quote:
Op maandag 17 augustus 2009 00:07 schreef JAM het volgende:Ook als men veronderstelt dat het fysieke van de liefde per definitie betrekking moet hebben op de geslachtsorganen is het nog maar de vraag of men dan wel bij een platoonse liefde uitkomt. Het verschil tussen wat we een vriendschap noemen en een platoonse liefde is juist de zelf opgelegde (omdat men bijvoorbeeld al een andere seksuele partner heeft) of geforceerde afwezigheid (omdat men bijvoorbeeld impotent is) van geslachtsgemeenschap. Als er erotiek is in een platoonse liefde, en ik zou willen beweren dat dat inderdaad het geval is, dan is die erotiek er één van de onmogelijke geslachtsgemeenschap en zo spelen die eeuwige piemel en kut toch weer een beslissende rol. Het zoeken is naar een erotiek zonder die twee.
Als ik je goed begrijp, bedoel je dat de absentie van geslachtsgemeenschap in de platoonse liefde juist een bevestiging van de geslachtsgemeenschap is. Het ontbreken van de geslachtsgemeenschap is als een deficiëntie, een gebrek. De platoonse liefde is dan een soort gebrekige vorm van de fysieke liefde.
Ik denk dat platoonse liefde echter ook een positieve verschijningsvorm heeft. Je zou voorbeelden kunnen noemen van liefde voor ouders en familie, maar dat is misschien geen liefde als 'liefde voor het schone' (dat is erotiek toch wel lijkt mij). Maar liefde voor het schone kan m.i. wel degelijk bestaan zonder het uitoefenen of verlangen naar geslachtsgemeenschap. Ik denk dat je dit in het christendom bijvoorbeeld ziet in de mariafiguur maar soms ook in Jezus zelf. Jezus, maar ook Maria, verbeelden een perfectie. Dit is niet alleen maar een soort liefde van een intellectueel principe, maar van de hele persoon zelf. Het is geen vriendschappelijkheid of familieband, want de beide zijn ergens altijd 'heel ver weg'. Het is echt de liefde voor de hele persoon. Deze liefde voor het goddelijke kan misschien goed gedacht worden als platoonse liefde, omdat de gedachte van een liefde voor het goddelijke in fysieke termen natuurlijk volslagen belachelijk is. (Tenzij je vindt dat God op aarde is, blablabla, maar goed, dat is voor vuile atheïsten als Spinoza en als je dat vindt mag je gewoon hangen).
Dus de platoonse liefde heeft denk ik een positieve vorm als een liefde voor het goddelijke en perfecte (dat is een bepaalde uitdrukking van het schone). De liefde voor Jezus of Maria is een bepaald soort liefde die niet gereserveerd is voor deze twee persoon en zelfs niet voor het hemelse, maar deze liefde kan je ook in de liefde voor ieder ander mens zien. De liefde voor het goddelijke in iemand, de liefde voor iemand als een perfectie in de ogen van de minnaar, is een platoonse liefde in een eigenlijke en positieve zin.