[Turnen] #3 - EK 2017 met zilver en brons voor Eythora!

De toestellen
Er zijn 6 verschillende toestellen voor het herenturnen en 4 verschillende voor het damesturnen. Elk heeft zijn eigen finale, en daarnaast zijn er nog meerkampen; (team/individuele) finales waar op alle onderdelen geturnd wordt en de som daarvan de winnaar bepaalt.

Voor de heren (in olympische volgorde):
• Vloer | Paardvoltige | Ringen | Sprong | Brug met gelijke leggers | Rekstok
Voor de dames (in olympische volgorde):
• Sprong | Brug met ongelijke leggers | Evenwichtsbalk | Vloer

Sprong en vloer bestaan dus zowel voor dames als voor heren. Vroeger werden deze twee onderdelen verschillend gebruikt; tegenwoordig geldt dat alleen nog voor de vloer. Bij sprong moesten de heren lengte paard springen en de dames breedte paard. Omdat door de toenemende moeilijkheidsgraad van de sprongen het klassieke paard onveilig was geworden, is het paard sinds 2002 vervangen door de 'Pegases'.

Op het onderdeel vloer doen de dames hun oefening op (instrumentale) muziek en de heren zonder. De vloeroefening (evenals de balkoefening van dames) mag niet langer dan 1:10 of 1:30 duren en de tijd wordt pas opgenomen vanaf de eerste beweging. 10 seconden voor de maximale eindtijd hoort men een piep die aangeeft dat de oefening afgerond moet worden (bij dames is dit alleen bij de balkoefening). Duurt dit te lang, dan zullen er punten voor afgetrokken worden van de score van de turner of turnster. De vloer is 12x12m en de evenwichtsbalk is 10 cm breed.

De brug was aanvankelijk hetzelfde toestel voor beide geslachten, waarbij één van de leggers bij de vrouwen verhoogd werd en men dus ook van hoog naar laag zwaaide. In de loop der tijd is de afstand tussen deze 2 leggers vergroot (waardoor het zwaaien aan de hoge legger meer op het onderdeel rekstok is gaan lijken) en heeft de brug met ongelijke leggers zich tot een ander toestel gevormd dan de mannelijke brug met gelijke leggers.

De oefeningen
In een oefening moet de deelnemer verschillende kracht- en lenigheidsonderdelen laten zien. Dit worden elementen genoemd, en de samenstelling van deze elementen maakt de oefening.
Bij sommige toestellen zoals rekstok en brug komen ook zogenaamde 'vluchtelementen' voor, dit zijn elementen waarbij het toestel even wordt losgelaten en weer wordt vastgepakt.
De turn(st)er stelt zelf samen met zijn/haar trainer een oefening samen met verschillende elementen, volgens de in het reglement gestelde eisen. Hiervoor wordt het reglement van de internationale turnfederatie (FIG) aangehouden. De eisen voor jurering en puntentelling staan allemaal in de Code of Points (de Turnbijbel).

De D-score - difficulty/moeilijkheid
De D-score wordt berekend op basis van 3 aspecten: de moeilijkheidsgraad, de compositie-eisen en de connectiewaarde.

• Moeilijkheidsgraad: (DV - Difficulty Value)
De elementen die een turn(st)er in zijn/haar oefening turnt hebben elk een eigen moeilijkheidsgraad die allemaal beschreven staan in de Code of Points (de Turnbijbel). Deze variëren van A t/m I, waarbij A-elementen 0.1 waard zijn en I-elementen 0.9.
• Compositie-eisen: (CR - Composition Requirements)
De turn(st)er moet in zijn/haar oefening elementen laten zien uit 5 verplichte elementgroepen per toestel. Deze kun je dus zo moeilijk mogelijk maken om tegelijkertijd punten te winnen op de moeilijkheidsgraad. Voor elke eis waaraan voldaan wordt, worden 0.5 punten toegekend, met een maximale score van 2.50 punten.
• Connectiewaarde: (CV - Connection Value)
Het direct combineren van 2 of meer van deze elementen, zonder wiebeltjes of pauzes ertussen, levert je 0.1 of 0.2 punten per combinatie op (afhankelijk van de waarde van de verbonden elementen).

De samenvoeging van deze elementen en aspecten vormt dus de D-score, de difficulty-score. Uitzondering hierop is het toestel sprong, waarbij elke mogelijke sprong en de bijbehorende D-score vast staat in de 'sprongtabel'.

Topturn(st)ers streven ernaar om hun oefeningen zo moeilijk mogelijk te maken (veel hoge elementen en veel combinaties), en dus een hogere score op de moeilijkheid te kunnen vangen. Hoe hoger deze score, hoe meer ruimte je hebt om wat puntjes mis te lopen op de uitvoering. Maar mis je tijdens je uitvoering combinaties of maak je een element niet helemaal af, dan loop je dus punten op de D-score mis.

