quote:
Paul Herygers geeft zondag weer commentaar bij de cross: “Ik was bijna mijn job kwijt door Mathieu van der Poel”
Geen Wout van Aert en voorlopig ook geen Mathieu van der Poel, maar het veldrijden zal pas echt op zijn gat zitten als Paul Herygers (56) er niet meer is. Zondag in Gieten zit hij voor de Superprestige opnieuw samen in de commentaarcabine met Michel Wuyts en zo kan het cross-seizoen eindelijk echt van start gaan. “Mathieu van der Poel is gemaakt voor offroad, maar nu heeft hij blijkbaar zijn hart verloren aan beton.”
Bij een garnaalkroket in Brasserie Flore in Geel – “Tom Boonen valt hier soms binnen” - vertelt Paul Herygers zoals alleen Paul Herygers kan vertellen. Het gaat over de Berencross in Meulebeke en over seizoensrevelatie Eli Iserbyt: “Die pagadder rijdt ineens recht op een balk. Je denkt: dat is kaiet kaiet naar huis, maar die wrijft daar eens over en een ronde later zitten die stekkenpootjes weer te bengelen achter Toon Aerts. Ik doe weinig afbreuk aan dat persoontje.”
Dat soort beschouwingen vanaf nu opnieuw elk weekend een uur lang. Want het veldritseizoen mag dan al meer dan een maand aan de gang zijn, in Gieten begint het zondag echt: “Ik heb dat gevoel ook”, zegt Herygers. “We hebben die twee wereldbekers gehad in Amerika, maar daarna valt het toch weer stil. Nu begint de Superprestige. En mag ik daarbij verwijzen naar Michel Wuyts? Hij geeft dit weekend voor het eerst commentaar. Dan is het helemaal zeker: pas als Michel erbij is, begint de cross echt.” (lacht)
Is de echte ster van de commentaarcabine dan niet Paul Herygers?
“Pfff, dat vind ik helemaal niet. Als commentator ben ik niet anders dan als coureur. Ik ga niet veel weekends naar huis met het gevoel dat ik het goed gedaan heb. Dat is allemaal niet boordevol vertrouwen. Ik ben enorm kritisch voor mezelf. In de Verenigde Staten heb ik nog een fout gemaakt. Ik zag Toon Aerts in de materiaalpost iets roepen als plat. Dus ik zeg op antenne: Die staat plat. Twee rondes later was het weer van dat. Ik zeg: Hoe is dat nu mogelijk, Toon Aerts is opnieuw plat gevallen. Maar Toon riep: Platter. Hij wilde minder druk in zijn banden. Van zulke fouten slaap ik niet goed.”
Het pleit voor je beroepsernst.
“Ja, ik wil het goed doen. Afgelopen weekend ging ik naar Meulebeke en naar Pelt. Daar hoor ik dingen en details die ik in mijn commentaar kan gebruiken. In Meulebeke is er in 2021 het Belgisch kampioenschap. Ik weet nu dat ze het parcours daar hebben uitgebreid. Ik moet er wel bij zeggen dat ik in Pelt ’s ochtends een jeugdinitiatie had. En voor één keer heb ik nadien mijn biezen gepakt. Dat gebeurt niet vaak, maar mijn vrouw was gaan werken en ik had thuis het kot voor mij alleen. Ik heb me in de zetel gegooid, in een deken geduffeld en op tv gekeken naar de cross. Dat momentje heb ik gepakt. Mijn laatste zondag thuis.”
Heb je genoten van de cross? Sportweekend had het in de verslaggeving van Pelt over “de cross van de bloedarmoede”. Dat ging over het deelnemersveld.
“Daar kan ik meteen op inpikken. Om hem bij naam te noemen: Toon Aerts was er niet bij, terwijl de organisatoren de Belgische kampioen wel graag aan de start wilden. Je ziet het van bij het begin van het seizoen: veel crossers zijn bang om te diep te gaan. In mijn ogen totaal onbegrijpelijk. Dat ze desnoods meerijden om te trainen, in een lange broek. Die formule heeft altijd bestaan, maar nu blijkbaar niet meer. Iedereen maakt zijn eigen rekening, maar in mijn tijd moest je alles rijden om financieel rond te komen. Nu gooien ze gewoon 5.000 euro te grabbel. Zelfs 8.000 euro als de organisator de plaatselijke bakker heeft kunnen overtuigen. Ik ben hier in Geel een huis aan het verbouwen. 8.000 euro, daarmee betaal ik mijn architect of leg ik een nieuw dak. Geef mijn generatie de kans om vandaag een cross te rijden voor 5.000 euro en we kunnen ons niet rap genoeg in onze koersbroek schieten. (lacht) Het viel mij ook op dat er in Pelt weinig volk was. Het was slecht weer – plensregens zoals in Yorkshire –, maar toch.”
Je legde zelf eerder de vinger op de wonde: crossen zonder Van Aert en Van der Poel, dat noemde jij “een café zonder bier”.
