Beste mensen, we mogen alwéér. De sensationele Girobio ligt nog maar net achter ons, of de volgende fenomenale afspraak is daar: de Valle d’Aosta. Iets minder significant in statuur en lengte en ook nog een klein beetje onthoofd door corona; drie ritten slechts, namelijk. Echter, wie de Aostavallei kent weet dat deze koers geen sinecure is: klimmen, klimmen en nog eens klimmen. Dat is dit jaar niet anders. Ook de hoofdrolspelers zullen ietsje anders zijn. Sommigen werken toe naar andere doelen, sommige ploegen willen ook andere in het licht zetten en een enkeling is al prof. Vanaf morgen (de zestiende, ik weet niet wanneer dit eruit gegooid kan worden, Italiaanse startlijsten, weet je wel), gaan we opzoek naar een opvolger van Mauri Vansevenant, die twee jaar geleden zegevierde. Context: in een van de ritten werd het peloton compleet de verkeerde kant opgestuurd en uit protest kwamen ze toen op een kwartier binnen. Ik ga niet alle ploegen doen, daar heb ik geen zin, tijd noch kennis voor.
De zeer sympathieke jongens van Lizarte doen mee, jawel. Het internationale debuut bij de beloften van Igor Arrieta is in aantocht. Arrieta is een fenomeen. In de schaduw van Juan Ayuso is hij langzaam naam en faam aan het maken. Zes overwinningen en tal van ereplaatsen leverde hem een profcontract op bij Kern Pharma. Broddelwerken van Unzue. Arrieta is een redelijke alleskunner, wat wil je met zo’n lijf, maar zijn toekomst lijkt voornamelijk te liggen in het tijdrijden en klimmen. Castroviejo is een niet te onderschatten fenomeen, maar dat lijkt me een mooie referentie voor Igor. Die andere Spaans kampioen is er ook, Ivan Cobo. Geen familie van. Cobo staat er al wat langer goed op en met zijn recente successen lijkt een profcontract niet ver. Burgos, sla je slag. Pau Miquel is dan weer de constantheid zelve en daarmee sinds dit weekend ook glorieus winnaar van de Copa España. Marc Brustenga in shambles. Net als bij Cobo kan het niet anders dan dat er diverse lijntjes zijn uitgegooid door de diverse ploegen. Als Brustenga een contract krijgt bij Trek, dan hangt Ineos hier al aan de telefoon, dat kan niet anders. Alle gekheid op een stokje; ik hoop op Caja, maar het zou me ook weer niet verbazen als Unzue met zijn dronken hoofd in paniek toeslaat. Sinuhé Fernandez Rodriguez heeft een prachtige naam, maar kan er niet zoveel van. Mikel Retegi mag bergop tien meter op kop rijden.
Lotto Soudal stuurt grotendeels dezelfde formatie als ze een maand geleden deden, met een kleine wijziging. Ramses Debruyne vervangt Arnaud De Lie. Ten eerste logisch, daar De Lie hier niets te zoeken heeft. Ten tweede logisch, want Debruyne is een zeer talentvolle jongen. Zijn jaar is tot op heden nog geen succes door blessures en drie weken terug reed hij pas zijn eerste koers van het jaar. Zijn erelijst bij de junioren spreekt echter boekdelen en, mochten de blessures er niet zijn geweest, had ook hij zomaar al een profcontract kunnen krijgen van de in paniek zijnde Lelangue. De andere wijziging is Steven Pattyn, geen onbekende, maar toch wel. Hij maakte furore als luitenant van Remco Evenepoel en in diens schaduw reed hij van de ene ereplaats naar de andere. Sindsdien valt er slechts sporadisch iets te genieten. Af en toe wordt er gewonnen, maar voor iemand van 21 begint het klokje wel te tikken. Thibaut Ponsaerts, Luca Van Boven en Aaron Van Der Beken waren er eerder ook al bij, en daarmee is alles wel gezegd.
EFC is als ploeg de titelverdediger en met nummer #1 start de nieuwe Vansevenant: Toon Clynhens. Hangt Lefevere al aan de lijn? Toon brak een goede maand geleden door in het circuit met een derde plek in de Vredeskoers. Hij eindigde ver achter Giroganger Zana, maar zijn prestatie was desalniettemin indrukwekkend. Hij bevestigde twee weken terug met een mooie prestatie over de Aubisque, niet mis. EFC stelt als programma verder niet enorm veel voor, dus de namen zullen niet klinken als toppers, maar Thomas Naudts is eveneens geen onverdienstelijk klimmer. Alex Vandenbulcke heeft dan weer contouren van een klassieke renner, maar me dunkt dat je daar de komende weken niet heel veel aan hebt.
Daar waar het bij de profploeg kommer en kwel is, draait het bij de beloften van DSM best oké. Dat was normaal altijd andersom. Na de derde plek van Henri Vandenabeele in de Girobio, zal hij hier andermaal een gooi doen naar eindwinst. En dat zit er zeker in. De grote plaaggeest is hier niet. Wat we van Vandenabeele weten is dat winnen voor hem heel lastig is. De ziekte van Tiesj en Foss is aanwezig en zal vermoedelijk nooit verdwijnen, maar de sterkste zijn, dat hoeft hier helemaal geen probleem te zijn. Andermaal in steun is aanwezig Gianmarco Garofoli, een van de revelaties van de afgelopen Girobio. Hoewel, zijn talent is al jaren gekend. Hij draait als eerstejaars een fantastisch seizoen en het zal niet lang meer duren voor er een profcontract onder zijn neus geschoven wordt. Dit jaar lijkt me nog net iets te vroeg, maar ik zou er niet raar van opkijken als DSM hem binnenkort al vastlegt. Zij het per 1 augustus 2022, zij het per 1 januari 2023. Hij heeft het verdiend. Nieuw in de kern zijn Oscar Onley en Leo Hayter, twee Britten. Onley, een goede klimmer, hebben ze vorig jaar weggeplukt bij AG2R. Zijn overstap is voorlopig echter nog geen enorm succes te noemen. Hij reed pas vijf koersen, hij reed zelfs meer met de profploeg dan met de beloftenploeg, en als je zijn uitslagen bekijkt zie je steeds hetzelfde: DNF, DNF, DNF, DNF, DNF. Het schijnt dat klimmers opstellen in kasseiwedstrijden niet echt optimaal is. Desalniettemin een beloftevolle gozer, dat kan niet zomaar verdwenen zijn. Leo Hayter is al wat langer gekend en is vergelijkbaar met zijn oudere broer. Iets minder explosief, iets beter omhoog, maar een redelijke alleskunner. Ook hij moet in staat zijn goed van dienst te zijn voor Vandenabeele. Pepijn Reinderink is wegkapitein in opleiding, fantastisch.
Mijn mooiste SEG jongens brengen net als een maand geleden Marco Frigo voor de dag. Mijn bericht voor Frigo is hetzelfde als toen: ik wil meer zien. Wat een zekere World Tour prof leek, lijkt inmiddels meer op Bardiani materiaal. Dit weekend werd hij tweede op het nationale kampioenschap tijdrijden, laten we hopen dat de stijgende lijn te pakken is. Tom Day is dan weer een interessante Brit. Piepjong nog, die tijdens deze ronde gaat verjaren, hoera! Vorig jaar rond deze tijd won hij de Boucles de l'Oise, tegen niet de minsten. Zoals wel meer Britten heeft hij zijn opleiding grotendeels genoten in België, dan kun je normaliter met een fiets overweg.
Bij de altijd prachtige mannen van Uno-X had ik tijdens de Giro even de verkeerde diagnose gesteld, haha. Anthon Charmig ging onderuit en moest naar huis, terwijl Tobias de betere van de Johannessen bleek. Een bezoek aan Hans geen kwaad, want het is nu de beurt aan Anders. Met diverse top tien noteringen in klassementen rijdt hier een goede favoriet voor de eindzege. In dienst Magnus Kulset, geen topklimmer maar de vermelding waard. Ludvig Aasheim is dan weer exemplarisch dat ontwikkeling voor iedereen anders verloopt. Ik zal niet zeggen dat Evenepoel schrik had, maar als hij renners mocht aanwijzen die het hem bij de junioren moeilijk konden maken, dan was Aasheim er een van. Dat komt er bij de beloften nog niet helemaal uit. Inmiddels is hij 21 en het valt allemaal niet mee. Over Robin Skivild en Magnus Brynsund heb ik ten opzichte van een maand geleden niet veel te melden.
Als je puur naar de uitslag en zijn intrinsieke kwaliteiten kijkt, was de Girobio van Yesid Pira een totale mislukking. Niets is minder waar. In die tien dagen heeft hij meer geleerd dan hij ooit had kunnen dromen. Beetje bij beetje begint deze voormalig maaltijdenbezorger te leren dat deze sport meer is dan hard trappen. Het resulteerde vorig weekend in een derde plek in Zuya, achter Unai Iribar. Dat is geen kattenpis en het toont aan dat er een stijgende lijn te vinden is. Hoewel moet worden opgemerkt dat hij ook in die koers nog als een razende tekeer ging voor elk bergpuntje, dus er is nog wat werk aan. Desalniettemin, Pira wordt langzaam wielrenner. Bij Caja Rural zit sinds vorige week nog een interessante Colombiaan, die al wat bekender is: Duvian Galvis. Een behoorlijk beloftevolle jongen. Zijn avontuur loopt echter iets anders dan gepland. Na zijn doorbraak vorig jaar, toen hij pardoes twee ritten en op een haar na Diego Camargo kwam kloppen in het eindklassement van de Juventud, zag het er even goed uit: plekje bij Colnago, op stage met de Emiraten. Het liep anders en hij moest het doen met wedstrijden bij Orgullo Paisa. Via zijn vriend Sergio Higuita heeft hij sinds kort dus een plekje gekregen binnen het imperium van Hernandez Esquisabel. Hij werd in zijn eerste beurt dan weer zesde, niet slecht. Julen Arriolabengoa, een van de beste achternamen van het pak, is er ook weer bij. Zeker geen non-valeur en verdienstelijk klimmer. Daar heb ik eigenlijk niet veel over te zeggen wat tijdens de Girobio nog niet gezegd is. Van de laatste twee word ik minder vrolijk, Alfonso Pla en Raul Lopez. Dat is twee keer niks.
Voor Colombia Tierra de Atletas is alles anders dan voor de Girobio. Toen kwamen ze zonder enige voorbereiding naar Italië, nu zijn ze collectief een paar zware koersen en zelfs overwinningen verder. Didier Merchan won de Medio Brenta met behoorlijke overmacht, hij is hier. Jesus David Peña, volgend jaar Mitchelton, is hier. German Gomez, de atypische Colombiaan, is hier. Eigenlijk kan ik, behoudens rouleur Brandon Rojas, iedereen noemen, maar dat doe ik niet. Het is wel koffiedik kijken wie uiteindelijk uitgespeeld gaat worden. Bijkomend voordeel: we finishen boven de 2000 meter. Voor nadere informatie wijs ik op de Girobio post, eigenlijk is daarmee alles gezegd.
LIPOWITZ. Jawel, haha. Tijdens de Giro gaf hij de voorkeur aan (lees: moest hij starten in) de Vredekoers, de Valle d’Aosta doet hij wel. Florian Lipowitz is een fenomeen. Deze voormalig triatleet gaat als een trein. Koersinzicht is nul, maar hij fietst gewoon hard. Aan de hand van BORA (door wie hij getraind en begeleid wordt) moet hij uitgroeien tot de volgende Duitse topper. Logischerwijs zal het niet lang duren voordat het persbericht met handtekening van Denk verschijnt. Zijn oeuvre dit seizoen is groots, bij zowel de profs als de beloften. Hij leek lang op weg naar de overwinning in de Vredekoers, maar geheel volgens traditie ging hij te vroeg en viel nog terug. De etappes hier zijn kort en gaan louter omhoog, dat is echt in zijn voordeel. Ik geloof erin, Florian kan deze race winnen. Georg Steinhauser is er ook, die werd tweede in de Ronde van Bulgarije, grootheid.
Zoek niet naar Ayuso bij Colpack. Ten eerste koerst hij niet meer voor Colpack, ten tweede heeft hij andere doelen. Ze komen hier met redelijk dezelfde prominente namen als toen, minus Hij. Alessandro Verre brak als mountainbiker redelijk door in de Giro en liet zien een toekomst op de weg te hebben. Nu voor eigen rekening een dikke uitslag, waarom niet? Voor brilsmurf Alessio Martinelli geldt hetzelfde, hoewel zijn Giro niet veel soeps was. Een opgave op dag 5, ai. Mattia Petrucci was er in de Giro niet bij, maar laat aardige dingen zien. In dienst van Zana in de Vredeskoers heel behoorlijk.
Henok Mulubrhan is de nieuwste vondst van de sympathieke Doug Ryder, een zeer indrukwekkend staaltje scouting. Doug zet zich keihard in voor het Afrikaanse wielrennen en doet dat met verve. In de cynische wielerwereld laat Ryder zien dat ook minder bedeelden het kunnen maken. Het prachtige verhaal van Nic Dlamini en de Tour de France bijvoorbeeld, dat is om van te dromen. Zoiets zorgt direct voor een lach op mijn gezicht. Hulde voor Doug Ryder, waren er maar meer mensen zoals hij. Mulubrhan, een woord dat meer weg heeft van een geslachtsziekte dan een achternaam, is een gevaarlijke klant. In de recente weken zesde, tweede en derde. En dat zelfs tussen de profs. Hij is tamelijk oud (lees: volgens zijn paspoort 22, dus 26), en komt goed voor de dag in klassementen. Zijn Giro was dan weer teleurstellend. Nadat hij in de derde etappe op een moment heel indrukwekkend Ayuso kwam bijbenen, viel hij de dagen erna ver terug.
Omdat ik er nu wel klaar mee ben laat ik het lekker bij sterren. Over de resterende is immers al genoeg gezegd tijdens de Giro. Sterren kunnen iets afwijken van de tekst, sommigen blijken wel, of juist niet, mee te doen. De startlijst kwam niet overeen met hetgeen de ploegen zelf wisten te melden, leuk.
Hier de hele bende. *****: Henri Vandenabeele
****: Anders Johannessen, Florian Lipowitz
***: Jesus David Peña, Asbjorn Hellemose, Didier Merchan
**: Tobias Johannessen, Henok Mulubrhan, Alexandre Balmer, Alessandro Verre
*: Yesid Pira, Toon Clynhens, Davide Piganzoli, Reuben Thompson, Yael Joalland