nu je het zegt klinkt dat best logisch jaquote:Op dinsdag 14 december 2010 01:12 schreef horned_reaper het volgende:
Ik zat er inderdaad ook al vreemd naar te kijken ^^
Leuk hoe Maarten een abstracte gedachte op twee manieren zo verschillend van elkaar weet neer te zetten.
Energie is natuurlijk precies hetzelfde als bewegende deeltjes (golven)
Welke reactie bedoel je hier? Ik neem aan N2O4 -> 2 NO2. Zorg altijd dat je specifiek bent in wat je bedoelt; dat voorkomt misverstanden.quote:Op dinsdag 14 december 2010 09:44 schreef Maarten302 het volgende:
[..]
Hee dankjewel man, ik snap het wat beter! De reactie kan dus eigenlijk niet lopen bij een lage temperatuur toch?
In mijn vorige antwoord zei ik dat ik aanneem dat afstotende krachten verantwoordelijk zijn voor dissociatie van N2O4. Als je kijkt naar onderstaande molecuulstructuren (voor het gemak heb ik beide resonantiestructuren van N2O4 gegeven), dan zie je dat beide stikstofatomen positief geladen zijn.quote:Wat is dan precies de reden hiervoor? Als er een lage temperatuur is, heeft de reactie 2NO2(g) --> N2O4(g) de overhand. Waarom is dat dan? Heeft het te maken met het feit dat er nu minder effectieve botsingen tussen N2O4 plaatsvinden?
De vorming van N2O4 is inderdaad exotherm, wat betekent dat er warmte vrijkomt. Volgens wikipedia: ΔH = -57 kJ/mol.quote:Is het trouwens ook zo dat de temperatuur nu wat toeneemt als deze reactie ( 2NO2(g) --> N2O4(g)) plaatsvindt? Dit is exotherme reactie waarbij energie in de omgeving opgaat toch?
bedankt dat je de moeite neemt om mij te helpen!
Maarten
Over deeltjes- en golfkarakter van elektronen ben ik maar niet begonnen. Ik neem van harte aan dat het zo is, maar het is voor mij nogal abstract. Ik ben geen natuurkundige.quote:Op dinsdag 14 december 2010 01:12 schreef horned_reaper het volgende:
Ik zat er inderdaad ook al vreemd naar te kijken ^^
Leuk hoe Maarten een abstracte gedachte op twee manieren zo verschillend van elkaar weet neer te zetten.
Energie is natuurlijk precies hetzelfde als bewegende deeltjes (golven)
Jij bent echt mijn held lyolyrc!! Ik zag net dat jij ook degene was die mijn eerdere probleempje over de aflopende- of evenwichtsreactie hebt opgelost. Ik ben je echt heel dankbaar, ga zo doorquote:Op dinsdag 14 december 2010 16:05 schreef lyolyrc het volgende:
[..]
Welke reactie bedoel je hier? Ik neem aan N2O4 -> 2 NO2. Zorg altijd dat je specifiek bent in wat je bedoelt; dat voorkomt misverstanden.
[..]
In mijn vorige antwoord zei ik dat ik aanneem dat afstotende krachten verantwoordelijk zijn voor dissociatie van N2O4. Als je kijkt naar onderstaande molecuulstructuren (voor het gemak heb ik beide resonantiestructuren van N2O4 gegeven), dan zie je dat beide stikstofatomen positief geladen zijn.
[ afbeelding ]
Beide stoten elkaar al af, waardoor de N-N-binding niet bijzonder sterk is. Door toevoeren van warmte ontstaan er hevigere trillingen in het molecuul. Logischerwijs breekt dan als eerste de zwakste van de bindingen, namelijk de N-N-binding.
[..]
De vorming van N2O4 is inderdaad exotherm, wat betekent dat er warmte vrijkomt. Volgens wikipedia: ΔH = -57 kJ/mol.
[..]
