Breuksplitsen is echt iets wat je even moet leren door op het internet naar voorbeeldjes te kijken. Verder kun je in je rekenmachine handig de matrix oplossen die je bij breuksplitsen krijgt.quote:Op donderdag 25 maart 2010 16:22 schreef GoodGawd het volgende:
[ afbeelding ]
Hoe komen ze bij die vergelijking, ik zie de logica niet? Dus die onder de zin, via breuksplitsen krijgen we.
Geef eens een voorbeeld van een opgave. Met deze vraag kan niemand iets omdat we jouw gedachten niet kunnen lezen.quote:Op donderdag 25 maart 2010 16:17 schreef snakeman123 het volgende:
Weet iemand hoe je met http://www.wolframalpha.com/ de hoekfrequentie, periode en frequentie kan uitrekenen? Ik snap die sommen maar niet...
Okay, met als er twee letters om de hoek komen kijken volg ik het wel maar met meer wordt het een beetje een doolhofquote:Op donderdag 25 maart 2010 16:52 schreef Burakius het volgende:
[..]
Breuksplitsen is echt iets wat je even moet leren door op het internet naar voorbeeldjes te kijken. Verder kun je in je rekenmachine handig de matrix oplossen die je bij breuksplitsen krijgt.
Bij de Tu Delft, kregen we een pdf'je om het te leren. Maar het meest heb ik gehad aan mijn leraar van het HBO en een vriend die het door had.
Maakt verder niet uit, je krijgt uiteindelijk een vergelijking met een vierdegraads polynoom in s en gelijkstelling van de vijf coëfficiënten in beide leden van je vergelijking levert je dan een stelsel van vijf lineaire vergelijkingen in A,B,C,D en E op.quote:Op donderdag 25 maart 2010 17:52 schreef GoodGawd het volgende:
[..]
Okay, met als er twee letters om de hoek komen kijken volg ik het wel maar met meer wordt het een beetje een doolhof
Het principe blijft hetzelfde steeds. Er zijn meerdere manieren om het te doen. Ik heb mijn eigen illegale manierquote:Op donderdag 25 maart 2010 17:52 schreef GoodGawd het volgende:
[..]
Okay, met als er twee letters om de hoek komen kijken volg ik het wel maar met meer wordt het een beetje een doolhof
2nd x^-1quote:Op donderdag 25 maart 2010 19:09 schreef GoodGawd het volgende:
Okay duidelijk! Moet alleen nog uitvogelen hoe je die matrix in je GR invult, hehe.
Je hebt bij het maken van de Matrix als het goed is bij [A] deze matrix gemaakt.quote:Op donderdag 25 maart 2010 20:02 schreef GoodGawd het volgende:
Als je die rref hebt gekozen dan de letters invullen op deze manier?:
rref(A,B,C,D)
is je optelling goed gedefinieerd? (-3:-2:1)=(3:2:-1) en toch krijg je:quote:Op donderdag 25 maart 2010 20:24 schreef Hanneke12345 het volgende:
"Gegeven zijn een punt P uit P3(R), een projectieve lijn L subset van P3(R) met P niet uit L, en een projectief vlak V subset van P3. Gegeven is verder dat er bij elk punt R uit V een punt Q uit L bestaat zo dat P, Q en R op één lijn liggen. Bewijs dat L een subset is van V."
Ik heb bij deze som gezet "Q+P=R", is het zo dat dat geldt als ze op één lijn liggen? Dan geldt toch ook dat P+R=Q en Q+R=P. (Is dit wel zo? Ik probeer het na te rekenen maar (-3:-2:1)+(1:2:0)=(-2:0:1), maar (1:2:0)+(-2:0:1)=(-1:2:1)=/=(-3:-2:1)). Ik zie echt niet hoe ik dit moet aanpakken.
Mja, op deze manier hoor je wel coördinaten op te tellen voor zover ik weet.quote:Op donderdag 25 maart 2010 20:52 schreef Optimistic1 het volgende:
[..]
is je optelling goed gedefinieerd? (-3:-2:1)=(3:2:-1) en toch krijg je:
(-3:-2:1)+(1:2:0)=(-2:0:1)
(3:2:-1)+(1:2:0)=(4:4:-1)
dus totaal verschillende uitkomsten....
Voor punten op bijv elliptische krommen bestaat er een optelling en dan geldt P+Q+R=O als de punten op 1 lijn liggen, waarbij O een punt die je als eenheidselement hebt gekozen voor optelling.
Opmerking: een punt in P4 geef je aan met vier coordinaten.
Je kunt punten in een projectieve ruimte niet optellen. Drie punten liggen op een lijn als hun coordinaatvectoren lineair afhankelijk zijn, gebruik dat.quote:Op donderdag 25 maart 2010 20:24 schreef Hanneke12345 het volgende:
"Gegeven zijn een punt P uit P3(R), een projectieve lijn L subset van P3(R) met P niet uit L, en een projectief vlak V subset van P3. Gegeven is verder dat er bij elk punt R uit V een punt Q uit L bestaat zo dat P, Q en R op één lijn liggen. Bewijs dat L een subset is van V."
Ik heb bij deze som gezet "Q+P=R", is het zo dat dat geldt als ze op één lijn liggen? Dan geldt toch ook dat P+R=Q en Q+R=P. (Is dit wel zo? Ik probeer het na te rekenen maar (-3:-2:1)+(1:2:0)=(-2:0:1), maar (1:2:0)+(-2:0:1)=(-1:2:1)=/=(-3:-2:1)). Ik zie echt niet hoe ik dit moet aanpakken.
Moet met allebei, anders zou je, bijvoorbeeld, voor A een lineaire functie kunnen nemen en B(f, g) = A(f), dat is iha niet lineair in g.quote:Op donderdag 25 maart 2010 21:22 schreef Hanneke12345 het volgende:
Oh, en om een functie B(f,g) bilineair te laten zijn, moet het dan lineair zijn met g vast én met f vast (dus B(f_1+f_2, g) = B(f_1, g) + B(f_2, g) en B(f, g_1+g_2) = ... ), of is het genoeg met één van beiden?
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |