abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
pi_77987153
Dat is precies zover als ik ook was. Maar ik heb geen idee hoe ik die b1 kan vinden. Ik zou denk ik b1 moeten schrijven als functie van b en a. Iets met een breuk misschien? Verder dan dit kom ik niet.
pi_77987411
Wat dacht je van (a+b)/2 ?
pi_77987553
Ach stom, uiteraard.
pi_77990809
quote:
Op zondag 14 februari 2010 16:07 schreef Riparius het volgende:

[..]

Dit gaat helemaal niet goed, dus laat ik het maar even voor je uitwerken.

De opgave: bewijs aan de hand van de ε,δ definitie dat lim x→1 1/(1+x2) = 1/2.

We bekijken eerst eens de uitdrukking 1/(1 + x2). Er geldt x2 ≥ 0, dus 1 + x2 ≥ 1, dus 1/(1 + x2) ≤ 1, en aangezien ook geldt 1/(1 + x2) > 0 hebben we dus:

(1) 0 < 1/(1 + x2) ≤ 1,

en dus ook:

(2) -½ < 1/(1 + x2) - ½ ≤ ½,

en dus:

(3) | 1/(1 + x2) - ½ | ≤ ½

Dit betekent dat voor ε > ½ elke waarde van δ > 0 voldoet, aangezien (3) geldt voor elke x en daarmee ook voor elke x die voldoet aan 0 < | x - 1 | < δ, ongeacht de keuze van δ. We hoeven nu dus alleen nog waarden van ε ≤ ½ te onderzoeken.

Sluiten we x = 0 uit, dan is | 1/(1 + x2) | < 1 en dus ook | 1/(1 + x2) - ½ | < ½, zodat we kunnen concluderen dat voor ε = ½ de waarde δ = 1 voldoet, we hebben immers:

(4) | 1/(1 + x2) - ½ | < ½ voor elke x zodanig dat 0 < | x - 1 | < 1

In zijn algemeenheid kun je voor lim x→a f(x) = L opmerken dat een gegeven δ0 die voldoet voor een gegeven ε0 ook zal voldoen voor elke andere ε > ε0, daar immers uit | f(x) - L | < ε0 en ε0 < ε ook volgt dat | f(x) - L | < ε indien 0 < | x - a | < δ0. Het is dus irrelevant om willekeurig grote waarden van ε te onderzoeken zodra we een bovengrens voor ε hebben gevonden, het is dan nog uitsluitend van belang aan te tonen dat voor elke willekeurig kleine ε > 0 een δ > 0 bestaat waarmee aan de voorwaarden uit de definitie wordt voldaan. Voor deze opgave hebben we al gevonden dat we alleen nog waarden van ε < ½ hoeven te onderzoeken.

We willen nu aantonen dat voor elke positieve ε < ½ een δ > 0 bestaat zodanig dat

(5) | 1/(1 + x2) - ½ | < ε

indien

(6) 0 < | x - 1 | < δ

Voor (5) kunnen we schrijven:

(7) | (1 - x)(1 + x)/(2∙(1 + x2)) | < ε

En aangezien we voor ε < ½ mogen veronderstellen dat δ < 1 en dus blijkens (6) | x + 1| niet 0 kan zijn kunnen we (7) herschrijven als:

(8) | x - 1 | < 2ε ∙| (1 + x2)/(1 + x) |

Nu moeten we de factor | (1 + x2)/(1 + x) | onderzoeken, en aangezien we δ < 1 mogen veronderstellen, en dus | x - 1 | < 1, kunnen we ons beperken tot het interval (0,2).

Het is direct te zien dat (1 + x2)/(1 + x) gelijk is aan 1 voor x = 0 en x = 1. Ook is duidelijk dat deze uitdrukking positief is op het interval (0,2) en dat de waarde in ieder geval stijgend is voor x > 1 aangezien x2 sneller in grootte toeneemt dan x voor x > 1. Maar nu zijn we geďnteresseerd in een minimum van deze uitdrukking op het interval (0,2). Als we namelijk een ondergrens m > 0 kunnen bepalen zodanig dat:

(9) m < | (1 + x2)/(1 + x) |

Dan is ook:

(10) 2ε∙m < 2ε∙| (1 + x2)/(1 + x) |

In dit geval volgt uit (8) en (10) dat voor elke positieve ε < ½ de keuze δ = 2ε∙m impliceert dat voor elke x zodanig dat 0 < | x - 1 | < δ wordt voldaan aan (8) en daarmee dus ook aan (7) en dus ook aan (5), zoals gewenst.

Nu is eenvoudig te bepalen dat (1 + x2)/(1 + x) op het interval (0,2) een minimum aanneemt bij x = -1+√2 en dat dit minimum 2√2 - 2 bedraagt. Ook is 2√2 - 2 > ½, dus kunnen we bijvoorbeeld m = ½ nemen, er geldt immers op het interval (0,2):

(11) ½ < | (1 + x2)/(1 + x) |

Kiezen we dus bij een willekeurig kleine ε < ½ voor δ = 2ε∙½ = ε, dan wordt voor elke x die voldoet aan (6) voldaan aan (8) en daarmee ook aan (5). Hiermee is aangetoond dat er inderdaad voor voor elke ε > 0 een δ > 0 bestaat zodanig dat voor elke x die voldoet aan (6) wordt voldaan aan (5), QED.
Wauw dat is een hoop werk, dank je wel!!

(heb nu even geen tijd maar ga het binnenkort zeker doornemen! Als ik dan nog vragen heb horen jullie het wel )
pi_77997373
Oké ik kom er weer niet uit. Prove that if a>0, then there exists n in N such that 1/n < a < n.

a < n is makkelijk. Round(a)+1 (mag dat gewoon?).
1/n < a kom ik niet uit. Ik dacht eerst 't zelfde te doen als net. a/2. Maar als a irrationaal is kan dat niet omgevormd anar 1/n. round(a)/2 gaat ook alleen maar goed als a groter is dan een half.
  zondag 14 februari 2010 @ 21:19:06 #92
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_77997780
Ik zou om te beginnen onderscheid maken tussen a<1 en a>=1.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_77998065
quote:
Op zondag 14 februari 2010 21:10 schreef Hanneke12345 het volgende:
Oké ik kom er weer niet uit. Prove that if a>0, then there exists n in N such that 1/n < a < n.

a < n is makkelijk. Round(a)+1 (mag dat gewoon?).
1/n < a kom ik niet uit. Ik dacht eerst 't zelfde te doen als net. a/2. Maar als a irrationaal is kan dat niet omgevormd anar 1/n. round(a)/2 gaat ook alleen maar goed als a groter is dan een half.
Kies een n zodanig dat n > 1/a en tevens n > a. Dan is 1/n < a en a < n, waaruit het gestelde volgt.
pi_78048960
een probleem met het inproduct waar ik niet helemaal uit kom:

ik heb 2 vectoren die een plane opspannen laten we zeggen:
P(50,0,0) en Q(0,0,50) (x,y,z)
met een normaal van de plane N(0,1,0)

Nu moet ik een vector R bepalen die +30 graden is tov vector P die ook in de plane ligt. Hoe doe ik dit?

Kom niet verder dan in het invullen van deze formule:
P*R = |P| |R| * cos( hoek )

P weet ik hier, lengte van R ook moet hoe reken ik nou die vector R uit? want als ik het oplos deel ik het rechter stuk door vector P maar dan ligt vector R nog steeds op dezelfde richting als P . Ik zie volgens mij iets over het hoofd
  dinsdag 16 februari 2010 @ 11:21:50 #95
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78050304
P*R = |P| |R| * cos( hoek )
die kun je niet oplossen door rechts door P te delen, want er staat geen P maar |P|. Bovendien kun je niet delen door een vector.


Je kunt R schrijven als lineaire combinatie van P en Q omdat hij in het vlak ligt.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78050958
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 10:28 schreef greatchampion het volgende:
een probleem met het inproduct waar ik niet helemaal uit kom:

ik heb 2 vectoren die een plane opspannen laten we zeggen:
P(50,0,0) en Q(0,0,50) (x,y,z)
met een normaal van de plane N(0,1,0)

Nu moet ik een vector R bepalen die +30 graden is tov vector P die ook in de plane ligt. Hoe doe ik dit?

Kom niet verder dan in het invullen van deze formule:
P*R = |P| |R| * cos( hoek )

P weet ik hier, lengte van R ook moet hoe reken ik nou die vector R uit? want als ik het oplos deel ik het rechter stuk door vector P maar dan ligt vector R nog steeds op dezelfde richting als P . Ik zie volgens mij iets over het hoofd
Ik begrijp niet zo goed waarom je hier met een inproduct wil werken. Als R in hetzelfde vlak ligt als P en Q en dezelfde lengte heeft als P omdat je P over een hoek van 30 graden in positieve richting roteert om R te verkrijgen, dan heb je R(50*cos(-30°),0,50*sin(-30°)). Het minteken is vanwege de ligging van je normaal (kurketrekkerregel).
pi_78053308
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 11:42 schreef Riparius het volgende:

[..]

Ik begrijp niet zo goed waarom je hier met een inproduct wil werken. Als R in hetzelfde vlak ligt als P en Q en dezelfde lengte heeft als P omdat je P over een hoek van 30 graden in positieve richting roteert om R te verkrijgen, dan heb je R(50*cos(-30°),0,50*sin(-30°)). Het minteken is vanwege de ligging van je normaal (kurketrekkerregel).
Ja, ik dacht dat ik de vector Q kon uitrekenen door de vergelijking op te lossen aangezien ik de rest van de gegevens had. Maar het kon dus simpeler .

heb nu: R = P * cos( hoek in radialen ) + Q * sin( hoek in radialen )

thx
pi_78055082


Voor n=2 is het duidelijk:



Als je nu kijkt naar n=3, dan:



Mag je nu zeggen:



dus voor n=3 is hij Abels, op dezelfde manier voor n+1

[ Bericht 0% gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:37:15 ]
  dinsdag 16 februari 2010 @ 13:55:04 #99
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78055270
Waarom zou je n=3 nodig hebben om het gevraagde aan te tonen?
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78055617
quote:
Op zondag 14 februari 2010 21:10 schreef Hanneke12345 het volgende:
Oké ik kom er weer niet uit. Prove that if a>0, then there exists n in N such that 1/n < a < n.

a < n is makkelijk. Round(a)+1 (mag dat gewoon?).
1/n < a kom ik niet uit. Ik dacht eerst 't zelfde te doen als net. a/2. Maar als a irrationaal is kan dat niet omgevormd anar 1/n. round(a)/2 gaat ook alleen maar goed als a groter is dan een half.

Is dit een goed genoeg antwoord? Nja, behalve dan dat 1 a>=1 moet zijn en 2 a<1.
  dinsdag 16 februari 2010 @ 14:11:40 #101
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78055855
bij 1 zou ik 1/n<a iets uitgebreider motiveren: 1<a dus n < na dus 1 < na en vermenigvuldigen met het positief getal 1/n (waarom positief?) levert 1/n < a.
de laatste dus bij 2 gaat ook wel heel snel.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78056108
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 13:55 schreef GlowMouse het volgende:
Waarom zou je n=3 nodig hebben om het gevraagde aan te tonen?
ik wil het aantonen voor n>1, voor n=2 klopt het, maar nu voor n>2

daarom keek ik naar 3 en zag dat ik terug uit kom op n=2
  dinsdag 16 februari 2010 @ 14:20:11 #103
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78056165
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 14:18 schreef JoPiDo het volgende:

[..]

ik wil het aantonen voor n>1, voor n=2 klopt het, maar nu voor n>2

daarom keek ik naar 3 en zag dat ik terug uit kom op n=2
Je wilt aantonen dat de groep Abels is. Je hebt aangetoond ab=ba. Wat wil je nog meer aantonen?
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78056273
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 14:20 schreef GlowMouse het volgende:

[..]

