Limiet x->0 van:quote:Op dinsdag 22 september 2009 15:15 schreef GlowMouse het volgende:
Waar neem je dan de limiet naar toe?
Gezond verstand gebruiken; kijk eens naar die functie die Iblis geeft, denk je dat dat goed gaat?quote:Op dinsdag 22 september 2009 15:37 schreef woopehh het volgende:
Ok, bedanktMaar kan ik taylorreeksen bijvoorbeeld ook gebruiken voor limieten naar oneindig?
quote:Op dinsdag 22 september 2009 15:42 schreef GlowMouse het volgende:
Iblis, hoe maak jij een taylorreeks om een punt waarop de functie niet gedefinieerd is?
[..]
Gezond verstand gebruiken; kijk eens naar die functie die Iblis geeft, denk je dat dat goed gaat?
Helemaal niemand?quote:Op dinsdag 22 september 2009 11:32 schreef Gordon__Gekko het volgende:
Hey,
Ik heb een vraagje wat voor mij (te) lang geleden is:
You add up two pure sinusoids of 1000Hz and 40 dB SPL with a phase difference of 0 'graden'.
How much db SPL is the result?
Dezelfde vraag is dan voor 90 graden en 180 graden.
Kunnen jullie mij in ieder geval wat op weg helpen?
Alvast bedankt
Als je twee sinusvormige signalen die dezelfde frequentie en amplitude hebben en bovendien in fase zijn bij elkaar optelt, dan is de resultante een sinusvormig signaal met dezelfde frequentie maar met de dubbele amplitude. Dat had je toch wel door hoop ik?quote:
ahh dankjewel, ik snap hetquote:Op donderdag 24 september 2009 11:08 schreef Iblis het volgende:
Het makkelijkste is dit met een Venn-diagram te tekenen. Je tekent drie cirkels die elkaar allemaal overlappen, voor Volwassen, Vrouwen, Alleenstaanden. Ik duid volwassen met een V aan, vrouwen met F, en alleen staanden met A.
Je hebt het middelste gebied waar ze allemaal overlappen (V+F+A), daar zitten er 92 in. Dat is gegeven. Dan heb je het gebied F+A, dus vrouwen alleen, maar zonder degenen die ook in V+F+A zitten, dat zijn er 124 - 92 = 32. Dan heb je nog V+F, dat is 296 - 92 = 204. Houd je in totaal voor alleen F (dus niet in V of A) 86 over.
Nu voor de alleenstaanden: V+F+A heb je al, F+A ook, nu V+A, dat zijn er 213 - 92 (die in V+F+A zitten) = 121.
Degenen die alleen in A zitten zijn er nu: 310 - 121 - 92 - 32 (resp. V+A, V+F+A, F+A) = 65 (het aantal dat je mist).
Voor V houd je nog over 563 - 121 - 92 - 204 = 146.
Heb je in totaal 7 vakjes, + 54 die nergens bijhoren, en als je dat optelt krijg je: 146+86+65+121+92+32+204+54 = 800.
Ik hoop dat het zo duidelijk is, tekenen is nog veel duidelijker. Maar dat is me even te veel werk.
oja tuurlijk, dankjewelquote:Op donderdag 24 september 2009 12:08 schreef thabit het volgende:
Je moet 5 stappen doen en bij elke stap heb je 2 keuzes: naar links of naar rechts. Zo kom je op 25
Eerst zorgen dat we je plaatje te zien krijgen (of het gewoon in je post opnemen) want zo is je vraag niet te beantwoorden.quote:Op donderdag 24 september 2009 16:21 schreef andrew.16 het volgende:
laat mbv de definitie zien dat [ afbeelding ]
(Het is n --> oneindig maar heb geen flauw idee hoe ik dat op moet schrijven)
Dus eerst |1/(2n+3) - L(=0) | < ε
En dit heb ik vereenvouwdigd naar n = 1/2ε -3/2
Maar wat moet ik nu doen?
In alle eerlijkheid, je terminologie is héél erg niet duidelijk. Hier heb je een teken voor partieel differentiëren: ∂, kopieer en plak dat anders om het iets duidelijker te maken.quote:Op zondag 27 september 2009 10:30 schreef Matr het volgende:
Kom er nog niet uit, heb nu veel met U = X + Y gewerkt en nu komen er ineens 3 delen in de vergelijking voor.
Zo zou ik hem oplossen (hierbij maak ik gebruik met de ''formule'' van partieel differentiëren z = x + y:
Als je bedoelt met ‘s als x zien’ dat je s als variabele neemt, dan betekent het inderdaad dat je de y’s, of C’s in dit geval als constant beschouwt. Constant is dus vast maar onbekend.quote:Stel dat zie s als x, dan betekent dit dat ik de y'tjes (C's) constant zet?
Nee, met C constant houden heb je nog steds U = SC + 10S + 10C over. Immers, als je een formule als ax2 + bx + c hebt, met a, b en c constant, dan haal je die toch ook niet weg? Wat jij doet is C gewoon weghalen. Dat slaat nergens op want dan krijg je een heel andere formule. Ik heb het gevoel dat als ik vraag of je cx + 10x + 10c wilt differentiëren naar x, dat dat prima lukt, en dat je direct ziet dat dat x + 10 is.quote:Dan doe ik als volgt:
U = SC + 10S + 10C
MUs = dan C constant houden
Dan heb ik zeg maar U = S + 10S over, dit los ik dan op met normaal differentiëren (formule n * a * x^n-1)
Hoe je ooit bedacht dat dit een goed idee was is me ook niet duidelijk, er is toch geen moment in het differentiëren dat je constanten weer terughaalt?quote:Dan valt S weg en wordt 10S 10. Nu tel ik daar de constanten bij op en kom ik op S + 10 + 10C.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |