abonnement bol.com Unibet Coolblue
pi_104665236
21-11-2011

Student schrijft software voor jacht op aardscheerders



Morgan Rehnberg, een student van Beloit College in Wisconsin, heeft een computerprogramma geschreven dat door sterrenkundigen van het National Optical Astronomy Observatory (NOAO) in Tucson, Arizona, met succes is ingezet voor het opsporen van zogeheten 'aardscheerders' - planetoïden die de aarde op kleine afstand kunnen naderen.

Sterrenkundigen beschikken wel over verschillende softwarepakketten om op fotoreeksen te zoeken naar zwakke, bewegende lichtstipjes, maar omdat aardscheerders zo snel van positie veranderen, voldoen de meeste standaardprogramma's niet goed. In het kader van het Research Experience for Undergraduates-programma van NOAO heeft Rehnberg tijdens een zomerstage het computerprogramma PhAst geschreven (Photometry and Astrometry), waarmee zeer nauwkeurig posities en helderheden van bewegende objecten bepaald kunnen worden.

Het programma is met succes uitgetest op de bekende aardscheerder NEO2008 QT3; in de toekomst zal het vermoedelijk ook gebruikt kunnen worden voor het opsporen van onbekende planetoïden.

© Govert Schilling

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_104752889
23-11-2011

Hubble toont oude en stervende sterren in bolhoop

Op deze Hubble-foto van de bolvormige sterrenhoop NGC 1846 zijn voornamelijk oude sterren zichtbaar.


Foto: NU.nl/Allesoversterrenkunde.nl

De bolhoop bevindt zich in de Grote Magelhaense Wolk, een onregelmatig gevormde begeleider van ons eigen Melkwegstelsel.

De sterren in de bolhoop zijn vele miljarden jaren oud. Geheel onderaan de foto is een klein groen vlekje zichtbaar: een zogeheten planetaire nevel.

Zulke nevels ontstaan wanneer zonachtige sterren aan het eind van hun leven hun buitenste gaslagen de ruimte in blazen.

Overigens is niet zeker of de planetaire nevel daadwerkelijk deel uitmaakt van de bolhoop, of dat het om een voorgrondobject gaat. De Hubble-foto werd een kleine zes jaar geleden al gemaakt door de Nederlandse astronoom Paul Goudfrooij; hij werd vandaag vrijgegeven door NASA.



(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_104956550
29-11-2011

Fermi-ruimtetelescoop ontdekt 'cocon' van kosmische straling



Met de Amerikaanse Fermi-ruimtetelescoop, die energierijke gammastraling uit het heelal bestudeert, is een grote 'cocon' van kosmische straling ontdekt in het sterrenbeeld Zwaan. Op ca. 4500 lichtjaar afstand bevindt zich hier een kolossaal stervormingsgebied (Cygnus X geheten), waarin sterrenhopen van minder dan vijf miljoen jaar oud voorkomen die dertigduizend keer zo zwaar zijn als de zon en tientallen zware, hete en heldere reuzensterren bevatten. De sterrenwind van die reuzensterren heeft een holte gecreëerd in het omringende interstellaire gas, en dankzij verwrongen magnetische velden blijven energierijke kosmische-stralingsdeeltjes in deze holte opgesloten.

Kosmische straling bestaat in feite uit zeer energierijke elektrisch geladen deeltjes - voornamelijk waterstofkernen en elektronen - die door interstellaire magnetische velden alle kanten op gestuurd kunnen worden. In het stervormingsgebied blijven ze echter lange tijd opgesloten zitten, en wanneer ze in botsing komen met interstellaire gasdeeltjes, wordt hoogenergetische gammastraling gecreëerd, die wél in een rechte lijn door het heelal beweegt, en door de Fermi-telescoop kan worden bestudeerd.

De onderzoekers, die hun resultaten afgelopen week in Science publiceerden, weten niet zeker wat de bron van de kosmische-stralingsdeeltjes is. Misschien zijn de atoomkernen en elektronen versneld door repeterende schokgolven in het stervormingsgebied zelf, maar de deeltjes kunnen ook afkomstig zijn van de nabijgelegen Gamma Cygni Supernovarest - het uitdijende overblijfsel van een zware ster die ca. 7000 jaar geleden explodeerde.

© Govert Schilling

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105041301
30-11-2011

"Aliens bestaan maar waarom vinden we ze dan niet?"



Ze zijn daar ergens... maar waar?
Ondanks verwoede pogingen is er heden ten dage nog altijd geen onweerlegbaar bewijs geleverd voor het spotten ener alien. Hoe dat komt, dat zocht de website Slate voor u uit. Wij vatten voor u samen.

"E.T. bestaat wel degelijk", zo begint Chris Wilson op Slate. "Maar waarom vinden we hem dan niet?" Goeie vraag, zo lijkt ook ons. Als er alleen al in ons melkwegstelsel meer dan 200 miljard sterren zijn, zou er dan niet minstens één planeet bestaan die gelijkt op onze Aarde en dus intelligent leven mogelijk maakt? We pikken, met dank aan The Week, vier puntjes uit Wilsons betoog uit.

1. Tijdsverschil
De afstanden tussen sterren en sterrenstelsels zijn enorm. Dat zorgt voor een "synchroniteitsprobleem". "Zelfs al slagen wetenschappers erin om een planeet zoals de Aarde te spotten op zo'n 450 lichtjaren afstand" - wat relatief gesproken niet zo ver is - dan nog zouden we, tegen de tijd dat we onze radiotelescopen erop kunnen richten, alleen maar kunnen "luisteren naar activiteiten die plaatsvonden in 'ons' jaar 1561", aldus Wilson. "Dus als we al iets willen ontdekken, dan zou de beschaving op deze planeet minstens 400 jaar voor moeten zijn op die van ons."

2. Misschien misten we signalen
"Het is best mogelijk dat die ingebeelde beschaving 500 jaren voor is op ons", gaat Wilson verder. Maar vergeet niet dat het universum ongeveer 13 miljard jaar oud is. "Misschien was die gelijkaardige planeet ooit bevolkt met aliens, maar waren wij te druk bezig met onze evolutie om de signalen die ze ons stuurden op te merken." Mogelijks heeft een of ander intelligent leven ons miljoenen jaren lang proberen te bereiken zonder dat wij dat doorhadden.

3. Het is nog mogelijk
Ten eerste moeten we zoeken naar relieken van verloren gegane maatschappijen. Een soort van "grafsteen" of "galactische graffiti". Ten tweede moeten we ons eigen 'collectief geheugen' bewaren. "Als een andere bestel zo vriendelijk is om ons signalen te sturen, dan moeten wij dat beantwoorden. Dat is interstellaire beleefdheid."

4. Toekomst biedt alsmaar meer kansen
De komende jaren dienen zich aan als "de gouden eeuw van de alienzoektocht", volgens Wilson. "De kans dat we aliens vinden, wordt alsmaar groter." Onder meer dankzij NASA's Keplertuig, dat wordt ingezet om "planeten elders in het melkwegstelsel te identificeren". (jv)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105041372
29-11-2011

Dwergstelsel is 'beest met vier staarten'



Astronomen van de Cambridge-universiteit hebben ten zuiden van de Melkweg twee nieuwe sterrenstromen ontdekt die aan het Sagittarius-dwergstelsel zijn onttrokken. Eerder waren al twee van zulke 'staarten' van sterren ten noorden van de galactische evenaar ontdekt.