Je wilt aantonen dat de groep Abels is. Je hebt aangetoond ab=ba. Wat wil je nog meer aantonen?
ik heb aangetoond dat het voor n=2 geldt, maar niet voor n>2, dat moet ik ook aantonen
  dinsdag 16 februari 2010 @ 14:29:54 #105
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78056497
Wat heeft commutativiteit met n te maken?
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78056651
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 14:29 schreef GlowMouse het volgende:
Wat heeft commutativiteit met n te maken?
??

hoe laat ik zien dat het geldt voor n>2? dat is niet zo'n heel rare vraag...?
  dinsdag 16 februari 2010 @ 14:44:04 #107
132191 -jos-
Money=Power
pi_78057070
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 14:34 schreef JoPiDo het volgende:

[..]

??

hoe laat ik zien dat het geldt voor n>2? dat is niet zo'n heel rare vraag...?
Dat hoef je niet te bewijzen, er is alleen gegeven dat het voor alle n geldt. Er staat niet dat je voor alle n moet bewijzen dat G abels is.
WEB / [HaxBall #64] Jos is God
Arguing on the Internet is like running in the Special Olympics.
pi_78057831
V is het vlakdeel dat wordt ingesloten door de grafiek van f(x) = 8/x^2, de x-as, de yas en de lijnen x=8 en y=8.
Bereken de oppervlakte van V.

Om de een of andere reden zie ik niet wat ik fout doe/anders moet doen?
Ik bereken totale oppervlakte onder lijn x en y ( dus 7 x 8 = 56)
Primitiveer f(x), F(x) = -8x^-1.
Dan is het dus 56 - [F(x)]1tm8 = 56 - 7 = 49
|Maar dat klopt niet..
  dinsdag 16 februari 2010 @ 15:23:32 #109
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78058642
Als je een figuur tekent, zie je dat je nu de oppervlakte bepaalt van het stuk begrensd door de grafiek, de lijn y=8 en de lijn x=8.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78059864
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 15:23 schreef GlowMouse het volgende:
Als je een figuur tekent, zie je dat je nu de oppervlakte bepaalt van het stuk begrensd door de grafiek, de lijn y=8 en de lijn x=8.
Heb ik gedaan, daarom heb ik ook de oppervlakte van x = 1 tm 8 onder de y=8 lijn uitgerekend (wat 8x7 is.) en dan min de oppervlakte onder de f(x) lijn (van x=1 tm 8)

Ah ik zie het al, ik heb de vraag verkeerd begrepen!
Bedankt, nu klopt het!
pi_78060833
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 14:11 schreef GlowMouse het volgende:
bij 1 zou ik 1/n<a iets uitgebreider motiveren: 1<a dus n < na dus 1 < na en vermenigvuldigen met het positief getal 1/n (waarom positief?) levert 1/n < a.
de laatste dus bij 2 gaat ook wel heel snel.
Ik zit nog eens te kijken, maar kan ik egienlijk niet net als ik bij 2 doe bij 1 gelijk zeggen dat voor elke n>1 1/n<a, omdat a >=1 ?
  dinsdag 16 februari 2010 @ 16:24:26 #112
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78061447
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 16:09 schreef Hanneke12345 het volgende:

[..]

Ik zit nog eens te kijken, maar kan ik egienlijk niet net als ik bij 2 doe bij 1 gelijk zeggen dat voor elke n>1 1/n<a, omdat a >=1 ?
de stap van n>1 naar 1/n < 1 moet uiteraard gemotiveerd worden; het is allemaal evenveel werk.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78062167
Ah, oké.

