abonnement bol.com Unibet Coolblue
  Moderator donderdag 13 mei 2021 @ 00:29:32 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_199398222
Tappa 6: Grotte di Frasassi - Ascoli Piceno (San Giacomo), 160 km

Tja, er zijn van die dagen dat ondergetekende eigenlijk helemaal geen zin heeft om een stukje te tikken. Het is maar goed dat het grootste gedeelte van deze voorbeschouwing al af was voor al het onheil van deze wereld zich voltrok. Wat een gezapige rit had moeten worden werd aan het eind toch een minder gezapige rit, in plaats daarvan werd het een ronduit dramatische rit. In het begin van de etappe reden meteen twee renners weg, eentje van Bardiani en eentje van Androni. Geen Eolo, dat was opmerkelijk. Marengo en Tagliani kregen niet veel voorsprong en werden ook heel snel weer ingelopen, op 100 kilometer van het eind. Dit omdat men in het peloton toch enigszins nerveus was. Toch wat verhalen dat er mogelijk waaiergevaar was, terwijl dat er helemaal niet was. Toen het peloton een kilometer of 40 later inderdaad had begrepen dat er niet gewaaierd zou worden trok een nieuw duo van Bardiani en Androni in de aanval, ditmaal Gabburo en Pellaud. Hun voorsprong werd nooit groot, maar ze mochten toch vrij lang voor het peloton blijven uitrijden. In de finale kregen ze nog gezelschap van Alexis Gougeard, maar hij had weer niet een van zijn twee goede dagen van het jaar. De rit was ronduit kut, op voorhand al. Een kilometer of 170 rechtdoor en dan aan het eind nog een kilometer of 15 waar het ineens enorm technisch is. Rijden naar de kust, daar waar men vanwege alle toeristen de boel heeft versierd met rotondes, vluchtheuvels, paaltjes en noem het allemaal maar op. Daar mag een volledig fris peloton, dat de hele dag geen moment heeft afgezien, op volle vaart doorheen. Vragen om problemen, uiteraard. Geen makkelijk gelul achteraf, vooraf al opgemerkt.

Sivakov was het eerste slachtoffer van het nerveuze gedoe in het peloton door de technische finale, al zou je dat nog onkunde kunnen noemen. De Franse Rus moest een klein beetje uitwijken, maar had zichzelf met enige stuurmanskunst kunnen redden. Daar bleek Sivakovman niet over te beschikken, dus ging hij onderuit. Schouderblessure, einde Giro voor de schaduwkopman van Ineos. Een paar kilometer later volgde er weer een valpartijtje, terwijl de finale alleen maar hectischer werd. Rotonde na rotonde, vluchtheuvel na vluchtheuvel. Veelvuldig werd een motor vlak voor het peloton in beeld gebracht, met op die motor een man met een oranje vlag die continu druk aan het wapperen was. Als je dat als organisatie nodig hebt om aan te geven dat het gevaarlijk is, heb je dan niet gewoon ontzettend slecht dat parcours uitgetekend? Waarom niet een bergje onderweg? Of een finish op een andere plek? Hoewel we uiteindelijk ook altijd naar de renners zelf moeten kijken. Vroeger had je bij het voetbal altijd spelertjes die alleen maar naar de bal kijken. Met het hoofd naar beneden probeerden ze iedereen voorbij te spelen. Hoofd omhoog, zei de trainer dan. Zoiets stel ik me nu ook voor bij Joe Dombrowski. Na zijn ritwinst was hij nu jarig, maar het werd geen fraaie verjaardag. Bij een van die verkeerseilandjes in het midden van de weg stond een seingever. Een ploeggenoot van Dombrowski besloot op het laatste moment rechts te passeren, zonder te kijken volgde Dombrowski het wiel. Tot hij ineens tegen die seingever klapte, zichzelf in het peloton katapulteerde en Mikel Landa en Francois Bidard meenam in zijn val. Na de aankomst in Sestola was het Landismo ineens weer springlevend. Jeroen en Karsten hadden het er tijdens de uitzending nog uitgebreid over. En toen ineens, was het voorbij. Dit was het jaar dat Landa de Giro had kunnen winnen. Maar het gaat niet door. Daar lag hij, op de grond. Een gebroken sleutelbeen, gebroken ribben. Weg roze droom. Het enige positieve is dat we hem nu wel kunnen kronen tot de morele winnaar van de Giro van 2021. Zonder valpartij had hij gewonnen, dat kan niet anders. Maar het blijft kut. We gaan zijn aanvallen in de bergen missen, of ze nu succesvol waren geweest of niet. De koers had hij zonder meer geanimeerd. Nu moeten we het doen met de overgebleven dode vogeltjes. Joe Dombrowski heeft overigens mogelijk een hersenschudding, maar dat geloof ik dan weer niet. Wie zo vol op een seingever klapt kan moeilijk over hersens beschikken.

En dan won Ewan ook nog eens. Wat een tyfusrit. De volgende rit kan al niet meer leuker worden nu we Landa missen, maar slechter kan ook niet meer.




We gaan van start in een grot, ja! Of misschien buiten een grot, al durven ze tegenwoordig ook gewoon in een katedraal van start te gaan dus we mogen niets meer uitsluiten. De grotten van Frasassi (Italiaans: Grotte di Frasassi) zijn een groot ondergronds grottencomplex dat is gelegen in een natuurpark in de Italiaanse gemeente Genga (provincie Ancona). Een ingang naar een van de grotten van Frasassi is door een boer ontdekt op 28 juni 1948. Meer toegangen zijn gevonden in de jaren 50 en 60 door leden van de Italiaanse Alpinistenvereniging (Club Alpino Italiano) uit de naburige steden Jesi en Fabriano. In het begin van de jaren 70 zijn nog grote delen van het ondergrondse complex ontdekt. Het totale grottencomplex beslaat een afstand van 13 kilometer. Daardoor zou het volgens Google een van de grootste karstgrotten van Europa moeten zijn, met jaarlijks 300.000 bezoekers. Met uitzondering van dit jaar en vorig jaar, vermoed ik. Vanaf september 1974 is een deel van de grotten voor bezoek opengesteld. Er is een 1,5 km lange route uitgezet over brede wandelpaden en ruime trappen. Deze rondleidingen worden onder leiding van een gids gegeven in het Italiaans, Frans, Engels of Duits. De grotten zijn uitgegroeid tot een belangrijke toeristische attractie van de regio Marche. Sinds de openstelling hebben reeds meer dan 10 miljoen mensen de grotten bezocht. Naast deze route zijn er voor de meer gevorderden een blauwe en een rode route over minder gemakkelijk begaanbare paden. Binnen het karstgrotsysteem vinden we allerlei kamers, waarvan er een aantal zelfs een naam hebben gekregen. Grotta delle Nottole, waar allerlei vleermuizen aan het chillen zijn. Grotta Grande del Vento, in 1971 ontdekt en met een kilometer of 13 aan gangen, de Sala delle Candeline en ga zo maar door. De moeite waard, als je ooit in de buurt van Ancona bent. Stalagmieten en stalactieten, altijd enerverend.




De renners bevinden zich op heilige grond. In de buurt van de grotten komen ze een klooster tegen en het kicken kapelletje van hierboven. Tijdens de neutralisatie rijden ze door Genga, een dorpje dat vooral bekend is vanwege de adellijke familie van Genga. Het bekendste lid van die familie is Paus Leo XII, waardoor de boel uiteraard op de kaart is gezet. Na de neutralisatie verlaten we de heilige grond, maar we bevinden ons wel nog steeds in de heuvels. Daardoor krijgen we zowaar een explosief begin, de eerste twee kilometer gaat het aan 7% omhoog! Gaaf, mooi, prachtig. Altijd goed om een sterke kopgroep te laten ontstaan, al kan dit ook weer zo'n dag zijn dat het veel langer duurt voor er een groep vertrokken is. Na de korte maar pittige klim volgt een afdaling, die niet al te lastig is. Een brede weg bijna recht naar beneden, op een scherpe bocht in het begin na. Na een paar bochtjes en rotondes in en rond Fabriano zetten de renners koers richting Cerreto d'Esi over een licht glooiende en vrij bochtige weg. Voorbij dit dorp is het dan weer een aantal kilometer zo goed als recht en behoorlijk vlak, tot het voorbij Matelica, na 23 kilometer koers, weer een stuk bochtiger wordt. Wel een brede weg, terwijl het ondertussen een beetje vals plat omhoog loopt. Na een aantal kilometer vals plat omhoog gaat het ook even vals plat naar beneden, richting Castelraimondo. In de buurt van dit plaatsje moeten de renners een keer over het spoor, buiten dat is er niet veel aan de hand. Wel een naam die me bekend voorkwam, Castelraimondo. Niet zonder reden, blijkt dan maar weer. Tijdens de afgelopen Tirreno reed het peloton nog door dit plaatsje, net als tijdens de Giro van 2018. En in de Tirreno van 2015 kwam hier zelfs een rit aan, gewonnen door de enige echte Wouter Poels. Na 31 kilometer rijden we door deze plaats, waar Gilbert in zijn wonderjaar 2011 ook een rit wist te winnen in de Tirreno.



Na de passage in Castelraimondo is het een kilometer of zes behoorlijk vlak, terwijl er nog steeds over brede wegen wordt gereden. Af en toe een bocht, maar de grootste spanning zal komen van een klim die ons naar het plaatsje Camerino gaat brengen. Vier kilometer aan 4,5%, de sprinters kunnen vast weer wat anders gaan doen. Na 41 kilometer komen de renners boven in Camerino, blijkbaar een stadje met best wel wat geschiedenis. Een zeer oude stad, gesticht door een Umbrisch volkje. Later was het een onafhankelijk staatje, een enclave binnen de Pauselijke Staat. En ze hebben sinds 1336 hun eigen universiteit, toe maar. Vooral weer een dorp op een heuvel, mooi gelegen, knap gebouwd. Flink wat bochten in Camerino, buiten het stadje gaat het een paar kilometer naar beneden. Nog steeds een brede weg, een naam mag het niet hebben. De renners rijden richting Muccia, maar voor ze dit dorpje bereiken gaat het tussendoor ook nog een keer een kilometer of twee omhoog. Ziet er niet heel spannend uit, waarna er nog een laatste stukje niet spannende afdaling volgt richting dat Muccia. Na een paar bochtjes in Muccia gaat het rechtdoor over een brede en vlakke weg richting Pieve Torina, waar na 55 kilometer de eerste tussensprint van de dag volgt. Dit is een heel klein dorpje waar amper 1500 mensen wonen, de tussensprint ligt hier waarschijnlijk vooral als steunbetuiging. Op 3 november 2016 was Pieve Torina namelijk het epicentrum van een aardbeving met een kracht van 4,8 op de schaal van Richter, de derde beving in een week in de Apennijnen. De foto's laten weinig aan de verbeelding over. Het verhaal van een vrouw van 101 die dankzij die beving voor het eerst in haar leven haar dorp moest verlaten omdat haar huis onbewoonbaar werd, zoiets gaat ook door merg en been natuurlijk.



Voorbij de tussensprint in het getroffen Pieve Torina gaat het een kilometer of acht vals plat omhoog over een brede en behoorlijk rechte weg. De renners rijden door een mooi groen landschap, het is voorlopig nog aangenaam fietsen. Na een tijd wordt de weg iets bochtiger en verschijnen er ook wat rotswandjes in beeld, al duurt dat feest niet lang. Het peloton komt even later uit in Capriglia, na dit dorp moet er zelfs wat serieuzer geklommen worden. Een klim van vier kilometer aan een procent of vijf, met onderweg een tunneltje. Buiten die tunnel is het vooral weer erg groen, er staan nogal wat bomen in de Apennijnen. Na de klim gaat het een kleine vijf kilometer naar beneden richting Visso. De weg blijft breed, maar is in het begin wel bochtig. Na een tijd gaat het wat meer rechtdoor, al is de weg in Borgo Sant'Antonio wel even wat smaller. Buiten dit dorpje rechtdoor naar Visso, weer over een brede weg. In Visso staat een kasteel en ze hebben een leuk centrumpje met een stadspoort. Daar merken de renners weinig van, via een paar bochten verlaten ze Visso snel weer waarna ze een kilometer of zeven door een vallei gaan rijden. Ze volgen de loop van de rivier Nera, de iets smallere weg loopt een beetje vals plat omhoog. Deze licht kronkelende weg eindigt in Castelsantangelo sul Nera, waar de eerste échte klim van de dag gaat beginnen. We rijden dwars door dit kleine dorpje en dan loopt de weg zo patsboem ineens omhoog. Haarspeldbochtje omhoog en we zijn vertrokken. Na die eerste haarspeldbocht blikken de renners terug op Castelsantangelo sul Nera en zal het ze opvallen dat het nog best een bijzonder dorpje is. Aardbevinkje heeft hier overigens ook z'n sporen nagelaten, daarom staan er nu een aantal tijdelijke huisjes aan de voet van de klim. Het uitzicht van de renners is dus praktisch op een spookdorp, de mensen wonen in bouwketen onder het dorp. Hoewel dat ook alweer een paar jaar geleden was, misschien hebben ze ondertussen de boel gerestaureerd. Maar afijn.



Een klim, daar gingen we het eigenlijk over hebben. Forca di Gualdo, een beklimming van de tweede categorie. De komende 10 kilometer gaat het gemiddeld aan 7,5% omhoog. Een pittige klim, die bijzonder onregelmatig is. In het begin gaat het niet eens zo steil omhoog, maar dan volgt al snel een stuk van drie kilometer aan 9%, met een halve kilometer aan 11%. In het begin leidt de relatief smalle weg omhoog door een donker bos, waar in de bochten te zien valt dat het inderdaad behoorlijk steil is. Een flink stuk boven de 10%, met aan het eind van deze steile strook nog even een halve kilometer aan 9%. Daarna eentje aan 8%, makkelijk is anders. Het tweede deel van de klim is wel iets eenvoudiger, het blijft vooral heel onregelmatig. Een paar stroken aan dik 8%, maar ook wat werk aan 5%. De voorlaatste kilometer gaat het aan 5,5% omhoog, daarna volgt een kilometer aan 6%, terwijl we voorbij Gualdo zijn gereden, voordat het in de laatste meters van de klim nog even aan 8% omhoog gaat. Toch een stevig dingetje, best leuk zo halverwege de rit. De top van de klim bereiken de renners na 88 kilometer, ze bevinden zich hier ineens in een open vlakte. Het bos is weg en het uitzicht ineens gigantisch. Een korte afdaling volgt, met in het begin een paar haarspeldbochtjes kort achter elkaar. Door het gebrek aan begroeiing is dit wel overzichtelijk, het duurt ook niet lang. Al snel gaat het wat meer in rechte lijn verder richting Castelluccio, een populair toeristisch oord. Om dit dorp te kunnen bereiken gaat het een kilometer aan 7% omhoog, een ongecategoriseerd hupje dat toch ook weer pijn kan doen. Castelluccio is gelegen op een heuvel, midden in het nationale park Monte Sibillini. Het dorpje ligt boven de Piano Grande (1270m). Het dorpje wordt veel bezocht door wielrenners en bergwandelaars die daar even rusten. Goed om te weten, toch?




Ook Castelluccio is weer getroffen door die aardbeving in 2016, maar de bloemenvelden zijn gelukkig nog steeds mooi. Vorig jaar kwam de koers al eens langs in Castelluccio, de Tirreno om precies te zijn. In de vierde rit zagen we toen een beklimming van Forca di Gualdo en een passage in Castelluccio, geen geheel onbekend terrein dus voor sommige renners. Buiten Castelluccio ging het toen naar rechts, nu gaat het juist naar links. Heel kort gaat het naar beneden, met een lange bocht naar rechts. Daarna is het tussen de bloemenvelden door even vlak, alvorens de volgende gecategoriseerde klim gaat beginnen. Forca di Presta, een klimmetje van de derde categorie. Het loopt vooral een heel aantal kilometer vals plat omhoog, door een landschap dat werkelijk schitterend is, geloof mij nou maar Jeroen. Eerst is het vooral genieten van uitgestreke velden en schitterende vergezichten, richting de top wordt het steeds rotsachtiger. In totaal gaat het een kilometer of zes aan 4% gemiddeld omhoog, een gemiddelde dat de hoogte in wordt gestuwd door de laatste kilometer van de klim. In die kilometer gaat het nog even steil omhoog, tot aan 9% zelfs. De rest van de tijd is het vooral vals plat, mogelijkheden genoeg om lekker te genieten van de omgeving. De top van deze klim bereiken we na 100 kilometer, op 60 kilometer van het eind. Een lange afdaling gaat volgen. In eerste instantie gaat het 14 kilometer naar beneden aan 7%, richting Arquata del Tronto. In het begin is het een makkelijke afdaling. Het zicht is goed en de bochten komen uitgebreid in beeld. Een paar kilometer later wordt het lastiger, als de renners door het dorpje Pretare rijden. Hier iets meer bochten, een paar scherpe ook. Muurtjes langs de kant van de weg, dus goed sturen is hier wel handig. Van Pretare gaat het naar Piedilama, een dorpje dat ook zichtbaar zwaar getroffen is door de aardbeving. Google heeft beelden van augustus 2019, en toen lagen de stenen nog overal door het dorp. Allerlei vernietigde huizen langs de kant van de weg, het is een naargeestig beeld. Deze rit begint steeds meer op een steunbetuiging aan het getroffen gebied te lijken, zoals men in het verleden ook al eens deed met L'Aquila. Voorbij deze dorpjes gaat het op een makkelijkere manier verder naar beneden, tot in Arquata del Tronto geen lastige bochten meer.



Dat Arquata del Tronto bereiken de renners na 113 kilometer, min of meer. De afdaling is nu eigenlijk nog lang niet gedaan, in totaal moet er eigenlijk een kilometer of 40 gedaald worden. Het is wel zo dat het in de kilometers hierna niet echt steil meer naar beneden gaat. Ook in Arquata del Tronto zien we weer veel tijdelijke woningen, een aantal caravans en gestutte gebouwen. Over de oorzaak hoeven we ondertussen niet lang meer na te denken. Van Arquata del Tronto gaat het in dalende lijn verder richting Trisungo, waar het peloton een bredere weg bereikt. Het was al vrij breed, maar nu gaat het helemaal over een grote weg verder. We gaan de stroom van de Tronto volgen, in eerste instantie richting Acquasanta Terme. Daar moet het water wel héél erg goed zijn, zou je denken. In ieder geval, richting de thermen gaat het weer vooral lichtjes naar beneden, maar tussendoor gaat het ook een keer vals plat omhoog! Jawel, de weg in de vallei kent een grillig karakter. En een paar tunneltjes, ook niet te onderschatten. De RAI kennende zijn we dan de renners een tijdje kwijt, investeren in beter materiaal blijkt in Italië nooit een optie te zijn. De omgeving is wel mooi, erg groen en soms wat rotsen. En een goede weg, dat mag ook wel in de krant. Redelijk bochtig, maar op die stukken vals plat omhoog na is het hier makkelijk fietsen. Een paar mooie dorpjes tussendoor, waaronder dat Acquasanta Terme dus. Na de passage in dit kuuroord is het nog 20 kilometer fietsen tot Ascoli Piceno, waar de voet van de slotklim ligt. Over deze 20 kilometer valt eigenlijk niets te vertellen. Het wordt steeds vlakker. We komen wel een paar meter lager uit, maar dat valt met het blote oog niet te zien. Vooral vlak, hooguit een beetje vals plat omhoog en weer wat vals plat naar beneden. Een gigantisch brede weg door de vallei, af en toe een tunnel. Net buiten Ascoli Piceno verlaten we eindelijk deze brede doorgaande weg, dat heeft wel een wegversmalling tot gevolg. Na een paar bochten rijden de renners deze stad binnen, waar na 144 kilometer de tweede tussensprint van de dag volgt.



Na een stuk of zes pittige bochten verlaat het peloton Ascoli Piceno weer, waarna direct de slotklim begint. Leuke passage wel, dwars door het centrum over de steentjes. Het wordt hier ineens ook behoorlijk smal, dus ik hoop dat het peloton niet meer al te groot is. Een paar bochten later loopt de weg ineens omhoog, via een viaduct rijden de renners naar de slotklim toe. Op dit viaduct hebben de renners een prachtig uitzicht over Ascoli, maar daarna is het prachtige gedeelte wel voorbij. De langste slotklim van deze Giro gaat beginnen. Niet de zwaarste slotklim, wel de langste. Richting San Giacomo gaat het 15,5 kilometer omhoog aan 6,1% gemiddeld. Een beklimming van de tweede categorie slechts, dat is dan eigenlijk ook wel weer opvallend. Maar goed, beginnen doen we met vijf kilometer aan 6%, via een aantal bochten slingert de weg behoorlijk gelijkmatig omhoog. Behoorlijk brede en goede weg, langs de kant van de weg staan veel bomen. Alhoewel, goede weg, dan zie je een stuk verderop ineens weer een gat in de weg. Al zal dit ook vast weer zijn voorzien van een vers laagje asfalt. Goed, na de eerste vijf kilometer volgt er even een vlakker stuk, in het gehucht Piagge. De volgende vijf kilometer gaat het slechts aan 5% gemiddeld omhoog, dankzij een vlakkere strook aan het begin van dit stuk en eentje aan het eind, tussendoor gaat het ook een keer een kilometer aan 6,5% omhoog. Op vijf kilometer van de finish rijden de renners door Colle San Marco, waar het even een halve kilometer bijna volledig vlak is. Hier gaat het interessante gedeelte van de klim beginnen, in de laatste vijf kilometer gaat het namelijk aan 7,5% gemiddeld omhoog. Na een halve kilometer aan 7% volgt een halve kilometer aan 9%, met een strook aan 10%. Dit is het zwaarste gedeelte van de klim, maar in de vier kilometer hierna blijft het zwaar. De brede weg door het donkere bos wordt ineens een stuk bochtiger, dit is het terrein waar we de eerste demarrages vanuit de groep der favorieten zullen zien. Na een halve kilometer aan 7,5% zwakt het weer wat af richting 6,5%, daarna gaat het anderhalve kilometer aan 7,5% omhoog. Op twee kilometer van het eind wordt het nog een keer steil, het gaat opnieuw aan 9% omhoog. Door die brede weg ziet het er niet eens zo lastig uit, maar we zullen het toch maar geloven. Richting de top verlaten we het bos en wordt het ineens open, de wind kan hier een rol spelen. In de slotkilometer gaat het verder omhoog aan iets meer dan 7%, waarna de finish volgt bij een grote parkeerplaats die hier zomaar ineens plompverloren ligt.




Op de grens tussen de Marche en de Abruzzen ligt San Giacomo, in het Parco Nazionale del Gran Sasso e Monti della Laga. Het is een vakantieoord, met redelijk wat hotelletjes en huisjes. Er wonen ook een paar mensen, in 2011 maar liefst 11. We mogen het dus een gehucht noemen, in de gemeente Valle Castellana en de provincie Teramo. Het ligt op een hoogte van 1105 meter in de Montagna dei Fiori, in het nationale park Gran Sasso en Monti della Laga. San Giacomo is het belangrijkste skigebied van de Monti della Laga en een van de drie bergcentra in de provincie Teramo , die zijn uitgerust met skiliften en pistes voor langlaufen. De andere twee resorts zijn Prati di Tivo en Prato Selva, vooral Prati di Tivo kennen we ook wel van de koers. In vergelijking met de andere twee resorts was dit het eerste skigebied in de provincie Teramo dat werd uitgerust met een kabelliftsysteem. Zo, nou, een gegeven om trots op te zijn. Met de kabelbaan kun je naar Monte Piselli, waar het skiën dan kan beginnen. In de zomer kun je in deze omgeving dan weer prima wandelen, ook dat trekt de nodige toeristen aan. Wandelpaden te over. Er loopt een asfaltweg omhoog naar Monte Piselli, al gaat die na een tijd over op gravel. Desalniettemin was er dus een mogelijkheid geweest om een stuk hoger te eindigen, erg teleurstellend dat men deze mogelijkheid laat liggen. Enfin, tussen Colle San Marco en San Giacomo wordt ook jaarlijks een rallywedstrijd georganiseerd, maar alles op vier wielen is geen sport. De enige echte sport is al vaker in San Giacomo geweest, in 1977 bijvoorbeeld. Toen won niemand minder dan Roger De Vlaeminck hier, toch leuk om Roger op je erelijst te hebben. Dertig jaar later keerde de Tirreno terug, toen mocht Matteo Bono zijn naam bijschrijven op de erelijst. Hij won vanuit de vlucht, een van zijn drie zeges als prof. Allemaal klein bier vergelijken met de passage in de Giro van 2002. Bij die gelegenheid kroonde iedereens favoriete Mexicaan, Julio Alberto Perez Cuapio zich tot winnaar. Men klom toen wel via een andere weg naar San Giacomo, maar alsnog. Perez Cuapio reed dat jaar zijn beste Giro. Twee ritzeges en de bergtrui, je zou voor minder. In San Giacomo bleef hij Cadel Evans en Dario Frigo voor. Boogerd werd 7e, misschien een leuke voor in de altijd nutteloze studio van Eurosport morgen. Oja, in de buurt van San Giacomo komen we ook een paar stenen hutjes tegen, erg geestig.



Maar goed, nu heb ik dus een stukje tekst getikt over San Giacomo, terwijl de organisatie het eigenlijk over Ascoli Piceno wil hebben. Zo staat het ook in alle aankondigingen. Ascoli Piceno, en dan tussen haakjes San Giacomo. In het roadbook staat niets over San Giacomo. Dus vooruit, laten we ook nog maar wat over Ascoli Piceno zeggen. Al was het maar omdat de stad daar blijkbaar genoeg geld voor heeft betaald. De middeleeuwse stad Ascoli Piceno ligt in het zuiden van de Italiaanse regio Marche en telt ongeveer 50.000 inwoners. Het is de hoofdstad van de provincie Ascoli Piceno. De stad, door de Romeinen Asculum genoemd, is genoemd naar de Piceni, een stam die in de eerste eeuw aan de Romeinen onderworpen was. Verwijzingen naar die stam zijn nog altijd zichtbaar in de stad. De Piceni waren de eerste bewoners van deze streek, die de Romeinen Picenum noemden. In deze stad staan enkele gotische bouwwerken uit de 15e en 16e eeuw. De crypte van de 11e-eeuwse kerk Santi Vicenzo e Anastasio zou lepra genezen. De Duomo is in barokke stijl en herbergt in het bijgebouwde museum onder meer werken van Titiaan. In een ander museum worden overblijfselen van de Romeinen, Longobarden en de Piceni bewaard. Bedankt, Wikipedia. Er is een professionele voetbalcub, Ascoli Calcio, die nog enige jaren in de Serie A heeft gespeeld. Daardoor dacht ik dat deze stad eigenlijk gewoon Ascoli heette, maar het is dus Ascoli Piceno. Je bent nooit te oud om te leren. In de Giro van 2004 kwam hier een rit aan, een behoorlijk vlakke rit. Gewonnen door Alessandro Petacchi in de sprint, gelukkig krijgen we nu met een ander scenario te maken. Al finishen we dus überhaupt niet in Ascoli Piceno, dus pleur op met je Ascoli Piceno. Hoewel de pleintjes wel leuk zijn. De renners rijden dwars over het Piazza Arringo, terwijl een andere piazza eigenlijk mooier is. Piazza del Popolo, prima pleintje.



Bij de grotten van Frasassi zou het morgenmiddag een graadje of 20 moeten worden. De kans op regen is behoorlijk groot, maar dat zeiden ze gisteren ook. Eigenlijk zeggen ze dat iedere dag zo'n beetje, wat dat betreft valt het weer eigenlijk nog mee. Er zou wel een stevige wind moeten blazen bij de grotten, vanuit het zuidwesten. Schuin tegen, al kunnen de Apennijnen misschien wat beschutting bieden. Verder naar het zuiden neemt de wind af, maar de kans op regen blijft bestaande. Een voorspelling durf ik daar eigenlijk niet meer op te plakken. Neem je regenjas en je zwembroek maar mee, maar ik zeg niet wat we gaan doen. In Ascoli Piceno wordt het ook ongeveer 20 graden, met eveneens kans op regen. Maarja, het zou dus ook prima droog kunnen blijven! De wind waait daar blijkbaar uit alle kanten, maar wel minder hart dan bij de startplaats. Zou dus minder invloed moeten hebben aan het eind. Deze rit met de langste aankomst bergop begint om 12:35. Neutralisatie van een kwartiertje, dus om 12:50 gaan we echt begonnen. Eurosport 1 is er om 12:35 bij, de PLAYER en GCN ook. Kan een dagje worden om van begin tot eind te bekijken. De finish wordt in ieder geval verwacht tussen 16:58 en 17:30. Aan de eerste klim beginnen we ergens rond 14:45, ook wel handig om te weten.



De langste aankomst bergop, dus dan hoop je dat de klassementsrenners hier tegen elkaar gaan strijden. Maarja, aangezien de klim ook weer niet zo lastig is en het venijn pas in de staart zit zou het ook zomaar weer een rit voor de vluchters kunnen worden. Richting Sestola was er niet veel controle van Ineos en Quick Step, het was pas nadat Bahrein op kop begon te rijden dat het gat met de koplopers snel kleiner werd. Bahrein heeft nu alleen geen reden meer om te rijden, na het wegvallen van Landa. Het is niet alleen vervelend voor Landa zelf, maar ook voor de koers. Maarja, wielrennen blijft een wrede sport. Het zou mooi zijn als Bernal hier al iets wil proberen, of Evenepoel. Maar in de tussentijd ga ik toch maar uit van een dagje voor de vluchters.
1. Mollema. Hij kwam hier om ritten te winnen en hij heeft het eindelijk voor elkaar gekregen om tijd te verliezen. Deze rit had hij blijkbaar met rood omcirkeld. Nou, we gaan het meemaken. Als hij wint heeft hij in iedere grote ronde een rit gewonnen, dat gun ik hem dan net wel weer.
2. Vanhoucke. Boer Harm kwam hier niet voor het klassement, maar voor ritzeges. Nou, Harm, met je grote muil, kom op dan.
3. Cepeda. Alexander, niet Jefferson. Toch nog maar eens herhalen. Jeroen struikelt ook altijd over dit soort namen, dus Jeroen, als je dit leest, Alexander. Alexander. Cepeda. Seepeeda. Niet Tjeepeeda. Oké? Nou, die gaat dus in de aanval. En hopelijk komt hij heel ver, want we houden allemaal van dwergen uit Ecuador.
4. Fabbro. Of Grossssssschartner, kan ook nog. Of het worden toch klassementsrenners, maarja, dan weet je ondertussen wel op welke namen je moet letten. Niet op Landa dus, dju toch.
5. De Marchi. Ik zie nu een Van Avermaet-in-de-Tour-scenario voor me. Krek vond het ook altijd wel leuk om terwijl hij de leiderstrui droeg in de aanval te gaan, zodat hij die trui nog een paar dagen langer kon vasthouden. Gun ik De Marchi ook wel. Ik gun mensen zowaar iets, nog redelijk barmhartig van me na zo'n dag.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_199398612
quote:
0s.gif Op dinsdag 11 mei 2021 13:12 schreef TargaFlorio het volgende:

[..]

:D

Hier wil ik een filmpje van zien.
https://streamable.com/hz0aqy
pi_199399488
Je hebt in totaal 88 likes gekregen van onze moderators.
  donderdag 13 mei 2021 @ 08:53:27 #5
260796 DecoAoreste
aka Aleimon Thimble
pi_199399525
Ook wel een stuk minder zin hierin na gisteren. ;( Maar goed, ik ben toch vrij dus ik zet hem zeker bij de slotklim wel even aan.
pi_199399540
Pello gaat vandaag voor een mooie Baskische ritzege om de vieze smaak van gisteren weg te spoelen :Y
  donderdag 13 mei 2021 @ 09:24:42 #7
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_199399833
Had deze rit gisteren geprogrammeerd en vandaag zo’n gare sprintrit. Schandalig dat ze geen rekening houden met de eredivisie.
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
  donderdag 13 mei 2021 @ 10:04:18 #8
473366 AllesKaputt
pelotonvulling
pi_199400296
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 09:24 schreef Szura het volgende:
Had deze rit gisteren geprogrammeerd en vandaag zo’n gare sprintrit. Schandalig dat ze geen rekening houden met de eredivisie.
Voetjebal is geen sport, dat snappen ze in Italië ook wel.
pi_199400322
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 09:24 schreef Szura het volgende:
Had deze rit gisteren geprogrammeerd en vandaag zo’n gare sprintrit. Schandalig dat ze geen rekening houden met de eredivisie.
Laten we vooral geen rekening houden met voetbal, dat moeten we al meer dan genoeg.
  Redactie Sport donderdag 13 mei 2021 @ 10:08:27 #10
260853 crew  DeLuna
Luna van Pino O+
pi_199400348
Ik ben blij dat deze rit vandaag is, anders moet ik werken. :')
❤ Pino112 ❤ | FeanFan | heywoodugod _O_
pi_199400458
Wat positief aan deze rit is t.o.v. Etna-ritten in week 1 afgelopen jaren, is dat het geen _____/ is, maar al wat uitdagender ervoor. Ik denk dat R_R volledig mis zit en het voor het klassement gaat zijn. Ik schrijf Jody op (die dat vervolgens moet bekopen met een vernietigde rug).
pi_199400850
twitter
♫ ~ Je kunt de massa niet beteugelen; het is een monster ~ Marcel van Roosmalen
pi_199400880
quote:
17s.gif Op donderdag 13 mei 2021 10:08 schreef DeLuna het volgende:
Ik ben blij dat deze rit vandaag is, anders moet ik werken. :')
Dit dus, gisteren mooi nog het laatste gedeelte kunnen zien. Vandaag met de hele dag vrij is dit gewoon een goede rit.
You don't need a weatherman to know which way the wind blows.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
last.fm Album top 100
pi_199401031
Broddelwerk van Aart.



  donderdag 13 mei 2021 @ 10:54:09 #15
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_199401109
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 10:49 schreef wimderon het volgende:
Broddelwerk van Aart.

[ afbeelding ]

[ afbeelding ]
Dat is een beste deuk.
  Moderator donderdag 13 mei 2021 @ 10:54:20 #16
355459 crew  noodgang
noodgang
pi_199401112
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 10:49 schreef wimderon het volgende:
Broddelwerk van Aart.

[ afbeelding ]

[ afbeelding ]
Da's een flinke klap geweest zo te zien :{
pi_199401136
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 10:54 schreef noodgang het volgende:

[..]

Da's een flinke klap geweest zo te zien :{
https://video.twimg.com/e(...)CqEmHX5jW.mp4?tag=12
pi_199401154
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 10:15 schreef Bugno3 het volgende:
Wat positief aan deze rit is t.o.v. Etna-ritten in week 1 afgelopen jaren, is dat het geen _____/ is, maar al wat uitdagender ervoor. Ik denk dat R_R volledig mis zit en het voor het klassement gaat zijn. Ik schrijf Jody op (die dat vervolgens moet bekopen met een vernietigde rug).
Vraag is vooral welke ploeg gaat achtervolgen. Bahrain was een zekerheidje, maar ja.. Ineos verwacht ik niet, QS eigenlijk ook niet, dan moet het van Astana en eventueel EF komen.
  donderdag 13 mei 2021 @ 10:57:36 #19
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_199401159
Aart kannie sturen nie
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
  Moderator donderdag 13 mei 2021 @ 10:58:06 #20
355459 crew  noodgang
noodgang
pi_199401165
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 10:57 schreef Szura het volgende:
Aart kannie sturen nie
in elk geval nie remme nie
  donderdag 13 mei 2021 @ 10:58:13 #21
311938 Kopiko
We were so happy...
pi_199401166
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 00:29 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Dombrowski heeft overigens mogelijk een hersenschudding, maar dat geloof ik dan weer niet. Wie zo vol op een seingever klapt kan moeilijk over hersens beschikken.
_O-
pi_199401357
Als je ziet waar ze tijdens de koers mee bezig zijn, is het niet zo gek dat iemand een keertje mist dat er flink geremd wordt :D
pi_199401598
Jammer dat Landa er niet meer bij is, want die probeert toch altijd wat, ook al komt daar meestal niks van terecht.

Verder kijk ik enorm uit naar de eerste echt bergjes.

Hoe stel ik trouwens een vraag aan Jeroen en Karsten?
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
  Eindredactie Sport / Forummod donderdag 13 mei 2021 @ 11:32:16 #24
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_199401629
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 10:06 schreef KaheemSaid het volgende:

[..]

Laten we vooral geen rekening houden met voetbal, dat moeten we al meer dan genoeg.
Dat moeten ze lekker in het weekend houden, wie denkt daar op een donderdag nou aan joh.
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
  donderdag 13 mei 2021 @ 11:37:21 #25
262211 hhh38
Duistere driften en afgoderij
pi_199401701
quote:
0s.gif Op donderdag 13 mei 2021 11:30 schreef JohnDDD het volgende:
Jammer dat Landa er niet meer bij is, want die probeert toch altijd wat, ook al komt daar meestal niks van terecht.

Verder kijk ik enorm uit naar de eerste echt bergjes.

Hoe stel ik trouwens een vraag aan Jeroen en Karsten?
Een tweet versturen met hun handles!
abonnement bol.com Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')