Alle waarden worden bij elkaar opgeteld en dat vormt (afhankelijk van het toestel) vaak een D-score variërend van 5.200 tot 7.200 ongeveer. De waardes van verschillende (oude en nieuwe) elementen worden na elke Olympische Spelen gereviseerd en bijgesteld, waardoor elk olympisch seizoen weer begint met een nieuwe Code of Points en de D-waarde over het algemeen weer lager wordt door gedevalueerde elementen.
De D-score heeft een 'open einde', dus hoger kan altijd, als je maar aan de (veiligheids)eisen van de FIG voldoet.

* ^{Bonustip: Het Youtubekanaal sportseverywhere doet een soort 'breakdowns' van turnoefeningen van internationale wedstrijden/turnsters. Een soort lesje 'Turnbijbel' over de D-score. Welke elementen worden geturnd, wat die waard zijn, en hoe dus de uiteindelijke D-score van die oefening samen is gesteld.
Hier de balkoefening van Sanne Wevers tijdens de EK-kwalificatie met 'ondertiteling' en berekening van de D-score:}

CoP 2017-20: Sanne Wevers BB 2017 Europeans

De E-score - execution/uitvoering
Daarnaast heb je nog de E-score, de execution-score oftewel de uitvoering. Hierbij is de uitgangswaarde altijd 10.000, en worden tijdens/na de oefening door de jury punten afgetrokken voor fouten in vorm, uitvoering, techniek en compositie. Fouten zoals kromme armen/benen, benen uit elkaar, balansverstoringen en na-hupjes/pasjes kosten je punten. Dit wordt beoordeeld op kleine, medium of grote fouten waarbij respectievelijk 0.1, 0.3 of 0.5 punten van je E-score afgetrokken worden. Val je van je toestel af? Dan kost dit je een hele punt. Een fout wordt als val gezien als je kont, knieën of handen de grond raken waar dat niet hoorde. Als je op de balk je evenwicht verliest en je handen gebruikt om jezelf erop te houden (zonder op de grond te vallen) telt het ook als een val.
De E-score is dus volledig afhankelijk van hoe goed je je oefening op het moment suprême uitvoert, waarbij een 10.000 een perfecte uitvoering is.

De D- en E-score bij elkaar opgeteld vormen de uiteindelijke score van de turn(st)er op dat onderdeel. Bij de sprongfinales worden er 2 verschillende sprongen gedaan, waarvan het gemiddelde van beide scores geldt als eindscore voor dat onderdeel.

^{Meer weten over de Code of Points?
De huidige Turnbijbel (2017-2020) vind je hier: MAG (heren) | WAG (dames)}

