Wanneer mogelijk, zet dan de auto niet op de vluchtstrook neer, maar met de rechter wielen in de berm. De linker wielen laat je op de rand van het asfalt staan, maar ook echt zo ver mogelijk op de rand.
Is het niet mogelijk om de auto in de berm te zetten vanwege een vangrail direct naast het asfalt, zet de auto dan in elk geval zo ver mogelijk naar rechts.
Bij het uitstappen ALTIJD het achteropkomend verkeer in de gaten houden. Hou je gordel om tot het moment dat je daadwerkelijk de auto gaat verlaten. Om het juiste uitstapmoment te bepalen, kijk je goed naar het achteropkomend verkeer.
Is het niet te druk op de weg? Wacht dan heel even tot er een gat is in de verkeersstroom op de rechterrijstrook.
Is het wel druk? Dan ga je uiteraard niet eindeloos zitten wachten tot er een gat is in de verkeersstroom. Wel moet je altijd proberen te voorkomen dat je uitstapt op het moment dat vrachtwagens jouw stilstaande auto passeren. Zeker wanneer je aan de bestuurderszijde uitstapt. Eenmaal uitgestapt blijf je op het verkeer letten. Als je aan de bestuurderszijde bent uitgestapt, loop je dus naar achteren toe, met je gezicht richting opkomend verkeer, en vervolgens achter je eigen auto langs richting vangrail/berm.
Wanneer je passagiers hebt, leg je hen voor het uitstappen kort en duidelijk uit wat je van hen verwacht. Kunnen ze zelfstandig veilig handelen, de berm in wandelen en over de eventuele vangrail heen klimmen, dan vertel je hen dit te doen en de auto te verlaten via de passagierszijde.
Heb je te maken met kinderen, ouderen of andere hulpbehoevenden, dan vertel je ze dat ze in de auto MOETEN blijven zitten totdat jij of de door jou aangewezen passagier ze uit de auto helpt.
Dus je vertelt bijvoorbeeld rustig dat de auto kapot is en dat jullie daarom buiten de auto moeten wachten. En dat mama de kleine jantje veilig uit de auto zal halen en dat papa oma zal helpen.
Sta je eenmaal op een veilige plek buiten de auto, en bedenk je je dat je toch nog iets uit de auto moet pakken (bijvoorbeeld omdat het zonder die deken en paraplu uit de kofferbak toch best wel koud en nat is tijdens het wachten), bedenk dan eerst of er niet nog meer spullen in de auto liggen die handig zijn, bijvoorbeeld een fles drinken of wat te eten en bedenk je waar in de auto alles ligt. Dan kun je alles in één keer meenemen, hoef je niet onnodig naar de spullen te zoeken en hoef je later niet nog een keer terug
Loop vervolgens niet recht op de auto af. Eerst loop je parallel aan de weg tot je naast je auto staat, en dan maak je een bocht van 90 graden naar je auto toe. Hierbij blijf je continu het verkeer in de gaten houden. Tijdens het pakken van de spullen blijf je liefst zelf buiten de auto aan de passagierszijde en let je ook op het verkeer. Zodra je alles hebt loop je weer terug naar de veilige plek schuin achter de auto.
Eigenlijk blijf je dus gewoon continu op het verkeer letten, ook al rij je op dat moment niet meer...