Een andere vraag dan: Ik moet bewijzen dat een ondergroep in een abelse groep ook abels is. Maar een ondergroep heeft toch altijd dezelfde bewerking als de normale groep, en is dus automatisch abels? Valt daar nog iets in te bewijzen?
Daarna "geef een niet-triviaal voorbeeld van een abelse ondergroep van een niet-abelse groep", een groep met drie elementen {e, a, a-1} met orde van a is 2 is zeker triviaal?
  dinsdag 16 februari 2010 @ 16:45:29 #114
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78062448
Die eerste lijkt me triviaal om te bewijzen ja.
{e} lijkt me zeker triviaal, die van jou weet ik niet.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78068324
sorry, verkeerd topic!

[ Bericht 80% gewijzigd door Zuivelkoe op 16-02-2010 19:58:17 ]
Moo
  dinsdag 16 februari 2010 @ 19:11:58 #116
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78068524
*ziet wiskunde in de topictitel staan*
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
  dinsdag 16 februari 2010 @ 21:12:11 #117
113667 Keiichi
Konnichiwa!
pi_78074504
Ik ben bezig met verzamelingsleer. Waar ik niet helemaal aan uit kom met de informatie die ik heb.

Ik heb verzameling A = {a,b,c} . Eenvoudig. Van A* zijn bv woorden als aa,bb en cc te maken

Wat als een element een verzameling opzich is? Dus B = {a,b,{c,d}} . Wat zijn van B* woorden die ik kan maken op aa en bb na?
pi_78075811
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 21:12 schreef Keiichi het volgende:
Ik ben bezig met verzamelingsleer. Waar ik niet helemaal aan uit kom met de informatie die ik heb.

Ik heb verzameling A = {a,b,c} . Eenvoudig. Van A* zijn bv woorden als aa,bb en cc te maken

Wat als een element een verzameling opzich is? Dus B = {a,b,{c,d}} . Wat zijn van B* woorden die ik kan maken op aa en bb na?
Wel, bijvoorbeeld iets als ab{c,d}bba.
pi_78076074
als

2log(1+t0) = log(1+t0+T)

en T is hier de verdubbelingstijd, wat is dan T?

het antwoord is T = t0 + t2boven0

in eerste instantie herken ik die notatie niet, t en dan twee cijfers boven elkaar, weet iemand wat dit betekent?
en ten tweede begrijp ik sowieso niet hoe je dit moet oplossen..
pi_78076407
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 16:39 schreef Hanneke12345 het volgende:
Ah, oké.

Een andere vraag dan: Ik moet bewijzen dat een ondergroep in een abelse groep ook abels is. Maar een ondergroep heeft toch altijd dezelfde bewerking als de normale groep, en is dus automatisch abels? Valt daar nog iets in te bewijzen?
Daarna "geef een niet-triviaal voorbeeld van een abelse ondergroep van een niet-abelse groep", een groep met drie elementen {e, a, a-1} met orde van a is 2 is zeker triviaal?
Nee, met triviaal wordt {e} bedoeld.
  dinsdag 16 februari 2010 @ 21:46:56 #121
75592 GlowMouse
l'état, c'est moi
pi_78076548
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 21:37 schreef poesemuis het volgende:
als

2log(1+t0) = log(1+t0+T)

en T is hier de verdubbelingstijd, wat is dan T?

het antwoord is T = t0 + t2boven0

in eerste instantie herken ik die notatie niet, t en dan twee cijfers boven elkaar, weet iemand wat dit betekent?
en ten tweede begrijp ik sowieso niet hoe je dit moet oplossen..
Dat lijkt me gewoon machtsverheffen:
heb je een plaatje van de opgave, want ik snap je notatie niet.

[ Bericht % gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:38:24 ]
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
pi_78076591
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 21:37 schreef poesemuis het volgende:
als

2log(1+t0) = log(1+t0+T)

en T is hier de verdubbelingstijd, wat is dan T?

het antwoord is T = t0 + t2boven0

in eerste instantie herken ik die notatie niet, t en dan twee cijfers boven elkaar, weet iemand wat dit betekent?
en ten tweede begrijp ik sowieso niet hoe je dit moet oplossen..
Je kunt een superscript met [sup] en [ /sup] en een subscript tussen [sub] en [ /sub] (maar dan zonder spaties). Misschien maakt dat je opgave wat leesbaarder.
pi_78076851
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 21:47 schreef thabit het volgende:

[..]

Je kunt een superscript met [sup] en [ /sup] en een subscript tussen [sub] en [ /sub] (maar dan zonder spaties). Misschien maakt dat je opgave wat leesbaarder.
het is een t, en direct daarna twee cijfers, eentje boven en eentje onder, de 2 boven en de 0 daaronder, geen machtnotatie
pi_78077423
Probeer dan die log eens weg te werken door links en rechts een e-macht te nemen (of wat voor grondtal je standaard voor logaritmen hanteert).
pi_78078939
oh god ik denk dat mijn antwoordenboekje hier toch een machtnotatie bedoelde wat stom

want zo klopt het toch:

2log(1+t0) = log(1+t0+T)

log((1+t0)^2) = log(1+t0+T)

(1+t0)^2 = 1+t0+T

1 + 2t0 + t0^2 = 1+t0+T

T = t0 + t0^2
pi_78079062
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 21:37 schreef poesemuis het volgende:
als

2log(1+t0) = log(1+t0+T)

en T is hier de verdubbelingstijd, wat is dan T?

het antwoord is T = t0 + t2boven0

in eerste instantie herken ik die notatie niet, t en dan twee cijfers boven elkaar, weet iemand wat dit betekent?
en ten tweede begrijp ik sowieso niet hoe je dit moet oplossen..
Om te beginnen: gebruik alsjeblieft een duidelijke notatie, subscript en superscript zijn er niet voor niks. Nu is het zo dat iemand eerst je opgave moet ontcijferen om überhaupt te kunnen snappen wat de vraag is. En dat geldt helaas niet alleen voor jou.

Wat ik eruit opmaak is dat je hebt:

2∙log(1 + t0) = log(1 + t0 + T)

Dan hebben we dus:

(1 + t0)2 = 1 + t0 + T

En dus:

T = (1 + t0)2 - t0 - 1

En uitwerken geeft dan:

T = t0 + t02

De nul in t0 is een index en de twee in t02 een kwadraat, niks bijzonders dus.
pi_78091921
quote:
Op dinsdag 16 februari 2010 22:34 schreef Riparius het volgende:

[..]

Om te beginnen: gebruik alsjeblieft een duidelijke notatie, subscript en superscript zijn er niet voor niks. Nu is het zo dat iemand eerst je opgave moet ontcijferen om überhaupt te kunnen snappen wat de vraag is. En dat geldt helaas niet alleen voor jou.

Wat ik eruit opmaak is dat je hebt:

2∙log(1 + t0) = log(1 + t0 + T)

Dan hebben we dus:

(1 + t0)2 = 1 + t0 + T

En dus:

T = (1 + t0)2 - t0 - 1

En uitwerken geeft dan:

T = t0 + t02

De nul in t0 is een index en de twee in t02 een kwadraat, niks bijzonders dus.
Ik weet niet wat dat sub en sub is.. maar ik zal eens uitzoeken
pi_78092062
Vraagje:

De verdubbelingstijd van 1+bt ,met t=tijd en b=positieve constante, verdubbelingstijd in T

het antwoord moet zijn T = (1/b) + t0 (t-nul staat daar)

ik begrijp niet hoe je daaraan komt, iemand?

hoe ik begonnen was:

2(1+bt0) = 1 + bt0 + T
2 + 2bt0 = 1 + bt0 + T
T = 1 + bt0
pi_78092458
ah, ik denk dat ik het al begrijp ineens!

2+ 2bt0 = 1 + bt0 + bT

ja, zo klopt het
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')