Ja, zover was ik ook, maar ik zie de relatie niet die wordt gesuggereerd met een googol, oftewel 10100.quote:
Googol = Google. Bovendien: kent Google de HHG2TG.quote:Op dinsdag 1 april 2008 01:31 schreef Riparius het volgende:
[..]
Ja, zover was ik ook, maar ik zie de relatie niet die wordt gesuggereerd met een googol, oftewel 10100.
Ah zo. Ik had altijd een hoge pet op van de calculator van Google (kan ook mooi rekenen met complexe getallen e.d.) maar die pet is nu dus afgewaaid. Altijd weer dat infantiele gezeik over het getal 42.quote:Op dinsdag 1 april 2008 01:36 schreef Iblis het volgende:
[..]
Googol = Google. Bovendien: kent Google de HHG2TG.
quote:Op maandag 31 maart 2008 20:35 schreef Iblis het volgende:
[..]
Je zou je eerst moeten afvragen: Zijn de prestaties van die vijf onderling onafhankelijk? Dat lijkt me eigenlijk stug. Allicht dat ze samen leren, dat het getal van 40% gebaseerd is op gemiddelden over de jaren, maar dat je wel soms een moeilijker tentamen en een makkelijker tentamen hebt. Als het niet onderling onafhankelijk is valt er niets zinnigs over te zeggen.
Dus, we zullen maar aannemen dat dit wel zo is. Eigenlijk moet zoiets gegeven zijn. Of anders moet je het opmerken. We hebben hier te maken met een Bernouilli-experiment. De succeskans is 0,4. De kans dat niemand afstudeert is dus de kans dat ze allemaal niet-slagen, met 60% kans per persoon. Denk er even over na nu. De tweede is ook niet zo moeilijker, hier heb je namelijk één succes. Bij de 3e moet je nadenken hoe het handig is dat aan te pakken. Als je na het lezen over Bernoulliexperiment nog niet ziet hoe het moet dan help ik je graag verder, maar vooreerst is het zinniger om er zelf op te komen.
Klopt. De 3e kan overigens ook anders. Je hebt al berekend wat de kans is dat één iemand afstudeert en dat niemand afstudeert. Als je nu nog uitrekent wat de kans is dat er twee afstuderen (5 C 2) x (4/10)2 x (6/10)3 = 0,3456. Dan weet je dat de kans dat er minstens twee afstuderen gelijk is aan (1 - (0,07776 + 0,2592 + 0,3456) = 0,31744. (Zelfde als jij had).quote:Op dinsdag 1 april 2008 14:46 schreef Ki08 het volgende:
Ik heb nu een of andere site over Bernoulli-experimenten bekeken en heb vraag 1 op de volgende manier berekend:
1,i ) niemand afgestudeerd = (6/10)5 = 0,07776...
ii ) 1 afgestudeerd = ( 5 nCr 1 ) x (4/10) x (6/10)4 = 0,2592...
iii ) 3 wel, 2 niet = ( 5 nCr 3 ) x (4/10)3 x (6/10)2 = 0,2304....
4 wel, 1 niet = 0,0768..
5 wel = (4/10)5 = 0,01024
Deze drie antwoorden dan optellen en dat geeft de kans dat minstens 3 afstuderen.
Niet nagerekend, maar de manier is goed.quote:2) 6 goed vd 10: ( 10 nCr 6 ) x 0,56 x 0,54 = 0,205...
7 goed vd 10: ( 10 nCr 7 ) x 0,57 x 0,53 = 0,117...
Dit ook voor 8, 9 en 10 goede antwoorden berekenen en deze 5 antwoorden optellen:
Kans om te slagen geeft: 0,3766
Dat delen is nergens voor nodig. Je stelt gewoon dat een meisje ‘succes’ is. Dus voor 3 meisjes heb je 3x succes en 2x falen, dus (5 C 3) x 0,53 x 0,52 = (5 C 3) 0,55. Jij leid je misleiden door het feit dat 3 jongetjes tot dezelfde berekening zou leiden. Als de kans op een meisje 0,6 was, en op een jongen 0,4 dan zou je dat niet doen. De waarden in de berekening zijn weliswaar hetzelfde, maar het is niet dezelfde berekening.quote:3, i) 3 meisjes, 2 jongens: ( 5 nCr 3 ) x 0,53 x 0,52 = 0,3125
Maar dit kan ook gelden voor 3 jongens en 2 meisjes, Dus deel je 0,3125 door 2 = 0,15625
Dit x 800 = 125 families verwacht je met 3 meisjes en 2 jongens.
ii ) 5 meisjes: 0,55 = 0,03125 (door 2 delen en maal 800 = 13 families)
iii ) 2 jongens, 3 meisjes: 0,3125 en 3 jongens en 2 meisjes: 0,3125
Deze bij elkaar optellen en delen door 2 (dus weer 0,3125) kom je op 250 families.
Kloppen deze antwoorden zo een beetje? Alvast bedankt voor je hulp!
Ook wordt er gevraagd voor welke labda de oplossing een eindigegraads polynoom is.quote:y'' - 2xy' + (labda)y = o
Dan weet ik (bijna) zeker dat de coefficienten c gegeven worden door:quote:sum(cnxn)
Maar hoe kan ik uit deze recursieve relatie met een "constante" labda een algemene cn vinden, aangezien er bij mijn berekeningen een (oneindige voor n->oneindig) polynoom in labda ontstaatquote:cn+2 = (2n - labda)cn / ((n+2)(n+1))
Edit, sorry, stond onzin, ben te moequote:Op donderdag 3 april 2008 22:55 schreef Johan1526 het volgende:
Ik heb een vraag over differentiaalvergelijkingen. De opdracht is om een machtreeks te vinden die aan de volgende dv voldoet:
[..]
Ook wordt er gevraagd voor welke labda de oplossing een eindigegraads polynoom is.
Stel een oplossing van de dv is
[..]
Dan weet ik (bijna) zeker dat de coefficienten c gegeven worden door:
[..]
Maar hoe kan ik uit deze recursieve relatie met een "constante" labda een algemene cn vinden, aangezien er bij mijn berekeningen een (oneindige voor n->oneindig) polynoom in labda ontstaat?
Dat ziet er goed uit.quote:Op donderdag 3 april 2008 22:55 schreef Johan1526 het volgende:
Ik heb een vraag over differentiaalvergelijkingen. De opdracht is om een machtreeks te vinden die aan de volgende dv voldoet:
[..]
Ook wordt er gevraagd voor welke labda de oplossing een eindigegraads polynoom is.
Stel een oplossing van de dv is
Dan weet ik (bijna) zeker dat de coefficienten c gegeven worden door:
Wel er is altijd een polynoom die eraan zal voldoen : de nulveelterm.quote:Maar hoe kan ik uit deze recursieve relatie met een "constante" labda een algemene cn vinden, aangezien er bij mijn berekeningen een (oneindige voor n->oneindig) polynoom in labda ontstaat?
Er moet wel een formule voor zijn dacht ik, het moet iig op papier uit te schrijven zijn zonder al te veel moeite.quote:Op zaterdag 5 april 2008 20:41 schreef GlowMouse het volgende:
Ik denk dat je met een Excel-sheet zoiets het snelst berekent.
Dat kan niet qua eenheden. Daarnaast heb je het nooit over '1 mol' maar over '1 mol kwik'.quote:Op zondag 6 april 2008 17:32 schreef Kaasje. het volgende:
1 mol = 200,6 mol g-1
Eenheid?quote:dichtheid kwik = 13,5
Ik zie een paar kleine foutjes in de berekening, maar het idee snap ik helemaal. Dom dat ik er zelf niet ben opgekomen zeg.... jammer want het was een tentamenvraagquote:Op zondag 6 april 2008 14:36 schreef GlowMouse het volgende:
Ah, je hebt gelijk. Het blijkt nog vrij eenvoudig te zijn ook. Neem schuld S, rente r, annuïteit A, en schrijf gewoon wat jaren uit:
schuld begin jaar 1: S
schuld begin jaar 2: S*(1+r) - A
schuld begin jaar 3: (S*(1+r) - A)(1+r) - A = S*(1+r)² - A*(1+r) - A
schuld begin jaar 4: (S*(1+r)² - A*(1+r) - A)(1+r) - A = S*(1+r)³ - A*(1+r)² - A*(1+r) - A
De schuld aan het begin van jaar n is dus S*(1+r)n - A*(1+r)n-1 - A*(1+r)n-2 - .... - A*(1+r)1 = S*(1+r)n - A*[ (1+r)n-1 + (1+r)n-2 + .... + (1+r)1 ] = S*(1+r)n - A*[ ((1+r)n - (1+r)) / r ]
Behalve dat 4/3*Pi niet gelijk is aan 1,5 klopt je manier van oplossen wel. Het antwoord kun je natuurlijk controleren door het in de oorspronkelijke vergelijking in te vullen. Je krijgt dus sin-1(0,5)/(4/3*Pi).quote:Op zondag 6 april 2008 17:46 schreef cablegunmaster het volgende:
40+10 * sin (4/3 Pii * X)= 45
hoe los je dit op ?
ik dacht door eerst 40 weg te halen
10 *sin (1,5 * X) = 5
Sin(1,5 * X)= 0,5
1,5 * X = Sin -1(0,5
Sin -1(0,5) / 1,5 = oplossing?
klopt dit?
want ik probeer dit al een tijdje op te lossen de vergelijking.
