Telegraaf interview omdat Margriet 65 is geworden. Gisteren was er een docu van de NOS over haar. Vanavond bezoekt de prinses samen met familie, vrienden en verwante organisaties een balletvoorstelling. Dit is via Blauw Bloed op televisie te volgen.
quote:
Prinses Margriet 65 jaar
door Alex De Vries
APELDOORN - Bescheiden en loyaal. Dat is prinses Margriet. Ze is zaterdag 65 jaar geworden. "Van stilzitten word ik lastig", zegt ze in een openhartig interview in de Telegraaf.
Vol plichtsbesef heeft Margriet vanaf 1965 haar moeder, koningin Juliana, en later haar oudere zuster, koningin Beatrix, bijgestaan bij representatieve taken. Even bevlogen, maar vooral achter de schermen, was zij tot vorig jaar actief als voorzitter van de Europese Culturele Stichting en is zij nog steeds topbestuurder in het Internationale Rode Kruis.
Vandaag viert zij haar 65e verjaardag. Als cadeau krijgt zij vanavond in de Apeldoornse schouwburg Orpheus van dansgroep Introdans een ballet aangeboden. De prinses is beschermvrouwe van het gezelschap. "Als mensen zich afvragen waarom ik geen hoge hakken draag, is dat omdat ik net een teen van mijn linkervoet heb gebroken", bekent zij in een openhartig gesprek. Op 1 februari volgt nog de feestavond in Carré in Amsterdam, die ze samen met koningin Beatrix organiseert.
"Een verrijking van mijn leven. Ja, ik ben daar werkelijk dankbaar voor." Het is het eerste antwoord dat prinses Margriet te binnen schiet als ze terugkijkt op haar rol als 'reservekoningin'. Het typeert hoe zij in het leven staat. "Mijn taak naast mijn moeder en later naast mijn zuster heeft mij de kans geboden om een scala van gebeurtenissen in Nederland mee te maken en met vele facetten van de samenleving in aanraking te komen. De diversiteit van dat werk en ook de boeiende en soms onverwachte ontmoetingen had ik niet willen missen. Het heeft mijn kijk op de wereld enorm verruimd", zegt prinses Margriet.
Een taak die zij vaak vervulde samen met haar flamboyante echtgenoot prof. mr. Pieter van Vollenhoven. Een taak ook die de laatste jaren deels door prins Willem-Alexander en prinses Máxima is overgenomen. De kroonprins heeft eerder aangegeven een warme band te hebben met zijn familie op Het Loo. Willem-Alexander beschouwt de prinses en Van Vollenhoven als zijn 'tweede vader en moeder'.
Toen in 1964 de oudere zuster van Margriet, prinses Irene, zonder toestemming van het parlement trouwde en daarmee lid af was van het Koninklijk Huis, moest de op 19 januari 1943 in het Canadese Ottawa geboren Margriet plotseling inspringen. Ook al was ze daar niet echt op voorbereid, de prinses aanvaardde de verantwoordelijkheid als tweede in de lijn van troonopvolging. "Ik heb van huis uit een groot verantwoordelijkheidsgevoel meegekregen. Mijn zusters en ik werden weliswaar vrij opgevoed - we gingen naar gewone scholen en kozen zelf onze vrienden - maar het was de Tweede Wereldoorlog die onze opvoeding heeft beïnvloed. De vrijheid in Europa was zwaarbevochten en daar staan verplichtingen tegenover. Verder legden mijn ouders altijd de nadruk op het bindende facet van onze familie en daarmee onze plicht om de samenleving te dienen. U moet dat ook zien tegen de achtergrond van de sterke verzuiling die er toen nog was."
Na de watersnoodramp van 1 februari 1953 bijvoorbeeld vloog een tienjarige prinses Margriet samen met haar ouders en zusjes over het rampgebied en zag met eigen ogen de verwoesting en ontreddering. "Mijn ouders lieten ons als kinderen al veel meemaken. Ook als er gasten waren, zaten wij bij het eten vaak mee aan tafel. Dat was inspirerend en stimulerend. Sommige gesprekken met buitenlandse gasten zullen mij altijd bijblijven."
Welk bezoek is u het best bijgebleven?
"Vele. Ook van bekende personen uit de Tweede Wereldoorlog, zoals Winston Churchill. Hij heeft bij een bezoek aan Soestdijk (in 1948, red.) veel indruk op mij gemaakt. Hij was peetvader van mijn jongste zusje (prinses Christina, toen nog Marijke geheten, red.). Helaas was ik veel te jong om me president Roosevelt te kunnen herinneren. Hij was mijn peetvader. Ik heb nog een foto waarop we samen staan, ik als baby in de box, hij ernaast."
Welke waarden zijn - naast plichtsbesef - ook belangrijk voor u?
"Ik hecht sterk aan eerlijkheid en vertrouwen. Respect voor de ander. En aan beschaafd met elkaar omgaan. Bij de opvoeding van mijn eigen kinderen hanteerde ik het begrip van de rode en groene lichtjes, net zoals in het verkeer. En dat je zelf bijtijds moet remmen."
