abonnement Unibet Coolblue
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 04:06:15 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_188701534
Etapa 7: Onda - Mas de la Costa, 183,2 km

De zesde rit zou er een zijn voor de vluchters, dat wist iedereen in het peloton. Daarom wilde iedereen ook in de vlucht van de dag zitten, waardoor het een eeuwigheid duurde vooraleer de vlucht vertrokken was. Buiten beeld lazen we dat Wout Poels een tijd solo op kop reed, maar uiteindelijk zat hij niet in de goede vlucht. Hij werd bijgehaald, net als een boel andere renners die tussendoor ook allerlei pogingen deden om weg te rijden. In het begin van de rit ging het vooral bergop, maar toen de bergen op waren was er nog geen groep weg. Op het vlakke reed er daarna een groep van 11 weg, met daarin een aantal grote namen. Onder meer Gesink, maar ook Teuns en Jesus Herrada. De voorsprong van deze groep werd niet groot, want met Teuns en De la Cruz stonden er twee renners heel kort in het klassement. Aanvakelijk leek het erop dat Astana de trui graag wilde houden, maar uiteindelijk lieten ze toch begaan. Ondertussen werd er een grote valpartij gemeld in het peloton, met bekende slachtoffers. Uran moest opgeven, net als Nicolas Roche. Een paar klassementsrenners vielen zo pardoes uit, de Vuelta is weer wat slechter bezet. De voorsprong van de koplopers liep vervolgens snel op, na een tijd reed De la Cruz virtueel in het rood. Op de voorlaatste klim van de dag zagen we daarna Tsgabu Grmay in de aanval gaan. Hij kreeg een mooie voorsprong, waarna Nelson Oliveira in de achtervolging probeerde te gaan. Na de klim ging het kort naar beneden en in deze afdaling ging Tejay van Garderen onderuit, het was een slechte dag voor Education First. Door zijn val bleven er maar tien koplopers over. Of nouja, acht en twee. Oliveira was ondertussen aangesloten bij Grmay en zij begonnen met z'n tweeën aan de slotklim. Lange tijd leek het erop dat ze misschien wel vooruit konden blijven, maar op vier kilometer van het eind volgde er een flinke versnelling van Dylan Teuns. De la Cruz moest passen, een goed teken voor Teuns. Hij stond een paar tellen achter De la Cruz en maakte op deze manier kans om de rode leiderstrui over te nemen.

Razendsnel reed Teuns naar de koplopers toe, met alleen Herrada in zijn wiel. Nelson Oliveira probeerde nog te versnellen, maar door die versnelling raakte hij alleen Grmay kwijt. Teuns en Herrada sloten aan en even later moest Nelson zelf overboord. Teuns bleef ondertussen maar op kop beuken, hij zette alles op alles om de rode trui binnen te halen. Wel vroeg hij aan Herrada om over te nemen, maar de Spanjaard schudde toen nogal opzichtig met zijn hoofd. Hij wekte de indruk dat hij ieder moment uit pure ellende van z'n fiets kan vallen, Jesus zat volgens Jesus zwaar boven z'n limiet. Op dat moment weet je natuurlijk al wat er gaat gebeuren, maar het is toch een teleurstelling. Teuns bleef maar op kop rijden, tot Herrada op een meter of 400 van het eind een splijtende demarrage inzette. Het viel dus blijkbaar wel mee, zo kapot zat hij niet. In een paar meter reed hij een paar seconden weg bij Teuns en kwam hij met net iets te overdreven gejuich over de finish. Een slimme overwinning, maar geen mooie. Het kan natuurlijk zo zijn dat je geen zin hebt om over te nemen, maar dat overdreven schudden met je hoofd en acteren dat je kapot bent is extreem lelijk. Enfin, Jesus lukt dus wat zijn broer José gisteren niet lukte. Meteen het verschil tussen de broers, als José net zoveel acteertalent had gehad was hij ook een stuk verder gekomen. Al zit je dan nog met het verschil qua benen, dat is lastiger te overbruggen. Achter Herrada en Teuns zagen we Godon derde worden, voor Gesink. De la Cruz werd behoorlijk op achterstand gereden, hij vormde geen bedreiging meer voor de rode droom van Teuns. In het peloton werd er ondertussen nog steeds niet echt versneld. Men reed met een redelijk gematigd tempo naar boven, de achterstand bedroeg nog steeds een minuut of vijf. Op anderhalve kilometer van de top ging Tadej Pogacar in de aanval, de jonge en erg enthousiaste Sloveen. Hij sloeg meteen een flink gat en wist dat vol te houden tot aan de finish. Hij werd 11e, als eerste van de klassementsrenners. Veel leverde die zware inspanning niet op, hij won twee seconden op het groepje der favorieten. Daar werden weinig belangrijke renners gelost, het was een verwaarloosbare dag met het oog op het eindklassement. Of nouja, we zijn dus wel Uran kwijtgespeeld. Buiten dat was het een dag om snel te vergeten, al is het een feest dat de altijd fanastische Dylan Teuns de rode trui heeft. Een trui die hij mogelijk weer snel gaat verliezen, want de volgende rit is een stuk lastiger. We gaan van start in Onda en komen aan op Mas de la Costa, een loodzware beklimming.




Voor ik begin moet ik het eerst met jullie ergens over hebben. De zevende rit gaat van start in Onda, en dat heeft een speciale reden. Voor die reden moeten we terug naar 15 juni 1989. Toen werd in Onda Víctor Cabedo geboren. Víctor groeide op in een grote familie waar alles om de fiets draaide, het was dus niet verwonderlijk dat Víctor zelf besloot te gaan fietsen. Cabedo bleek over het nodige talent te beschikken, als junior won hij in Spanje zo ongeveer iedere wedstrijd. De prestigieuze Vuelta al Besaya schreef hij op z'n naam, dan sta je meteen op alle lijstjes. Zijn naam drong door tot in het Baskenland, als niet-Bask kreeg hij een plek bij Seguros Bilbao. In die jaren, we praten over 2009, was dat de een van de twee belangrijke satellietploegen van Euskaltel-Euskadi. Cabedo, in die tijd ploeggenoot van Ion Izagirre en Omar Fraile, ging in het Baskenland verder waar hij gebleven was. Hij won meerdere wedstrijden, waaronder de belangrijke Memorial Valenciaga. Deze wedstrijd die jaarlijks wordt georganiseerd in Eibar is de belangrijkste wedstrijd van de Spaanse amateurkalender. Als je hier wint ligt er een mooie carrière in het verschiet. Dit jaar werd de wedstrijd gewonnen door Iñigo Elosegui, om mijn punt maar eens te onderstrepen. Zijn goede prestaties bij Seguros Bilbao zorgden ervoor dat Víctor een plaats kreeg bij Orbea, de continentale opleidingsploeg van Euskaltel-Euskadi. Cabedo werd ploeggenoot van Jon Aberasturi, Aritz Bagües, Pello Bilbao en Mikel Bizkarra, bijna allemaal renners die nu in de Vuelta aanwezig zijn. In 2011 beleefde Cabedo in het shirt van Orbea zijn mooiste jaar. Als continentale renner wist hij zich in de GP Primavera Amorebieta tussen de grote jongens te mengen, hij werd vijfde. Niet veel later volgde zijn grootste succes, hij voerde een enorm straffe stoot op in de Vuelta a Asturias. De vierde rit, van Peñaullan naar Oviedo. Het regende dat het goot, het was absoluut afgrijselijk weer. Vroeg op de dag reed Cabedo lek, maar met de hulp van zijn ploeggenoten wist hij toch terug te keren in het peloton. Niet veel later besloot hij in de aanval te gaan, de rest zag hem nooit meer terug. Na een indrukwekkende solo van vele kilometers kwam Víctor Cabedo als eerste over de streep. Hij won, al continentale renner tussen de profs. Rory Sutherland verwees hij naar de tweede plaats, Jose Ivan Gutierrez en Ruben Perez kwamen nog veel later binnen.


Vanaf dat moment kende iedereen in Spanje Víctor Cabedo. Het was duidelijk dat er een nieuw Spaans supertalent was opgestaan. Geen typisch Spaanse renner, Víctor was geen pure klimmer. Het was meer een baroudeur, een rouleur. Een jongen met een grote motor die goed over een heuvel kwam, vaak in de aanval ging en over een redelijk sterk eindschot beschikte. Bij Euskaltel-Euskadi vielen deze prestaties natuurlijk ook op. Toch was er één probleem, Víctor was geen Bask. In die jaren maakte men niet snel uitzonderingen, op dat moment was Samuel Sanchez de enige die zonder Baskisch bloed toch voor de ploeg mocht rijden. Na lang wikken en wegen besloot men een uitzondering te maken voor Víctor, zijn talent was te groot om hem te kunnen negeren. Hij verdiende absoluut een kans, het kon een topper worden. Na één jaar bij Orbea tekende Víctor dus een contract bij Euskaltel-Euskadi. In 2012 debuteerde hij als prof, het werd een moeizaam jaar. Víctor kreeg een zwaar programma voorgeschoteld, met veel World Tour-koersen. Hij mocht meteen Down Under gaan rijden en werd daarna opgesteld in de Ronde van Catalonië. Even later werd hij ook meteen naar de Giro gestuurd, geen makkelijk begin voor een jonge jongen. In de Giro werd hij 129e, zonder op te vallen. Het zware programma zorgde voor wat fysieke ongemakken, hij begon een beetje te sukkelen met de gezondheid. Na een kleurloze Eneco Tour werd hij door de ploeg opgesteld in de Ronde van Groot-Britannië. Na twee dagen stapte hij ziek af. Hij keerde terug naar Onda, de stad waar we nu zijn. Enkele dagen later was hij uitgeziekt en besloot hij met zijn goede vriend Noel Martin, voormalig ploeggenot bij Seguros Bilbao en later Orbea, te gaan trainen in de bergen rond Onda. We noteren 19 september 2012, de dag dat alles veranderde voor de familie Cabedo.



Víctor was gewoon aan het trainen, zoals hij al honderden, zo niet duizenden keren had getraind. Hij reed over een weg waar hij al tientallen keren overheen had gereden. De weg tussen Aín en Almedíjar, een smalle weg voorzien van slecht asfalt. Desondanks een weg waar de profs en amateurs uit de buurt graag kwamen trainen. Víctor reed naar beneden, en toen ging het in een bocht mis. Er kwam een auto van de andere kant, een botsing volgde en Víctor vloog het ravijn in. Vijftien diepe meters viel hij naar beneden. Er waren uiteindelijk zes brandweermannen en nog meer reddingswerkers voor nodig om hem uit het ravijn te halen. Levenloos. Víctor Cabedo overleed direct aan de gevolgen van zijn val, het leven van een van de grootste Spaanse talenten stopte daar, in de buurt van Almedíjar. Noel Martin was dichtbij en belde meteen Samuel Sanchez, die dan weer direct Miguel Madariaga belde. Dat was de grote baas van Euskaltel, die niet wist waar hij het had. Erger nog, hij moest het slecht nieuws meteen gaan vertellen aan de vriendin van Cabedo, die werkzaam was bij de Fundación. Dorleta Zorrilla, een Baskische wielrenster. Cabedo had zich helemaal aangepast aan het Baskische leven, zoveel was duidelijk. Voor alle betrokkenen voltrok zich die dag een groot drama, niet in de laatste plaats voor de familie Cabedo zelf. Zij verloren hun kind, hun broer. Twee dagen later volgde de uitvaart al, een emotionele aangelegenheid. Niet alleen voor de familie, er kwamen meer dan 2000 mensen af op deze uitvaart. Naast de inwoners van Onda kwam zo ongeveer het hele Spaanse wielrennen af op de uitvaart van de populaire Cabedo. Een rustige, introverte jongen, zo werd hij omgeschreven. Iemand die nog veel had kunnen bereiken. De toekomst, volgens de mensen van Euskaltel. Miguel Madariaga noemde het de grootste tragedie die de ploeg ooit had meegemaakt, niet verwonderlijk dat het daarna bergafwaarts ging met Euskaltel en dat de ploeg uiteindelijk is verdwenen.

Voor de familie Cabedo was het zwaar, maar ze hebben zich sterk teruggeknokt. Ten tijde van het ongeval was Óscar Cabedo 18 jaar oud. Hij was helemaal niet bezig met fietsen, hij deed aan andere sporten. Een beetje hardlopen, een beetje mountainbiken, alles een beetje zonder het heel serieus te nemen. Hij werd wel geïnspireerd door de prestaties van Víctor, maar voorlopig was er nog geen enkel plan om het fietsen wat serieuzer te nemen. Het fascineerde hem wel, de professionaliteit waarmee Víctor opereerde. Hij lette op ieder detail, hoe klein dan ook. Samuel Sanchez zou later zeggen dat hij nog nooit zo'n jonge renner had gezien die zo nauwgezet met z'n vak bezig was. Ondanks de fascinatie duurde het bij Óscar nog wel een paar jaar voordat hij het echt begreep. Er was een telefoontje van Santi Barranco voor nodig, de manager van Seguros Bilbao. Santi kende Víctor nog van een aantal jaar geleden en had gehoord dat Óscar sinds het overlijden van Víctor steeds meer was beginnen te fietsen. Hij nodigde hem uit om eens een keer mee te komen trainen met de rest van de ploeg. Óscar trok een oud shirt van Víctor uit de kast en besloot op de uitnodiging in te gaan. Hoewel het wielrennen nooit zijn favoriete sport was bleek hij op het trainingskamp zo goed te zijn dat hem meteen een vaste plaats werd aangeboden. Daar maakte hij dankbaar gebruik van.

Het eerste jaar van Óscar bij Segurs Bilbao verliep nogal onopvallend, in 2015 was het al een wonder als hij ergens de top 10 haalde. In 2016 ging het een stuk beter, hij mocht nog een jaar bij Seguros Bilbao blijven en wist betere resultaten te behalen. Helaas voor Óscar stopte Seguros Bilbao er aan het eind van dat jaar mee. Hij moest op zoek naar een andere ploeg, maar de grotere ploegen stonden niet echt in de rij. Hij kwam terecht bij Escribano, een kleine ploeg. Bij deze ploeg wist hij wel zijn beste resultaten te boeken, in de Ronde van Leon kwam hij zelfs een keer als eerste over de streep. Op de Puerto de Ancares kwam hij solo als eerste boven. Óscar is namelijk een klimmer, in tegenstelling tot zijn broer. Alles wat Víctor had heeft Óscar niet, en omgekeerd. Víctor kon niet klimmen, maar was verder vrij allround. Óscar kan eigenlijk alleen klimmen. Qua postuur lijken ze ook totaal niet op elkaar, Óscar is een dwerg terwijl Víctor een vrij grote jongen was. Naar eigen zeggen heeft Óscar nog niet eens de helft van het talent van zijn broer, maar hij is er toch in geslaagd om prof te worden. De overwinning in de Ronde van Leon viel zo op dat hij een plaats kreeg aangeboden bij Burgos-BH. Voor die ploeg rijdt hij sinds vorig jaar. Heel veel opvallende resultaten wist hij nog niet te boeken, misschien klopt dat verhaal over het talent wel. Het maakt het verhaal verder niet minder mooi, de traditie van de familie Cabedo kan voortgezet worden. Óscar fietst iedere dag met Víctor in het achterhoofd. Dat merkten we vorig jaar bijvoorbeeld, tijdens de vierde rit van de Vuelta. Óscar zat in de vroege vlucht, en die vlucht zou het halen tot het einde. Hij reed in de aanval, in de Vuelta. De favoriete ronde van zijn grote broer. De ronde die zijn broer nooit heeft kunnen rijden. Hij deed dat dan nu maar, voor Víctor. Ondanks het feit dat er vooraan zes sterker waren hij als zevende over de finish kwam was hij tot tranen toe geroerd. Een missie volbracht, datgene gedaan wat Víctor nooit heeft kunnen doen. Het verhaal dat abrupt werd onderbroken toch van een nieuw hoofdstuk voorzien.



Alles, uit naam van Víctor. Doe het voor Víctor, dat schreeuwt José Cabedo met enige regelmaat naar Óscar. José is de oudere broer van Víctor en Óscar. Zelf was José ook een wielrenner, maar hij had nog minder talent. Hij stopte er al vrij snel mee en ging zich toen toeleggen op een andere rol. Santi Barranco had niet alleen plaats voor Óscar, hij bood José een plaats aan als ploegleider. Uiteraard ging José op die uitnodiging in en sindsdien zit José met enige regelmaat achter het stuur. Eerst bij Seguros Bilbao, tegenwoordig is hij net als Óscar actief voor Burgos-BH. José is nu ook aanwezig in de Vuelta, het trieste verhaal van Víctor Cabedo heeft uiteindelijk wel tot mooie dingen geleid voor José en Óscar. Twee broers, samen actief in de Vuelta. Namens Víctor.



De rest van de familie Cabedo is actief in Onda zelf, in een fietsenwinkel. Bicicletes Cabedo, de beste fietsenzaak van Onda en omstreken. Dankzij het succes van Víctor werd de rest van de familie geïnspireerd. Men kwam op het idee om een fietsenzaak te openen. Dankzij de connecties van Víctor had men alvast een ingang bij Orbea, een perfect moment om in te stappen. Alles was klaar, de winkel zou geopend worden, en toen overleed Víctor ineens. Niet direct de ideale start, maar de familie besloot door te zetten. Een maand later werd de winkel toch geopend. De winkel is uiteindelijk een groot succes geworden. Een familiebedrijf, met veel tevreden klanten. Als je hier op het juiste moment aankomt heb je de kans tegen een van de Cabedo's aan te lopen. Is het niet José of Óscar, dan misschien wel de ouders of de tweelingbroer van Óscar. David, de enige telg die het nooit nodig heeft gevonden om te gaan fietsen. Uiteindelijk wel in de wereld van het fietsen terechtgekomen, het is onvermijdelijk als je een Cabedo bent. De wielerzaak van de familie Cabedo is prachtig aangekleed. Naast vele prachtige Orbea's en allerhande andere fietsaccessoires valt het oog vooral op alle wielershirts aan de muren en de grote afbeelding van Víctor. Ook hier is Víctor altijd aanwezig, zijn geest leeft voort.



De familie Cabedo houdt zich niet alleen bezig met het verkopen van fietsen, ze organiseren in en rond Onda ook een aantal belangrijke wedstrijden. José is bijvoorbeeld een van de belangrijke personen achter de Volta a Castelló, een belangrijke wedstrijd voor beloften in het Spaanse amateurcircuit. Daarnaast houdt de familie zich vooral bezig met het organiseren van de Trofeo Víctor Cabedo, een wedstrijd voor junioren. Volgens de website van de wedstrijd is de Víctor Cabedo Trophy een wielerwedstrijd die hulde wil brengen aan Víctor Cabedo en zijn naam levend wil houden in de sport die zijn leven was. Het doel is ook om de jeugd te inspireren, ze mee te geven wie Víctor was. Een integere, vastberaden jongen die leefde voor zijn vak. De jongens van Kometa hebben goed naar deze boodschap geluisterd, zij domineerden dit jaar de Trofeo Víctor Cabedo. Het is een meerdaags evenement dat bestaat uit verschillende disciplines. Zo moet er een ploegentijdrit afgewerkt worden, om maar wat te noemen. Een belangrijke wedstrijd voor de Spaanse jeugd, sinds 2013 wint de wedstrijd ieder jaar een beetje meer aan belang. Dit jaar zagen we Carlos Rodriguez twee van de vier onderdelen winnen, maar de eindzege ging naar zijn ploeggenoot Javier Serrano. Namen om te onthouden, vooral Carlos Rodriguez mag onder insiders al geen outsider meer zijn.


Links Juan Ayuso, centraal Carlos Rodriguez. De grote Spaanse sterren van de toekomst.

Deze voorbeschouwing gaat wat uitlopen, Buren verschuift door naar morgen. Het verhaal van Víctor Cabedo is wel een van de meest tragische verhalen die ik als wielervolger heb meegemaakt, vooral omdat ik fan was van Euskaltel. Het nieuws kwam toentertijd hard binnen. Toch vergeet je zoiets wel weer. Pas toen ik de naam van Óscar Cabedo voor het eerst in de uitslagen zag verschijnen dacht ik weer aan Víctor. Sindsdien ben ik Óscar gaan volgen en ik vind het knap dat hij prof is geworden. Hij mist het talent en de professionaliteit van zijn broer, maar met zijn broer in het achterhoofd weet hij toch ver te komen. Deze rit is een eerbetoon aan Víctor Cabedo en de familie, iedere dag dat Óscar op de fiets zit is hij bezig met zijn eigen eerbetoon. Iemand die per toeval is begonnen met fietsen omdat een van de fietsen die binnenkwam bij de fietsenzaak toevallig een mooie kleur had, zo iemand had niet verwacht nu voor de tweede keer de Vuelta te rijden. Hij heeft één grote droom, ooit een grote wedstrijd winnen. Dan kan hij de armen in de lucht steken, de vingers naar de hemels sturen en de zege opdragen aan zijn grote broer. Hij wil er samen met José alles aan doen om Víctor trots te maken, ze zijn er allebei heilig van overtuigd dat Víctor ergens daarboven aan het meekijken is. Overigens is er in de familie wel een nieuwe Víctor aanwezig. Een van de Cabedo's, het is mij tragisch genoeg onduidelijk welke, heeft voor nageslacht gezorgd. De kleine spruit werd geboren met een mannelijk geslachtsdeel en dus was het niet ingewikkeld om een naam te verzinnen. Víctor. Het levert het volgende, poëtische beeld op. De nieuwe Víctor, onder het shirt van de oude.



Ik zou nog uren door kunnen gaan, maar ik denk dat ik de belangrijkste dingen wel heb gezegd. De start vindt dus plaats in Onda, een stad met 25.000 inwoners in de provincie Castellón, regio Valencia. De stad valt vooral op vanwege het kasteel, volgens de overleving is het een kasteel met 300 torens. Dat getal lijkt me enigszins overdreven, maar ik zie zeker een aantal torens op de foto. Het kasteel, uiteraard weer gelegen op de top van een heuvel, ziet er prachtig uit. Voor de verandering een keer goed bewaard gebleven, het is zeker geen ruïne. Het gebouw is van Romeinse origine, waarna in de loop der jaren zo'n beetje iedere bevolkingsgroep hier is geweest. De Moren hebben de boel aangepast en daarna is de boel nog een paar keer op de schop gegaan. Tegenwoordig zit er een museum in het kasteel, waar men zich vooral richt op de Moorse invloeden. Dat kan te maken hebben met het feit dat de laatste moslimkoning van Valencia afkomstig was uit Onda. Hij droeg het kasteel over aan de christenen en sindsdien werd het van de ene tempelorde naar de volgende overgedragen. In de jaren daarna is hier vooral veel gevochten, aangezien Onda een belangrijke strategische ligging had. Zelfs tijdens de burgeroorlog ging het hier nog los. Buiten het kasteel moet je in Onda vooral in het centrum zijn, hier zijn enkele smalle historische straatjes te vinden en enkele gezellige pleintjes. Uiteraard heeft Onda ook enkele mooie kerken, kapelletjes en meer van dat soort werk, maar buitengewoon spannend is het niet. Het is de afgelopen jaren vooral een sportieve stad geworden, met dank aan de familie Cabedo. Aan de rand van het centrum komen we het lokale sportcomplex tegen dat, hoe kan het ook anders, vernoemd is naar Víctor Cabedo. Hier gaan de renners van start, voor de deur van het Pabellón Polideportivo Víctor Cabedo. Blijkbaar op een steenworp afstand van de woning van de familie Cabedo. Alles staat vandaag in het teken van deze familie. Geheel terecht een welverdiend eerbetoon. Een ode aan een sympathieke familie, een ode aan Víctor die we al bijna zeven jaar missen. Tijdens de rit rijden we deels over de wegen waar hij vroeger ging trainen.