Neen, je slaat een hoop oplossingen over. Je hebt: sin(1.5x) = 0.5 Er geldt 0.5 = sin(pi/6) (leer die rijtjes gewoon uit je hoofd, heb je veel profijt van), dus de vergelijking is sin(1.5x) = sin(pi/6).quote:Op zondag 6 april 2008 17:46 schreef cablegunmaster het volgende:
40+10 * sin (4/3 Pii * X)= 45
hoe los je dit op ?
ik dacht door eerst 40 weg te halen
10 *sin (1,5 * X) = 5
Sin(1,5 * X)= 0,5
1,5 * X = Sin -1(0,5
Sin -1(0,5) / 1,5 = oplossing?
klopt dit?
want ik probeer dit al een tijdje op te lossen de vergelijking.
De eerste 2 stappen zijn goed, maar die laatste 2 gaat er iets mis.quote:Op zondag 6 april 2008 17:46 schreef cablegunmaster het volgende:
40+10 * sin (4/3 Pii * X)= 45
hoe los je dit op ?
ik dacht door eerst 40 weg te halen
10 *sin (1,5 * X) = 5
Sin(1,5 * X)= 0,5
1,5 * X = Sin -1(0,5
Sin -1(0,5) / 1,5 = oplossing?
klopt dit?
want ik probeer dit al een tijdje op te lossen de vergelijking.
check je antwoord op je rekenmachienequote:Op zondag 6 april 2008 18:02 schreef McGilles het volgende:
[..]
De eerste 2 stappen zijn goed, maar die laatste 2 gaat er iets mis.
40+10 * sin (4/3 Pii * X)= 45
10 sin (4pi/3 * x) = 5
sin (4pi/3 * x) = 0,5
4pi/3 *x = arcsin (0.5) = pi/6
4pi * x = pi/2
x = 1/8 (ik laat de mod maar weg, neem aan dat je dit nog niet hebt gehad)
1/8 is het goede antwoord voor die opgave, daar heb ik geen rekenmachine voor nodig.quote:Op zondag 6 april 2008 18:06 schreef cablegunmaster het volgende:
[..]
check je antwoord op je rekenmachiene0,349 is het 1e antwoord... intersect knopje
Dit is gewoon geen mooie opgave. Hier de algemene uitwerking:quote:Op zondag 6 april 2008 18:04 schreef cablegunmaster het volgende:
heb er nog 1 nu met de cosinus.
190 * Cos( 2pii / 12,25 ) * T) = 172
is het met cos hetzelfde? of werkt daar een ander trucje?
moet iets van 2,68+ K * (2Pii/12,25) uitkomen en 9,56+ K * (2Pii/12,25) als antwoord
Juist niet, probeer in Radialen te rekenen. In het begin is het wennen maar geloof mij maar, het is velen malen makkelijker!quote:Op zondag 6 april 2008 18:17 schreef cablegunmaster het volgende:
jullie schrijven het anders ik probeer zo snel mogelijk van die pii af te komen omdat het makkelijker is met cijfers te rekenen dan in pii...
ben maar een havistquote:Op zondag 6 april 2008 18:11 schreef McGilles het volgende:
[..]
1/8 is het goede antwoord voor die opgave, daar heb ik geen rekenmachine voor nodig.
Zoals Glowmouse als zei, probeer de standaardrijtjes uit je hoofd te leren
Sin (0) = 0 (1/2 * sqrt0)
Sin (pi/6) = 1/2 (1/2 * sqrt1)
Sin (pi/4) = 1/2 * sqrt2 (1/2 * sqrt2)
Sin (pi/3) = 1/2 * sqrt3 (1/2 * sqrt3)
Sin (pi/2) = 1 (1/2 * sqrt4)
Voor de cosinus andersom. De tangens is met 0, 1/3 * sqrt3, 1, sqrt 3, oneindig.
sqrt (square root, in België Vierkantswortel) is het engelse woord voor wortel, niks meer, niks minderquote:Op zondag 6 april 2008 19:03 schreef cablegunmaster het volgende:
[..]
ben maar een havistdit is mn eerste proefwerk over goniometrie en ik ken geen SQRTs
dus als je sin ( 60 graden invult komt eruit, 1/2 *wortel 3?quote:Op zondag 6 april 2008 19:13 schreef McGilles het volgende:
Dan doorloop je een rijtje van:
0, 1/2, 1/2 * wortel2, 1/2 * wortel3, 1 voor de sinus
en
1, 1/2 * wortel3, 1/2 * wortel 2, 1/2, 0 voor de cosinus (precies andersom dus)
De bijbehorende hoeken zijn 0 graden, 30 graden, 45 graden, 60 graden en 90 graden, oftewel 0, pi/6, pi/4, pi/3 en pi/2.
x√x = x^1,5quote:Op zondag 6 april 2008 19:16 schreef divided het volgende:
ik zit al een tijdje naar een opgave te kijken en ik zie vast wat stoms over het hoofd.
primitieve van -> x√x
ik kom er niet uit :S
Klopt ja,quote:Op zondag 6 april 2008 19:18 schreef cablegunmaster het volgende:
[..]
dus als je sin ( 60 graden invult komt eruit, 1/2 *wortel 3?
vergat mn GR in degree te zettenquote:Op zondag 6 april 2008 19:22 schreef McGilles het volgende:
[..]