Hoe had uw carrière eruit gezien als u nummer drie in de lijn van troonopvolging was gebleven?
"Het was toen niet gebruikelijk om in die termen te denken. Voor hun dochters was het hoofddoel van de ouders van mijn generatie het huwelijk, dan waren ze onder de pannen. Natuurlijk waren voor jonge vrouwen een studie en een goede ontwikkeling belangrijk, maar niet om carrière mee te maken zoals nu gebeurt. Tegenwoordig kiezen vrouwen bewust wat ze met hun studie willen doen."
Door uw verloving en huwelijk brak u uw studie rechten in Leiden af.
"Ik had toen eigenlijk veel liever geschiedenis gestudeerd, maar rechten ging voor. Dat was gezien mijn positie een betere basis. Als ik nu zou mogen kiezen, zou dat culturele antropologie zijn. Ik heb echter geen omlijnd idee wat ik daar professioneel mee gedaan zou hebben."
En uw vaak beschreven aanleg voor zorgzaamheid? U volgde in de jaren 1965/66 kortstondig een opleiding tot Rode Kruis-helpster.
"Bij nader inzien merkte ik tijdens die opleiding dat ik niet echt goed bestand was tegen bloederige en enge situaties."
Nergens spijt van?
"Wat verleden en toekomst betreft zei mijn moeder altijd: er is geen goede oude tijd! En ik vind maatschappelijk gezien dat wij onze verworvenheden moeten koesteren."
Was het lidmaatschap van het Koninklijk Huis ooit een keurslijf?
"In onze positie moet je je altijd bewust zijn van je doen en laten. Ook voordat de roddelpers er was, vooral in mijn studententijd, was dat soms al echt lastig. Later ben ik het als een voordeel gaan zien dat ik dit zo vroeg heb geleerd. Moet niet ieder mens rekenschap afleggen voor zijn eigen handelen? Onze verhouding tot de media zie ik in dit licht. Alleen tegen verdraaiing van feiten kan ik zeer slecht. Natuurlijk vraag ik me wel eens af wat voor een beeld mensen van mij hebben en hoe dat dan ontstaat. Maar op die vraag krijg je moeilijk antwoord."
En dan lachend, vol understatement: "Alhoewel, wel als mensen in een winkel achter je rug over je praten. Dan hoor je soms interessante maar ook rare dingen over jezelf. Sommige mensen denken echt dat je als prinses de hele dag op de bank ligt en bonbons eet."
Uw schoondochters verkregen door hun huwelijk de aanspreektitel Prinses van Oranje-Nassau. Hoe belangrijk is dat?
"Dat men de naam van de echtgenoot krijgt is nu eenmaal gewoonte in onze maatschappij. Dat is een feit en niet ter discussie geweest. Als het niet zou zijn gebeurd, dan was het pas vreemd geweest. Mijn kleindochter Anna (oudste dochter van prins Maurits en prinses Marilène, red.) vroeg mij laatst: Waarom zeggen ze prinses tegen jou? Dan sta ik met de mond vol tanden. Omdat ik dat ben, antwoord ik haar dan. Wat moet ik anders zeggen?"
Bevalt het om grootmoeder te zijn?
"Het is een nieuwe dimensie, een grote vreugde", vertelt een stralende prinses. "Bij elke geboorte van een kleinkind is er weer dezelfde verwondering. Je geniet en observeert. Het heeft ook iets nostalgisch. Ik vergelijk situaties nu vaak met toen mijn eigen kinderen klein waren. Verder zijn die kleine armpjes om je nek en het knuffelen heerlijk. Kinderen zijn heel ad rem of ontroerend. Verder ga ik met ze zwemmen en wandel veel in de natuur, vooral in de bossen rond Het Loo. En ik lees de kleinkinderen graag voor, dat heb ik altijd leuk gevonden."
Zowel prinses Margriet als de heer Van Vollenhoven denkt nog lang niet aan het pensioen. Naast vele neventaken is Van Vollenhoven razend druk als voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Prinses Margriet trad in 2007 na 24 jaar weliswaar terug als voorzitter van de Europese Culturele Stichting (ECS), maar is nog steeds actief als vicevoorzitter van het Nederlandse Rode Kruis en als bestuurder van de Internationale Federatie van het Rode Kruis en Rode Halve Maan Verenigingen. Deze baan is te vergelijken is met een eenmansfractie in de Tweede Kamer. Niet één bepaald gebied vraagt de aandacht, maar alle dossiers moeten worden bijhouden.
U wordt 65 jaar en krijgt aow. Voor veel mensen is dat een logische mijlpaal om te stoppen met werken.