Gedurende de neutralisatie rijden de renners een rondje door Onda. We fietsen dwars door het centrum en rijden daarna langs de fietsenzaak van de familie Cabedo. Na een bocht naar rechts verlaten we de stad en een paar minuten later begint de rit officieel. De eerste officiële kilometers van de rit worden afgewerkt over een brede en rechte weg. Na twee vlakke kilometers gaat het kort naar beneden, waarna het in de vier kilometer daarna steeds wat vals plat omhoog gaat. Tussen de boomgaarden door vervolgen we onze weg, tot we na zes kilometer koers een keer rechtsaf moeten slaan. De renners komen op een smallere en bochtigere weg terecht, die we de komende acht kilometer gaan volgen. In eerste instantie gaat het drie kilometer vooral naar beneden, in de vijf kilometer daarna is het vlak. Aan het eind van deze weg komen we uit in Castellón de la Plana, een stad die we vandaag twee keer gaan bezoeken. Een grote stad, dus komen we automatisch ook weer in rotondeland terecht. De komende zeven kilometer rijden we in licht dalende lijn verder richting Castellón, over een brede en behoorlijk rechte weg met tussendoor een stuk of vijf rotondes. Als we Castellón bereiken gaan we niet direct door het centrum rijden, we blijven een beetje aan de rand van deze plaats hangen. Via een rotonderijk rondje over het industrieterrein rijden we naar de kust. Het is zeven kilometer fietsen tot El Grao de Castellón, het kustgedeelte van Castellón. In dit vlakke stuk van zeven kilometer komen we een stuk of acht rotondes tegen, waar je zin in hebt. Wel rotondes voorzien van allerhande abstracte kunstwerken, ze proberen er duidelijk iets van te maken. Na 28 kilometer komen we uit in El Grao de Castellón, waar ze een haven hebben. In de buurt van de haven staat een nogal potsierlijk vuurtorentje. Wat verder opvalt is dat de weg tussen Castellón en het strand is voorzien van een enorm breed fietspad in het midden van de weg, lekker gewerkt Spanje!



In Grao de Castellón slaan we bij een van de vele rotondes linksaf, waarna we een aantal kilometer redelijk rechtdoor gaan rijden richting Benicàssim. Vijf kilometer gaat het volledig rechtdoor langs het strand, met onderweg alleen een paar rotondes ter afwisseling. Aangezien we op een paar meter van de kust rijden is het vlak, logischerwijs. Na het stuk rechtdoor slaan we een keer links- en daarna weer rechtsaf, waarna we drie kilometer later uitkomen in Benicàssim, dat we in het Spaans gewoon Benicasim noemen. In Benicasim zijn we de afgelopen jaren veel te vaak geweest, kan me haast geen editie herinneren zonder deze badplaats. Een badplaats vooral voor de Spanjaarden zelf, het is hier wat minder internationaal dan in sommige andere badplaatsen langs de Spaanse kust. Meestal rijden we alleen dwars door de stad heen, maar in 2017 ging er ook nog een rit van start. Van Benicassim reden we toen naar Alcossebre, waar Alexey Lutsenko wist te winnen voor KUDUS. Desondanks vinden ze in Benicasim dat ze nog steeds niet genoeg aandacht hebben gehad, daarom rijden we een rondje van liefst tien kilometer door deze stad. Een vrij nutteloos rondje, hoewel het in het centrum nog een klein beetje omhoog gaat. Aan het eind van ons rondje door Benicasim komen we weer uit op hetzelfde punt, renners met pijn in de benen kunnen dus een mooi stukje afsnijden. Er zijn trouwens meer mogelijkheden om af te snijden, want na onze passage in Benicasim rijden we weer terug naar Castellón. De weg terug naar deze plaats is acht kilometer lang en in deze kilometers komen we weer heel wat rotondes tegen, vooral buiten Benicasim. Stuk of vier van die dingen achter elkaar, met na iedere rotonde een haakse bocht. Uiteindelijk wordt het wat rechter en dan rijden we over een enorm brede weg Castellón in, onderweg is het overigens zo goed als vlak. Eenmaal terug in Castellón rijden we vijf kilometer dwars door de stad, in deze kilometers komen we het niet al te zuinige aantal van acht rotondes tegen. Castellón is ook weer een bekende plaats in de Vuelta, vooral de afgelopen jaren. In 2015 kwam hier een rit aan, die werd gewonnen door de toen nog goed presterende Kristian Sbaragli. Eén jaar later kwam de Vuelta weer terug, toen voor een vertrek. Tijdens de 17e rit van die Vuelta reden we van Castellón naar Alto Mas de la Costa, de berg waar we ook vandaag naartoe moeten.



De afgelopen jaren reden we eigenlijk steevast over de Alto del Desierto de las Palmas als we in de buurt waren van Castellón of Benicàssim, maar verrassend genoeg slaan we die klim deze keer over. Beide steden kennen we trouwens ook nog van het Spaanse kampioenschap van 2018, toen Gorka Izagirre de sterkste was. Genoeg wielrennen dus in deze streek, maar we gaan nu mooi een andere kant op. Na de tocht vol rotondes in Castellón verlaten we de stad richting het zuiden. Het gaat twee kilometer rechtdoor richting Almazora, waar we de grote weg via een rotonde verlaten voor een rondje door de stad. In Almazora komen we ook weer wat bochten en rotondes tegen, maar het is verder in ieder geval wel vlak. Buiten Almazora komen we weer op de grote weg terecht en dan rijden we rechtdoor naar Burriana. Vijf kilometer rijden we over de brede en vlakke weg richting dit plaatsje, met tussendoor nog wel drie rotondes. Net buiten Burriana gaan we bij een van die rotondes linksaf en dan rijden we over een smallere weg via een bruggetje deze plaats in. De weg in het centrum is smal, en er liggen steentjes. Na een tijd slaan we rechtsaf en dan rijden we over een bredere weg met asfalt Burriana weer uit. Buiten Burriana gaat het naar links bij een kunstzinnige rotonde en dan rijden we zeven kilometer vooral rechtdoor over een brede weg naar Nules. Vooral rechtdoor, want we komen tussendoor natuurlijk wel weer vier rotondes tegen. Buiten dat is het makkelijk fietsen in dit open stukje Spanje, nog steeds dicht in de buurt van de kust. Na 74 kilometer komen we uit in Nules, een plaats waar we volgens mij ook zowat ieder jaar passeren. De naam komt me in ieder geval bekend voor, al schijnt de laatste aankomst hier in 1982 te zijn geweest. Eddy Planckaert won toen, kijk eens aan. Na een paar rotondes in en rond Nules slaan we rechtsaf en verlaten we de stad weer, op weg naar de eerste klim van de dag.



Het duurt nog wel even voor die eerste klim begint, eerst rijden we van Nules naar La Vall d'Uixó. Op een paar rotondes na is het de komende zeven kilometer makkelijk fietsen, we rijden rechtdoor richting Vilavella en na een paar rotondes in dit dorp gaat het weer vooral rechtdoor naar La Vall d'Uixó. Het loopt een piepklein beetje vals plat omhoog, daar zullen de renners weinig hinder van ondervinden. Na nog wat rotondes in La Vall d'Uixó, een plaatsje waar we volgens mij ook wel vaker zijn geweest, rijden we over een bochtige weg naar Alfondeguilla. Aan de rand van La Vall rijden de renners langs de Coves de Sant Josep, de grotten van ome Jozef. Best leuke grotten hoor, je kan er met een bootje doorheen. Dat doen de renners niet, die beginnen omhoog te fietsen. Het ging al een tijdje wat vals plat omhoog, maar nu begint het serieuzer te worden. Bloedserieus zelfs, gemiddeld gezien gaat het de komende vijf kilometer aan 2% omhoog! We moeten tot Alfondeguilla wachten tot het echt interessant wordt, daar ligt namelijk de voet van de eerste gecategoriseerde klim van de dag. Voor we die voet bereiken rijden we eerst nog een aantal kilometer over die bochtige weg door een prachtige omgeving, maar zodra we Alfondeguilla zien gaat het aan 3% omhoog. De Puerto de Marianet is begonnen, een beklimming van vier kilometer aan 5,5% gemiddeld. Dit klimmetje van de derde categorie is een opwarmertje, de renners worden niet direct op de grill gelegd. Al gaat het na de kilometer aan 3% wel een kilometer aan 6% omhoog, dat mag er zijn. Daarna gaat het wel weer verder aan iets meer dan 5% tot aan de top, supersteil gaat het niet meer worden. Na 94 kilometer komen de renners boven op deze Puerto de Marianet, die is voorzien van een brede en prettig geasfalteerde weg.




Op de top rijden we tussen de hierboven afgebeelde rotswanden door, daarna begint de korte afdaling van de Port Marianet, zoals ze 'm in het Valenciaans noemen. Het gaat amper 2,5 kilometer naar beneden over een brede en behoorlijk rechte weg, deze afdaling mag geen naam hebben. Aan het eind van deze korte afdaling slaan we scherp rechtsaf, waarna we direct naar de voet van de volgende klim rijden. Eerst rijden we naar het dorpje Chóvar, waar de voet officieel ligt. Toch gaat het voor die tijd al omhoog, in de drie kilometer die we nodig hebben om Chóvar te bereiken gaat het al een een procent of drie gemiddeld omhoog. Eenmaal in het behoorlijk fraaie Chóvar gaat het gelijk een stuk steiler omhoog, de Puerto de Eslida begint. Deze beklimming van de derde categorie is zes kilometer lang, gemiddeld gezien gaat ie aan 4,5% omhoog. Dat klinkt niet heel spannend, maar het gaat toch een paar keer vrij steil omhoog. Er zitten stroken aan 10% tussen, hoewel de kilometers gemiddeld gezien nooit heel steil worden. De eerste kilometer is er bijvoorbeeld eentje aan 4,5%, dat is nog te overzien. Daarna gaat het aan 5,5% omhoog, de lastigste kilometer van de klim. Even later zakken we weer terug naar 4,5% en na een kilometer aan 5% gaat het richting de top verder aan hooguit 4%. Niet de lastigste klim van de dag, maar gelukkig zijn de uitzichten wel mooi. Wel een bochtige klim, vlak voor we na 104 kilometer koers de top bereiken moeten we door een aantal haarspeldbochten heen. Het uitzicht wordt wel steeds mooier, Port d'Eslida is alleen al om die reden een topklim. Vanaf de mirador op de top is het uitzicht helemaal beeldschoon.




Als we boven zijn gekomen op de Port d'Eslida volgt er een wat langere afdaling, het gaat vijf kilometer naar beneden richting het dorp Eslida. De afdaling is prima te doen, aangezien de weg breed is en het asfalt prima. Er zijn wel wat bochten, maar die zien er niet heel lastig uit. Dat hoeft overigens niets te zeggen, de massale valpartij van gisteren ontstond ook op een plaats waar je het niet direct zou verwachten. Tijdens de mooie afdaling zien we in de verte Eslida liggen. Als we eenmaal Eslida bereiken volgt er nog een scherpe bocht naar rechts en daarna nog een naar links, na die twee bochten zijn we zo goed als beneden. Even verderop volgt er opnieuw een bocht naar links , waarna de renners op weg gaan naar de volgende beklimming van de dag. De komende zes kilometer gaat het omhoog, al houden ze bij de organisatie geen rekening met de eerste twee kilometer buiten Eslida. Toch gaat het in deze kilometers aan 3% gemiddeld omhoog, met een wat steilere strook vlak voor de klim officieel begint. Over een brede weg rijden we naar de top van de Puerto de Alcudia de Veo. Volgens de organisatie 4,2 kilometer lang aan 4,4% gemiddeld. Niet de meest enerverende klim van de dag, hoewel ie wel begint met een kilometer aan 7%. Tijdens de klim rijden we door een rondje door een tunneltje, er zijn creatieve wegenbouwers aan het werk geweest hier. Na de steile kilometer verliest de klim plotseling al z'n urgentie, de komende twee kilometer gaat het slechts aan 2% gemiddeld omhoog. Tijdens dit lange stuk vals plat zien we aan onze linkerkant het dorpje Aín liggen, pas als we dit dorp zijn gepasseerd gaat het weer wat steiler omhoog. Na een kilometer aan 6% gaat het in de laatste meters van de klim aan 4,5% omhoog. Met 116 kilometer in de benen komen we boven op deze beklimming van de derde categorie. Vlak voor de top slaan de renners rechtsaf. Als ze hier rechtdoor zouden gaan komen ze op de CV-200 terecht, de weg tussen Aín en Almedíjar. Dit is de weg waar het noodlottige ongeval van Víctor Cabedo plaatsvond. Op deze weg, in de buurt van kilometerpaal 10, werd hij door een auto aangereden en verdween hij in het ravijn, waar hij later levenloos werd uitgehaald. Gelukkig voor de familie Cabedo hoeven we niet over deze weg te rijden, de renners zullen er ook blij mee zijn. Het is een smalle en gevaarlijke weg.




De weg die we nu volgen is een stuk breder, ook in de afdaling na de beklimming blijft het breed. Het gaat in eerste instantie twee kilometer naar beneden, zonder veel problemen. Daarna gaat het in de buurt van Alcudia de Veo kort een halve kilometer omhoog, waarna we weer verder gaan dalen. We rijden richting Onda, over de weg waar Víctor in 2012 in normale omstandigheden overheen zou hebben gereden. Het is niet ver naar Onda, ongeveer 15 kilometer fietsen. Grotendeels in dalende lijn, met wat vlakke stukken tussendoor. Van Alcudia de Veo rijden we in eerste instantie naar Veo, dit stuk is redelijk vlak. Daarna gaat het wel drie kilometer naar beneden, over een redelijk bochtige weg. Vervolgens is het weer een tweetal kilometer wat vlakker, waarna er verder wordt gedaald richting Tales. Zonder onoverkomelijke obstakels bereiken we na 126 kilometer deze plaats. Hierna rijden de renners vier kilometer min of meer rechtdoor over een vlakke weg tot aan de tussensprint van de dag. Deze tussensprint volgt na 130 kilometer aan de rand van Onda. Voorbij de tussensprint rijden we voor de tweede keer vandaag door Onda, we zijn weer terug bij af. De renners rijden rechtdoor het centrum in, maar slaan na een tijd linksaf. Via een weg met wat rotondes verlaten ze al snel de stad weer, we staan de tweede keer wat minder lang bij Onda. Voor de regie wel een goede gelegenheid om de pareltjes van Onda in beeld te brengen, we gaan ongetwijfeld een paar minuten naar het kasteel met de 300 torens moeten starten.



