Drie jaar na het aantreden van korpschef Akerboom kraakt het nog steeds bij de politie Korpschef Erik Akerboom wordt beschuldigd van wegkijken. Hij is aan zet.
Dat Erik Akerboom niet enthousiast was over de omvorming van de Nederlandse politie tot een hiërarchisch geleid bedrijf met 65.000 medewerkers, bleek alleen al uit het feit dat hij in 2016 niet uit eigen beweging had gesolliciteerd naar de functie van korpschef, maar was gevráágd.
In zijn eerste interview, in Trouw, sprak hij van een ‘korps dat kraakt’ en dat hem zorgen baart. Vooral dat alle verantwoordelijkheden van lokale chefs waren weggehaald en ondergebracht bij een landelijke leiding in Den Haag, had de politie geen goed gedaan, zei hij. Hij wilde juist weer méér verantwoordelijkheid naar de basis brengen. ‘Vernieuwend werken’, noemde hij dat.
Drie jaar later heeft Akerboom een setje rapporten op zijn bureau liggen waar hij niet vrolijk van wordt. De commissie Ruys deed in 2017 onderzoek naar de cultuur waarin het declaratieschandaal binnen de centrale ondernemingsraad (COR) kon plaatsvinden. Het kenniscentrum WODC van het ministerie van justitie constateerde in diezelfde periode dat allochtone agenten relatief vaker corrupt zijn. En dan was er nog het blad Justitiële Verkenningen waarin consultant Walter Landman constateerde dat schaalvergroting en concentratie bij de politie hebben geleid tot ‘ongewenste anonimisering in de onderlinge relaties’. Kort gezegd:
politiemensen weten elkaar niet meer te vinden. NoodkreetDit weekend kwam daar via NRC de noodkreet van politiecoach Carel Boers bij. Na de korpsleiding dertien jaar geadviseerd te hebben over de aanpak van intimidatie, discriminatie, seksisme en moslimfobie, neemt hij ontslag:
er wordt door de top volgens hem toch niet geluisterd. Hoewel de aard van de onderwerpen uit al die rapporten steeds verschillend is, is de oorzaak steeds hetzelfde.
De politie is een piramide geworden waarin de korpsleiding zich steeds meer als een raad van bestuur gedraagt. Politiemensen aan de basis voelen zich niet gehoord, waardoor zij het management de rug toekeren en op lokaal niveau het recht van de sterkste gaat gelden, dat van de blanke mannen met de grote mond. En dat is niet gemakkelijk voor vrouwelijke collega’s en agenten met een migratie-achtergrond. Andersom loopt het ook niet. De top heeft door het gebrek aan communicatie vanuit Den Haag ook weinig invloed op wat er op de werkvloer gebeurt. Samengevat: het wapen van Akerboom tegen grensoverschrijdend gedrag (via ‘vernieuwend werken’) blijkt niet te werken.
De kritiek van Carel Boers in NRC gaat verder dan die constatering. Hij valt zijn voormalige opdrachtgever persoonlijk aan door de stellen dat
‘het leiderschap van Akerboom bestaat uit het stelselmatig vermijden van elke vorm van conflict’. Geen fouten maken is voor hem belangrijker dan goed dingen doen, zegt hij.
Dat wegkijken heeft volgens Boers geleid tot informeel leiderschap dat moreel en ethisch ontspoord is. Akerboom reageerde met het commentaar dat hij geschrokken is van de persoonlijke verwijten aan hemzelf en het hele korps. ‘Dit soort berichtgeving raakt niet alleen mij, maar iederéén binnen de politie’, schrijft Akerboom in een blog. Toch zou die kritiek vooral hem moeten raken. Want Boers stelt feitelijk:
Kan Akerboom zijn opdracht wel aan? https://www.trouw.nl/binn(...)F%2Fwww.google.nl%2FDat komt deze randdebiel vanavond dus even lekker ontkennen en rechtpraten
Eva grijp eens in en brand deze lul tot zijn sokken af