Max23	zondag 23 april 2017 @ 13:21
	Voor (ex-)turn(st)ers en liefhebbers van de sport! Praten over je eigen ervaringen, over wedstrijden, het commentaar van Hans van Zetten, vragen over de Turnbijbel, etc. Agenda • 19-23 april 2017 \| Europese Kampioenschappen in Cluj Napoca (Roemenië) • 16-17 juni 2017 \| Nederlandse Kampioenschappen in Rotterdam • 17-20 augustus 2017 \| Amerikaanse Kampioenschappen in Anaheim (V.S.) • 2-8 oktober 2017 \| Wereldkampioenschappen in Montreal (Canada) Resultaten EK 2017: • Kwalificaties heren \| Meerkamp \| Vloer \| Voltige \| Ringen \| Sprong \| Brug \| Rekstok • Kwalificaties dames \| Meerkamp \| Sprong \| Brug \| Balk \| Vloer • Meerkampfinale heren • Meerkampfinale dames • Toestelfinales heren \| Vloer \| Voltige \| Ringen \| Sprong \| Brug \| Rekstok • Toestelfinales dames \| Sprong \| Brug \| Balk \| Vloer Zondag 23 april EK toestelfinales: • 12:30 - heren sprong [kwalificatiescores] • 13:00 - dames balk [kwalificatiescores] • 13:45 - heren brug [kwalificatiescores] • 14:15 - dames vloer [kwalificatiescores] • 14:45 - heren rekstok [kwalificatiescores] SPOILER: Spoedcursus 'Help, ik snap er niks van?!' De toestellen Er zijn 6 verschillende toestellen voor het herenturnen en 4 verschillende voor het damesturnen. Elk heeft zijn eigen finale, en daarnaast zijn er nog meerkampen; (team/individuele) finales waar op alle onderdelen geturnd wordt en de som daarvan de winnaar bepaalt. Voor de heren (in olympische volgorde): • Vloer \| Paardvoltige \| Ringen \| Sprong \| Brug met gelijke leggers \| Rekstok Voor de dames (in olympische volgorde): • Sprong \| Brug met ongelijke leggers \| Evenwichtsbalk \| Vloer Sprong en vloer bestaan dus zowel voor dames als voor heren. Vroeger werden deze twee onderdelen verschillend gebruikt; tegenwoordig geldt dat alleen nog voor de vloer. Bij sprong moesten de heren lengte paard springen en de dames breedte paard. Omdat door de toenemende moeilijkheidsgraad van de sprongen het klassieke paard onveilig was geworden, is het paard sinds 2002 vervangen door de 'Pegases'. Op het onderdeel vloer doen de dames hun oefening op (instrumentale) muziek en de heren zonder. De vloeroefening (evenals de balkoefening van dames) mag niet langer dan 1:10 of 1:30 duren en de tijd wordt pas opgenomen vanaf de eerste beweging. 10 seconden voor de maximale eindtijd hoort men een piep die aangeeft dat de oefening afgerond moet worden (bij dames is dit alleen bij de balkoefening). Duurt dit te lang, dan zullen er punten voor afgetrokken worden van de score van de turner of turnster. De vloer is 12x12m en de evenwichtsbalk is 10 cm breed. De brug was aanvankelijk hetzelfde toestel voor beide geslachten, waarbij één van de leggers bij de vrouwen verhoogd werd en men dus ook van hoog naar laag zwaaide. In de loop der tijd is de afstand tussen deze 2 leggers vergroot (waardoor het zwaaien aan de hoge legger meer op het onderdeel rekstok is gaan lijken) en heeft de brug met ongelijke leggers zich tot een ander toestel gevormd dan de mannelijke brug met gelijke leggers. De oefeningen In een oefening moet de deelnemer verschillende kracht- en lenigheidsonderdelen laten zien. Dit worden elementen genoemd, en de samenstelling van deze elementen maakt de oefening. Bij sommige toestellen zoals rekstok en brug komen ook zogenaamde 'vluchtelementen' voor, dit zijn elementen waarbij het toestel even wordt losgelaten en weer wordt vastgepakt. De turn(st)er stelt zelf samen met zijn/haar trainer een oefening samen met verschillende elementen, volgens de in het reglement gestelde eisen. Hiervoor wordt het reglement van de internationale turnfederatie (FIG) aangehouden. De eisen voor jurering en puntentelling staan allemaal in de Code of Points (de Turnbijbel). De D-score - difficulty/moeilijkheid De D-score wordt berekend op basis van 3 aspecten: de moeilijkheidsgraad, de compositie-eisen en de connectiewaarde. • Moeilijkheidsgraad: (DV - Difficulty Value) De elementen die een turn(st)er in zijn/haar oefening turnt hebben elk een eigen moeilijkheidsgraad die allemaal beschreven staan in de Code of Points (de Turnbijbel). Deze variëren van A t/m I, waarbij A-elementen 0.1 waard zijn en I-elementen 0.9. • Compositie-eisen: (CR - Composition Requirements) De turn(st)er moet in zijn/haar oefening elementen laten zien uit 5 verplichte elementgroepen per toestel. Deze kun je dus zo moeilijk mogelijk maken om tegelijkertijd punten te winnen op de moeilijkheidsgraad. Voor elke eis waaraan voldaan wordt, worden 0.5 punten toegekend, met een maximale score van 2.50 punten. • Connectiewaarde: (CV - Connection Value) Het direct combineren van 2 of meer van deze elementen, zonder wiebeltjes of pauzes ertussen, levert je 0.1 of 0.2 punten per combinatie op (afhankelijk van de waarde van de verbonden elementen). De samenvoeging