Buiten Onda rijdt het peloton een aantal kilometer rechtdoor over een brede weg die in eerste instantie behoorlijk vlak is. Na een tijd begint de weg wat meer vals plat omhoog te lopen, nog wat later volgt er zelfs een kilometer aan 6%. We bereiken een wat bochtiger deel van het parcours en hier zwakt het weer wat af. Het is een kilometer lang zo goed als vlak, terwijl we langs het mooie Ermitorio del Salvador rijden. Hierna gaat het zelfs een kilometer of twee naar beneden, zonder veel gekke taferelen. Tenzij er ineens water op de weg ligt, je weet maar nooit. Aan het eind van dit stuk in dalende lijn gaat het weer een kilometer omhoog aan 6% gemiddeld, een gemiddelde dat hoger had kunnen uitvallen als er tussendoor niet nog een vlakke strook aanwezig was. We duiken na dit klimmetje direct naar beneden, en slaan even verderop in dalende lijn rechtsaf. Na deze bocht gaat het nog anderhalve kilometer verder naar beneden, waarna we via een wat smallere brug Fanzara binnenrijden. Met dit kleine dorpje is iets vreemds aan de hand, bijna alle gebouwen in dit dorp waar amper 300 mensen wonen zijn voorzien van muurschilderingen. Overal is er graffiti te zien, en niet dankzij de verveelde jeugd. De dorpelingen hebben dit plan zelf bedacht en allerlei bekende artiesten uitgenodigd. Daardoor is Fanzara tegenwoordig een van de meest kleurrijke dorpen van Spanje, ofschoon er verder geen donder te beleven valt. Jaren geleden was er een plan om in de omgeving van Fanzara een gigantisch afvalverbrandingsinstallatie te bouwen, wat tot grote onruist leidde. Een deel van de bevolking zag de economische voordelen van zo'n bedrijf, het andere deel van de bevolking maakte zich zorgen om de gevolgen voor het milieu en de gezondheid. Mensen die eerst goed met elkaar omgingen zeiden nu niet eens meer hallo tegen elkaar. De ene bar trok de voorstanders, de tegenstanders gingen dan weer naar een andere bar. Om die conflicten uit de wereld te helpen zocht men naar een gezamenlijk project om de saamhorigheid te vergroten. Dat project werd dus het schilderen van de muren, iets dat verrassend genoeg tot grote successen heeft geleid. Het hele dorp deed mee en tegenwoordig schijnt Fanzara zelfs een toeristische bestemming te zijn geworden. Na 143 kilometer passeren we hier, op 42 kilometer van de finish.




Van Fanzara rijden we de komende vijf kilometer over een brede maar bochtige weg die zo goed als vlak is richting Vallat. Buiten Vallat gaat het een kilometer of twee vooral omhoog, waarna het opnieuw twee kilometer vlak is. De weg wordt steeds bochtiger, paar haarspeldbochtjes omhoog en dat soort werk. Aan het eind van het vlakke stuk komen we uit in Argelita, een dorpje met een kasteeltje. Daar hebben de renners geen oog voor, bij een rotonde slaan ze linksaf en dan rijden ze rechtdoor naar de volgende uitdaging van de dag. Buiten Argelita gaat het een paar meter naar beneden door een bijzonder fraaie omgeving. Na de korte afdaling slaan de renners rechtsaf en rijden ze via een smallere brug naar de andere kant van de kloof. Aan de andere kant gaat de smalle weg meteen omhoog, we beginnen aan de Puerto del Salto del Caballo. De berg van de sprong van het paard, als ik dat vrijelijk en zonder voldoende kennis van het Spaans mag vertalen. Zit vast een uitstekend verhaal achter, met zo'n naam. Deze beklimming is in ieder geval 10,4 kilometer lang aan 4,6% gemiddeld. Een behoorlijk onregelmatige klim, die vooral in het begin behoorlijk lastig is. We beginnen met een kilometer aan 6,5% en daarna een kilometer aan 6%. Na een recht beginnen bereiken we al snel het bochtige deel van deze klim, in korte tijd rijden de renners door vier haarspeldbochten heen. De derde en vierde kilometer van de klim zijn ook lastig, het gaat steeds aan 6,5% omhoog. Na een steile kilometer aan 7,5% bereiken we het eerste makkelijke deel van de klim, het gaat kort naar beneden. Na een halve kilometer in dalende lijn gaat het direct weer aan 6,5% omhoog, in de kilometer daarna gaan we zelfs aan 8% omhoog. Helaas is dat wel meteen het laatste moeilijke deel van de klim, in de twee kilometer daarna gaat het vooral vals plat omhoog verder. Richting de top wordt deze klim een hobbelpaard, misschien dat daar de naam vandaan komt. In de laatste twee kilometer tot de top gaat het ook weer twee keer kort naar beneden, afgewisseld met wat stroken vals plat omhoog. Na 161 kilometer komen we boven op deze beklimming van de tweede categorie met de prachtige naam die soms ook wel eens een minder mooie naam toebedeeld krijgt. Ze noemen het hier ook wel eens Alto Mas del Moro, dat spreekt toch minder tot de verbeelding. De omgeving waar de renners doorheen mogen fietsen spreekt in ieder geval zeer zeker wel tot de verbeelding, prachtig.




Richting de top van de klim zien we dat het glooiende deel van de berg voorzien is van een vrij leeg landschap. Door een soort van maanlandschap rijden de renners verder, de wind kan hier stevig z'n ding doen. Als we boven zijn rijden we langs een of andere volledig verlaten nederzetting, hier wonen was blijkbaar geen onverdeeld succes. Er volgt na de klim geen lange afdaling, we bevinden ons op merkwaardig terrein. Na dat vals platte op en af gaat het slechts twee kilometer naar beneden. Dalen doen we over een smalle weg, met een paar venijnige bochten. Het landschap is inmiddels weer wat meer begroeid, wat voor de afdaling alleen maar onhandig is. Door de hoge rotsen langs de kant van de weg zijn sommige bochten lastig in te schatten. Na twee lastige bochten kort achter elkaar bereiken we het eind van de korte afdaling. Meteen gaat het een halve kilometer omhoog, daarna is het een kilometer vlak en dan gaat het weer kort naar beneden. Grillig, is denk ik het woord dat we zoeken. Het blijft bochtig, ook als het vlak is of als het licht naar beneden gaat. Na het volgende korte afdalinkje gaat het een kilometer vals plat omhoog, waarna het in de twee daaropvolgende kilometers continu op en af gaat. Als dit strookje met duizend bochten achter de rug is gaat het vervolgens een kilometer aan 7% omhoog, dan weet je tenminste waar je aan toe bent. Na dit klimmetje is het een halve kilometer vlak, terwijl de omgeving alleen maar mooier lijkt te worden. Na nog een klein knikje omhoog rijden we hierna over een vlakke weg naar Lucena del Cid, een plaats die we na 174,5 kilometer bereiken. Op negen kilometer van de streep komen we aan in Llucena, zoals ze het hier ook wel noemen. Vlak voor Llucena wordt de weg ineens een stuk breder, waarna we via een stuk of drie haarspeldbochten afdalen richting het centrum. We zouden buiten Llucena ook meteen naar links kunnen gaan, maar de lokale overheid had blijkbaar nog wat geld over en wilde ook graag een passage door de stad zelf.



Llucena is best een fraai dorpje. De renners mogen door het centrumpje rijden, waar de wegen iets smaller zijn. Het is ook vrij bochtig hier, in Llucena moet er behoorlijk veel gestuurd worden. En dan loopt de weg ook nog eens omhoog, het is hier toch een kilometer lang vrij steil. Buiten het centrum gaat het naar rechts en dan bevinden we ons op de brede doorgaande weg. Deze weg is de komende vier kilometer zo goed als vlak, het gaat soms zelfs een beetje naar beneden. In vliegende vaart rijden we naar de slotklim, de Alto Mas de la Costa is in aantocht. Op vier kilometer van de streep begint het feest. We verlaten de brede weg, slaan linksaf een geitenpad in en dan zijn we vertrokken. De Alto Mas de la Costa is een beklimming van slechts vier kilometer lang, maar toch is het een klim van de eerste categorie. Dan weet je eigenlijk wel hoe laat het is, dit is een onvervalste Spaanse muur. Na een paar niet al te steile meters gaat het vrij stel wel heel steil omhoog, direct in de eerste kilometer komen we stroken aan 18% tegen. Omdat de klim na de eerste steile stroken kort afvlakt halen we tijdens de eerste kilometer slechts een gemiddelde van 11,6%, matig. De tweede kilometer van de klim kent dit soort stukjes van rust niet, het gaat nu gewoon een kilometer aan 13,6% gemiddeld omhoog. Pieken tot 19%, ik geef het je te doen. Het profiel van de organisatie komt zelfs met pieken tot 25%, maar ik vertrouw mijn vrienden van Altimetrias net iets meer. Niet dat het veel uitmaakt, het is sowieso krankzinnig zwaar. Dat blijft het ook in de derde kilometer van de klim, we gaan aan 12,1% gemiddeld omhoog met uitschieters tot 17%. Daarna duiken we de slotkilometer in, het gaat aan 12,3% gemiddeld omhoog. In de allerlaatste meters van de rit wordt het alleen nóg wat zwaarder, richting het slot gaat het aan 22% omhoog. Een leuke manier om deze loodzware beklimming af te sluiten. Als je alles bij elkaar optelt kom je aan 4,1 kilometer aan 12,3%, het is een echt Unipublicpareltje.




De mensjes van Unipublic zijn altijd op zoek naar korte en steile beklimmingen. In 2016 ontdekten ze deze klim. Ze noemden deze Alto del Mas de la Costa toentertijd een hel, geen gekke benaming. De hel volgde toen aan het einde van de 17e rit, de ontmaagding eindigde in een glorietocht voor de vluchters. Het peloton had er geen zin in en dus reed een groepje met onder meer ONZE Gesink met een ruime voorsprong naar de bizar steile klim. De bepaald niet leuke Mathias Frank bleek de sterkste te zijn van die kopgroep, de Zwitser werd de eerste winnaar op Mas de la Costa. König, die toen nog bestond, werd tweede, voor Gesink. Bilbao ging toen nog niet zo hard omhoog en werd vierde. De belangrijkste klassementsrenners kwamen meer dan drie minuten later binnen. Contador, Froome, Quintana en Chaves maakten er geen topshow van, ze kwamen gezellig samen over de streep. De mindere goden daarachter verloren wel veel tijd, maar men benutte toen niet de volle potentie van deze klim. Het jaar daarna zagen we de klim terugkeren in de Ronde van Valencia. Nairo Quintana reed toen iedereen op een hoopje, KUDUS werd tweede. Nu zijn we dus weer terug op deze klim, die nog steeds is voorzien van een behoorlijk matige weg. Beetje hormigón, de Vuelta is echt begonnen. Af en toe een gat in de weg, om het nog een beetje moeilijker te maken. De Spanjaarden hebben verder wel geleerd van 2017, toen hadden ze het continu over Llucena en Camins del Penyagolosa, daar is nu geen sprake van. We komen immers helemaal niet aan in Llucena, dat dorpje met 1400 inwoners passeren we een paar kilometer van de finish. Penyagolosa heeft dan weer te maken met een berg hier in de buurt, ook niet echt relevant. In het roadbook gaat het overigens wel over Llucena, ze noemen zichzelf schijnbaar 'de parel van de bergen'. Waarvan akte. Tot mijn grote verbazing zag ik in 2016 boven op deze berg een aantal huizen staan, een nogal obscure locatie om te gaan wonen. Meeste van deze huizen zijn alleen wel nogal vervallen en zelfs compleet verlaten, zo valt te zien tijdens de nieuwe Pericopuerto. Een aanrader voor de mensen met een slecht geheugen, die de klim niet meer kennen. Perico heeft dit keer wel gezelschap gevonden. Nadat hij onderweg een paar fietsende vrouwen tegenkomt zien we even later koersdirecteur Javier Guillén op de fiets verschijnen. Unieke beelden! We zien tijdens dit filmpje ook dat men nog niets aan de staat van de weg heeft gedaan. Het laatste gedeelte van de klim rijden de renners dus ook nu weer over een betonweg die van pure ellende uit elkaar valt. Overal gaten en scheuren, om het moeilijke geheel nog wat moeilijker te maken. Spektakel verzekerd, of nouja, met een beetje mazzel misschien.



In Onda wordt het vandaag snikheet. Een warm eerbertoon aan Víctor Cabedo, het zal in de middag 32 graden worden. Kans op regen is er niet, er zal een beetje wind staan vanuit het oosten. In Lucena del Cid is het iets minder warm, maar met 30 graden is het nog steeds niet bepaald aangenaam te noemen. Ook daar is er weinig kans op regen, ook daar staat het beetje wind dat er is vanuit het oosten. Boven op de berg zal het een paar graden koeler zijn, maar het wordt sowieso door de weersomstandigheden een nóg zwaardere beklimming. Beginnen doen we om 12:30. Tenminste, dan is de officiële start. Daarvoor vindt natuurlijk de neutralisatie plaats. De uitzending begint zoals altijd weer om 15:00, tegen die tijd hebben we het vlakke deel van de rit gehad en gaan we bijna beginnen aan de drie korte klimmetjes achter elkaar. Een prima moment om in te schakelen, zou je zeggen. Finishen doen we tussen 17:19 en 17:53, al zegt dat de laatste dagen niet zo gek veel. Eerst komen ze veel te laat binnen, dan weer veel te vroeg. Ook op dit gebied bepalen de renners de koers.




Iedereen hoopt natuurlijk dat dit een rit voor de klassementsrenners wordt, maar daar ben ik niet zo zeker van. Ik bedoel, het is de Vuelta. Iedere rit is een rit voor de vluchters, in potentie. In dit geval zie ik niet zo snel wie de boel gaat controleren. Astana gaat het niet doen, zij zijn blij dat ze de trui hebben verloren. Movistar zou het kunnen doen, maar de afgelopen dagen hebben ze niet zo gek veel initiatief getoond. Bahrain gaat het niet doen, de trui van Teuns verdedigen zou bijzonder dom zijn. Onze jongens van de Jumbo wachten waarschijnlijk liever nog een beetje, dus wie gaat het dan doen? Ik denk dat hier een vrij waardeloze groep gaat wegrijden die een grote voorsprong krijgt. Net als in 2016 eigenlijk, toen reed er ook een knap waardeloze groep weg. Dat kwam wel op een ander moment in de Vuelta, maar toch. Bij mij leeft het idee dat de renners zich gaan sparen tot in Andorra, daar gaan ze pas echt los. Tot die tijd doen ze rustig aan, iets wat vandaag eigenlijk ook wel moet. Voor de slotklim is het terrein totaal niet geschikt om veel verschillen te creëren. Alles voorafgaand aan de laatste klim stelt relatief gezien weinig voor. Alleen op de klim kan het gebeuren en daar bleven in het verleden de verschillen relatief beperkt. We gaan voor een groepje vluchters. Wel een armoedig groepje vluchters, want de vlakke aanloop is niet echt ideaal om een sterke groep te laten ontstaan. Mocht ik dit totaal verkeerd inschatten, dan lijkt me dit wel een aankomst voor Lopez. Of voor Quintana, die was hier in het verleden vaak goed. Roglic zie ik het hier moeilijk hebben, Valverde kan alles aan en Pogacar blijft voorlopig nog wel even verder verbazen.
1. Cabedo. Helaas bestaat romantiek in het wielrennen amper, maar wat zou het toch verschrikkelijk mooi zijn als Óscar morgen kan winnen. Het is zijn rit, de rit van zijn broer, de rit van zijn familie. Zonder het tragische ongeval van Víctor was Óscar nooit prof geworden, de cirkel zou op een bepaalde manier wel rond zijn als hij het ooit voor elkaar krijgt om een rit te winnen in de Vuelta. Ik weet dat het niet gaat gebeuren, in ieder geval vandaag niet, maar dromen mag. Ik zie hem graag met de handen omhoog over de finish komen, de vingers richting de hemel.
2. Geoghegan Hart. Of Wout Poels, dat kan natuurlijk ook. De renners van Ineos hebben de smaak te pakken. Poels ging gisteren al in de aanval, en ook Tao was blijkbaar kort in de aanval. Uiteindelijk was het De la Cruz die in de kopgroep zat, maar hij gaat voorlopig geen ruimte meer krijgen. Het zal dus weer van die andere twee moeten komen, waarbij Wout wel het meest met zijn krachten heeft gesmeten.
3. De Gendt. Kans gemist, dit is weer een nieuwe kans. Hoewel de aankomst hem niet echt op het lijf is geschreven kan het zomaar zo zijn dat de groep die ontsnapt uit weinig goede klimmers bestaat, daardoor zou hij toch nog hoog kunnen eindigen.
4. Gebreigzabhier. De laatste dagen is Amanuel behoorlijk aan het aanklampen, iets wat bij mij het vermoeden wekt dat hij stiekem voor een klassement wil gaan. Dat lijkt me alleen niet zo handig, want dan wordt ie 25e ofzo. Hij kan beter z'n ritten gaan uitkiezen en dan lijkt dit een buitengewoon geschikte rit om eens ten aanval te trekken. Dankzij veel tijdsverlies in de rit naar Calpe staat hij ver genoeg in het klassement, hij zal de ruimte krijgen.
5. Chernetskii. Willekeurig mannetje van Caja Rural, check.

Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  vrijdag 30 augustus 2019 @ 06:23:23 #2
469991 uninvited_guest
I'm the 13th at the table
pi_188701605
Mooiste voorbeschouwing en diepgang die ik ooit van je heb mogen lezen. Het verhaal van de Cabedo’s is pure wieler romantiek ! Zou in de betere boeken een plaats mogen hebben.

Van mij mag Oscar Cabedo vandaag winnen !

https://www.procyclingstats.com/rider/oscar-cabedo
You may not recall the moment that you asked me<br />But your invitation was clear<br />You'll pretend you've never met me but it's far to late<br />Now I'm here
pi_188702286
Prachtig stuk weer R_R! _O_
pi_188702369
quote:
0s.gif Op vrijdag 30 augustus 2019 06:23 schreef uninvited_guest het volgende:
Mooiste voorbeschouwing en diepgang die ik ooit van je heb mogen lezen. Het verhaal van de Cabedo’s is pure wieler romantiek ! Zou in de betere boeken een plaats mogen hebben.

Van mij mag Oscar Cabedo vandaag winnen !

https://www.procyclingstats.com/rider/oscar-cabedo
Je hebt de voorbeschouwing van de tijdrit in Pau zeker niet gelezen :{w
Het leven is geen krentenbol...
Volg de pijlen.
I am the Lizard King. I can do anything.
pi_188702412
_O_
  vrijdag 30 augustus 2019 @ 09:20:40 #6
168304 Mani89
We try not to sexualize them.
pi_188702556
Wat een werk, wat een toewijding. _O_
Reis ver, drink wijn, denk na, lach hard, duik diep. Kom Terug.
  vrijdag 30 augustus 2019 @ 09:26:26 #7
260796 DecoAoreste
aka Aleimon Thimble
pi_188702613
quote:
0s.gif Op vrijdag 30 augustus 2019 09:01 schreef Hallojo het volgende:

[..]

Je hebt de voorbeschouwing van de tijdrit in Pau zeker niet gelezen :{w
Ik verheug me al op die van deze Vuelta. :D
  vrijdag 30 augustus 2019 @ 09:30:38 #8
469991 uninvited_guest
I'm the 13th at the table
pi_188702655
quote:
0s.gif Op vrijdag 30 augustus 2019 09:01 schreef Hallojo het volgende:

[..]

Je hebt de voorbeschouwing van de tijdrit in Pau zeker niet gelezen :{w
Nope ! Iets om in te halen dus. Heb jij nog een link ?
You may not recall the moment that you asked me<br />But your invitation was clear<br />You'll pretend you've never met me but it's far to late<br />Now I'm here
pi_188702686
quote:
0s.gif Op vrijdag 30 augustus 2019 09:30 schreef uninvited_guest het volgende:

[..]

Nope ! Iets om in te halen dus. Heb jij nog een link ?
WLR / Rellende_Rotscholier's pareltjes
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 10:06:54 #10
351614 crew  ijs_beer
ijskoud de lekkerste
pi_188703075
Wat een verhaal van de Cabedo's... Hopelijk zit de jongere broer vandaag mee in de vlucht.
Op donderdag 15 juni 2017 16:53 schreef Cyan9 het volgende:
IJsbeer is inderdaad officieel cute. :D
Op donderdag 30 juli 2020 16:27 schreef Guanabana het volgende:Houdt @:ijs_beer een beetje van ouder? En dan niet 40 jaar ouder, maar laten we zeggen bijvoorbeeld, iets van 5 jaar ouder?
  vrijdag 30 augustus 2019 @ 10:10:07 #11
311938 Kopiko
We were so happy...
pi_188703113
quote:
0s.gif Op vrijdag 30 augustus 2019 09:20 schreef Mani89 het volgende:
Wat een werk, wat een toewijding. _O_
_O_
pi_188703259
Prachtig stuk. Hopelijk krijgen we toch wat romantiek vandaag.
pi_188703295
_O_ wow R_R
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 10:28:31 #14
362868 crew  Slobeend
of all places
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 10:44:29 #15
213134 crew  Momo
WLR en ESF hooligan
pi_188703664
Mooi verhaal R_R ;( :)
pi_188704193
Prachtig 14.gif

Uit respect zal ik Cabedo vandaag ook opstellen.
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 12:12:56 #17
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_188705573
lavuelta twitterde op vrijdag 30-08-2019 om 11:55:49 👏Óscar Cabedo, en Onda: “Estar en #LaVuelta19 y que una etapa salga de tu pueblo es un sueño hecho realidad”.💪@CabedoOscar from @BurgosBH with his neighbors in Onda. https://t.co/FAfxAC3rZ6 reageer retweet
Daar is ie hoor, onze Oscar. _O_

Tussen de woordenbrij door ben ik nog een klein detail vergeten: We zijn bijna zeven jaar verder, maar de familie Cabedo weet nog steeds niet wie er betrokken was bij het ongeval. De bestuurder van de auto heeft zichzelf nooit gemeld, nooit om vergeving gevraagd, niks, nada, noppes. Zeven jaar moeten leven met de kennis dat je verantwoordelijk bent voor de dood van iemand en daar niets mee doen, hoe is het mogelijk? Het is een extra litteken voor de familie, in ieder geval. Ze zouden graag hebben dat de verantwoordelijke ooit nog contact met ze opneemt, maar de hoop wordt steeds kleiner.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_188705693
Het zou mooi zijn als hij de vlucht van de dag haalt, dan kunnen ze hem tenminste de strijdlust geven.

Onbegrijpelijk dat mensen doorrijden als ze een ongeluk veroorzaken :N
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 12:29:24 #19
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_188705881
Onda is stage city for the first time in La Vuelta history. It’s the hometown of the Cabedo brothers - Oscar is riding La Vuelta 19 with Burgos-BH and Jose is the team’s DS while Victor passed away at 23 years old in 2012 in a training accident.
Oscar Cabedo: “I’m very happy to participate in La Vuelta 19 and to see my town cheer for us and enjoy cycling. You need the stars to align for something so special to happen. La Vuelta, the deputation and town hall decided to have this start as a tribute for my brother Victor and I can only be grateful. With Burgos-BH, we try to play a part in every stage and today will be no different. For me, it’s a special day because I’m riding on my training roads, at home.”
Kiko García (La Vuelta 19 technical director): “This start from Onda is a nice tribute to Victor. Life is the way it is; sometimes it hits you like it did with Victor and his relatives. They are examples, they show the fight goes on. It would have been a dream for Victor and we’ve worked to make it a reality.”
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Redactie Sport / Supervogel vrijdag 30 augustus 2019 @ 12:51:47 #20
270182 crew  Pino112
Pino van Luna O+
pi_188706229
Oeps, Formolo start niet meer.
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 12:59:55 #21
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_188706376
Net een kopgroepje van drie, nu weer een van twee. Kom op jongens, doe eens een grotere groep.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 13:00:18 #22
362868 crew  Slobeend
of all places
  Redactie Sport vrijdag 30 augustus 2019 @ 13:01:04 #23
274204 crew  Mexicanobakker
pi_188706394
quote:
0s.gif Op vrijdag 30 augustus 2019 12:59 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Net een kopgroepje van drie, nu weer een van twee. Kom op jongens, doe eens een grotere groep.
Mwah, dit is, geheel belangeloos, wel prima.
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
pi_188706424
quote:
9s.gif Op vrijdag 30 augustus 2019 12:51 schreef Pino112 het volgende:
Oeps, Formolo start niet meer.
Had die gisteravond wel even mogen besluiten, rip CM
  Moderator vrijdag 30 augustus 2019 @ 13:03:03 #25
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_188706434
Cavagna en Storer. Nee, dit kan niet.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')