Ik lees hier regelmatig dat mensen bang zijn zich te hechten aan de dieren. Ik heb daar eigenlijk weinig last van, juist omdat ik weet dat ik ze nooit allemaal een goed huisje kan geven en er veel mensen zijn die dat wel kunnen.
Er zijn in het jaar dat ik nu bij het asiel werk drie dieren geweest waarvan ik het moeilijk heb gehad dat ze er niet meer zijn, maar dat is omdat deze dieren niet zijn geadopteerd maar geeuthanaseerd/overleden.
De eerste is Marie, zij kwam bij ons binnen als een hoopje ellende, erg mager, herpes, niesziekte en uitgedroogd, maar een ontzettend lieve grijs cyperse poes. Wij hebben alles gedaan wat we konden, de dierenarts heeft haar eerst aan het infuus gelegd zodat ze vocht binnen kreeg, met dat infuus kreeg ze ook meteen medicatie. Het leek de goede kant op te gaan. Na een week mocht ze van het infuus af en is ze verhuisd naar de ziekenboeg waar ze ingepakt in handdoeken en kruiken iedere dag werd verzorgd en gedwangvoerd. Uiteindelijk ging haar herpes over en kon ze redelijk zelf eten, toch hebben we haar nog regelmatig moeten dwangvoeren en water in haar bekkie moeten spuiten omdat ze zelf lastig water kon drinken. Helaas is ze, na twee weken aan de beterende hand te zijn geweest, ingestort en kon ze niet meer eten, drinken en kwam er op gegeven moment geen ontlasting meer, ondanks dat we dwangvoerden. De dierenarts heeft haar nagekeken en kwam tot de conclusie dat ze van binnen helemaal kapot was omdat ze zo lang geen eten en drinken heeft gehad en heeft toen besloten haar in te laten slapen. Daar had ik het best moeilijk mee, omdat dit in de vakantieperiode gebeurde en ik haar behoorlijk intensief verzorgd heb (meerdere dagen per week wezen kijken en knuffelen) en ze juist zo goed leek te gaan.
Gelukkig heeft Marie niet eenzaam hoeven sterven en had ze een warm en comfortabel bedje waar ze in lag toen ze het spuitje kreeg.
De tweede is Maik. Maik heeft een half jaar bij ons gezeten vanaf dat hij in beslag was genomen door de politie. Maik was een (zeer) grote Amerikaanse bulldog met een klein hartje. Een prachtig dier om te zien, ontzettend sterk, ondanks dat hij ontzettend mager was, geweldig lief en speels. Iedere zaterdag en zondag (toen ik de zondagen nog werkte) heb ik na het werk met hem gespeeld en geknuffeld. Maik is bij binnenkomst door de dierenarts onderzocht en we wisten dat hij een slechte rug en heupen had, hier kreeg hij medicatie voor (pijnstillers en ontstekingsremmers in de hoop dat hij op zou knappen en eventueel beter zou worden). Helaas werd Maik zijn rug slechter en slechter en kon hij ook minder goed lopen, ondanks de pijnstillers. Hij is toen nogmaals grondig onderzocht en door de dierenarts opgegeven

.
De derde is Timo. Een 14 jaar oude open kater. Hij kwam bij mij op de quarantaine nadat hij door de dierenambulance was opgehaald. Een erg lieve, zwarte kater met felgroene ogen, een ontzettend brede katerkop en een wit puntje op zijn staart, vermagerd en wat verkouden, maar verder in relatief goede gezondheid voor zijn leeftijd. Iedere zaterdag en zondag (ik werkte toen nog beide dagen) begon hij hard te spinnen zodra je binnen kwam om te beginnen. Helaas hebben wij een niesziekte epidemie gehad en Timo is daar ook mee besmet geraakt. Hij is verplaatst naar de ziekenboeg en na twee weken knapte hij zienderogen op. Omdat hij, met zijn 14 jaar en kater zijnde, behoorlijk groot was en dus nog een kater die er jaren lustig op los heeft gepaard, is hij voor een quarantaineperiode en in afwachting van zijn castratie naar de kittenkamer gebracht om hem zo rust te geven (op de quarantaine zitten ook poezen), waar hij om en om lekker los heeft kunnen lopen. Hij is helemaal opgeknapt en werd nuchter gezet voor castratie. Hij is gecastreerd en vervolgens nooit meer uit zijn narcose ontwaakt

.
Helaas heb je dit soort verhalen ook als je in het asiel werkt. Veel hoopvolle en mooie verhalen, maar ook verhalen die niet goed aflopen. Het troost mij dat de dieren in de tijd dat ze bij ons zijn iig nog warmte, liefde en goed voer en water hebben gehad, een goede verzorging en aandacht alle dagen van de week.
“What do I wear in bed? Why, Chanel No. 5, of course”