Flauw en suggestief begin van deze blog. Meteen proberen Patrick als onbetrouwbaar af te schilderen. Natuurlijk komt-ie op zijn eigen party en hij arriveerde op de minuut af op de begintijd van half vijf, al had hij een half uur EERDER moeten komen vanwege twee interviews. All the way van Almelo kreeg ik al een uur alle files op die weg door van hem op mijn mobieltje en de afslag IJburg was ook niet aan hem besteed. Lekker belangrijk allemaal.
Hoe het kon dat de Volkskrant een dag eerder plaatste dan de Nieuw Revu? Wat is dat voor vraag? Dat kan omdat ik dat bepaal. Weer dat suggestieve ‘niet aan de afspraken gehouden.’ Kent de blogschrijver de afspraken en voorwaarden waaronder dan? Een krant en een tijdschrift, verschillende doelgroepen, verschillende belangen. Ik denk dat de Nieuwe Revu niets te klagen heeft als ze straks de losse verkoop zien. Trouwens, lekker belangrijk allemaal. Maar wel belangrijk, Korterink was op de party en ik uiteraard ook en hij weet blijkbaar wie ik ben. Laat hij het dan aan mij vragen en niet aan Menno van Dongen. Waarschijnlijk was hij bang dat het antwoord uit de eerste hand de kans om suggestieve opmerkingen te maken teniet zal doen.
Wat betreft de verhouding Peter en Patrick. Het belangrijkste feit ontgaat iedereen. De inleiding van Peter staat in het eigen boek van Patrick, die uiteindelijk zelf bepaalt wat in zijn boek staat. Die inleiding geeft precies aan hoe die verhouding was. Geen zoete broodjes bakken, maar gewoon de waarheid (laten) vertellen. Patrick heeft zich geen minuut verzet tegen het opnemen van die inleiding. Hij is niet schijnheilig. Er zijn heel weinig auteurs die de ballen hebben om een verhaal zo eerlijk en zonder opsmuk te vertellen. Daarom is ‘Overboord’ juist zo’n interessant boek en geen egodocument.
Peter komt in zijn inleiding met zeer interessante observaties over de dubbele moraal bij het beoordelen van infiltratie-acties en bekentenissen op tape en video. Daar zou het op een gespecialiseerde website als deze over moeten gaan. Maar dat negeert men liever want dan wordt het lastig om de stelling te blijven verdedigen dat de bekentenissen van Joran waardeloos zouden zijn. Patrick en Peter gaan steeds in op de inhoudelijke argumenten. In het boek staan maar liefst 30,000 woorden met bekentenissen van Joran. Een unieke kans om zelf te beoordelen of Joran bij zijn nieuwe vriend echt zijn hart zit te luchten of hem zomaar wat op de mouw zit te spelden. Het domme mantra ‘waarheidsserum’ over het roken van joints legt het af tegen alle inhoudelijke argumenten en de eigen woorden van Joran.
Het meest oliedom dunkt mij, zijn mensen die op deze site en elders wel willen meepraten over de zaak, met allerlei onware of halve beweringen komen, conclusies trekken zonder zuivere analyses te maken, verkeerde informatie van anderen napraten, maar dan zeggen dat zij het boek niet willen of zullen lezen. Vaak als argument: ik laat die Patrick toch niets aan verdienen aan dat boek. Nou, lees het dan in de bibliotheek van mijn part! Maar als je ergens over wilt meepraten kijk dan naar alle feiten die er liggen, zeker als die uit de eerste hand komen. Kom niet met je eigen mening omdat je eigenwijs bent en alles zogenaamd beter weet, maar omdat je inzicht hebt verkregen door je goed te laten inlichten.
Overigens, dat bezwaar tegen geld verdienen aan (misdaad)boeken... moet ik het echt nog uitleggen? Voor Korterink en John van de Heuvel etc. zal dat echt niet nodig zijn. Die snappen meteen wat ik wil zeggen en zullen dat bezwaar dus ook nooit opperen. Ik durf zelfs keihard te stellen dat deze website er niet was geweest als er geen royalties werden betaald voor misdaadboeken of een vergoeding voor misdaadjournalistiek.
Patrick was trouwens nooit aan dit boek begonnen – had zelfs nooit aan een boek gedacht – als ik hem niet keer op keer had geadviseerd en aangemoedigd het te schrijven. In het boek valt gedetailleerd te lezen waarom. Wie een beetje nadenkt kan het zelf wel verzinnen! Hoofdreden: als mensen zoveel onzin over jou en je werk uitstrooien is er maar een manier om dat tegen te spreken: het hele verhaal zonde ropsmuk vertellen. Bovendien vind ik het bewonderingswaardig dat Patrick schoon schip heeft willen maken met zijn verleden als jeugdcrimineel. Daarnaast is dat leuk en spannend om te lezen als je in misdaad en alle achtergronden bent geinteresseerd. En wat je ook van Patrick mag denken, hoe stoer hij ook praat soms, hoe on_Nederlands het ook is om verhalen te vertellen die een ander mens liever niet over zichzelf prijsgeeft, een ding is zeker: gingen alle jeugdcriminelen in plaats van crimineel te worden, zich maar eens toeleggen op huisvaderschap en het verkopen van hydraulische slangetjes en opruimen van gelekte olie. Dan zou Nederland een stuk veiliger zijn. Vooral als ze er in hun latere leven dan ook allemaal nog een infiltratie-actie bij doen om licht te brengen in een misdrijf dat doorgewinterde rechercheurs drie jaar niet kunnen oplossen. Wat mij betreft mag het worden ingevoerd als een soort dienstplicht voor ex-criminelen.
Schofterig zijn alle mensen die zeggen dat Patrick over dit of dat gelogen zou hebben. Ik las ergens in deze string ook weer dat Patrick een leugenaar zou zijn. Waarover heeft hij dan gelogen? Stel dan eens duidelijk: ‘dit of dat is een leugen, man.’ Dan kan Patrick zich verdedigen. Overigens, als de leugenaars die liegen dat Patrick een leugenaar is, bedoelen dat hij tegen Joran heeft gelogen, dan neemt hij dat wel op de koop toe. Een pseudo-infiltrant liegt natuurlijk over wie hij is en hoe hij denkt. Het valt goed te merken hoe knorrig Joran wordt als Patrick tijdens de laatste rit wat meer zijn eigen gepeperde mening gaat ventileren. Geloof me, dat is geen goed recept voor een infiltratie.
Het ‘probleem’ van Patrick is juist dat hij te eerlijk is, zich daardoor kwetsbaar maakt, en er vervolgens last van krijgt hoe in de media een oneerlijke draai wordt gegeven aan zijn vaak opzienbarende uitspraken. Een belangrijk voorbeeld: In het interview met de Volkskrant heeft Patrick gezegd: ‘Joran heeft wel eens gesnoven met mij. Niet in de auto. En ook niet voor de ritten. In het begin heb ik ook een keer crack gerookt voor zijn neus. Joran heeft toen een hijs genomen, maar dat is niets voor hem.’ In de Nieuwe Revu zegt hij: ‘Maar ik heb nooit gezegd: hier Joran snuiven. Ik had Joran aan de crack kunnen helpen, aan de heroïne. Heb ik niet gedaan.”
Het was vervolgens te bizar voor woorden om op Aktueel.nl en ook bij Netwerk te zien dat hiervan was gemaakt: ‘De gelegenheidsundercoveragent zou Joran ook coke hebben aangeboden. Hij zou dat geaccepteerd en gebruikt hebben.’ (Aktueel) en ‘Patrick en Joran hebben samen coke gekocht en misschien ook gebruikt of waarschijnlijk gebruikt.’ (Netwerk).
Wat nou aangeboden? Wat nou samen coke gekocht? Waar staat dan dan? Zegt Patrick dat dan? Moet je dat nou alleen ‘onzorgvuldigheid’ van die media noemen? Had Patrick deze fout gemaakt, dan was hij meteen van ‘liegen’ beschuldigd, maar van de publieke omroep mag je dat natuurlijk niet zeggen. Wat dit betreft nog een leuk detail voor de insiders. In dat programma van Netwerk zat John van de Heuvel. Ik heb een uur voor die uitzending een half uur telefonisch met hem gesproken. Toen zei John ook op een gegeven moment ‘aangeboden’ en vroeg ik waar dat dan staat. Hij wees toen op het interview in De Volkskrant. Ik kende dat interview uit mijn hoofd en zei dus meteen dat er ‘een hijs genomen’ staat en dat dat wat anders is dan ‘aangeboden’. John van de Heuvel erkende dat in het telefoongesprek wel. Ik gaf als achtergrond ook nog dat een infiltrant zich vanzelfspreken op het niveau van zijn ‘onderwerp’ moet begeven (Patrick deed dat door de gangster te spelen), Joran natuurlijk niet de joint uit zijn handen kan gaan zitten slaan of een Jelinek-betoog kan houden als Joran zelf een hijs van zijn crack wil nemen. Het boek maakt duidelijk dat Joran Patrick volledig vertrouwde en dat kwam omdat de ‘gangster Patrick’ zijn rol zo goed speelde dat zelfs zijn eigen vrouw ongerust werd dat hij weer in de criminaliteit was teruggevallen. Maar goed, toen die Netwerk-presentator zijn kijkers dus volstrekt verkeerd inlichtte, merkte John van de Heuvel, die hierover zojuist een half uur met mij had zitten praten, dit toen meteen op in de uitzending? Nee. Het beeld moest namelijk blijven, dat Patrick Joran coke had aangeboden. De Pavlov-reactie van de media in deze zaak is immers, dat er gaten in de bekentenis van Joran moeten worden geschoten. Want alleen dat is nieuws en als dat nieuws er dan niet is, moet het maar gemaakt worden.
Je kunt een oud Nederlands spreekwoord aanhalen: in het veen kijkt men niet op een turfje. Patrick geeft toe dat hij coke heeft gebruikt, dus what de fok maakt het dan uit dat fout wordt vermeld dat hij het ook aan Joran heeft aangeboden. Of dat zij het samen hebben gekocht, wat eveneens nooit door Patrick is beweerd (dus verzonnen door Netwerk). Om twee redenen gaat dat spreekwoord hier niet op. Aanbieden of zelf pakken is een levensgroot verschil. En ten tweede: ik kwam dit soort fouten, gedraai, en het overnemen van foutieve berichten, vaak tegen in de media (zie boek voor voorbeelden). En naast de Goede Patrick, en de Slechte Patrick, kan de Kleine Patrick zich natuurlijk nooit tegen al deze onzin verdedigen. Hij zou geen tijd meer overhouden om slangetjes te verkopen.
Laten ik als reactie op het stringetje hierboven even de belangrijkste feiten vermelden:
- Patrick heeft coke gebruikt gedurende de zeven maanden van de infiltratie-actie. Dat beinvloedt niet wat Joran zit te bekennen. Hoewel nooit onderzocht, zullen andere (kroon)getuigen of pseudo/burger-infiltranten bij de rechter ook wel eens een verklaring afleggen terwijl ze kort of lang daarvoor coke gebruikten. Dat is in deze zaak sowieso niet relevant, want de camera’s en microfoons die de bekentenissen van Joran vastlegden lopen niet op coke.
- Patrick heeft Joran nooit coke aangeboden of het samen met hem gekocht. In de zesde week van de bijna zeven maanden durende operatie wilde Joran een keer een snuif en heeft hij een hijs van de crack genomen. Dat is één keer gebeurd ( Patrick gebruikte in het interview met De Volkskrant de woorden ‘wel eens’) en Joran vond het kennelijk toen niet prettig. Op pagina 197 in het boek staat een excerpt uit de voorbankgesprekken waarin Joran vertelt dat hij een keer eerder coke heeft gebruikt, hem min of meer opgedrongen door een meisje dat met hem wilde neuken!?. Het is Patrick nooit duidelijk geworden of dat gebeurde voor of na de tweede arrestatie van Joran. Uit dit verhaaltje van Joran blijkt duidelijk dat coke voor hem geen drug is die hij meer dan eens (of zelfs zo nu en dan) gebruikt.
- Dat het coke-gebruik van Patrick onder de regie zou hebben gestaan van Peter R. de Vries is een beschuldiging die te dom is voor woorden. Ik verwijs naar zijn eigen inleiding in het boek en het zeer gedetailleerde verhaal in het boek zelf. Als opsporingsambtenaren gebruik maken van pseudo-infiltranten, waarvan zij vermoeden dat zij coke gebruiken of drugsverslaafde zijn, maakt hen dat ook geen regissseurs van dat drugsgebruik. Weer geldt voor deze operatie dat dit er niet toe doet. Patrick legt geen verklaringen af, Joran legt verklaringen af die door een camera worden opgenomen.
- Het is totaal onbelangrijk voor de bekentenissen van Joran dat Patrick een strafblad heeft. Ik ben verbaasd dat ik dit nog moet uitleggen op een gespecialiseerde website als deze. Een flink deel van de gedetineerden in Nederland is veroordeeld door verklaringen van mensen met een strafblad. En wederom is dat in deze zaak niet relevant, want de camara’s en microfoons die de bekentenissen van Joran vastlegden hebben geen strafblad.
- Joran rookt veel joints. Hij geeft dat in zijn eigen boek toe. Het bleek ook uit de voorbankgesprekken. We kunnen dit als een vaststaand feit beschouwen. Patrick heeft, zoals hij in het boek beschrijft (de 100 gram van Q en de weed in de helicopter) – op het verzoek van Joran twee keer bemiddeld door Joran in contact te brengen met iemand die weed kon leveren. Beide keren overigens lag het initiatief daartoe volledig bij Joran en heeft Patrick niks opgedrongen. Het zou een gotspe zijn om te stellen dat Patrick Joran aan de weed heeft geholpen of gehouden. Joran was gewend aan het gebruik van weed, hij was niet (of niet steeds of altijd) ‘stoned’ als hij zijn bekentenissen deed. Hoe meer je gebruikt, hoe moeilijker het is stoned te geraken. Zijn bekentenissen waren in meerdere gesprekken en meerdere opzichten erg consistent. En als je stoned bent, kan je en ga je heus niet allerlei ingewikkelde gesprekken voeren over strafrechtelijke affaires en intelligente strategieen hoe je misinformatie kunt geven in verhoorkamers en bij rechters (een uitermate interessant onderdeel in het boek overigens). Je gaat ook geen misdrijven bekennen die je nooit gedaan hebt. Lees de inleiding van Peter R. de Vries om een intelligente discussie hierover te beginnen.
- Patrick heeft voor een infiltratie-strategie gekozen waarbij hij zich voordeed als een gangster. Hij acteerde een gangster. Hij deed het mijns inziens beter dan Robert de Niro het zou hebben gekund. Joran ging Patrick vertrouwen omdat het pad van de criminaliteit hem aansprak (er staan ontstellende voorbeelden in het boek) en omdat alleen een tegenpool van een politie-agent het vertrouwen van Joran kan winnen.
Ik heb de complete uitwerking van de voorbankgesprekken vele malen gelezen. De rijkdom van wat er in het boek is afgedrukt ovetreft alles wat er op televisie werd getoond (logisch, want anders had het programma twee volle avonden gevuld). Na de lezing van die honderden pagina’s kan ik maar tot een conclusie komen. Joran doet zijn bekentenissen niet aan een ‘gangster’ op wie hij indruk wil maken, maar aan zijn beste vriend die hij volkomen vertrouwt. Joran doet ‘tussendoor’ of ‘ter uitleg’ van iets, ook vele uitspraken, die geen mens zou doen om een ander maar wat op de mouw te spelden. Een voorbeeldje: zijn uitgebreide verhaal hoe hij tijdens zijn voorarrest in beperkingen dankzij de hulp van zijn vader een telefoon wist te bemachtigen. Ik merk hoe dit feit wordt genegeerd in de media. Begrijpt dan niemand hoe schadelijk het is geweest voor het onderzoek dat Joran in zijn cel vrijuit telefonisch contact kon leggen met getuigen, vrienden, zijn ouders en wie weet nog meer. Om in beperkingen een geheime telefoon te hebben is PUUR GOUD voor een verdachte. Ik geloof dat dit de belangrijkste reden waarom de waarheidsvinding in deze zaak totaal is gefrustreerd. De keuzes van alle transcripts die in het boek zijn afgedrukt zijn door mij persoonlijk geselecteerd. Mijn grondhouding daarbij was de volgende. Ik studeer rechten met de ambitie strafrechtadvocaat te worden. Persoonlijk ben ik van mening dat het belangrijker is om tien schuldigen te laten lopen, dan een onschuldige te veroordelen. Juist daarom ben ik uitermate zorgvuldig geweest met edits of het weglaten van belangrijke teksten (vandaar die 30,000 woorden). Sterker nog, er is geen tekst meer in de transcripts te vinden waarmee een ander licht op de zaak kan worden geworpen. Voor mij staat in ieder geval vast, dat wat Joran in die auto zegt oprechte bekentenissen zijn. Daarom juist is ‘Overboord’ zo’n belangrijk boek. Iedereen kan nu zelf beoordelen hoe waardevol die bekentenissen waren.
- Het doet er voor de zaak niet toe, maar het is ontstellend om te zien hoeveel media er een sport van hebben gemaakt om de suggestie te wekken dat Patrick, die een gangster acteerde, nog steeds een gangster is. Ik snap heus wel dat Patrick daar zelf aan bijdraagt met al die ruige taal en stoere verhalen van hem, maar toch is er een essentieel verschil met wat hij zelf vertelt en met wat hem door de media wordt aangewreven danwel wat er van zijn woorden wordt gemaakt met de opzet van de journalisten om lezers te laten geloven dat Patrick nog steeds een gangster is. Laat ik twee voorbeelden geven:
Uit het Volkskrant-interview lijk je te kunnen aflezen dat Patrick gedurende de tijd van de infiltratie (en dus na zijn criminele leventje) een vuurwapen bij zich zou dragen. Er bestaan twee versies van dit interview. De eerste versie, die alleen ik heb gelezen, en de versie die is afgedrukt. In de eerste versie waren er woorden in de mond van Patrick gelegd (een vraag was zijn antwoord geworden). Een onbevangen krantenlezer zou al nooit het vermoeden krijgen dat een geluidsopname van hetzelfde gesprek op twee manieren kan worden uitgewerkt. En als er die eerste keer niet stond wat er echt op de band stond, hoe zeker is het dan dat wat er die tweede keer in het interview staat wel op de band stond. De eerste tekst is wel aan mij voorgelegd, de tweede tekst niet. Ik heb tegen de eerste tekst bezwaar gemaakt en de verslaggever erkende toen dat deze niet zo op de band bleek te staan (oeps). Ik heb ook gewezen op de specifieke setting van het interview, waarin ik vooraf en later heb gezegd dat er soms verwarring ontstaat als Patrick praat over zijn tijd als jeugdcrimineel en tegenwoordig. Dat gebeurt vooral als de vragen over die twee periodes elkaar snel opvolgen of regelmatig switchen. Ik heb precies aangewezen hoe dit misverstand is ontstaan. Toch heeft de verslaggever de essentie niet willen veranderen of desnoods verduidelijken. Wel heeft hij een tweede versie gemaakt die mijns inziens nog steeds te suggestief is. Als je vraag en antwoord goed bekijkt, zei je meteen dat er iets fout zit, want Patrick praat over ‘het milieu’ waarin hij al 14 jaar niet meer actief is en niet over zijn verblijf op de kamer van Patrick. Maar dat grote verschil maakt De Volkskrant kennelijk allemaal niks uit. Het is een leuke passage nietwaar? In het boek staat trouwens ook een passage, die duidelijk maakt dat Patrick al 15 jaar geen vuurwapens meer draagt als hij en Joran in de Range Rover worden aangehouden door de politie (pagina 283). Dat boek heeft De Volkskrant vooraf gelezen.
Voor alle duidelijkheid: Patrick verklaart dat hij al 14 jaar geen vuurwapen meer heeft gedragen. In zijn jaren als crimineel deed hij dat soms wel en hij vertelde dat als volgt aan De Volkskrant: ‘Ja, dat had ik wel vaker bij me, snap je? Het is puur om te laten zien wie je bent. En om problemen te voorkomen in het milieu?’ De vraag daarvoor ‘Zat jij met een pistool op Jorans kamer?’ moet hij verkeerd hebben begrepen of niet hebben gehoord. Ik zat behalve een kort bezoekje aan de WC en aan de parkeermeter bij het gesprek. De geluidsband van het hele gesprek met De Volkskrant kan het een en ander verhelderen. Ik zal deze opvragen.
Als er een misverstand ontstaat na het afdrukken van een interview, hoeft dat niet altijd te betekenen dat niet is gezegd wat wordt afgedrukt. Een voorbeeld daarvan treffen we aan als Patrick in het interview zegt dat hij later misschien meer over zijn verleden zal vertellen en dan het grapje maakt: ‘Maar ik heb nog dingen die moeten verjaren.’ Patrick moet natuurlijk leren dat soort grapjes niet te maken en begrijpen dat verslaggevers met zoiets aan de haal gaan. Toch moet het de interviewers wel duidelijk zijn geweest dat het een grapje was, want anders hadden ze wel doorgevraagd. Immers, alleen een misdrijf waar meer dan 10 jaar gevangenisstraf op staat verjaart pas na 20 jaar en misdrijven waar levenslange gevangenisstraf op is gesteld verjaren nooit. Dat zou nog eens een scoop zijn geweest! Maar natuurlijk vragen de verslaggevers niet door na een tussen alle vier de gesprekspartners duidelijk grapje. Ik vind het niet kies om het dan wel als een serieus antwoord in het interview te zetten. Op de persconferentie de volgende dag begrepen de aanwezige verslaggevers wel meteen dat ze moesten doorvragen als Patrick echt zou hebben beweerd dat hij ‘later misschien nog dingen zou vertellen die nog moesten verjaren,’ waarna Patrick meteen kon uitleggen dat hij een grapje had gemaakt. Voor alle duidelijkheid: Patrick verklaart dat hij in zijn criminele verleden geen misdrijven heeft gepleegd die nu nog zouden moeten verjaren.
Het zijn maar twee voorbeelden uit een interview. Ik zou er zo nog een hele trits kunnen opnoemen uit alle andere berichten in de bladen, kranten en televisie. Komt dat nou omdat Patrick zichzelf steeds niet goed uitdrukt of ligt het toch aan iets anders?
www.hartvannederland.nl/item/10041/Persconferentie_Van_der_Eem
Op zijn persconferentie zegt Patrick heel beleefd over de door ons betwiste punten uit het Volkskrant-interview, dat hij wellicht niet duidelijk genoeg is geweest. Het Nieuwe Revu interview wordt door Patrick niet betwist, maar als Panorama-verslaggever Mylene de la Haye daar dan een onverstaanbaar en onduidelijk vraagje over stelt, herhaalt Patrick nog maar eens beleefd ‘dat hij het niet duidelijk genoeg heeft uitgelegd’, met zijn hoofd waarschijnlijk nog steeds bij De Volkskrant. Een daar aanwezige verslaggever liet nog eens weten dat het toch raar is dat Patrick dan kennelijk de antwoorden op de vragen van twee media niet goed heeft uitgelegd. Dat op zich, zo is de suggestie, zegt toch eigenlijk genoeg over Patrick. Oh ja? Is dat echt zo? Hem ging het in de eerste plaats alleen om de betwiste punten in niet twee, maar een medium. Een paar uur later wordt er plompverloren door Netwerk iets het land ingeslingerd dat Patrick nooit heeft gezegd, noch op de persconferentie (waar het punt van ‘samen coke gekocht’ niet eens aan de orde is geweest), noch elders. En vervolgens zwamt Aktueel.nl dat Patrick Joran coke heeft aangeboden. Aan Patrick ligt het niet dat die onzin wordt verkondigd. Kennelijk denken journalisten razendsnel dat Patrick uit zijn nek zit te kletsen als er onbegrijpelijke passages in de media terechtkomen, omdat zij zelf altijd onfeilbaar zijn. Toch?
Zou het misschien zo zijn dat de pers het adagium van de Franse revolutionair Pierre de Beaumarchais volgt? Vilify! Vilify! Some of it will always stick.
Persoonlijk begrijp ik wel waarom. Wat is er leuker om gaten te schieten in een scoop, zelfs al is het met nieuws dat je zelf moet fabriceren of suggereren? En dan is er ook nog zoiets als Klokkenluiders Karma. Iedereen wil de klokkenluider of informant graag op dezelfde wijze zien vallen al zijn ‘slachtoffer’, al is diegene dus wel de eigenlijke dader. Joran is naar beneden gehaald. Dus nu moet Patrick ook naar beneden worden gehaald. Alleen dan is er namelijk de perfecte cirkel. Het is een onweerstaanbare ‘apropos’ voor alle mensen die zelf nooit een vinger zouden uitsteken om iemand met ernstige problemen – zoals slachtoffers van misdrijven - te helpen. Er moet toch iets zijn dat ons een beetje beter doet voelen dat we ons eigen hoofd niet in de waagschaal leggen. De meeste mensen vinden het helemaal niet prettig als een ander iets goeds doet waar zijzelf nooit aan beginnen. Men grijpt liever de klokkenluider vast, schudt hem door elkaar en zegt: ‘kijk, kijk, ik zei het toch, beetje smerig hè...’
En dan valt er in deze string ook nog het schrille geluid van een aantal Peter R. de Vries haters waar te nemen. Daarvoor kan ik dan weer een uitspraak van Edgar Allan Poe aanhalen: ‘To vilify a great man is the readiest way in which a little man can himself attain greatness.’
Patrick zelf zei het nog het meest filosofisch na de persconferentie tegen mij: ‘Straks gaan ze mij nog de schuld geven dat Joran nooit is gepakt voor wat hij met Natalee heeft gedaan.’
Peter Schouten, woordvoerder Patrick van der Eem
Geplaatst door: Peter Schouten | 29 juni 2008 om 23:45