quote:
Knecht tussen de groten der aarde
'Als ik eens de kans krijg, moet ik ze grijpen.' Mark Renshaw (28) beleefde gisteren dolle pret in Qatar. Normaal is hij niet de afwerker, maar laatste piloot voor Mark Cavendish. De beste van het hele peloton, wordt van de Australiër gezegd.
Woensdag keek hij nog sip, na de tweede plek in Mesaieed, simpel geklopt door Haussler. 'Ik ging te vroeg. Een fout, maar wat wil je? Ik was het een beetje vergeten hoe het moest.'
In de Tour Down Under botste hij vorige maand in zijn eigen HTC-team op Matthew Goss, in supervorm. 'Ik werd tweede in de pikorde', zei hij gisteren. 'Logisch. Net zo logisch als ik me in Qatar zou wegcijferen voor Cavendish. Dat veranderde pas nadat Mark zwaar viel in de proloog. Voor heel even toch, want mijn job blijft dezelfde, zelfs als ik deze prestigieuze ronde op mijn erelijst zet. Ik ben er in de eerste plaats om ánderen te laten winnen.'
Optrekje in Monaco
Wat hij als lokomotief kan betekenen, illustreerde Renshaw op 26 juli 2009, toen het peloton zich in de laatste bocht wrong van de Tour. Om de hoek wachtte de Champs-Elysées en het spandoek. 'Ik deed het in mijn broek', geeft Cavendish toe. 'Het was zó angstaanjagend, maar ik volgde hem blindelings. Als híj vond dat het kon, dan kón het.' Seconden later jubelde de Brit voor zijn zesde ritwinst van die Ronde, met Renshaw nog als tweede, lengten voor op de rest van het gild.
'Kijk, je begint daar nu zelf over', zegt de Australiër (28) glunderend. 'Zo zou je nog voorbeelden kunnen vinden, hoor. Zonder moeite. Dus zal je wel geloven dat ik me in die omstandigheden zelf óók winnaar voel. Als hij als eerste over de streep flitst en ik weet dat ik daar een aandeel in heb, dan is de sportieve voldoening groot. Mark maakt het me trouwens gemakkelijk om mee te genieten, want hij toont zich altijd zo dankbaar.'
Het blijkt ook te lonen. Renshaw, opgekweekt met de BMX en de baanfiets, kan zich tijdens de Europese campagne een optrekje permitteren in Monaco, zijn officiële verblijfplaats. Een knecht tussen de groten der aarde.
Een meesterknecht dus, nagewezen als de beste lead-out man van het hele peloton. Niemand kan een sprinter zo feilloos naar de laatste paar honderd meter loodsen.
Wat maakt iemand tot rechterhand van een topsprinter? De vlotte Renshaw hoeft niet naar zijn woorden te zoeken. 'Het begint met ervaring. Ik heb zelf genoeg gesprint voor de overwinning om te beseffen wat het is. Bovendien leerde ik de knepen in dienst van andere snelle mannen. Thor Hushovd bijvoorbeeld, met wie ik drie jaar samen fietste bij Crédit Agricole. Ik weet ondertussen waar en wanneer ik mijn kopman moet afzetten om die in ideale omstandigheden aan zijn sprint te laten beginnen. Plus uiteraard: ik wíl het doen. Ik ben bereid om mijn eigen ambities volledig aan te kant te schuiven. Wie de sprint lanceert maar ondertussen zelf nog aast op een ereplaats, is niet goed bezig.'
Kopstoten en kwakken
Mark Renshaw wil het al eens té goed doen. Denk maar aan de Ronde van Frankrijk van vorig jaar, die fameuze aankomst in Bourg-les-Valence op 15 juli. De twee Mark'en van HTC zaten op vinkenslag om het nog eens te fiksen en voor Cav' een derde ritwinst te bestellen. Die kwam er ook, maar de man van Manx beleefde er geen plezier aan.
Zijn lokomotief was zodanig tekeer gegaan dat hij door de jury resoluut werd gerangeerd in het strafhok. Renshaw trakteerde zijn collega-piloot Julian Dean op een paar fikse kopstoten om uiteindelijk diens kopman Tyler Farrar klem te kwakken tegen de nadar. 'Ga jij maar naar huis', zeiden de officials en de organisatoren eensgezind.
'Het zag er allemaal heel spectaculair uit, maar ik blijf er bij dat de jury toen bijzonder streng was voor mij', pruttelt de Australiër. 'Op de piste, in een puntenkoers, had er geen haan naar gekraaid. Voor mij was dat een simpel race-incident, niks meer. Maar ja, op de weg schrikken ze zich dan te pletter. Bovendien was het de Tour en kwam het live op TV. Daarna nog ontelbare keren in replay en vertraging. Ik heb dat allemaal al lang achter mij gelaten. (grijnst) Ik voel me niet schuldig, maar in de toekomst zal ik het wel niet meer doen. Ik moet maar zien dat ik beter ben en dat soort dingen niet hoef te doen.'
Bron: Nieuwsblad
Alhoewel niet diepgaand, vond ik het wel een aardig stukje om te plaatsen.