Het Sagittarius-dwergstelsel draait als een 'satelliet' om ons Melkwegstelsel. De sterrenstromen zijn het gevolg van de enorme getijdenkrachten die het kleine sterrenstelsel daarbij ondervindt. In feite is het Melkwegstelsel bezig om het dwergstelsel op te slokken. Het stelsel is in de loop van de laatste miljard jaar ongeveer de helft van zijn sterren en al zijn gas kwijtgeraakt.

De zuidelijke Sagittarius-stromen lijken niet gelijktijdig te zijn ontstaan. De sterren van de duidelijkst waarneembare stroom bevatten meer zware elementen dan die van de andere. Omdat latere generaties van sterren meer zware elementen bevatten dan hun voorgangers, moet de helderste van de twee zuidelijke staarten dus de jongste van de twee zijn.

© Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105041395
30-11-2011

Vroege aardatmosfeer gereconstrueerd



Amerikaanse wetenschappers hebben, aan de hand van de oudste mineralen op aarde, de atmosferische omstandigheden gereconstrueerd zoals die kort na het ontstaan van onze planeet bestonden. Hun bevindingen, die deze week in Nature zijn gepubliceerd, geven een compleet nieuw beeld van de vroege aardatmosfeer.

Volgens de wetenschappers bestond de aardatmosfeer 500 miljoen jaar na het ontstaan ervan niet grotendeels uit methaan, koolmonoxide, waterstofsulfide en ammoniak, zoals tot nu toe werd aangenomen, maar leek zij veel meer op de huidige atmosfeer. Ze werd gedomineerd door vertrouwde zuurstofverbindingen als waterdamp, kooldioxide en zwaveldioxide.

De bevindingen kunnen van groot belang zijn voor het onderzoek naar het ontstaan van leven op onze planeet. Het lijkt erop dat de wetenschappers die zich met dat onderzoek bezighouden zijn uitgegaan van een verkeerde atmosferische samenstelling.

© Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105065395
quote:
0s.gif Op donderdag 1 december 2011 09:05 schreef ExperimentalFrentalMental het volgende:
30-11-2011

Vroege aardatmosfeer gereconstrueerd

[ afbeelding ]

Amerikaanse wetenschappers hebben, aan de hand van de oudste mineralen op aarde, de atmosferische omstandigheden gereconstrueerd zoals die kort na het ontstaan van onze planeet bestonden. Hun bevindingen, die deze week in Nature zijn gepubliceerd, geven een compleet nieuw beeld van de vroege aardatmosfeer.

Volgens de wetenschappers bestond de aardatmosfeer 500 miljoen jaar na het ontstaan ervan niet grotendeels uit methaan, koolmonoxide, waterstofsulfide en ammoniak, zoals tot nu toe werd aangenomen, maar leek zij veel meer op de huidige atmosfeer. Ze werd gedomineerd door vertrouwde zuurstofverbindingen als waterdamp, kooldioxide en zwaveldioxide.

De bevindingen kunnen van groot belang zijn voor het onderzoek naar het ontstaan van leven op onze planeet. Het lijkt erop dat de wetenschappers die zich met dat onderzoek bezighouden zijn uitgegaan van een verkeerde atmosferische samenstelling.

© Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Dus toch een plotse verandering (de waterbrengende kometen)? Of anders?
Waarom ging men eerder van een andere samenstelling uit en waarom zijn de Amerikanen nu tot een andere conclusie gekomen? Waren die zg. oudste mineralen op Aarde eerder onbekend, ofzo?

En wellicht belangrijk ... religieuze achtergonden bij dit onderzoek?
Johnny 5 needs more input!
Calm down, please!
pi_105178220
02-12-2011

Snelst draaiende ster ontdekt



Een internationaal team van astronomen, onder wie Alex de Koter en Hugues Sana (Universiteit van Amsterdam) en Selma de Mink (Space Telescope Science Institute, Baltimore, VS), heeft in de Grote Magelhaense Wolk een supersnel draaiende ster ontdekt. De equatoriale rotatiesnelheid van VFTS 102 wordt geschat op meer dan twee miljoen kilometer per uur, waarmee het de snelst draaiende ster is die astronomen ooit hebben waargenomen. Het onderzoeksresultaat is gepubliceerd in Astrophysical Journal Letters .

De Grote Magelhaense Wolk is een sterrenstelsel dat zich op een afstand van 160.000 lichtjaar van onze Melkweg bevindt. De ontdekking werd gedaan bij de FLAMES-survey met ESO's Very Large Telescope in Chili, die de zwaarste en helderste sterren van de Tarantulanevel in de Grote Magelhaense Wolk in kaart brengt. Het team heeft daarnaast nog een aantal andere, opvallend snel draaiende objecten gevonden.

De equatoriale rotatiesnelheid van VFTS 102 is driehonderd keer zo groot als die van de zon, en nadert daarmee het punt waarop centrifugaalkrachten de ster uiteen zouden rijten. De ster is vermoedelijk een zogeheten 'wegloopster', omdat hij veel sneller door de ruimte beweegt dan naburige sterren. De astronomen denken dat hij door zijn als supernova ontploffende begeleider uit een dubbelstersysteem is gekegeld. In de buurt van VFTS 102 is de karakteristieke gaswolk van een supernovarest aangetroffen die dit scenario ondersteunt.

Toegevoegd door Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105178285
01-12-2011

Sterrenstelsel 'baart' superzware drieling



Astronomen van de Yale-universiteit hebben een relatief nabij sterrenstelsel-in-wording ontdekt dat drie snel groeiende superzware zwarte gaten lijkt te hebben. De ontdekking roept twijfels op over de heersende gedachte dat alle superzware zwarte gaten kort na de oerknal zijn ontstaan.

Al geruime tijd is bekend dat de meeste volgroeide sterrenstelsels een kolossaal zwart gat in hun kern hebben. Hoe en wanneer deze superzware zwarte gaten zijn ontstaan, is echter nog onduidelijk.

Het sterrenstelsel met de drie vermoedelijke superzware zwarte gaten, dat de Yale-onderzoekers in gegevens van de Hubble-ruimtetelescoop hebben opgedoken, bevindt zich op een afstand van ongeveer negen miljard lichtjaar. De waarnemingen wijzen erop dat de drie zwarte gaten pas ongeveer honderd miljoen jaar oud zijn, en nog druk doende zijn om materie uit hun omgeving op te slokken. Dat zou dus betekenen dat er bijna vijf miljard jaar na de oerknal nog nieuwe superzware zwarte gaten werden gevormd.

Vervolgwaarnemingen zullen moeten uitwijzen of het inderdaad drie superzware zwarte gaten betreft en of dit een uniek geval is of niet.

© Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105179481
01-12-2011

Ruimtesonde Voyager biedt unieke kijk op de Melkweg



De oude Voyager-ruimtesondes hebben een unieke astronomische waarneming gedaan. Door hun grote afstand tot de zon kunnen de ruimtesonde een soort licht van de Melkweg zien dat vanaf de aarde niet waarneembaar is (Science, 2 december).

De Voyagers werden in 1977 gelanceerd voor een verkenningstocht langs de buitenplaneten en naderen inmiddels de grenzen van ons zonnestelsel. Het licht dat zij gedetecteerd hebben, is zogeheten Lyman-alfa-straling. Deze ultraviolette straling, afkomstig van 'aangeslagen' waterstofatomen, speelt een belangrijke rol bij het onderzoek van stervormingsgebieden.

Het ironische is dat we vanaf de aarde, dankzij de kosmologische roodverschuiving, wél de Lyman-alfa-straling van verre sterrenstelsels kunnen waarnemen, maar niet die van onze eigen Melkweg. Dat komt doordat ook de zon een heldere bron van deze straling is, en de zwakke gloed van de Melkweg doet verbleken.

Vanuit hun verre positie is het de Voyagers gelukt om wat Lyman-alfa-straling op te pikken die afkomstig is van stervormingsgebieden in ons Melkwegstelsel. De eerste Lyman-alfa-fotonen werden in 1993 door Voyager 1 geregistreerd, toen deze zich op ongeveer zes miljard kilometer van de zon bevond. De uv-detector waarmee dat gebeurde, is enkele jaren geleden overigens uitgeschakeld, om stroom te besparen.

Met de Voyager-gegevens kunnen astronomen een betere vergelijking maken tussen de stervormingsactiviteit in ons eigen Melkwegstelsel en die in verre sterrenstelsels.

© Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105180278
01-12-2011

Vreemde rode sterrenstelsels ontdekt



Ver in het heelal, op bijna 13 miljard lichtjaar van de aarde, houdt zich een bijzonder soort sterrenstelsels schuil. Verzwakt door de grote afstand die hun licht heeft moeten afleggen, zijn zij zelfs niet waarneembaar met de Hubble-ruimtetelescoop. Maar de infraroodsatelliet Spitzer heeft er in één klap vier ontdekt. Dat komt doordat de verre sterrenstelsels voornamelijk infraroodstraling uitzenden die buiten het golflengtebereik van Hubble valt.

Sterrenstelsels kunnen er om allerlei redenen rood uitzien. Het kan zijn dat de stelsels veel stof bevatten, of veel oude, rode sterren. En soms zijn ze gewoon erg ver weg, waardoor hun lichtgolven door de uitdijing van het heelal sterk zijn uitgerekt. Het lijkt erop dat bij dit viertal al deze factoren in het spel zijn.

In welk ontwikkelingsstadium de gevonden sterrenstelsels zich bevinden, zal uit vervolgwaarnemingen met grotere instrumenten, zoals de Large Millimeter Telescope of de Atacama Large Millimeter Array, moeten blijken. Ook zullen de gegevens van Spitzer op meer van zulke stelsels worden doorgespit.

© Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105180849
04-12-2011

Het zonnestelsel

Voor opzienbarende astronomie hoef je niet ver van huis te zijn: in ons eigen zonnestelsel komen genoeg spannende en verrassende verschijnselen voor. In dit dossier gaan we op reis van de kern van de zon naar de grens van zijn invloedsgebied.

Wat is het zonnestelsel?
Voor de oude Grieken was het heelal een stuk kleiner dan voor ons. Je had de aarde, de sterrenhemel, en een klein aantal lichamen dat ten opzichte van de sterrenhemel bewoog: de dwaalsterren of planetes. Mercurius, Venus, Mars, Jupiter en Saturnus werden rustig op één hoop gegooid met de zon en de maan. De aarde had een spilfunctie als middelpunt van het geheel.


Het geocentrische heelalmodel dat door de oude Grieken werd ontwikkeld is tot en met de Middeleeuwen gebruikt. Het heliocentrische model van Copernicus, met de zon als middelpunt, heeft dit model vervangen.

Sindsdien is er nogal wat veranderd. De aarde heeft zijn plaats afgestaan aan de zon, de maan is een plekje gedaald in de rangschikking. Er zijn nog twee planeten bij gevonden, en tientallen manen bij de planeten. We hebben gordels van steen- en ijsklompen ontdekt, tientallen dwergplaneten en een aardig aantal kometen. Dat geheel noemen we het zonnestelsel. Bovendien blijken de sterren niet slechts lichtende puntjes, maar zonnen zoals de onze, met in veel gevallen hun eigen planetenstelsel. Ook dat blijkt maar het topje van de ijsberg: sommige ‘sterren’ zijn namelijk complete Melkwegstelsels, waarin miljarden sterren in alle soorten en maten ons toeschijnen.

Het heelal bleek dus een stuk groter te zijn dan de oude Grieken hadden voorzien. Tegenwoordig noemen we de zon en alle voorwerpen die een baan daaromheen beschrijven bij elkaar ons zonnestelsel. In dit dossier maken we op een reis van binnen naar buiten kennis met de bijzondere buren waar we ons stukje heelal mee delen.

De zon


De zon met hete gebieden en een uitgestoten gaswolk gezien door een speciaal (Helium-II) filter.

99,86% van de massa van ons zonnestelsel bestaat uit één hemellichaam: de zon. De zon is een middelgrote ster, van de klasse die door astronomen gele dwerg wordt genoemd. Naar schatting ontstond de zon zo’n 4,59 miljard jaar geleden uit een wolk stof en gas. Waarschijnlijk is er een supernova-explosie in de buurt geweest die voor een schokgolf in die wolk zorgde. De schokgolf duwde de stof- en gaswolk in elkaar, waardoor de zwaartekracht grip kreeg op een steeds sneller rondtollend klompje van die wolk. De zon – en de planeten die eromheen draaien – was geboren.

De zon is het enige voorwerp in ons zonnestelsel dat licht geeft. Dat licht ontstaat in de kern van de zon, waar de kernen van waterstofatomen onder hoge druk op elkaar gepakt zitten. Die kernen kunnen met elkaar fuseren, waarbij straling en deeltjes vrijkomen. De straling maakt onderweg naar de buitenkant van de zon nog veel meer straling los: lichtdeeltjes (fotonen) die onze planeet en de rest van het zonnestelsel van licht en warmte voorzien.

Van binnen naar buiten neemt de temperatuur van de zon af van 15 miljoen graden tot zo’n 6000 graden. Buiten het oppervlak van de zon, in de chromosfeer en de corona, neemt de temperatuur echter weer toe tot een paar miljoen graden. Hoe dat komt was tot voor kort een mysterie, maar lijkt nu eindelijk opgehelderd.

De samenstelling van de zon

1.Kern
2.Stralingszone
3.Convectiezone
4.Fotosfeer
5.Chromosfeer
6.Corona
7.Zonnevlek
8.Granule
9.Protuberans

Mercurius


Mercurius, bij de Grieken bekend als Hermes, is de boodschapper van de Goden. Hij is bovendien de God van handel, reizigers en winst.

De kleinste planeet van ons zonnestelsel heet Mercurius. Hij dankt zijn naam aan de Romeinse boodschappergod die, met zijn gevleugelde helm, razendsnel berichten heen en weer bracht tussen de weerbarstige Olympiërs. Omdat Mercurius erg dicht bij de zon staat is hij alleen vlak voor zonsopkomst en vlak na zonsondergang soms te zien. Toch was hij al in de Oudheid bekend.

De middellijn van Mercurius is 2,6 keer zo klein als die van de aarde. De relatief grote kern neemt 42% van het volume van de planeet in beslag. Het oppervlak is rotsachtig en bekraterd: van dichtbij lijkt Mercurius verrassend veel op onze maan. Van een atmosfeer kun je nauwelijks spreken, vandaar ook dat de temperatuurverschillen tussen dag en nacht er bijzonder groot zijn. De maximumtemperatuur ligt rond de 430°C, ’s nachts daalt het kwik er tot -180°C.


De kleine, hete planeet Mercurius lijkt erg op onze maan. Afbeelding: © NASA

Mercurius draait in 88 dagen om zijn zon en in 58 dagen om zijn as. Die combinatie zorgt ervoor dat een etmaal op Mercurius ruim 176 aardse dagen duurt. Een stuk langer dan een Mercuriusjaar dus! Een opvallend kenmerk van Mercurius is zijn sterke magnetische veld. De aanwezigheid van dat veld betekent dat de kern van Mercurius vloeibaar moet zijn, of in ieder geval lange tijd vloeibaar is geweest.

Ongeveer eens in de tien jaar komt Mercurius vanaf de aarde gezien voor de zon langs. We kunnen hier dan een kleine zwarte stip langzaam over de zonneschijf zien bewegen. De eerstvolgende Mercuriusovergang is op 9 mei 2016.


Artistieke weergave van BepiColombo. Afbeelding: © ESA/JAXA

Hoewel er nog nooit een ruimtevaartuig geland is op Mercurius zijn er wel twee dicht in de buurt geweest om de planeet te fotograferen. De eerste was Mariner 10, in 1974 en 1975. Mariner 10 fotografeerde 45% van de planeet. Pas in 2008 werd de rest van de planeet vastgelegd door de MESSENGER-sonde. Die sonde bereikte begin 2011 een baan om Mercurius, waar hij metingen aan de samenstelling, de atmosfeer en het magnetische veld van de planeet zal doen. Japanse en Europese ruimtevaartorganisaties werken aan een nieuwe missie naar Mercurius, BepiColombo, die in 2013 gelanceerd moet worden.

Venus


Venus, bij de Grieken bekend als Aphrodite, is de Godin van de liefde. Ze wordt gezien als symbool voor vrouwelijkheid.

Op de zon en de maan na is de planeet Venus het helderste object dat aan onze hemel te zien is. Omdat de planeet zo mooi en helder te zien is, als morgenster of avondster, kreeg hij de naam van de Romeinse liefdesgodin Venus. Veel later zou blijken dat de planeet verre van rustig en lieflijk is: de planeet is een snelkookpan waar verzengende hitte en zwavelregens iedere vorm van leven onmogelijk maken.

De middellijn van Venus is maar iets kleiner dan die van de aarde. Het oppervlak bestaat uit twee hoogvlaktes met daartussenin een aantal grote dieptes. Op een uitzondering na zijn alle geologische structuren op Venus vernoemd naar vrouwelijke wetenschappers en kunstenaars. De dichte atmosfeer van Venus bestaat voor het grootste deel uit koolstofdioxide (CO2). De druk is er ongeveer 90 keer zo hoog als op aarde. Dat levert een sterk broeikaseffect op, waardoor Venus met een gemiddelde temperatuur van 480°C nog een stuk heter is dan Mercurius.


Venus in ware kleuren, zoals ruimtesonde Mariner 10 hem zag. Afbeelding: © NASA

Vanaf de aarde gezien heeft Venus, net als de maan, verschillende fases. In zijn perigeum (het punt waarop Venus het dichtst bij de aarde staat) is de planeet volledig donker. Er is dan wel een halo om de planeet heen te zien, waar zonlicht door de dichte atmosfeer valt.

Ongeveer twee keer per eeuw passeert Venus vanaf de aarde gezien de zon, steeds met een tussenpoos van acht jaar. De Venusovergang is een prachtig zichtbaar verschijnsel waarbij een zwarte cirkel langzaam over de zon kruipt. Op 8 juni 2004 kwam Venus voor het laatst over de zon heen, op 6 juni 2012 zal er weer een Venusovergang plaatsvinden. Pas op 11 december 2117 gebeurt dat nog een keer.


Afbeelding: © ESA

Het is lastig om veel over Venus te weten komen zonder er daadwerkelijk meetapparatuur heen te sturen. Dat komt door de dichte atmosfeer die bijna alle straling blokkeert. Totaan de jaren ’60 van de 20e eeuw was er dan ook heel weinig bekend over het onze buurplaneet.

Mariner 2 was de eerste ruimtesonde die kon zien dat er onder het relatief koele wolkendek van de planeet een gloeiend heet oppervlak zit. De Russische Venera 3 was de eerste sonde die op Venus zou landen. De sonde overleefde zijn landing echter niet. Sindsdien zijn er meer sondes op de planeet geland, waarvan sommige met meer succes. Toch houdt geen enkele sonde het meer dan een half uur vol in de Venusiaanse snelkookpan.

De meest recente Venusmissie is de Venus Express, die sinds 2006 in een baan om de planeet draait. Deze ESA-missie richt zich vooral op de atmosfeer en het wolkendek van Venus, en probeert bovendien een temperatuurkaart van het planeetoppervlak te maken.

Aarde


De aarde vanaf de maan. Afbeelding: © NASA

De grootste van de vier rotsachtige planeten in ons zonnestelsel is de aarde, op een gemiddelde afstand van zo’n 150 miljoen kilometer van de zon. Met een middellijn die iets groter is dan die van Venus en een gemiddelde temperatuur van een aangename 15°C is het de enige planeet in het zonnestelsel waarop vloeibaar water kan bestaan. De atmosfeer van stikstof en zuurstof houdt de warmte redelijk binnen, zonder het snelkookpaneffect van Venus te benaderen. Door de gematigde omstandigheden op aarde is het niet heel verrassend dat juist hier leven bestaat.


Onze maan is heel belangrijk voor de omstandigheden op aarde.

Onze planeet is de eerste die niet alleen is, maar begeleid wordt door een maan. Verhoudingsgewijs is onze maan veruit de grootste van het zonnestelsel, en hij heeft een onmisbaar effect op de omstandigheden op aarde. Denk alleen maar aan eb en vloed, maar de maan heeft ook veel invloed op het klimaat. Waarschijnlijk is de maan kort na de geboorte van de zon ontstaan, bij een botsing tussen de aarde en een object ter grootte van Mars.

Hoewel er geen enkele planeet is waar we meer over weten dan over de aarde zijn er nog een paar onopgeloste raadsels. De precieze samenstelling van de kern blijft bijvoorbeeld verborgen, zodat we over het gedrag van het aardmagnetisch veld weinig accurate voorspellingen kunnen doen. Ook de beweging van de tektonische platen, die verantwoordelijk is voor de vorming van het reliëf op aarde, voor vulkanisme en aardbevingen, is wel redelijk begrepen maar slecht op kleine schaal voorspelbaar.


Afbeelding: © NASA

De eerste aardobservatiesatelliet was Landsat, die in 1972 werd gelanceerd. Inmiddels wordt onze planeet voortdurend in de gaten gehouden door een batterij aan satellieten met uiteenlopende meetinstrumenten. In de afgelopen jaren werden er satellieten gelanceerd die onder meer het zwaartekrachtveld van de aarde, de samenstelling van de atmosfeer en het effect van zonlicht op de atmosfeer in kaart moeten brengen.

Door de verschillen tussen de aarde en de andere planeten in ons zonnestelsel te bestuderen, kunnen we erachter komen wat de vereisten zijn voor het bestaan van leven op een planeet. Die kennis is nuttig bij de zoektocht naar buitenaards leven, momenteel aangejaagd door de vondst van honderden exoplaneten.

Mars


De oorlogsgod Mars, door de Grieken Ares genoemd, stond bekend om zijn bloeddorst. Waar zijn zus Athena door strategen werd aanbeden, werd Mars geroemd door de strijders op het slagveld.

Op de aarde na is Mars de planeet waar we het meest van weten. Met een middellijn die ongeveer twee keer zo klein is als die van de aarde is het een kleine planeet. Hoewel hij groter is dan Mercurius is zijn dichtheid lager, met als gevolg dat de zwaartekracht op Mars het kleinst is van alle planeten in ons zonnestelsel. Aan het oppervlak van Mars komt veel ijzer(III)oxide voor. De planeet is dus verroest, waardoor hij zijn kenmerkende rode kleur krijgt. Die kleur heeft hem ook zijn naam opgeleverd: het vurige rood werd geassocieerd met Mars, de Romeinse god van de oorlog.

Als Mars aan de hemel te zien is lijkt hij op een heel heldere rode ster. Enkel Jupiter en Venus zijn duidelijker zichtbaar. Doordat Mars zo dichtbij staat is met een verrekijker al eenvoudig te zien dat het geen ster is, maar een schijfje. Mars heeft twee kleine maantjes, Phobos en Deimos. Dat zijn planetoïden die door het zwaartekrachtsveld van de planeet zijn ingevangen. De maantjes zijn zo klein dat ze pas aan het einde van de 19e eeuw ontdekt werden.


De rode planeet heeft poolkappen. Waarschijnlijk is er vroeger ook vloeibaar water geweest.

Toen Mars net was ontstaan was er waarschijnlijk vloeibaar water op de planeet. Daar wijzen kleideeltjes op die door Marslanders zijn gevonden. Tegenwoordig zijn de omstandigheden op Mars niet meer geschikt voor vloeibaar water: op veel plaatsen komt de temperatuur niet boven het vriespunt uit, en als dat wel gebeurt dan verdampt het ijs direct. De ijle atmosfeer staat het bestaan van vloeibaar water niet meer toe.

De veranderingen in de omstandigheden op Mars komen voor een deel door perioden van sterk vulkanisme. De atmosfeer is in de loop der tijd minder dicht geworden, waardoor de planeet geen vloeibaar water meer vast kan houden. Als er ooit leven was op Mars, dan was het waarschijnlijk in de jonge jaren van de planeet toen er nog rivieren en zeeën waren.


Marsrover Spirit heeft in zeven jaar tijd een schat aan informatie over Mars opgegraven. Afbeelding: © NASA/JPL

Dat we zoveel over Mars weten komt deels door het ontbreken van een atmosfeer, waardoor we het oppervlak van de planeet vanaf aarde goed kunnen zien. Voor een ander deel komt het door de grote hoeveelheid missies die naar de planeet toe zijn gestuurd. Mars is de enige planeet in ons zonnestelsel waarop vanaf de aarde gelanceerde sondes zijn geland en ook afzienbare tijd hebben kunnen functioneren.

De eerste sonde die langs Mars vloog was de Mariner 4, in 1965. Mariner 9 was in 1971 de eerste sonde die in een baan om een andere planeet dan de aarde terecht kwam. In 1971 landden ook de eerste sondes op Mars, twee Russische missies die geen van beide de landing overleefden. De Amerikaanse Viking 1 in 1976 had wel succes, en maakte de eerste, inmiddels wereldberoemde, panoramafoto’s van Mars. Na Viking 1 en 2 volgden Sojourner, Phoenix, Spirit en Opportunity. De laatste missie is marsrover Curiosity, die lange tijd op de planeet moet gaan rondrijden en onderzoek doen.


De Victoriakrater op Mars, gefotografeerd door Mars rover Opportunity. De foto is samengesteld uit drie weken aan fotomateriaal Afbeelding: © NASA

Planetoïdengordel


Planetoïden bestaan in tal van vormen en formaten. Afbeelding: © NASA

Na Mars blijft het een hele tijd leeg in ons zonnestelsel. De afstanden tussen de zon, Mercurius, Venus, de aarde en Mars zijn steeds ongeveer gelijk, maar tussen Mars en Jupiter zit twee keer zoveel ruimte als tussen de zon en Mars. Ongeveer op één derde van die ruimte treffen we de planetoïdengordel aan. Het woord planetoïde betekent planeetachtige. In sommige (met name uit het Engels vertaalde) artikelen worden ze ook wel asteroïde genoemd. Dat betekent sterachtige, en is dus een verkeerde term.

De planetoïden zijn kleiner dan planeten en manen en niet bolvormig. Dat komt doordat ze zo klein zijn: grotere voorwerpen nemen onder invloed van hun eigen zwaartekracht een bolvorm aan. Over het ontstaan van de planetoïdengordel zijn verschillende theorieën. De meest waarschijnlijke grijpt terug op de manier waarop planeten gevormd worden. Kleine brokstukken, planetesimalen genoemd, klonteren samen en vormen zo een planeet. De planetoïdengordel bestaat uit zulke planetesimalen, maar door de kracht die Mars en met name Jupiter erop uitoefenen was hun eigen zwaartekracht nooit sterk genoeg om tot een planeet samen te klonteren. Ondertussen zijn de brokstukjes verspreid geraakt door het zonnestelsel of opgeslokt door Jupiter, zodat alle planetoïden bij elkaar nog net genoeg zouden zijn voor de vorming van een dwergplaneet.


Planetoïde 5535 Annefrank, in beeld gebracht door het ruimteschip Stardust in 2002.

Hoewel het gebruikelijke beeld van de planetoïdengordel een zone is waarin talloze brokstukjes je om de oren vliegen, zou je er in werkelijkheid weinig van merken als je er doorheen vloog. De hoeveelheid materiaal in de gordel is namelijk erg klein. Toch is het in de afgelopen decennia gelukt om een aantal planetoïden van dichtbij te bestuderen.

Er worden nog vaak nieuwe planetoïden ontdekt en het is dan gebruikelijk om ze te vernoemen naar een historische figuur. Dat kunnen wetenschappers en andere helden zijn, maar soms krijgen zelfs nog levende personen hun eigen planetoïde. Zo werd planetoïde 14282 onlangs naar Johan Cruijff vernoemd.

Jupiter


Jupiter met linksonder de Grote rode vlek. Afbeelding: © NASA/JPL/USGS

Reuzenplaneet Jupiter is in zijn eentje 2,5 keer zo zwaar als alle andere planeten in het zonnestelsel bij elkaar. Het is de eerste gasreus, een planeet die zo zwaar is dat zijn mantel uit dikke lagen ijskoud gas bestaat. Met een simpele telescoop is de rode kleur van Jupiter al te zien, en als het helder is, zie je de typische banden die over de planeet heenlopen. Het stormt op Jupiter, en dat is het duidelijkst waar te nemen in de grote rode vlek. Deze vlek is eigenlijk een (anti-)cycloon, die al minstens 300 jaar onverminderd woedt.


Jupiter is de oppergod in de Romeinse mythologie, maar ook god van de hemel en het onweer.

Toen de Grieken Jupiter naar hun oppergod vernoemden, konden ze nog niet weten hoe terecht die naam zou zijn. Doordat de planeet zo massief is, draait hij niet simpelweg rondjes om de zon, zoals de andere planeten dat doen. De zon en Jupiter draaien samen om een middelpunt heen, dat buiten het oppervlak van de zon ligt. Een waarnemer uit een andere zonnestelsel zou de schommeling van de zon als gevolg van Jupiter kunnen meten! Als de planeet nog iets groter was, dan zou de druk in de kern zelfs groot genoeg zijn voor kernfusie. Jupiter zou dan geen planeet zijn, maar een kleine ster.

Een groot voorwerp heeft een sterk zwaartekrachtveld. Objecten die door ons zonnestelsel bewegen, krijgen daar allemaal mee te maken. Meteoroïden en kometen worden door Jupiter aangetrokken. Meestal verandert hun baan daardoor, maar soms is de aantrekking zo sterk, dat ze uiteindelijk op Jupiter neerstorten. Waarschijnlijk is die ‘stofzuigerwerking’ van Jupiter heel gunstig voor ons op aarde. Een groot deel van de objecten die mogelijk hier neer hadden kunnen storten, vindt al op Jupiter zijn einde.


Dit moet Galileo Galilei ongeveer gezien hebben toen hij in 1609 zijn telescoop op Jupiter richtte. Je ziet de planeet met de vier grootste manen. Afbeelding: © astronomyonline.org

Grote planeten hebben vaak veel manen, en dat is zeker bij Jupiter het geval. De vier grootste manen werden al in 1610 ontdekt, door Galileo Galilei. Io, Europa, Ganymedes en Callisto werden vernoemd naar vier van Jupiter’s vele geliefden, en werden later bekend als de Galileïsche manen van Jupiter. Inmiddels weten we dat de planeet niet vier, maar meer dan zestig manen heeft.

Als Jupiter zichtbaar is, is hij één van de helderste ‘sterren’ aan de nachthemel. Met een verrekijker is al te zien dat hij geen ster is maar een planeet, en met een beetje telescoop zijn minstens vier van zijn manen zichtbaar.

Saturnus
De tweede gasreus Saturnus is een stuk minder groot dan Jupiter (ongeveer een derde van de massa), maar dankzij zijn imposante ringenstelsel is hij minstens even indrukwekkend. Hij draagt de naam van de Romeinse god van de landbouw, en is net als Jupiter, Mars, Venus en Mercurius al sinds de oudheid bekend. Saturnus is de enige planeet met een lagere dichtheid dan water: in een voldoende groot zwembad zou deze planeet blijven drijven!


Saturnus heeft het meest imposante ringenstelsel in ons zonnestelsel.

De grote ringen van Saturnus bestaan grotendeels uit ijsklompen, variërend van een paar centimeter tot een paar kilometer in doorsnede. IJs weerkaatst licht erg goed, en daarom zijn de ringen zo mooi zichtbaar. Galilei zag ze al, maar begreep nog niet wat die twee ‘handvatten’ van de planeet waren. In 1655 bekeek Christiaan Huygens de planeet met een betere telescoop, en hij beschreef dat de ‘handvatten’ van Galilei in werkelijkheid een ringenstelsel waren.


Dit spectaculaire plaatje stuurde NASA-ruimtesonde Cassini in 2011 naar de aarde. De sonde die sinds 2004 rond Saturnus draait wist de manen Dione, Pandora, Pan en Titan (op de achtergrond) op één foto vast te leggen, evenals een stuk van de ringen. Afbeelding: © NASA/JPL-Caltech/Space Science Institute

Net als Jupiter heeft ook Saturnus veel begeleidende manen. De reusachtige maan Titan is veel groter dan onze maan, en zelfs iets groter dan het kleinste planeetje Mercurius. Bijzonder is dat deze maan al eens bezoek heeft gehad van een aardse sonde. De veel kleinere maan Enceladus is voor astronomen een interessant studieobject. Op de ijzige maan komen geisers voor, en onder het oppervlak moet het knap warm zijn vergeleken met de rest van Saturnus’ omgeving. Het is goed mogelijk dat er diep onder de ijslaag van de maan een oceaan van vloeibaar water stroomt.

Uranus
Uranus is een zogenoemde ijsreus en is na de twee gasreuzen Jupiter en Saturnus de grootste planeet in ons zonnestelsel. De planeet is vernoemd naar de Griekse God van de Hemel en heeft tot zover bekend 27 manen.


Wolken zijn zelden zichtbaar op de egaal blauwe planeet. Afbeelding: © NASA/JPL

Er is iets vreemds aan de hand met Uranus. De as waar de planeet om tolt ligt namelijk in hetzelfde vlak als de baan van de planeet om de zon. Geen andere planeet in ons zonnestelsel heeft dat. Wetenschappers denken dat dit door inslagen van grote hemellichamen is gekomen. Dat zou meteen het grote aantal manen kunnen verklaren omdat zo’n grote botsing veel brokstukken zou hebben opgeleverd.

De sterke kanteling heeft grote invloed op de seizoenen op de ijsreus. Uraanse ‘winters’ zijn pikdonker, in de zomer is er onafgebroken zon. En dan te bedenken dat elk seizoen op Uranus zo’n 21 aardse jaren duurt.

Uranus is met het blote oog net niet te zien vanaf de aarde. Als je weet waar je moet kijken dan kun je hem spotten met een verrekijker, het is dan een groen schijfje. Die kleur komt van het methaan, waar relatief veel van in de atmosfeer van Uranus aanwezig is.


Voyager 2 werd in 1977 gelanceerd. Afbeelding: © NASA

Uranus heeft een aantal ringen die in 1977 per ongeluk werden ontdekt. Astronomen zagen dat sterren een aantal keer zwakker leken te worden als Uranus voorbij kwam. Dat bleek te komen door de dertien ringen die het licht van de achterliggende sterren steeds heel even verduisterde. Doordat Uranus ‘op zijn kant ligt’ lijken de ringen over de polen van de planeet te lopen.

Er is tot nu toe slechts één ruimtesonde bij deze planeet geweest. De Voyager 2-sonde passeerde de blauwe gasbol in 1986.

Neptunus
Neptunus lijkt erg op Uranus. Het is ook een blauwe ijsreus. Alleen is Neptunis wat zwaarder en dat komt omdat hij misschien een andere planeet heeft opgegeten. Neptunus is vernoemd naar de Romeinse god van de zee.


Neptunus is de god van de zee uit de Romeinse mythologie, hier afgebeeld met zijn drietand.

De planeet is het enige hemellichaam die door afwijkingen in andere planeetbanen is ontdekt. De ontdekking staat op naam van Urbain Le Verrier, John Couch Adams en Johann Galle en vond in 1846 plaats, alhoewel Galileo Galilei al een ‘ster’ had waargenomen die hij niet aanzag voor de planeet. Veel van wat we weten van Neptunus komt de de passage van Voyager 2 in 1989, dat is het enige bezoek vanaf de aarde geweest.

De sonde zag bijvoorbeeld zeer actieve stormen op het oppervlakte van de planeet. Neptunus heeft net als de andere reuzenplaneten geen vast oppervlak, de buitenste tien tot twintig procent van de planeet is gas. Als je al op Neptunus zou kunnen verblijven zou het er niet aangenaam zijn. Het is er zo’n 200 graden onder nul. Voyager zag ook dat de planeet minstens vijf complete ringen heeft, deze zijn echter erg donker.


Foto van Neptunus gemaakt in 1989 door NASA’s ruimtesonde Voyager 2. Afbeelding: © NASA

Triton is een bijzondere maan van Neptunus. De samenstelling lijkt op die van Pluto en daarom vermoeden astronomen dat Triton ook afkomstig is uit de verder naar buiten gelegen Kuipergordel en gevangen is door de zwaartekracht van Neptunus. Dat kan ook verklaren waarom Triton de ‘verkeerde’ kant op draaien (manen draaien normaal gesproken in dezelfde richting als de planeet om zijn eigen as). Triton is zal er overigens niet ‘zo heel lang’ meer zijn. Berekend is dat hij over ongeveer 100 miljoen jaar zal neerstorten op het blauwe oppervlakte van Neptunus.

Pluto en de Kuipergordel


De beste foto van Pluto. Je ziet de dwergplaneet met de manen Charon, Nix en Hydra. Afbeelding: © NASA/ESA

Pluto is een dwergplaneet. Maar wel een bijzondere, want hij mocht zo’n 75 jaar lang als een volwaardige planeet door het leven gaan. Pluto moest deze titel in 2006 inleveren. Na een lange discussie besloten astronomen dat het officieel een dwergplaneet is. En dat is misschien maar goed ook, want er zijn sinds de ontdekking van Pluto in 1930 verschillende zogenoemde plutino’s gevonden die even groot of zelfs groter zijn dan Pluto. Als Pluto een planeet is, waarom zouden zij dat dan niet zijn? Het gevolg zou alleen nog maar meer getouwtrek zijn over objecten die wel of geen planeet zouden moeten zijn.


Pluto, god van de onderwereld.

Pluto is vernoemd naar de Romeinse god van de onderwereld. Een duister figuur en dat komt wel overeen met Pluto. Op de plek waar de dwergplaneet zich ophoudt is er nog maar een fractie van het zonlicht dat wij hier op aarde ontvangen.

NASA’s New Horizons-missie bestaat uit een sonde die in 2006 werd gelanceerd en nu op weg is naar Pluto en zijn relatief grote maan Charon. Als de sonde daar is aangekomen in 2015 zal dat een hoop informatie opleveren. Nu is er nog maar erg weinig bekend over Pluto. We vermoeden dat hij bestaat uit een rotsachtige kern met daaromheen een mantel van bevroren water. Na Pluto zal de New Horizons-sonde doorvliegen naar een ander Kuipergordelobject, waar hij pas in 2020 zal arriveren.


De Kuipergordel zou bestaan uit miljarden komeetachtige objecten van steen en ijs. Afbeelding: © astronomie.nl

Pluto maakt deel uit van de Kuipergordel, die vernoemd is naar de van oorsprong Nederlander Gerard Kuiper. Hij voorspelde in 1951 dat er zich voorbij de baan van Neptunus wel eens een grote hoeveelheid steen- en ijsklompen aanwezig zou kunnen zijn. In 1992 werd er een tweede groot object gevonden in de Kuipergordel en sindsdien zien er meerdere hemellichamen waargenomen die deel uitmaken van de gordel. Objecten zijn op deze afstand moeilijk waar te nemen omdat ze weinig licht reflecteren en er nauwelijks zonlicht doordringt tot deze buitenste delen van het zonnestelsel.

Oortwolk
We zijn aangekomen bij het laatste en verste onderdeel van ons zonnestelsel: de Oortwolk, bestaande uit miljoenen komeetachtige objecten, die nog net in het zwaartekrachtveld van de zon zitten. De wolk, vernoemd naar de Nederlandse astronoom Jan Hendrik Oort, lijkt enigszins op de Kuipergordel. Alleen is hij veel verder verwijderd van de zon. Zo’n 3.000 tot 100.000 keer de afstand van de zon naar de aarde, maar niemand weet eigenlijk echt tot hoe ver deze wolk strekt. De verste objecten zouden zelfs halverwege de afstand naar de dichtstbijzijnde ster (Proxima Centauri) kunnen staan!


De komeet Hale-Bopp vastgelegd in 1997.

Oort probeerde in 1950 een antwoord te vinden op de volgende vraag: waarom zijn er nog steeds actieve kometen? Als zo’n hemellichaam namelijk een aantal keren dicht bij de zon is geweest, zou al het omringende gas (wat voor de komeetstaart zorgt) verdwenen moeten zijn. Aangezien het zonnestelsel al miljarden jaren meegaat, zou er bijna geen enkele komeet meer over moeten zijn. Maar dat is niet zo, zoals de Hale-Bopp-komeet in 1997 bewees. Zelfs met het blote oog was die komeet ’s nachts duidelijk te zien.

De oplossing, zo stelde Van Oort, was een bijna oneindige verzameling kometen die zich ver buiten de baan van Neptunus zou moeten ophouden. Door de zwaartekracht van de grote buitenste planeten zou er zo nu een dan een komeet uit de wolk worden geplukt en naar de binnenste regionen van het zonnestelsel worden geslingerd. Maar het kan ook zijn dat er zich in de Oortwolk een grote ‘planeet’ bevindt die de boel van tijd tot tijd verstoort en kometen kan lanceren. De wolk zou daarnaast wel eens bezoek kunnen krijgen van een andere ster.


De Oortwolk is een grote verzameling komeetachtige objecten op grote afstand van de zon. De planetenbanen van ons zonnestelsel passen in het stipje in het midden.

Er zijn geen directe waarnemingen gedaan van de Oortwolk. Daarvoor is het vooralsnog te ver weg, en het licht dat objecten op deze afstand zouden weerkaatsen is te zwak. Maar vermoed wordt wel dat kometen als Hale-Bopp afkomstig zijn uit deze verste en donkere regio van ons zonnestelsel.

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  zondag 4 december 2011 @ 20:31:59 #189
118453 Pinnenmutske
Tante Sara maal 7
pi_105181030
interessant stukje
Koning, keizer, admiraal, schijten moeten ze allemaal by cafca.
  dinsdag 6 december 2011 @ 08:15:38 #190
38496 Perrin
Toekomst. Made in Europe.
pi_105241100
quote:
Astronomers Find Biggest Black Holes Yet

One of these newly surveyed monsters, which weighs as much as 21 billion Suns, is in an egg-shaped swirl of stars known as NGC 4889, the brightest galaxy in a sprawling cloud of thousands of galaxies about 336 million light-years away in the Coma constellation.

The other black hole, a graveyard for the equivalent of 9.7 billion Suns, more or less, lurks in the center of NGC 3842, a galaxy that anchors another cluster known as Abell 1367, about 331 million light-years away in Leo.

“These are the most massive reliably measured black holes ever,” Nicholas J. McConnell, a graduate student at the University of California, Berkeley, said in an e-mail, referring to the new observations.
Vóór het internet dacht men dat de oorzaak van domheid een gebrek aan toegang tot informatie was. Inmiddels weten we beter.
pi_105241169
05-12-2011

Ruimtesonde Voyager 1 is bijna het zonnestelsel uit



De Amerikaanse ruimtesonde Voyager 1, die in 1977 werd gelanceerd en onderzoek deed aan de reuzenplaneten Jupiter en Saturnus, is bijna het zonnestelsel uit. Metingen van de ruimtesonde laten zien dat hij zich in een soort overgangszone bevindt tussen de heliosfeer - het gebied dat onder invloed staat van het magnetisch veld van de zon - en de interstellaire ruimte. De nieuwste Voyager-metingen zijn deze week gepresenteerd op het najaarscongres van de Amercian Geophysical Union.

Eerder constateerde Voyager al dat de snelheid van de zonnewind - de continue stroom van elektrisch geladen deeltjes van de zon - vrijwel tot nul was gereduceerd. Inmiddels blijkt er ook sprake te zijn van een verdubbeling van de magnetische veldsterkte, alsof het magnetisch veld van de zon wordt samengeperst door de druk van het ijle gas in de interstellaire ruimte. De gemiddelde dichtheid van hoogenergetische deeltjes van de zon is afgenomen, alsof die deeltjes geleidelijk aan naar buiten 'lekken'. Het aantal energierijke elektronen uit andere delen van het Melkwegstelsel is daarentegen juist honderd keer zo hoog als voorheen.

De metingen bevestigen het bestaan van een soort 'stagnatie-zone' in het buitenste deel van de heliosfeer. Volgens Voyager-wetenschappers kan het niet lang meer duren voordat de volhardende ruitmesonde zich daadwerkelijk in de interstellaire ruimte bevindt.

© Govert Schilling

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105284136
06-12-2011

De oogst van Hubble: tienduizend wetenschappelijke artikelen



De 21 jaar oude Hubble-ruimtetelescoop heeft een nieuwe mijlpaal bereikt: het tienduizendste wetenschappelijke artikel dat op zijn metingen is gebaseerd. Dat maakt Hubble tot een van de meest vruchtbare astronomische ondernemingen aller tijden.

De artikelen die op Hubble-resultaten zijn gebaseerd, zijn geschreven door duizenden astronomen uit meer dan 35 landen. Ze behandelen bijna alle aspecten van de sterrenkunde, maar de meest voorkomende onderwerpen zijn het onderzoek van verre supernovae, de meting van de uitdijingssnelheid van het heelal en het mogelijke verband tussen de massa's van sterrenstelsels en hun centrale zwarte gaten.

Hoofdauteur van het tienduizendste artikel is Zach Cano van de John Moores-universiteit in Liverpool. Hij bericht over de zwakste supernova-explosie die ooit in verband is gebracht met een lange gammaflits - een intense uitbarsting van de meest energierijke straling.

© Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_105367165
07-12-2011

Rode reuzen hebben snel draaiende kernen



Een internationaal team van sterrenkundigen, onder wie Saskia Hekker van de Universiteit van Amsterdam en Conny Aerts van de Radboud Universiteit Nijmegen en de Katholieke Universiteit Leuven, is erin geslaagd diep in een aantal oude sterren te kijken. Daarbij is ontdekt dat de kernen van deze sterren minstens tien keer zo snel ronddraaien als hun oppervlak (Nature, 8 december).

Dat het oppervlak van deze oude sterren traag roteert - ongeveer één omwenteling per jaar - was al bekend, maar dat de kernen wel één keer per maand om hun as draaien, werd ontdekt dankzij buitengewoon precieze metingen met NASA's Kepler-satelliet. Met Kepler analyseerde het team de golven die zich door de ster voortplanten. Deze golven zorgen aan het oppervlak voor ritmische variaties in de helderheid van de ster.

Via dit asteroseismologisch onderzoek kunnen de sterrenkundigen meer te weten komen over de omstandigheden diep binnenin de ster. Door zorgvuldig te kijken naar de diepte van de golven, konden de astronomen niet alleen bewijzen dat de kern ronddraait, maar ook dat de rotatiesnelheid spectaculair toeneemt in de richting van de ster-kern.

De drie sterren die de onderzoekers hebben bestudeerd zijn zogeheten rode reuzen. Ze bevinden zich in een evolutiestadium dat onze zon over ongeveer vijf miljard jaar zal bereiken. Een goed begrip van wat zich binnenin zo'n rode reus afspeelt, leert astronomen iets over de evolutie ervan.

Toegevoegd door Eddy Echternach (www.astronieuws.nl)

(allesoversterrenkunde)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  zondag 11 december 2011 @ 23:05:51 #194
32029 Basson
Dodge This!
pi_105476235
Wat ik mis in dit copy-paste topic is discussie. Mensen lezen het en gaan verder met hun business. Het verwondert mij dat geen enkele ontdekking een discussie aanwakkert zoals bij al het andere in dit forum... Misschien is dit ook wel een niche-onderwerp...
pi_105477184
quote:
0s.gif Op zondag 11 december 2011 23:05 schreef Basson het volgende:
Wat ik mis in dit copy-paste topic is discussie. Mensen lezen het en gaan verder met hun business. Het verwondert mij dat geen enkele ontdekking een discussie aanwakkert zoals bij al het andere in dit forum... Misschien is dit ook wel een niche-onderwerp...
Ik vind dit topic met astronieuws en zonder discussies overzichtelijk

Maar we houden je niet tegen om een spin-off "Het astonomie duscussie topic" te maken ;)
<a href="http://www.vwkweb.nl/" rel="nofollow" target="_blank">Vereniging voor weerkunde en klimatologie</a>
<a href="http://www.estofex.org/" rel="nofollow" target="_blank">ESTOFEX</a>
pi_105486578
quote:
0s.gif Op zondag 11 december 2011 23:05 schreef Basson het volgende:
Wat ik mis in dit copy-paste topic is discussie. Mensen lezen het en gaan verder met hun business. Het verwondert mij dat geen enkele ontdekking een discussie aanwakkert zoals bij al het andere in dit forum... Misschien is dit ook wel een niche-onderwerp...
het zijn allemaal interessante weetjes, vaak vergaande ontdekkingen op astro gebied waar je weinig aan toe kan voegen
  maandag 12 december 2011 @ 18:48:15 #197
164290 ouderejongere
jemig de pemig !
pi_105502751
quote:
0s.gif Op maandag 12 december 2011 11:13 schreef pinine het volgende:

[..]

het zijn allemaal interessante weetjes, vaak vergaande ontdekkingen op astro gebied waar je weinig aan toe kan voegen
dit dus, rapporten waar jarenlang onderzoek aan vooraf is gegaan kan je niet zomaar afdoen als "een mening". Basson staat natuurlijk vrij om een losse post te promoveren tot een topic als hij denkt dat over die ene specifieke post een discussie mogelijk is.
Jezus redt
[-== Arch Linux ==-]
pi_105606699
14-12-2011

NASA gaat op kometen jagen met harpoen


foto: NASA/Rob Andreoli.

De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA wil binnen enkele jaren met enorme harpoenen op kometen en asteroïden die de Aarde passeren gaan jagen. Bedoeling is dat die harpoenen stalen verzamelen die nadien op Aarde bestudeerd kunnen worden.

Om te berekenen hoeveel kracht die harpoenen nodig zullen hebben, hebben NASA-wetenschappers een twee meter lange kruisboog ontwikkeld waarmee in het Goddard Flight Center verschillende tests worden uitgevoerd.

De harpoenen worden afgeschoten in grote vaten met zand en stenen die het oppervlak van kometen moeten voorstellen. Al geeft NASA wel meteen toe dat dat niet meteen een exacte wetenschap is. "We weten simpelweg niet wat we op die kometen zullen vinden", zegt Donald Wegel die het project leidt. "Het oppervlak kan zacht en donsig zijn, bedekt met een dikke laag stof. Maar het kan evengoed ijs zijn, of steen."

Tegen 2016 wil de NASA de Osiris-Rex klaar hebben, de ruimtesonde die de harpoenen zal vervoeren. (hlnsydney/sps)


(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
abonnement bol.com Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')