“Iemand als Wout kan je niet vervangen. Hij is drievoudig wereldkampioen en heeft een enorme schare fans opgebouwd. Helaas heeft hij in Frankrijk de nadars uit de grond gereden. Dat is heirkracht. Bij Van der Poel valt het mij wel op dat hij nog altijd vol koerst op de weg. Die gast is gemaakt voor offroad, maar blijkbaar heeft hij zijn hart nu verloren aan beton. In de Famenne Ardenne Classic is hij nog steeds volop aan het koersen, terwijl ik nu zou rusten. Dat is energie die hij nodig zal hebben in de cross.”
Moeten we uitkijken naar de terugkeer van Van der Poel? Wel voor de atleet, niet voor de spankracht, toch?
“Mathieu zal slimmer en slimmer worden. En het reglement van de startvolgorde is veranderd. Die wordt nu bepaald op basis van het klassement van de wereldbeker. Mathieu van der Poel zal in zijn eerste crossen op de derde of vierde rij moeten vertrekken. Hij zal dus niet meteen van de eerste keer op kop zitten. Er zal op zijn minst een beetje vertraging opzitten.” (lacht)
Toegegeven, het einde van het veldrijden is al een keer of zestig aangekondigd, maar zien we nu niet dat de sport een probleem heeft als Van Aert en Van der Poel ooit definitief overstappen naar de weg?
“Dat geloof ik niet. De vippakketjes zijn de voorbije weken ook gewoon verkocht. En gaan die twee de cross laten vallen? Adrie van der Poel heeft winters gereden van hoogstens acht crossen met het wereldkampioenschap. Mathieu van der Poel zie ik nooit minder dan vijftien crossen halen. Voor Wout van Aert geldt hetzelfde. We moeten de rest ook niet tekortdoen. Het niveau blijft behoorlijk. Het is niet omdat die twee er niet bij zijn dat de rest ineens twee per uur trager gaat rijden.”
Jij schat de twee Amerikaanse wereldbekerzeges van Iserbyt hoog in?
“Ik weet ook dat 98 procent van de mensen meteen vraagt: Was den Hollander erbij? Was de Wout erbij? Maar doe het maar, twee wereldbekers winnen. Als de versterking komt, zullen ze rekening moeten blijven houden met Iserbyt. Wout op het niveau van vorig jaar zou serieus verschieten. Tom Pidcock – zijn grote concurrent bij de beloften – had hij in spijs vaneen gereden. Hij heeft met zijn korte pootjes een grote stap vooruit gezet.”
De hele ploeg van Pauwels Sauzen-Marlux: ze hebben vijf crossen op vijf gewonnen.
“Het valt mij op dat de dispatching daar goed zit. Vanthourenhout sturen ze naar Meulebeke en hij wint. Sweeck mag zijn goesting doen in Pelt en wint. Toon Aerts maakte daar een inschattingsfout. Hij rijdt de paardenmolen van Meulebeke: constant draaien en keren. In Pelt startte hij niet, terwijl ze daar driekwart van het bos hebben gekapt. Met de regen erbij was dat een en al modder. Een parcours op zijn lijf gebeiteld.”
Het voorbije wielerjaar was ‘het jaar van de crosser’. Heeft jou dat plezier gedaan?
(lacht) “Ik zal je iets vertellen: ik ben bijna mijn job kwijt geraakt door Van der Poel die het zo goed deed. Ik ben in de koers motard met een VRT-cameraman. Motor vier ben ik, valpartijen en lekke banden komen bij mij. In de Ronde van Vlaanderen rijdt Van der Poel in een bloembak. Dus regisseur Gunter Herregodts zegt in mijn oortje: Jij volgt hem, Paul. Ik antwoord: Geen probleem. Maar dat was drie kilometer voor de Oude Kwaremont. Dat is me daar een gat, jong. Die Van der Poel was niet bij te houden. Ik probeerde, maar het koud zweet brak me uit. Het was rap van: Motor drie, hij komt eraan. Niet dat ze daarvoor echt mijn job zouden afpakken, maar het is sindsdien toch van: Je moet Herygers niet meer vragen om Van der Poel te volgen. (lacht) In mijn job zie ik ook dat Mathieu veel vrienden heeft. Langs alle kanten werd hij in de Ronde naar voren gepiloteerd. Zelfs Hilaire Van der Schueren heb ik hem een geweldige lift zien aanbieden.”
Over dat terugkeren in het peloton achter de auto is sinds het WK veel te doen. De Nederlander Nils Eekhoff won het WK voor beloften, maar werd nadien gediskwalificeerd. Wat is jouw inschatting?
“Ik vond het grof. Die beelden waren eerder beschikbaar, dus moeten ze ook vroeger beslissen. En niet de trui afpakken wanneer hij die al met de vingertoppen beet heeft. Ik heb die nacht tot drie keer toe aan die jongen gedacht. Ik zou hem graag ontmoeten en de hand schudden. Echt onrechtvaardig. Zoiets durven ze toch alleen te doen bij een kleine garnaal? Nu, die jongen heeft na zijn val vier minuten stilgestaan. Als je vier minuten achter zit, kan je niet met manieren terugkeren in het peloton. Ik ben er geen voorstander van, maar zouden ze in de toekomst renners met zo’n onoverbrugbare achterstand niet gewoon uit koers nemen? Volgens mij gaan we daar naartoe.”
