De Nederlandse man is een mietje. Hij is een watje, een slappeling, een softie, een eitje, een doetje, een lulletje rozenwater. De Nederlandse heren slaan nog geen deuk in een pakje boter. Als het erop aan komt, heb je niets aan ze. Vechten doen ze niet. Sterker nog, ze willen overal als wijven over praten. Ze willen hun problemen bespreken in plaats van ze - als echte mannen - stoïcijns binnenhouden. Liefst winnen ze ook nog advies in van hun vriendinnen. Volgens velen is de Nederlandse man gefeminiseerd, hij is getemd door de vrouw.
Maar zo getemd is hij nu ook weer niet, want tegelijkertijd doet hij allerlei dingen waar vrouwen helemaal niet blij van worden. De Nederlander is namelijk een ongelooflijke ongelikte boer. Welke Nederlandse man houdt nog de deur open voor een vrouw, helpt haar in haar jas, schuift haar stoel netjes aan? De gemiddelde Hollandse ploert wil na een diner met een dame de rekening splitten, als hij niet al een smoes heeft dat hij zijn portemonnee vergeten is. De Nederlandse man heeft zijn conclusies getrokken uit de seksegelijkheid: als vrouwen gelijke rechten willen hebben als mannen, dan worden ze ook behandeld als andere mannen. Het is het een of het ander.
Er is daarom een groep Hollandse vrouwen die hardop terugverlangen naar een ‘echte man’, een macho, een mannelijke man. Regelmatig wordt er in de glossy’s gesproken over die leuke macho, de retroseksueel, een gespierde bink die tegelijkertijd gentleman is. Deze echte man is volgens hen zelfverzekerd, competitief, beslist en soms een tikje ruw. Hij heeft een hekel aan het huishouden, kan slecht koken, maar als hij het doet, is hij zo schattig onhandig. Stoer slaat hij zijn vrienden op hun schouders en hij gaat nooit vriendschappelijk om met vrouwen: de enige vrouwen waar hij close mee omgaat zijn zijn vrouw of vriendin, zijn moeder en eventueel zijn zussen. Deze vrouwen kunnen er ook van op aan dat hij ze goed beschermt tegen eventuele gevaren uit de omgeving. Wat een heer! Wat een man!
Mensen, laten we eerlijk zijn. Eigenlijk willen deze Nederlandse vrouwen gewoon een Marokkaan. Marokkaanse mannen zijn namelijk echte mannen. Ze beschermen hun vrouwen. Ze zijn beslist en zelfverzekerd - althans - zo lijkt het voor de buitenwereld. Ze zijn niet zo van het huishouden en vermaken zich het liefste met hun vrienden in plaats van met vriendinnen. Aan het uitpraten van problemen doen ze niet, zoals het echte mannen betaamt worden ze kwaad als ze het ergens niet mee eens zijn. Nooit zullen ze door een vrouw het eten laten betalen en als ze een vrouw echt het hof maken, dan weten ze hoe ze zich moeten gedragen.
Voor de groep Nederlandse vrouwen die klagen over het gebrek aan mannelijkheid bij de Nederlandse man is de oplossing daarom simpel. Zij kunnen ophouden met mopperen over de teloorgang van de echte man, stoppen met dromen over een relatie met een echte macho. Ze moeten eerst maar eens goed om zich heen gaan kijken. Bijvoorbeeld in de omgeving Slotervaart. Leuke Marokkaanse macho’s genoeg. Waarom toch al dat gezeur terwijl de oplossing van hun probleem dagelijks op een scooter voor hun deur langs raast?
En toch is het aantal Nederlandse vrouwen die op een Marokkaanse man valt beperkt. En als er dan al een relatie ontstaat tussen een Marokkaan en een Nederlandse, dan heeft die Marokkaan vaak verdacht Hollandse trekken. Op de een of andere manier willen die Nederlandse vrouwen die zo verlangen naar een echte kerel toch niet the real thing. Niet een échte Marokkaanse macho die thuis de baas is, zijn problemen opkropt of alleen uit in een boze bui. Een die kwaad wordt als zijn vrouw iets te lang met een vreemde man praat. Een man onder wiens binkerige buitenkant eigenlijk een zeurderig klein jongetje zit, een prinsje, door zijn moeder tot op het bot verwend.
Nee, deze Nederlandse vrouwen willen een afgezwakt product, ze willen macho light. Net als alcoholvrij bier en cafeïnevrije koffie willen ze een man die ‘smaakt’ als een ouderwetse man - hij heeft een stoere uitstraling en houdt de deur voor hen open - maar zonder jaloerse bezitterigheid en dominant gedrag.
Hier toont zich langzamerhand het werkelijke probleem. Dat is namelijk de Nederlandse vrouw. Die is zo ontzettend verwend met al die Nederlandse mannen, die hen vrijlaten in hun doen en laten, naar hen luisteren als ze iets kwijt moeten, zichzelf niet altijd al te serieus nemen, goed kunnen koken, stofzuigen, de kinderen met de bakfiets van hot naar her brengen en die ook nog eens een keer fatsoenlijk carrière maken en geld in het laatje brengen. Zoals de Marokkaanse man een prinsje is, zo is de Nederlandse vrouw een prinsesje.. op de erwt.
Natuurlijk zijn al bovengenoemde manbeelden clichés en stereotypen. Er zijn Marokkaanse mannen die geen bezitterige macho’s zijn en er zijn genoeg Nederlandse mannen die zich ontzettend binkerig kunnen gedragen. Maar dat de verhoudingen tussen Nederlandse mannen en vrouwen gelijkwaardiger zijn dan die tussen Marokkaanse mannen en vrouwen is een feit. Uit onderzoek komt voort dat de Nederlanders het gelukkigste volk zijn van Europa, en dat heeft onder meer met die gelijkwaardigheid tussen man en vrouw te maken. In dat opzicht mogen de Nederlandse vrouwen in hun handen knijpen en liefkan de stoere Marokkaanse macho nog wel wat leren van de zachtaardige Nederlandse bakfietsvader.
Dylan van Rijsbergen is redacteur van Waterstof, van hem verscheen onlangs Het onbehagen van de man (Augustus)