Eens, heel erg!quote:Op maandag 16 juli 2012 11:29 schreef sverbern het volgende:
Precies Morretje.
En eerlijk gezegd vind ik reclame voor bijvoeding met allerlei suikers en weet ik veel wat voor troep vanaf 4 maanden (pyamapapjes, berenkoekjes, smeltliga en dergelijke horror) erger dan poedermelk vanaf 6 maanden. Dát zou nou verboden moeten worden, maar goed dat is offtopic.
dat alleen al is niet zomaar te vangen in x%. sterker nog: daar zijn gewoon regels (formules om die grootte te berekenen) voor. er zijn regels voor hoe een fatsoenlijk onderzoek eruit dient te zien. vanaf de onderzoeksvraag, hoe je (ethisch) onderzoekt en hoe je dan je data bewerkt en berekent.quote:Op maandag 16 juli 2012 10:55 schreef Tinuviel het volgende:
Vanaf wanneer is de onderzoeksgroep dan wel groot genoeg? Ik dacht dat zelfs zo'n honderdtal personen per broep niet groot genoeg was.
Nee, dat zijn ze verplicht.quote:Op maandag 16 juli 2012 11:55 schreef DroogDok het volgende:
dus als flesvoedingfabrkanten positief zijn over borstvoeding is dat eigenlijk alleen maar oom zieltjes te winnen..... ok.
ik wilde alleen maar aangeven dat je ergens een bron gelooft, en dat dit een keuze is. Sterk gekant zijn tegen kunstvoeding is dit ook. Of die onderzoeken wantrouwen. Ik vind dat je de pro-bv onderzoeken dan ook moet wantrouwen en niet daar op af moet gaan omdat t in je straatje past. Dat was mijn enige punt hoor.quote:Op maandag 16 juli 2012 11:27 schreef Morretje het volgende:
Die zogenoemde grens van 6 maanden is die niet gekomen doordat kunstvoeding geen reclame mag maken voor 6 maanden? Samen met de bijvoedingsleeftijd? Oftewel, waarom zou bv na 6 maanden minder goed zijn?
ze zouden ook niks kunnen zeggen toch?quote:
Nee, ze zijn verplicht te melden dat borstvoeding de betere keus is.quote:Op maandag 16 juli 2012 12:02 schreef DroogDok het volgende:
[..]
ze zouden ook niks kunnen zeggen toch?
Bron: De Pers, DAGquote:De hype rond borstvoeding heeft onvoldoende wetenschappelijke basis, zegt hoogleraar Pieter Sauer: ‘Ik durf met grote zekerheid te zeggen dat flesvoeding vrijwel net zo goed is als borstvoeding.’
Niet lang geleden was flesvoeding een symbool voor rijkdom en emancipatie, voor vrije keuze en voor moderne gezinsverhoudingen. Maar tijden zijn veranderd. Aan het begin van de 21e eeuw heeft borstvoeding een bijna heilige status verworven, opmerkelijk genoeg vooral onder dezelfde rijke en geëmancipeerde vrouwen. Aangespoord door de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO), La Leche League, de Koninklijke Nederlandse Vereniging van Verloskundigen en binnenkort zelfs het kabinet gaan moeders massaal terug naar de natuur en wordt flesvoeding zo goed als verworpen.
Geheel ten onrechte, stelt Pieter Sauer, hoofd van het Groningse Beatrix Kinderziekenhuis en hoogleraar pediatrie. ‘Wetenschappelijk gezien is er geen bewijs dat borstvoeding voor de baby grote voordelen heeft boven flesvoeding.’
Sauer werkt ruim dertig jaar in de kindergeneeskunde, de laatste tien jaar als hoofd van het Beatrix Kinderziekenhuis. In die functie heeft hij het groeiende enthousiasme over borstvoeding van dichtbij meegemaakt, een ontwikkeling die volgens hem niet voortkomt uit gedegen wetenschappelijk bewijsmateriaal, maar vooral uit een uitermate sterke lobby van wat hij ‘de borstvoedingsmensen’ noemt. Sinds het begin van de jaren tachtig is reclame voor flesvoeding verboden en voert de WHO wereldwijd actief campagne voor de natuurlijke wijze van voeden.
Hoewel de campagne vooral is ingegeven door de gezondheidsgevaren die in ontwikkelingslanden bestaan rondom flesvoeding, wordt in de westerse wereld dezelfde boodschap verkondigd als bijvoorbeeld in Ghana: borstvoeding is beter voor de gezondheid van de baby dan flesvoeding. Een bewering die voor Nederland echter niet of nauwelijks opgaat. Sauer: ‘In principe benadert goede flesvoeding borstvoeding dusdanig dat er nauwelijks verschil is waar te nemen. De reden dat de WHO zo fanatiek campagne voert voor borstvoeding, is dat er in ontwikkelingslanden wel degelijk gevaren zijn met flesvoeding. Het water waarmee de melk moet worden aangemaakt is er vaak onhygiënisch en kan dus schadelijk zijn voor het kind. Aan het melkpoeder ligt dat niet. In Nederland, waar we altijd schoon water bij de hand hebben, is er dan ook geen enkele reden om vrouwen wijs te maken dat ze hun kind tekort doen als ze de fles geven.’
Het is opmerkelijk dat de fanatieke lobby voor borstvoeding in Nederland zich grotendeels baseert op onderzoeken in ontwikkelingslanden. In bijvoorbeeld Brazilië en Wit-Rusland werd inderdaad een positief verband aangetoond tussen borstvoeding en de gezondheid van het kind. Maar dit verband kan dus zijn veroorzaakt door de slechte kwaliteit van het water. Slechts een keer werden de effecten onderzocht in een ontwikkeld land, Italië. Daar bleek inderdaad dat borstgevoede iets minder lichte koortsaanvallen hadden. ‘Maar ook in dat onderzoek is geen aantoonbaar causaal verband’, legt Sauer uit.
‘De resultaten zijn beïnvloed door nevenfactoren, die onmogelijk zijn uit te schakelen. Dan zou je twee a-selecte groepen moeders moeten hebben, waarbij de ene groep wordt gevraagd borstvoeding te geven en de andere flesvoeding. Maar ethisch gezien is het niet verantwoord om een vrouw te dwingen om voor een onderzoek een andere voedingsmethode toe te passen dan zij eigenlijk wil.’ Sauer: ‘Er zijn vele tientallen onderzoeken gedaan naar de effecten van borstvoeding en flesvoeding op infecties, de helft hiervan geeft aan dat borstvoeding beter is, de andere helft dat beide evengoed zijn. Dat is hoe dan ook geen basis om te concluderen dat borstvoeding veel beter is.’
Vergelijkbare twijfels moeten worden gesteld bij conclusies uit onderzoeken naar het effect van borstvoeding op overgewicht, intelligentieniveau of allergieën. Want hoewel inderdaad is vastgesteld dat kinderen die met de borst zijn gevoed minder vaak te maken krijgen met overgewicht en gemiddeld een hoger intelligentieniveau hebben, is ook bekend dat vrouwen die borstvoeding geven gemiddeld hoger zijn opgeleid dan vrouwen die flesvoeding geven. Genetisch gezien is de kans dus groter dat een met de borst gevoed kind een hoger intelligentieniveau heeft dan een kind dat met de fles is grootgebracht. Bovendien heeft het opleidingsniveau weer invloed op de kans op obesitas; hoger opgeleiden hebben meer kennis over voeding en hebben bovendien gemiddeld meer geld voor gezond eten. Het is dus zeer de vraag of de obesitas het gevolg is van de borstvoeding zelf of van andere omstandigheden.
Voor een verhoogd risico op allergieën is helemaal weinig bewijs. ‘Ik kan je een enorme stapel artikelen geven waarvan de helft aangeeft dat voeding hier een rol bij speelt en de andere helft dat het geen rol speelt.’
De feiten overziend is het vreemd dat Nederlandse moeders vol overgave vallen voor borstvoeding. Met pijnlijke borsten, slapeloze nachten, overmatige stress en zelfs ondervoede baby’s tot gevolg. Volgens Sauer doet de borstvoedingshype inmiddels meer kwaad dan goed: ‘Begrijp me goed, ik heb niets tegen borstvoeding. Integendeel. Maar we zijn inmiddels zo ver dat vrouwen zich schuldig voelen als ze kiezen voor de fles, zelfs weigeren om flesvoeding te geven om het kind wanneer nodig bij te voeden. Met als gevolg dat we hier in het ziekenhuis ondervoede baby’ sen baby’s met uitdrogingsverschijnselen binnen krijgen. Dat is toch te gek voor woorden!’
Extra schrijnend is het dat deze problemen deels worden veroorzaakt door de veronderstelling bij veel vrouwen dat borstvoeding minstens een half jaar moet worden volgehouden. Een veronderstelling waar geen enkel bewijs voor is, zo gaf een van de schrijvers van het WHO-rapport over borstvoeding onlangs vertrouwelijk aan Sauer toe.
Rest de vraag waarom men in Nederland zo enthousiast achter de borstvoedingshype aanloopt. Sauer wijt het aan de terreur van de ‘borstvoedingsmensen’. ‘Binnen de wetenschap zijn er genoeg mensen die ervan zijn overtuigd dat flesvoeding in wezen even goed is en ook veel artsen bevelen het zonder problemen aan. Maar bijna niemand durft het te zeggen, want dan wordt je direct gebrandmerkt als vrouwonvriendenlijk, kindonvriendelijk en natuuronvriendelijk.’
Dat dus... De onderzoeker bepaald voor een groot deel de uitkomst van een onderzoek, of in elk geval hoe de resultaten worden geïnterpreteerd...quote:Op maandag 16 juli 2012 12:07 schreef Pvoesss het volgende:
Maar dan zit je weer met Sauer die in dienst is van Nutricia en overal Nutricia en kunstvoeding promoot.
Maar dan nog, de onderzoeken die hij aanhaalt voor iedereen te lezen. En ik denk dat de WHO idd een beetje mank gaat door 'de wereld' gelijk te trekken.quote:
| Forum Opties | |
|---|---|
| Forumhop: | |
| Hop naar: | |