Tom Boonen heeft ooit gezegd dat koers meteen verboden zou worden, mochten ze alles wat achteraan de karavaan gebeurt ongefilterd in beeld brengen. Is dat zo?
“Ja, op motor vier zie je inderdaad al eens iets. Tom Boonen zelf in de Scheldeprijs bijvoorbeeld: zijn schoen werd hersteld vanuit de auto. Met 110 kilometer per uur. Dat is soms beangstigend. Soms zie je ook geweldige dingen: in de GP Impanis heeft Mathieu van der Poel de hele dag voor knecht gespeeld. De hele tijd bracht hij coureurs van achteren naar voren. De ene na de andere – en maar paraderen door het peloton. Puur om te trainen voor het WK.”
Je was dit jaar ook in de Tour. Niet als motard, maar als chauffeur voor ‘Vive le Vélo’.
“Daar kan ik ook verhalen over vertellen. Zo hadden we Bjorg Lambrecht te gast. Ik praatte met hem over een voorval op het BK, waar hij ook zwaar was gevallen. Op motor vier moest ik daar naartoe. Normaal is de regel dat je de motor netjes aan de kant zet, zodat de karavaan kan passeren. Maar Bjorg lag daar zo benard, net achter een hoek. Ik dacht: F*** you. Ik zet mijn motor knal voor den Bjorg, dan rijdt er tenminste niemand tegen. Kreeg ik daar toch wel onder mijn voeten van de koerscommissaris, zeker. Het straffe was dat Bjorg zich dat herinnerde. Merci om dat te doen, Paul, zei hij. Echt een tof manneke. En drie weken later maakt hij die dramatische val in Polen... Op de motor moet ik naar valpartijen toe rijden en dat lukt. Maar eigenlijk wil ik daar niet naar kijken. Ik ken al die gasten. ’s Avonds kan ik daar thuis slecht van zijn.”
De val van Wout van Aert in de Tour: hoe heb je die beleefd?
“Ook zo’n verhaal. Ik maakte voor Vivé le Vélo elke dag beelden in de Tour. Een kort filmpje of een foto, die dan in de uitzending kwamen. De dag van de tijdrit volgde ik Henk en Yvonne, de ouders van Wout. Ik had prachtige beelden. En dan crasht hij vol in die nadar. Zo jammer. Je moet eerlijk zijn: het voorjaar was nogal Mathieu-getint. Die balans was serieus in onevenwicht aan het raken. Maar in de Tour had Wout dat helemaal hersteld. Die ploegentijdrit, de etappe die hij zelf wint… Zo jammer dat het moest eindigen tegen die nadar. Maar zeg nu eens eerlijk: weet jij hoe dat zit met zijn blessure? Het is daar zo stil over?”
Jij bent bijna zijn buurman. Wat hoor jij?
“Wout is naar Herentals verhuisd. Hij woont nu op vijftien kilometer van mij. Maar zijn schoonvader, Roger De Bie, was vroeger mijn buurman. Met hem kom ik goed overeen en zo blijf ik toch op de hoogte. (lacht) Ik verwacht dat Wout in december alweer zijn sterke benen zal laten zien in de cross. Daar hoop ik op. Ook al zal dat in het begin voor plaats vijftien zijn, niet voor plaats één. Ik zag Wout onlangs poseren met een big smile op foto’s met Tim Merlier. Ik ken hem een beetje. Wout is een echte: mocht het niet goed gaan, kan hij zelfs voor de foto geen dertig seconden een glimlach forceren.”
Om af te ronden: je passeerde dit jaar in ‘Winteruur’, het tv-programma van Wim Helsen. Je getuigde er aangrijpend over het overlijden van je jack russell Kitty. Kreeg je daar veel reactie op?
“Jongen, dat kan je niet geloven. Ik heb hier in Geel een huisje gekocht en die verkoper zei meteen tegen mij: Meneer, ik heb iets formidabels gezien van u. Ik dacht: Lap, die gaat weer over het schouderklopje in Koksijde beginnen. Hoe vaak ik al gedacht heb: Had ik daar nu maar mijn handen aan de gidon gehouden. Maar die man zei: ‘Winteruur’, dat was prachtig. Honderden reacties heb ik gehad: Fons De Wolf, Karl Van Nieuwkerke, Ruben Van Gucht, die zelf zijn hond verloren is. Die mannen waren bijna mee aan het schreien met mij. Maar weet je wie de eerste was? Wuyts. En Michel is nochtans geen hondenman. Kitty heeft zelfs eens in zijn schoen gebeten. Maar hij stuurde mij als eerste een bericht: Paul, je bent een mooi mens.”
Hoe groot is het gemis nu nog?
“Groot, want een hond kan je niet vervangen. Maar af en toe heb ik Kitty terug. Om de zoveel tijd droom ik van dat beestje. Dat zijn mijn favoriete dromen. Veel beter nog dan de erotische.” (lacht)