van deze elementen en aspecten vormt dus de D-score, de difficulty-score. Uitzondering hierop is het toestel sprong, waarbij elke mogelijke sprong en de bijbehorende D-score vast staat in de 'sprongtabel'. Topturn(st)ers streven ernaar om hun oefeningen zo moeilijk mogelijk te maken (veel hoge elementen en veel combinaties), en dus een hogere score op de moeilijkheid te kunnen vangen. Hoe hoger deze score, hoe meer ruimte je hebt om wat puntjes mis te lopen op de uitvoering. Maar mis je tijdens je uitvoering combinaties of maak je een element niet helemaal af, dan loop je dus punten op de D-score mis. Alle waarden worden bij elkaar opgeteld en dat vormt (afhankelijk van het toestel) vaak een D-score variërend van 5.200 tot 7.200 ongeveer. De waardes van verschillende (oude en nieuwe) elementen worden na elke Olympische Spelen gereviseerd en bijgesteld, waardoor elk olympisch seizoen weer begint met een nieuwe Code of Points en de D-waarde over het algemeen weer lager wordt door gedevalueerde elementen. De D-score heeft een 'open einde', dus hoger kan altijd, als je maar aan de (veiligheids)eisen van de FIG voldoet. * ^{Bonustip: Het Youtubekanaal sportseverywhere doet een soort 'breakdowns' van turnoefeningen van internationale wedstrijden/turnsters. Een soort lesje 'Turnbijbel' over de D-score. Welke elementen worden geturnd, wat die waard zijn, en hoe dus de uiteindelijke D-score van die oefening samen is gesteld. Hier de balkoefening van Sanne Wevers tijdens de EK-kwalificatie met 'ondertiteling' en berekening van de D-score:} CoP 2017-20: Sanne Wevers BB 2017 Europeans De E-score - execution/uitvoering Daarnaast heb je nog de E-score, de execution-score oftewel de uitvoering. Hierbij is de uitgangswaarde altijd 10.000, en worden tijdens/na de oefening door de jury punten afgetrokken voor fouten in vorm, uitvoering, techniek en compositie. Fouten zoals kromme armen/benen, benen uit elkaar, balansverstoringen en na-hupjes/pasjes kosten je punten. Dit wordt beoordeeld op kleine, medium of grote fouten waarbij respectievelijk 0.1, 0.3 of 0.5 punten van je E-score afgetrokken worden. Val je van je toestel af? Dan kost dit je een hele punt. Een fout wordt als val gezien als je kont, knieën of handen de grond raken waar dat niet hoorde. Als je op de balk je evenwicht verliest en je handen gebruikt om jezelf erop te houden (zonder op de grond te vallen) telt het ook als een val. De E-score is dus volledig afhankelijk van hoe goed je je oefening op het moment suprême uitvoert, waarbij een 10.000 een perfecte uitvoering is. De D- en E-score bij elkaar opgeteld vormen de uiteindelijke score van de turn(st)er op dat onderdeel. Bij de sprongfinales worden er 2 verschillende sprongen gedaan, waarvan het gemiddelde van beide scores geldt als eindscore voor dat onderdeel. ^{Meer weten over de Code of Points? De huidige Turnbijbel (2017-2020) vind je hier: MAG (heren) \| WAG (dames)} SPOILER: De Hans van Zetten-bingo! _{Ex-FOK!reeksen: WK 2015 & OS 2016} [ Bericht 1% gewijzigd door Moira op 08-10-2017 23:13:57 ]
Wereldgozer	zondag 23 april 2017 @ 13:21
	owowow
Frozen-assassin	zondag 23 april 2017 @ 13:21
	Zeer slechte afsprong
Roger_Epiales	zondag 23 april 2017 @ 13:21
	Zonde van dat einde.
Moira	zondag 23 april 2017 @ 13:22
	quote: Op zondag 23 april 2017 13:21 schreef Roger_Epiales het volgende: Zonde van dat einde. Dit ja was een goede oefening verder, da's alsnog wel een pittige aftrek wss
VikaMustyGrishi	zondag 23 april 2017 @ 13:22
	Oooh das 0.5 aftrek voor de landing. Zo zonde want verder prima oefening.
Frozen-assassin	zondag 23 april 2017 @ 13:22
	Ze huilt
_Hestia_	zondag 23 april 2017 @ 13:22
	Echt jammer van die afsprong ja Verder was echt goed wel
Moira	zondag 23 april 2017 @ 13:22
	Ja zonde man. Ik gun haar echt zo hard die gouden plak na een gemiste OS
Frozen-assassin	zondag 23 april 2017 @ 13:23
	Alsnog 1e. Ze ontsnapt
Moira	zondag 23 april 2017 @ 13:23
	13.966, waarschijnlijk niet genoeg
_Hestia_	zondag 23 april 2017 @ 13:23
	Downie
Moira	zondag 23 april 2017 @ 13:23
	chapeau
Moira	zondag 23 april 2017 @ 13:24
	quote: Op zondag 23 april 2017 13:23 schreef _Hestia_ het volgende: Downie Nee dit is Fragapane
Moira	zondag 23 april 2017 @ 13:24
	oh rip
Wereldgozer	zondag 23 april 2017 @ 13:24
	CHUTE
Moira	zondag 23 april 2017 @ 13:24
	Wat een finale dit, de tering zeg
_Hestia_	zondag 23 april 2017 @ 13:24
	quote: Op zondag 23 april 2017 13:24 schreef Moira. het volgende: [..] Nee dit is Fragapane Oja zag het daarna haha
_Hestia_	zondag 23 april 2017 @ 13:24
	Dikke val weer, ze zijn wel erg zenuwachtig zeg
Roger_Epiales	zondag 23 april 2017 @ 13:24
	quote: Op zondag 23 april 2017 13:22 schreef Moira. het volgende: [..] Dit ja was een goede oefening verder, da's alsnog wel een pittige aftrek wss ja, hoewel ik hem wel minder mooi vond.