Klopt ja,
sin (pi/3) (= sin (60graden))* = 1/2 * wortel3
* -> Dit mag je niet zo opschrijven natuurlijk
Zie je eigen plaatje.quote:Op zondag 6 april 2008 19:27 schreef cablegunmaster het volgende:
[..]
hoe krijg je het 2e antwoord van een cosinus? ik snap dat je bij sinus Pii - antwoord uit je vraag en daar uithet 2e antwoord krijgt.
geld dit ook bij de cosinus?
cos (x) = cos (-x)quote:Op zondag 6 april 2008 19:27 schreef cablegunmaster het volgende:
[..]
vergat mn GR in degree te zetten
hoe krijg je het 2e antwoord van een cosinus? ik snap dat je bij sinus Pii - antwoord uit je vraag en daar uithet 2e antwoord krijgt.
geld dit ook bij de cosinus?
massa = volume * dichtheidquote:Op zondag 6 april 2008 17:14 schreef Kaasje. het volgende:
Iemand een idee?
Bereken hoeveel mol 2,34 cm3 kwik is.
Ik moet gewoon even weten of ik het goed doe.. Dan kan ik verder met leren.
kwadratische afsluiting van Q.quote:
Ik denk dat dat niet kan, omdat er volgens mij in die uitbreiding van graad 4 ergens een tussenliggend veld van graad 2 over het kleinste zal moeten liggen. Maar mijn kennis van alle details van Galoistheorie laat me even in de steek om dat hard te maken?quote:Op dinsdag 8 april 2008 21:03 schreef teletubbies het volgende:
[..]
kwadratische afsluiting van Q.
http://planetmath.org/encyclopedia/QuadraticallyClosed.html
(het heeft te maken met constructie van getallen en wanneer dat kan). Er is bijv wel een uitbreiding van graad 3 mogelijk, want 3e machtswortel van 2 is niet construeerbaar. Maar of er een uitbreiding van graad 4 ook bestaat..daar zat ik aan te denken.
Hints zijn welkom
Wat ik denk.... en het is misschien ook hard te maken:quote:Op dinsdag 8 april 2008 21:21 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
Ik denk dat dat niet kan, omdat er volgens mij in die uitbreiding van graad 4 ergens een tussenliggend veld van graad 2 over het kleinste zal moeten liggen. Maar mijn kennis van alle details van Galoistheorie laat me even in de steek om dat hard te maken?Iemand?
Je hebt gewoon een parametervoorstelling van een punt P(x,y) als functie van de tijd t (als je het fysisch benadert). Hoe jullie notatie is weet ik niet maar als je de eenheidsvectoren langs de x-as en de y-as weergeeft als resp. ex en ey dan is het eenvoudig als een vectoriële som te schrijven toch? Voor c: bepaal dx/dt en dy/dt. Voor d: kijk voor welke waarde(n) van t geldt dy/dt = 0.quote:Op woensdag 9 april 2008 19:17 schreef divided het volgende:
ik snap een vraagstelling niet ik hoop dat jullie kunnen helpen
ik heb x = t^2 - 2t^3
y=2t^3-3t.
de vragen hierbij zijn.
4b. (5) Geef de bewegingsvergelijking vectorieel weer.
4c. (5) Bereken de snelheidsvector.
4d. (5) In welke punten van de baan is de snelheidsvector horizontaal gericht?
Ik snap de vraag stelling niet wat en hoe moet ik het nou uitrekenen ..
Misschien een domme vraag maar als je het verband tussen velden en groepen gaat gebruiken, gebruik je toch Galoistheorie? Hoe weet je dat de beschouwde uitbreiding een Galoisextensie is?quote:Op dinsdag 8 april 2008 21:54 schreef thabit het volgende:
Je moet zoeken naar transitieve permutatiegroepen van graad 4 die geen ondergroep van index 2 hebben, dat zal namelijk Gal(f) zijn. Volgens mij zijn S_4, A_4, D_4, V_4 en C_4 alle transitieve permutatiegroepen van graad 4. Voor alle behalve A_4 is het direct duidelijk dat ze een ondergroep van index 2 hebben. En A_4 heeft er inderdaad geen. Dus zoek een polynoom met Galoisgroep A_4 en dat polynoom definieert een uitbreiding van graad 4 van Q^quad.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |