons beter bekend als Christoffel Columbus. Vanaf dit moment rijden de renners over wegen die ze kennen, we werken nu dezelfde route af als tijdens een normale aankomst in Madrid. Ditmaal worden er alleen geen rondjes gereden, we gaan direct naar de finish. De renners slingeren op de Plaza de Colón om het standbeeld van Columbus heen en daarna bereiken ze na een meter of 700 rechtdoor gereden te hebben Plaza de Cibeles. Hier eindigt normaal de afsluitende rit in Madrid, maar vandaag gaan we finishen op de Gran Via. Voorbij Plaza de Cibeles rijden rijden de renners een kilometer rechtdoor vals plat omlaag, ze rijden langs het Museo Nacional del Prado en de Real Jardin Botanico. Voorbij deze tuin volgt er dan toch nog een opmerkelijke bocht, na een eeuwigheid vooral rechtdoor gereden te hebben moeten de renners op twee kilometer van de finish een bocht van 180 graden naar rechts maken. Een bocht waar ze volledig tot stilstand komen, een van de weinige van de dag. Over dezelfde weg rijden ze terug, langs de Real Jardin Botanico en het Prado gaat het terug naar Plaza de Cibeles. De weg liep net vals plat omlaag, nu loopt ie uiteraard vals plat omhoog. Op één kilometer van de finish komen we op het plein, bekend vanwege het Palacio de Cibeles, het gemeentehuis. En bekend vanwege de fontein met een marmeren beeld in het midden. De renners slaan linksaf en rijden om de fontein heen, om vervolgens richting de Gran Via te rijden. Enkele meters later volgt er een flauwe bocht naar rechts en daarna bereiken we de finishstraat. In de laatste meters rijden we door de Gran Via, de grote straat van Madrid. Een waanzinnig mooie straat, waar de weg in de laatste 600 meter aan 3,5% omhoog zal lopen. Een lastige finish, na drie weken koers en aan het eind van de tijdrit zal deze strook pijn doen. Tijdens de wegrit hebben de renners er doorgaans weinig last van, nu gaat het te merken zijn. Eindeloos rechtdoor vals plat omhoog in deze straat vol statige panden, tot we het gebouw van de Fundación Telefónica bereiken. We begonnen bij Telefónica en we eindigen bij Telefónica. De thematijdrit eindigt bij het Edificio Télefonica, de
Etapa Telefónica is voorbij.
![nEyrjcS.png]()
![Edificio_Telefonica_Madrid.jpg]()
Honderd jaar Telefónica, ik heb de slingers en ballonnen thuis al opgehangen. Ook over het gebouw dat naast de finish te vinden is heeft een enthousiaste fan een mooi stuk geschreven: Het Telefónicagebouw (Edificio Telefónica) is een wolkenkrabber in Madrid. Het gebouw staat aan de Gran Vía en is de hoofdzetel van de Telefónica-groep. Het gebouw is 89,30 meter hoog, verdeeld over 15 verdiepingen met hoog plafond. Sinds kort zijn de laagste verdiepingen ingericht als de hoofdwinkel van Telefónica (Telefonica Flagship Store). Het gebouw werd ontworpen in 1923 door de architect Ignacio de Cárdenas Pastor, die destijds in dienst was als hoofdontwerper van de toenmalige ambtelijke dienst van de Spaanse staatstelefoniemaatschappij CTNE, tegenwoordig Telefónica. Tot de bouw werd besloten in 1926 en het gebouw was drie jaar later gereed. Tot 1953 was het gebouw het hoogste van Madrid. In dat jaar kwam het 117 meter hoge Españagebouw (Edificio España) op Plaza de España gereed. Momenteel is het Telefónicagebouw het op 15 na hoogste gebouw van de stad. Nuttige informatie, me dunkt. Als we de omschrijving van Google mogen geloven is het Telefónicagebouw tegenwoordig ook een cultuur- en technologiecentrum, op meerdere etages is er ruimte gereserveerd voor exposities. Wat denken jullie, is dit voldoende propaganda voor Telefónica? Of krijg ik een boos belletje van Movistar? Telefónica, Telefónica, Telefónica. Het pand bevindt zich aan de Gran Vía, letterlijk de grote weg dus, een bekende winkelstraat en verkeersader in het centrum van Madrid. De straat is een van de populairste winkelgebieden van Madrid. Ook is er een groot aantal hotels en bioscopen te vinden. Gran Vía loopt van Plaza de Cibeles tot Plaza de España. Een van de lekkerste straten om doorheen te flaneren, of om doorheen te fietsen. Doen de renners zo onderhand ieder jaar. Voor de goede orde: we bevinden ons in Madrid. Dat is natuurlijk de hoofdstad en de grootste stad van Spanje. Een stad met meer dan 3.000.000 inwoners. Vaak het eindpunt van de Vuelta, maar niet altijd. Zo eindigden we in 2021 in Santiago de Compostela, tijdens een Año Xacobeo werd er aan het eind een tijdrit verreden in die heilige plaats, gewonnen door Roglic. Ook in 2014 maakten we zo'n uitzondering, weer eindigde de Vuelta met een tijdrit in Santiago de Compostela. In alle tussenliggende jaren werd er gewoon gesprint in Madrid. Alhoewel, gewoon, de afgelopen jaren hebben we toch wat vreemde dingen gezien. In 2022 was het bijvoorbeeld de bedoeling dat Sebastian Molano de sprint aan zou trekken voor Pascal Ackermann, maar niemand kwam nog over hem heen. Zijn lead-out was dusdanig goed dat hij het vol kon houden tot aan de meet, zodoende won hij voor Mads Pedersen en zijn ploeggenoot Ackermann. Vorig jaar zagen we aan het eind van de ronde dan weer een uitval van Remco Evenepoel, op een kilometer of 40 van de finish ging hij in de aanval en hij kreeg een aantal renners met zich mee, waaronder Kaden Groves. Groves ging alleen mee omdat Evenepoel een concurrent was in de strijd om het groen, zijn idee was dat Evenepoel dan wel snel zou stoppen. Gebeurde alleen niet, ook omdat Ganna mee was. Nico Denz trouwens ook, die gaat nu alleen Madrid net niet halen. Een paar stevige brommers vooraan in ieder geval, het peloton kon aan de bak om deze jongens nog in te rekenen. Dat leek in de slotkilometer pas te gaan gebeuren, maar in die slotkilometer gooide Evenepoel er vlak voordat ze gegrepen werden nog een laatste demarrage uit. Groves sprong opnieuw in het wiel en hij maakte dankbaar gebruik van de lead-out die hij kreeg van de Belg. Vlak voor het aanstormende peloton won Groves zijn derde rit van die Vuelta, een ongeziene Madrileense thriller aldus Sporza. Normaal is zo'n laatste rit vreselijk saai, dit was echt een topshowtje. In de jaren daarvoor was daar minder sprake van, zo won Ackermann in 2020 in een vrij normale en geschiedenisloze afsluitende rit. In 2019 was de overwinning dan weer weggelegd voor Fabio Jakobsen. Hij won toen zijn tweede rit van die Vuelta, in Madrid versloeg hij Sam Bennett. In 2018 ging de overwinning dan weer naar Elia Viviani, toen nog met Patbonus. Hij pakte zijn derde ritzege mee. Het jaar daarvoor was Matteo Trentin overduidelijk de snelste renner in koers was, in Madrid pakte hij zijn vierde ritzege. In 2016 ging de overwinning dan weer naar Magnus Cort Nielsen, terwijl John Degenkolb in 2015 zijn handjes in de lucht mocht steken. In 2013 won Michael Matthews de massasprint en 2012 won John Degenkolb ook al. In 2011 was Sagan de snelste in de straten van Madrid en in 2010 won Tyler Farrar. In 2009 won Greipel en in de jaren daarvoor waren er een paar wat verrassendere namen. Bennati, Breschel en dat soort gedoe. Voor de laatste keer dat we afsloten met een tijdrit in Madrid moeten we 20 jaar terug in de tijd, in 2004 was het de keihard schroeiende Santi Perez die aan het eind van de ronde met de zege aan de haal ging. Zijn derde ritzege in die Vuelta, in het klassement werd hij tweede achter Roberto Heras. Perez werd vrij snel daarna wel betrapt, maar ach, dat hoorde er zeker in die tijd wel een beetje bij. We zoeken een opvolger voor Santi Perez, hopelijk ditmaal zonder positieve test achteraf. Madrid is verder natuurlijk een mooie stad. Beetje hobbelen over de Gran Via, even langs het Plaza de Cibiles. Via de Puerta de Alcalá naar het Parque del Retiro lopen waar ook nog wat kicken gebouwtjes staan, niks mis mee allemaal. Aan de andere kant van het centrum heb je ook nog een aardig paleisje met een aardige kathedraal, maar dat deel van de stad laat de Vuelta altijd links liggen. Museumpje van Prado zou ook de moeite waard moeten zijn en dan heb je natuurlijk ook nog de Plaza Mayor en duizend andere dingen. Gewoon een keer een paar dagen naartoe als je er nog niet bent geweest, is leuk. Museumpjes zat ook, keertje de Guernica gaan bekijken in het Museo Reina Sofia, eigenlijk wel een must. Wat moet een mens verder zeggen over een stad als Madrid? Gewoon mooi.
![image00006-4-1500x1000-1-jpeg.webp]()
Goh ja, Sepp Kuss die de Vuelta wint, met naast hem twee ploeggenoten. Weten we dat nog? Lmao. Dit jaar ging het net iets minder goed, merkwaardig genoeg. De man die rechts naast hem staat zal nu in het middelpunt van de belangstelling staan. Primoz Roglic gaat, zonder ongelukkigen, big if in zijn geval, voor de vierde keer de Vuelta winnen. Omstreeks 19:04 staat hij op het startpodium bij het Distrito Telefónica, om als allerlaatste aan deze tijdrit van een kleine 25 kilometer te beginnen. De afsluitende rit in Madrid is vaak een avondrit en dat is nu niet anders, om 16:30 zal Tim Naberman, de allerslechtste renner van het peloton, als eerste beginnen en om 19:30 wordt Roglic aan de finish verwacht. Drie uur koers om de laatste grote ronde van het jaar af te sluiten, wat gaan we hierna met ons leven doen? In Madrid wordt het overdag overigens 29 graden, we hebben het hoge noorden verlaten en daardoor stijgen de temperaturen. De latere starters zullen het voordeel hebben dat de temperatuur langzaam daalt naar een graad of 26. Het blijft de hele tijdrit droog, dat is alvast heel mooi. Er is sprake van enige wind en die wind zou gedurende de tijdrit kunnen draaien, dat is nog wel een factor van belang. Waar de wind eerst vooral uit het westen komt zal ie in de latere uren steeds meer uit het noordwesten komen, waar het eerst rustig waait zal het later harder gaan waaien. Ik heb het idee dat dit in het voordeel van de latere starters is, die krijgen het grootste deel van de tijd met rugwind te maken. En ondanks het feit dat we in een stad rijden kan de wind hier wel z'n ding doen, zeker in het eerste deel van de tijdrit is het terrein enorm open. Altijd tegen Kung. De tijdrit is integraal te volgen bij Eurosport, vanaf 16:00 zijn zij live. Sporza sluit om 17:00 aan, toch ook redelijk op tijd. Al is voor die tijd Affini al vertrokken, hij begint er om 16:46 aan en hij mag een eerste richttijd neer gaan zetten. Heel veel goede tijdrijders doen er trouwens niet mee, we kunnen vanaf 16:54 volgen of Campenaerts er nog een beetje zin in heeft, daarna is het wachten op Vacek en Vine, zij beginnen er om 17:42 en 17:48 aan. Een paar minuten later begint McNulty er ook aan, terwijl Küng verrassend laat van start zal gaan. Jeetje, hij gaat een uur eerder dan Roglic van start, dan zou het nadeel voor hem nog wel moeten meevallen. Alle renners starten om de minuut, daar komt pas verandering in omstreeks 18:26 als Clement Berthet vertrekt. Na hem gaat er om de twee minuten een renner van start. De tiende van het klassement, Carlos Rodriguez, begint om 18:46 en om 19:04 is Primoz Roglic de laatste die mag vertrekken. Hij heeft er maar 26 minuten voor nodig volgens de organisatie, dat lijkt me ondanks een aantal kilometer rechtdoor in licht dalende lijn alsnog tamelijk optimistisch, maar goed, we gaan het meemaken.
![GW5OHN_XIAAB5gi?format=png&name=large]()
![vuelta22st21-madrid-buildings-1000.jpg]()
De Vuelta begon met een tijdrit en de Vuelta zal eindigen met een tijdrit. Een keer geen massasprint op de Gran Vía, zoals we dit jaar ook al geen massasprint zagen op de Champs-Élysées. Een gek jaar, waarin we andere dingen doen. We sluiten af met de zogenaamde Etapa Telefónica, het is de schaamte ver voorbij om allerlei bedrijven zo te promoten. Ik ben vooral benieuwd naar de volgende stap, misschien dat we volgend jaar alleen nog maar gesponsorde etappes hebben. Maar goed, om het toch maar even over deze afsluitende tijdrit te hebben: het is in principe een van de makkelijkste tijdritten ooit. Vooral het begin is raar, maar nadien komen de renners eigenlijk weinig technische stroken tegen. Het gaat vooral heel vaak rechtdoor over brede wegen. Een paar korte klimmetjes onderweg, maar ook stroken waar je als tientonner in het voordeel bent. Vals plat omlaag, dat idee. Een echte tijdrit voor de specialisten, dankzij het gebrek aan bochten en hoogtemeters. Er zijn wel hoogtemeters, het is verre van vlak, maar tegenwoordig zijn we toch vooral tijdritten gewend met een serieuze klim onderweg en dat vinden we hier niet. De wind staat waarschijnlijk nadelig voor de vroege starters, dat is dan weer jammer. Maakt de kans groter dat vooral de klassementsrenners hier boven komen drijven, al is dat sowieso een dingetje tijdens tijdritten op de laatste dag. Hoe dan ook wordt het een interessante tijdrit, er kan nog het een en ander gebeuren in het klassement. De zege van Primoz Roglic lijkt wel zeker, aangezien deze tijdrit totaal niet technisch is gaat hij met moeite een bocht vinden waar hij op z'n plaat kan gaan. En zelfs als ie een keer op z'n plaat gaat is z'n voorsprong nog steeds groot genoeg. Nee, de strijd om de eindzege is niet meer spannend. Daar hoopt de organisatie natuurlijk wel op met zo'n tijdrit op de laatste dag, maar het is ze zelden gegeven. De strijd om het podium daarentegen, die is wel spannend. Ben O'Connor staat nog tweede, maar Enric Mas staat slechts negen seconden achter hem. In voorgaande jaren zou je zeggen dat Mas nog over O'Connor heen gaat wippen, maar nu ben ik daar niet zo zeker van. O'Connor profiteert volop van de Decathlonbonus, hij heeft dit jaar al een paar sterke tijdritten afgeleverd. Goed, zijn eerste tijdrit deze Vuelta viel tegen, maar in de Giro werkte hij dan weer een aantal belachelijk sterke tijdritten af. Zo werd hij een keer 7e, in een tijdrit die je enigszins kunt vergelijken met deze. Ik denk dat O'Connor tweede gaat blijven, Mas gaat nog spijt krijgen van zijn passiviteit. Je moet nooit de Van Rysel onderschatten, wonderfiets. Mas kan vooral in de Vuelta vaak een aardige tijdrit afwerken, maar op basis van dit jaar schat je dan toch O'Connor hoger in. Skjelmose kan nog voorbij Gaudu, dat gaat wel gebeuren. Van zes naar vijf, voor zover het wat uitmaakt. De rest van de top 10 zal wel hetzelfde blijven, ik zie Carapaz niet opschuiven naar het podium en ik zie Landa ook niet Lipowitz inhalen. Landa moet eerder nog opletten dat hij niet twee minuten verliest ten opzichte van Sivakov, dat zou wel weer typisch zijn. Nouja, goed, ik vind het wel aardig om weer eens een keer met een tijdrit af te sluiten. Weinig problemen mee, het rondje in Madrid spreekt sowieso minder tot de verbeelding dan het rondje in Parijs. Lekker tijdritje, het had alleen iets minder gesponsord mogen zijn. Nogal getelefoneerd, zou je kunnen stellen.
