quote:
voortreffelijk boek, maar ik sla toch een keertje over, denk ik. Ik houd heel erg van tragiek en van rock-'n-roll, maar nog meer van mensen met een ruggengraat.
Ik bedoel, er schuilt veel schoonheid in menselijk falen, maar je kunt het ook overdrijven. Net als mijn oma heb ik weinig op met wat wij 'weggooiers' noemen: mensen die keer op keer hun verantwoordelijkheden ontlopen. Die zich altijd verschuilen achter excuses, of het nu pech is of een verslaving uit een ver verleden.
Wim Kieft noemde die verslaving 'een ziekte'. Dat mag, maar het spijt me, ik geloof daar niet zo in. Ik voel heus mededogen met junks, ik vind ze zielig, maar in veruit de meeste gevallen begon het probleem met een rubberen persoonlijkheid. Dat is iets heel anders dan een ziekte.
Nogal wat mensen vonden het 'erg dapper' van Wim Kieft om zo open en eerlijk te zijn over zijn treurnis. Of 'knap' dat hij er zo nuchter (geen woordgrap) over vertelde.
Maar volgens mij was het dapper geweest als Wim Kieft ietsje eerder was gekapt met die onzin, en niet pas na vier kinderen en een paar relaties verder, na godbetert bijna twintig jaar. Op je halve omgeving een moreel beroep doen om te zwijgen, geld lenen en niet teruggeven, je dierbaren verwaarlozen.
Iedereen maakt fouten, zeker, maar bijna twintig jaar lang alles en iedereen om je heen verneuken? Dat is lang, hoor. Dan heb je onderweg wel érg veel kansen laten liggen om weer overeind te krabbelen. (En heel wat meer kansen dan de gemiddelde ex-junk, vermoed ik.)
En dan, als alles kapot is, heel openhartig een boek uitgeven om wat sneller uit de schuldsanering te komen. Als Wim Kieft dit boek heeft laten maken om met zichzelf in het reine te komen, of om mensen te waarschuwen, of om gewoon een intrigerend verhaal te vertellen, dan is dat natuurlijk prima.
Maar er is niets dapper aan. Helemaal niets.