Helaas moet dit topic weer een kick krijgen.
Sietske: 4-4-'96 / 16-6-'09
![]()
Ik heb mijn jeugd doorgebracht in een dorp en de katten van de boerderij tegenover ons brachten ons graag een bezoekje. Zo ook een inmiddels hoogzwangere poes die regelmatig langskwam voor een hapje. Op 3 april 1996 mocht ze s’avonds even binnenkomen voor wat extra verwennerij en toen braken PLOEP de vliezen. Ik heb net zolang bij mijn ouders gebedeld totdat ze binnen bij ons mocht bevallen.
Poes werd met mandje, water en lekker voer ondergebracht in een kamer voor de nacht. De volgende ochtend ging ik vol verwachting kijken in het mandje. Geen poes! Al snel bleek ze in de muurkast te liggen en daar, bovenop de oude schoenen, bevallen te zijn van 3 kittens, een rode, een cyperse en een lapje. Het lapje had precies dezelfde witte streep op haar dij als haar moeder.
Het jonge gezin werd ondergebracht in een schuurtje in onze tuin en flink verwend met lekkere hapjes en knuffels. Het lapje bleef wat achter in de groei, dus werd regelmatig mee naar binnen genomen voor extra eten. De rode kater en cyperse poes vonden een nieuw huisje, maar niemand kwam voor het lapje. Omdat één van onze andere katten inmiddels verdwenen was, mocht ze na veel gebedel van mijn kant bij ons komen wonen. En we noemden haar Sietske.
Een jaar later kwam er nog een kat bij, van een nestje van dezelfde moeder. Samen hebben ze verschillende jaren de omgeving onveilig gemaakt en menige muis en zelfs konijnen gevangen. Sietske was een echte buitenkat en kwam zelden binnen. Maar als het winter was, was een plekje bij de verwarming en een warm bedje toch wel erg fijn.
Kleine meisjes studeren af en gaan de wijde wereld in. Al snel vond ik een baan en ging 60 kilometer verderop wonen. Zonder discussie verhuisden Siepke en Sietske met me mee.
Met de voorwaarde dat ze terug mochten naar mijn ouders, als ze het buitenleven echt gingen missen. Maar ze pasten zich wonderwel aan en zijn mee verhuisd van mijn eerste een-slaapkamerwoning naar een groter appartement waar ze een eigen kamer hadden. Helaas werd Siepke ziek en op 10 jarige leeftijd overleed hij aan darmkanker.
Inmiddels was Sietske een echte binnenkat geworden en werd ook veel aanhankelijker. Zo af en toe kwam ze zelfs op schoot zitten en regelmatig meldde ze zich voor krabbeltjes. Haar favoriete plek was haar buik(je), ze kon hele tijden liggen rollen en spinnen, en maar kneden met die pootjes!
Een kat alleen vond ik ook zo eenzaam en ik miste mijn schootkat Siepke, dus Naartjie (8 weken oud) deed zijn intreden. Dat was even wennen voor Siets, zo’n klein druk mormel! Maar toen de puberstreken er vanaf waren tolereerde ze hem wel.
Inmiddels was ik verhuisd naar een woning met een tuin, dus ze konden lekker buiten wandelen en zo af en toe werd ik getrakteerd op een muisje.
Siets werd wat magerder en zat niet lekker in haar vel. In augustus 2008 nam ik haar mee naar de dierenarts: nierfalen. De bloedwaarden waren erg slecht, hij gaf haar niet veel tijd meer. Met medicijnen en een dieet knapte ze wonderwel op, maar echt lekker vond ze al dat stomme eten niet. Doe mij maar wat in Naartjies bakje zit! Ik heb menig maal katten uit een verkeerde bak eten moeten plukken en moeten wisselen van dieetvoer. Maar in deze periode ontdekte ze pas echt dat op schoot zitten niet zo eng is als gedacht en dat je dan nog meer kriebeltjes krijgt.
In het voorjaar van 2009 weigerde ze weer eens een dieet en zag er slechter uit. Na wat pogingen om dan maar gedwongen wat eten naar binnen te krijgen ging ik terug naar de dierenarts die mijn bange vermoeden bevestigde. Siets was er slecht aan toe en zij gaf haar weinig kans. Vocht en medicijnen hielpen haar niet over de drempel heen, ze at nog steeds niets.
Ze had haar keuze gemaakt en ik respecteerde die. In de dagen erna werd ze elke dag wat zwakker en kon ze minder, maar spinnen kon ze nog steeds en kriebeltjes waren nog erg fijn.
Tot het moment kwam dat ook de kriebeltjes niet meer lekker waren. Ze trok zich steeds meer terug in zichzelf en ging op de vreemdste plaatsen liggen. Langzaam zag ik mijn meisje Sietske verdwijnen. Ze was op. Op maandag zijn een paar vrienden gekomen om afscheid van haar te nemen, ze stond het genadig toe, prinses die ze was. Ik had haar wel dood willen knuffelen (dat zou een prachtige dood zijn!) maar dat vond ze niet prettig. Die avond ben ik dus maar regelmatig heel dicht bij haar op de grond gaan liggen en heb haar kopje gekrabbeld. En werd soms zowaar beloond met wat gespin. Die nacht wilde ze graag nog in de tuin wandelen waar ze die ochtend haar laatste zonsopgang heeft gezien.
Op dinsdagochtend 16 juni werd ik wakker met het liedje van Blof in mijn hoofd:
Ik ben met haar naar de dierenarts gegaan die haar zachtjes heeft in laten slapen.
Thuis heb ik haar in een doos gelegd, lekker opgekruld met haar staart over haar neus, zoals zij het liefste lag. En uiteraard op een tv gids, mevrouw was altijd gek op papier.
Ze heeft een mooi plekje in de tuin gekregen, in een hoekje, waar ze zo graag vogeltjes zet te kijken en vlakbij de schutting, die ze met haar nageltjes al gemarkeerd had. Hoe kun je zo'n verzoek weigeren?
Dag lieve, mooie, eigenwijze, statige prinses. Dag zusje! Ik heb 13 prachtige jaren met je gehad. Geef je je broertje Siepke een kopje van mij als je hem ziet?
Ik mis hem nog steeds en ik zal jou ook ontzettend missen! Tienduizend

op je kopje!