Over deeltjes- en golfkarakter van elektronen ben ik maar niet begonnen. Ik neem van harte aan dat het zo is, maar het is voor mij nogal abstract. Ik ben geen natuurkundige.![]()
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 | Een galvanische cel is opgebouwd uit twee bekerglazen en een zoutbrug. In het linker bekerglas bevindt zich een 1,0 M NaCl-oplossing. In het rechter bekerglas bevindt zich een 1,0 M zilvernitraatoplossing. In beide oplossingen staat een elektrode van zilver. De zoutbrug bevat kaliumnitraat. Als de elektroden door een koperdraad met elkaar worden verbonden gaat er een stroom lopen. De elektrode die in de keukenzout-oplossing staat wordt daarbij bedekt met een laagje zilverchloride. a. Teken de opstelling. b. Leg uit wat de functie van de zoutbrug is. c. Geef de positieve en de negatieve pool aan, en leg uit hoe u tot die keuze komt. d. Geef de vergelijkingen van halfreacties die aan de polen in de bekerglazen plaatsvinden wanneer de cel stroom levert. e. Bereken de bronspanning. In de cel vindt transport plaats van elektronen en ionen. De media waardoor dit transport plaatsvindt zijn de stroomdraad, de oplossingen in de bekerglazen, de zoutbrug en de elektroden. f. Geef van elk van de geladen deeltjes Cl, Ag+, K+, NO3 en e aan hoe het transport verloopt en in welke richting. |
Volgens mij klopt je redenering wel. Bij de oxidatie van Ag ontstaat Ag+, wat vervolgens reageert met opgelost Cl- tot slecht oplosbaar AgCl. Er wordt dus Cl- uit de oplossing getrokken.quote:Op woensdag 15 december 2010 14:40 schreef Warren het volgende:
Kan iemand mij even met deze opgave helpen (alvast bedankt):
[ code verwijderd ]
Ik snap alleen f niet helemaal. De situatie is als volgt:
Links - negatieve pool - reductor
Ag (s) + Cl- <> AgCl(s) + e-
Rechts - positieve pool - oxidator
Ag+ + e- <> Ag(s)
Nou snap ik niet hoe het transport van Cl- loopt. Het antwoordmodel zegt Cl- naar links in het linker bekerglas. Dit vind ik onlogisch.
Bij de oxidator worden Ag+ met de aangevoerde elektronen omgezet in Ag(s) dus Ag+ naar rechts in het rechter bekerglas.
Bij de reductor verwacht je het omgekeerde: Cl- wordt met Ag(s) omgezet in AgCl(s) waardoor elektronen vrijkomen. Dus Cl- gaat naar rechts... toch?
Waar klopt mijn redenering niet?
Maar hoe omschrijven ze het transport van NO3- dan in het antwoordmodel? Ook met "naar links" of iets dergelijks?quote:Op woensdag 15 december 2010 16:11 schreef Warren het volgende:
Bedankt. Het klopt zoals je zegt, het moeten aflopende reacties zijn en geen evenwichtsreacties. Mijn notatie was inderdaad fout. En vandaar zijn de "naar links/rechts" opmerkingen inderdaad raar, want Ag (s) + Cl- -> AgCl(s) + e- loopt af naar rechts (en niet zoals in het antwoordmodel staat: "naar links").
Die omschrijven ze zo:quote:Op woensdag 15 december 2010 16:19 schreef lyolyrc het volgende:
[..]
Maar hoe omschrijven ze het transport van NO3- dan in het antwoordmodel? Ook met "naar links" of iets dergelijks?
Omdat Cl- uit oplossing gaat, moet er inderdaad NO3- bijkomen vanuit de zoutbrug, om de verdwenen anionen aan te vullen. Maar in het rechterbekerglas ontstaat een overschot aan NO3- wat ook ergens heen moet. Dat gaat uiteraard de zoutbrug in. Het antwoordmodel is daar dus niet volledig.quote:Op woensdag 15 december 2010 16:20 schreef Warren het volgende:
[..]
Die omschrijven ze zo:
NO3- vanuit de zoutbrug naar het linkerbekerglas (vult daar de verdwenen Cl-
aan)
Deze zie ik niet helemaal. Een overschot in het rechter bekerglas aan NO3-? Ik dacht juist dat K+ naar het rechterbekerglas ging... ( om daar de verdwenen Ag+quote:Op woensdag 15 december 2010 16:26 schreef lyolyrc het volgende:
[..]
Maar in het rechterbekerglas ontstaat een overschot aan NO3- wat ook ergens heen moet.
Dom, ik heb mijn oogkleppen weer eens op.quote:Op woensdag 15 december 2010 16:47 schreef Warren het volgende:
[..]
Deze zie ik niet helemaal. Een overschot in het rechter bekerglas aan NO3-? Ik dacht juist dat K+ naar het rechterbekerglas ging... ( om daar de verdwenen Ag+
aan te vullen)
Ik maak hier uit op dat R0 een constante is. In het antwoord staat echter dat dat niet het geval is (Het is in de opgave de bedoeling de formule om te schrijven, om vanuit meetgegevens mu te bepalen.):quote:Volgens de theorie wordt het verband tussen de telsnelheid (in pulsen/s) van de gamma-straling en de aluminium dikte gegeven door
R=R0*exp(-mu*d)
waarbij R0 de telsnelheid is zonder aluminium en mu de lineaire verzwakkingcoëfficiënt.
Waarom is R0 hier geen constante?quote:Door de metingen logaritmisch uit te zetten (x-as , y-as ) krijgen we:
Ln(R)=-mu*d+ln(R0)
In feite moeten we R eerst delen door “1”met de eenheid s-1.
De helling van de rechte lijn is gelijk aan – lineaire verzwakkingcoëfficiënt (mu).
De lijn gaat niet door de oorsprong (is geen constante !!!!)
Er geldt dat R0 = R(d=0). Als er verder niet bijstaat of R0 van de tijd oid afhangt, dan lijkt me dat R0 constant is.quote:Op maandag 3 januari 2011 15:55 schreef M.rak het volgende:
Ik heb een vraagje over de volgende tekst, uit een opgave:
[..]
Ik maak hier uit op dat R0 een constante is. In het antwoord staat echter dat dat niet het geval is (Het is in de opgave de bedoeling de formule om te schrijven, om vanuit meetgegevens mu te bepalen.):
Misschien begrijp ik de vraag niet, maar waarom hangt R0 van de tijd af?quote:Op maandag 3 januari 2011 16:06 schreef GlowMouse het volgende:
Voor een bepaalde bron op een bepaald tijdstip is hij wel constant. Hij verandert in de tijd uiteraard, omdat de bron vervalt.
Dat is eigenlijk precies mijn vraag, alles wijst er op dat het een constante is, maar er staat duidelijk 'is geen constante'.quote:Op maandag 3 januari 2011 16:13 schreef Haushofer het volgende:
[..]
Er geldt dat R0 = R(d=0). Als er verder niet bijstaat of R0 van de tijd oid afhangt, dan lijkt me dat R0 constant is.
Als je nu ln(R) uitzet tegen d, dan kun je R0 aflezen bij d=0. ln(R) is een rechte lijn, maar deze gaat natuurlijk niet door de oorsprong van je ln(R)-d diagram als R0 niet gelijk is aan 0.
Waarom zou dit impliceren dat R0 niet constant is?
Ik denk dat Glowmouse bedoelt dat de waarde van die constante niet helemaal constant is, alleen voor een tijd veel kleiner dan de halveringstijd. Als je de bron een jaar laat liggen, zal hij voor een deel vervallen zijn, en zal er dus een andere waarde voor R0 uitkomen (correct me if I'm wrong).quote:Op maandag 3 januari 2011 16:15 schreef Haushofer het volgende:
[..]
Misschien begrijp ik de vraag niet, maar waarom hangt R0 van de tijd af?
Zou dan zeggen dat het een typo isquote:Op maandag 3 januari 2011 16:25 schreef M.rak het volgende:
[..]
Dat is eigenlijk precies mijn vraag, alles wijst er op dat het een constante is, maar er staat duidelijk 'is geen constante'.
Ja, inderdaad, dat zag ik over het hoofd.quote:Ik denk dat Glowmouse bedoelt dat de waarde van die constante niet helemaal constant is, alleen voor een tijd veel kleiner dan de halveringstijd. Als je de bron een jaar laat liggen, zal hij voor een deel vervallen zijn, en zal er dus een andere waarde voor R0 uitkomen (correct me if I'm wrong).
Een functie is geen grootheid die afhankelijk van het toeval een bepaalde waarde aanneemt, dus die kun je niet bestuderen in de kansrekening. Vectoren van toevalsvariabelen zijn wel heel gangbaar, en dan krijg je een covariantiematrix. Zoek daar maar eens opquote:Op maandag 10 januari 2011 21:38 schreef koffiegast het volgende:
Wellicht moet dit in het wiskunde topic, maar ik vroeg me zo af
je hebt in de statistiekkansrekening dingen zoals correlatie... nou kan het zijn dat ik me vergis, maar bestaat er eigenlijk ook iets als correlatie tussen 2 verschillende functies/matrices? Dus dat je bijvoorbeeld een matrix A en matrix B hebt en dat je probeert te kijken in hoeverre mate deze overeenkomen, of liever nog een beschrijving kunt doen d.m.v. een soort van gaussian, met een mean en covariance en wellicht nog een parameter?
Da's een goede vraagquote:Op maandag 10 januari 2011 21:49 schreef gaussie het volgende:
Kan iemand mij uitleggen wat het betekent als een electron zero angular momentum heeft? Volgens de quantum mechanica bezit de electron een duaal karakter; zowel deeltje als golf. Maar een golf moet toch over angular momentum beschikken? Waarschijnlijk begrijp ik de definitie van angular momentum niet goed. Alle hulp is welkom!
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |