Bij deze publiceer ik de e-mail die ik gehad heb van WGRH-1 omtrent mijn kritische vragen over de betrouwbaarheid van Montenberg zijn verhalen(en hoe ik ze precies moet interpreteren) Hopelijk wordt het hiermee voor eens en altijd nu duidelijk hoe dit precies zit.
-------------------------------
In antwoord op jouw vragen omtrent de betrouwbaarheid en de eigenschappen van Montenberg het volgende.
Nog nooit heb ik iemand gekend die zo 'n sterke moederband had als Montenberg. Hij wist alles van haar en kon alle data, adressen en gebeurtenissen zonder enige aarzeling vertellen. Tot in het kleinste detail. In bijna elke brief van hem, en dat waren er honderden, schreef hij weer een stukje over zijn moeder. Eerlijk gezegd, tot vervelens toe. Dat hij samen met zijn moeder en makelaarskantoor runde, verbaasde mij dan ook niet.
Ook heb ik zelden iemand ontmoet met zo 'n enorme parate kennis omtrent de Europese geschiedenis van de 19e en 20e eeuw. Bij het naspeuren van Montenbergs beweringen werd er toen ook contact gelegd met de Groesbeeks historicus Driessen. deze vertelde mij perplex geweest te zijn van Montenbergs feitenkennis over Groesbeek, dit terwijl alleen Montenbergs vader en oom Dirk hier gewoond hadden. Ook een kennis van Montenberg, de journalist/ historicus Heitling uit Harfsen, sprak vol lof over Montenbergs enorme geschiedkundige kennis.
Montenberg was echter in zijn brieven regelmatig nogal warrig en dit zeker op latere leeftijd (rond 1990). Zo kon hij in één zin, zonder komma, van een verhaal over het Ronde Huis overgaan naar bijvoorbeeld een gebeurtenis verband houdend met zijn moeder. Bij het maken van het manuscript zijn alle brieven van hem nogmaals bestudeerd en waarnodig nogmaals gecontroleerd. Een giga klus ! Alleen datgene wat in de loop der jaren te controleren viel, is in het boek opgenomen. Ter illustratie een voorbeeld. M.b.t. zijn afkomst vertelde en schreef Montenberg over de wagenmaker/schrijnwerker in Den Haag waar prins Willem, de latere koning Willem iIII, regelmatig kwam. Meer nog dan voor het vak van schrijnwerker had hij interesse voor de vrouw van de wagenmaker. Uit deze buitenechtelijke relatie werd Montenbergs grootmoeder, Maria Elisabeth, geboren. Montenbergs verhaal hierover stamt uit ca.1980. Tien jaar later (!), in 1990, publiceert de bekende historicus J.G.Kikkert het boek " "Koning Willem III, 1817-1890, biografie" . Op blz. 105 staat te lezen :
- Liever bracht hij talloze uren door bij een schrijnwerker aan de Haagse Hofcingel. In een gesprek hierover met de heer Kikkert noemt hij als bron het Archief van het Kon.Huis.
Als er iemand kritisch was t.o.v. Montenberg, dan zijn wij (Werkgroep het Ronde Huis) dat wel geweest ! Al zijn gesprekken met bijvoorbeeld oud-arbeiders, werden door ons na enige weken nog eens dunnetjes overgedaan. Dit was ook wel nodig, want af en toe bleek de door Montenberg vermelde geschiedenis niet aan de orde te zijn geweest. Na verloop van tijd deed zich echter een merkwaardig fenomeen voor. Het verhaal wat de oud-arbeider verteld zou hebben bleek WEL te kloppen, maar dus niet door hun verteld. Drie jaar geleden nog had ik een gesprek met een journalist die Montenberg ooit bezocht had. Aan de hand van zijn bevindingen bleek een Montenberg verhaal dat allang naar het rijk-der-fabelen was gestuurd, toch te kloppen, en hoe! Ook was het opovallend hoeveel details Montenberg al rond 1972 van het Ronde Huis wist Na verloop der tijd was het ons duidelijk dat Montenberg zijn Ronde Huis kennis van een insider moest hebben. Dit bleek zijn moeder te zijn (zie voor gegevens het boek). Montenberg was door haar bekend met de geschiedenis van het Ronde Huis. Haar verhalen liet hij door anderen "vertellen" . Natuurlijk wist hij ook niet alles zodat hulp van derden bij het napluizen welkom was : verhalen, foto 's etc.
Toen Montenberg er achter kwam dat wij zijn bronnen bezochten begon hij ons met een kluitje in het riet te sturen. Je moet eens naar die- en -die gaan, etc. Dit waren natuurlijk zinloze bezoeken.
Ik herinner mij ook nog een bezoek van een jonge journalist van een plaatselijk krantje. De man geloofde het verhaal van Montenberg niet. Vraag maar aan... zei Montenberg en terwijl de jongeman het terrein verliet zei Montenberg tegen mij : zo, die zoekt het maar uit. Zo ging dat dus !
Nog anders ging het toen Montenberg geconfronteerd werd met de betrokkenheid van zijn moeder bij het Ronde Huis. Hij had zich namelijk diverse malen versproken. Behalve dat hij boos werd en waarschuwingen gaf, kwam nu o.a. het verhaal van de zgn. Droste-meisjes wat nu maar eens onderzocht moest worden. Complete onzin ! Hij wilde op deze wijze de aandacht op zijn moeder, waarmee hij zo close was, afleiden.
Tot zo ver mijn toelichting op deze briljante, warrige, raadselachtige, slimme, insider en intrigerende Willem III nazaat waarover natuurlijk nog veel meer valt te schrijven. Maar een ding is mij wel duidelijk, je moet hem goed gekend hebben om over hem te oordelen. Ik weet dat ik hem goed gekend heb..
Werkgroep het Ronde Huis
Hans Schalkwijk