1. Küng. Stefan Küng die een belangrijke tijdrit wint, zou het? Waarschijnlijk niet, maar gezien de overgebleven concurrentie zou het een regelrechte schande zijn als hij niet wint. Hij is ook nog eens heel aardig in vorm, we hebben hem de afgelopen weken heel sterk en ook vooral ouderwets dom zien koersen. Gelukkig heeft hij er in een tijdrit doorgaans minder last van dat hij zo achterlijk is als een gebraden kip, op die ene keer na dat hij rechtdoor in de hekken reed. Gelukkig zijn de wegen hier 100 meter breed, dus dat gaat 'm nu niet overkomen. Die eerste ritzege in een grote ronde komt er (niet).
2. Roglic. Primoz mag even de kroon op het werk zetten. In de rode trui door de straten van Madrid rijden, voor de vierde keer. Hij kan ook gewoon zijn vierde ritzege pakken en daarmee herhalen wat hij in 2021 in Santiago de Compostela deed. Al was die tijdrit een stuk lastiger, meer hoogtemeters. Hier zou je toch vermoeden dat er nog wel een specialist te vinden moet zijn die hem te snel af is. Als hij nog last heeft van zijn rug is de tijdritpositie natuurlijk ook niet ideaal, maar op pure klasse komt hij sowieso dicht in de buurt van de zege. Een waardige winnaar van deze Vuelta, mogen we wel zeggen.
3. Affini. Heeft als nadeel dat hij vroeg moet starten. De wind staat voor de vroege starters meer in het nadeel, de latere starters zullen met veel meer rugwind te maken krijgen. In dat kader kan Affini ook zomaar buiten de top 10 vallen, maar goed, als je puur kijkt naar de tijdritspecialisten die aanwezig zijn moet hij toch een eind moeten komen. Hij is het aan zijn stand verplicht om er wat moois van te maken, al hebben pure tijdrijders richting het eind van een ronde dan vaak weer het probleem dat ze een klein beetje kapot zijn. Maar alsnog, met dit parcours, moet iets van te maken zijn.
4. McNulty. Won de openingstijdrit en is daarom ook wel meteen een van de favorieten voor vandaag, al heb je het idee dat zijn vorm tanende is. De afgelopen dagen totaal niet meer gezien, hij heeft het zelfs niet voor elkaar gekregen om op Moncalvillo en Picón Blanco bij de eerste 100 te eindigen. Daardoor heb ik niet het idee dat hij deze tijdrit gaat winnen, maar ik noem hem toch maar. Wie moet je anders noemen? Schrikbarend weinig goede tijdrijders hier, zeker nu Van Aert en Tarling niet meer in koers zijn.
5. Cattaneo. Die heb ik de afgelopen dagen toch echt als een gek zien brommeren. Gisteren nog sterk werk geleverd in dienst van Landa, hij is dus in vorm. En hij kan een aardige tijdrit afwerken. Iemand die in vorm is en die kan tijdrijden, dan eindig je automatisch heel hoog hier. Zijn kopman zal een minuut of vijf verliezen, hijzelf kan zich mooi naar een dichte ereplaats rijden. Vacek lijkt me ook nog iemand om in de gaten te houden, daarna kom je al snel uit bij de klassementsrenners waarschijnlijk. Skjelmose, brr.
[ Bericht 0% gewijzigd door Rellende_Rotscholier op 08-09-2024 04:23:55 ]