"Niet voor mij. Ik heb nooit een baan van negen tot vijf gehad. Tegenwoordig is de trend: juist doorwerken. Wij blijven bij de tijd. Hoe meer je in de samenleving blijft staan, hoe beter dat voor je is, het houdt je geest actief. Stilzitten kan ik niet, dat weten bijvoorbeeld mijn zoons heel goed. Dan hebben ze alleen maar last van mij. Als je ouder wordt neemt je tempo wel iets af, dat is soms vervelend, maar daar leer je mee omgaan. Iedereen heeft zo zijn ongemakken."
U kampt al jaren met een hernia. Hoe gaat het daarmee?
"Dat gaat steeds beter. Maar sommige sporten, zoals paardrijden, zijn er niet meer bij."
Het kabinet besloot vorig jaar bij uw vertrek als ECS-voorzitter als eerbetoon een grote cultuurprijs naar u te vernoemen, de 'Princess Margriet Award'. Hoe belangrijk is cultuur voor onze samenleving?
"Een gemeenschap kan niet alleen worden gesmeed op een economische basis, ook de Europese niet. En de grenzen worden door de politiek gesteld, maar zijn niet altijd onze grenzen, dat maakt dit werk zo boeiend. De samenwerking in Europa heb ik altijd gezien als tegenpool van oorlog, geweld en onvrijheid. Misschien heeft mijn geboorte in Canada daarmee te maken. Ik ben opgegroeid in een naoorlogse tijd van wederopbouw en verzoening. Mijn jeugd was daarmee doordenkt. De stichters van de culturele stichting zagen een Europese gemeenschap van mensen voor zich, met cultuur als bindmiddel. Bruggen slaan om de rauwe wonden van de oorlog te helen."
Welk project is hiervan het beste voorbeeld?
"De one-minutemovies op onze website (www.eurocult.org) zeggen veel over het streven van de stichting om wederzijds begrip te kweken. De ECS staat voor het bevorderen van culturele samenwerking op een breed gebied, waaronder onderwijs als basis van cultuur. Het Erasmus-programma illustreert dit misschien wel het beste. Door uitwisselingen tussen universiteiten hebben inmiddels vele generaties studenten kennis en ervaring in het buitenland opgedaan. Dat draagt bij tot wederzijds begrip."
Is er een verband tussen uw jarenlange werk voor de stichting en het Rode Kruis?
"Ja, dat is inderdaad zo. Van beide functies heb ik veel geleerd en ik heb ervaringen van de ene functie kunnen inbrengen in de andere en omgekeerd. Ook heb ik in beide functies culturele verschillen beter leren begrijpen. Dat is zeker bij hulpverlening erg belangrijk. In beide organisaties gaat het om een gezamenlijke inspanning om in harmonie doelen te bereiken. Harmonie bereik je alleen door vertrouwen en open te staan voor elkaar. Van de grote variëteit aan culturen in het Internationale Rode Kruis kunnen wij veel leren."
Wat gaat er door cultuurverschillen wel eens fout?
"Door ons onvoldoende in de cultuur van de hulpvrager te verdiepen kan het voorkomen dat wij bij hulpacties wel eens de plank misslaan."
Bijvoorbeeld door voedsel uit te delen dat mensen vanwege hun geloof niet mogen eten?
"Ja in die trant."
U vecht met overtuiging voor de grondbeginselen van het Rode Kruis: humaniteit, onpartijdigheid, neutraliteit en vrijwilligheid. Staan deze onder druk?
"Laat ik vooropstellen dat niemand het alleenrecht op humaniteit heeft. Mahatma Ghandi zei ooit: The power of love and compassion is stronger than the power of arms. Het Rode Kruis geeft wereldwijd slachtoffers een stem en bewaakt het respect voor de menselijke waardigheid. Onpartijdige hulp geven aan mensen in nood, de menselijk waardigheid hooghouden, dat is wat ons drijft. Bij rampen en in oorlog en conflicten."
"Het mandaat dat wij daarvoor hebben op grond van de Conventies van Genève loopt wel gevaar. Het respect voor de menselijke waardigheid staat onder druk. Voor slachtoffers en hulpverleners. Rode Kruis-medewerkers worden steeds vaker bedreigd, gegijzeld en zelfs vermoord. Dat is een buitengewoon zorgelijke ontwikkeling. Wij moeten daarom onze boodschap blijven uitdragen, vooral onder ongeregelde, gewapende groepen, waarvan er in conflicten steeds meer zijn. En die boodschap is simpel: wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook de ander niet."
En het toenemend aantal rampen?
"Die toename van rampen en vooral natuurrampen is schrikbarend. Daarom moet het Rode Kruis naast de specifieke hulp bij conflicten meer de nadruk leggen op samenwerking met andere organisaties, vooral in landen waar veel natuurrampen voorkomen. Het Rode Kruis is als geen ander in staat krachten te bundelen."
Hoe kwam u op het idee om samen met uw zuster een verjaardagsfeest in Carré te geven?
"De oudste heeft het bedacht. Eigenlijk wonderlijk dat we er nooit eerder op zijn gekomen. Tijdens het optreden bij het feest ligt de nadruk op jongeren en jong talent."