Mijn elftal!
Hans-Jörg Butt: Keeper die bij HSV en Bayer Leverkusen een cultfiguur werd, doordat hij strafschoppen trapte. Butt scoorde 26 keer in de Bundesliga, meer dan menig veldspeler kan zeggen. Butt is de meest scorende keeper uit de Bundesliga-historie. Overigens is hij ook een erkend strafschoppenstopper, want zijn percentage gepakte penalty's is met 70 % zeer hoog. Tussen 1997 en 2006 stond hij in 302 van de 306 mogelijke wedstrijden niet in het veld, maar hij verloor later toch zijn plek in Leverkusen. Speelt nu bij Benfica. Scoorde ook in de Champions League een strafschop tegen Juventus (uitslag 4-4) en kwam tot drie interlands.
Dan Petrescu: Roemeense rechtsback, die ook op het middenveld en op links kon spelen. Trok altijd mee naar voren indien mogelijk. Nam met de Roemenen deel aan de WK's van 1994 en 1998 en het EK in 1996. Speelde in clubverband voor o.a. Steaua Boekarest, Foggia, Genoa, Chelsea en Sheffield Wednesday. Op het WK van 1994 scoorde Petrescu een goal. In totaal scoorde hij 12 keer in 95 interlands. Speelde in 89 de EC1 finale met Steaua. In zijn Chelsea-tijd was hij een publiekslieveling. Zelf was hij ook dol op de club, want zijn dochter noemde hij Chelsea. Verder was zijn naam vaak een onderdeel van een Trivia in Engeland. "Welke voetballer heeft een televisieprogramma naar zich vernoemd gekregen?" Juist,
Pet Rescue.
Matthias Sammer: Inschuivende ausputzer. De rossige Sammer werd geboren in Oost-Duitsland en begon als middenvelder. Later bleek hij als vrije verdediger nog beter, met name in zijn tijd bij Borussia Dortmund. Speelde ook voor Internazionale en VfB Stuttgart. Sammer kwam tot 23 interlands (6 goals) voor Oost-Duitsland en speelde er na de val van de muur voor Duitsland nog eens 51 (8 goals). Maakte de laatste goal voor Oost-Duitsland ooit. Werd drie keer Duits kampioen en won de Champions League met Dortmund in 1997. Werd met Duitsland Europees kampioen in 1996. In datzelfde jaar werd hij Europees voetballer van het jaar, een hele eer voor een verdediger. In Duitsland koos men hem tweemaal als speler van het jaar.
José-Antonio Camacho: Keiharde verdediger. Speelde 16 jaar voor Real Madrid en veroverde in die tijd liefst 10 landstitels! Zijn bijnaam
het Scheermes zegt genoeg over zijn speelstijl.
Leovegildo Lins da Gama "Junior": Linksback die het opkomen tot in de perfectie beheerste. Roberto Carlos leerde het kunstje door naar Junior te kijken. Maakte deel uit van het fantastische Braziliaanse elftal van 1982. Ook hij werd door Pelé opgenomen in diens lijst van "125 beste nog levende voetballers" uit 2004. Pakte namens Flamengo vier Braziliaanse landstitels, een Copa Libertadores en een Wereldbeker. Speelde 857 keer voor Flamengo, een clubrecord. Tussendoor probeerde hij het nog in Italië bij Torino en Pescara. In 74 interlands scoorde hij 6 keer.
José Miguel González Martín del Campo "Míchel": Prima rechtermiddenvelder die 15 jaar voor Real Madrid speelde en zijn loopbaan in Mexico afsloot. Kwam tot 66 interlands voor Spanje en scoorde daarin 21 keer. Maakte de WK's van 1986 en 1990 mee en speelde in 1988 op het EK, waarop hij ook scoorde. Werd mede door zijn fraaie voorzetten een publiekslieveling. Speelde voor Real 404 duels en trof 97 keer doel. Kneep ooit Valderrama in de ballen.
Wim Jonk: Volendammer Wilhelmus Maria Jonk is één van de sierlijkste middenvelders die het Nederlandse voetbal ooit kende. Vormde bij Ajax, na een moeilijk begin, een geweldige tandem met Dennis Bergkamp. Als Dennis scoorde, kwam de pass vaak van Wim. Zelf liet hij met afstandsschoten ook vaak het net bollen. Ging samen met Bergkamp naar Italië, maar dat was geen succes. Speelde ook nog succesvol voor PSV en eindigde bij Sheffield Wednesday. Zoals elke Volendammer had Jonk een geweldige techniek. Hij scoorde belangrijke goals voor Ajax in de finale van de UEFA Cup finale van 1992. In 49 interlands scoorde Jonk 11 keer, waaronder op het WK van 1994 tegen Ierland en Saudi-Arabië.
Anderson Luis de Souz "Deco": Braziliaan van geboorte, maar genaturaliseerd tot Portugees. Geniale spelmaker die ook veel (loop)arbeid verricht. Werd in de CL al enkele keren de speler met de meeste kilometers achter zijn naam. Oorspronkelijk voorbestemd voor Benfica brak Deco bij aartsrivaal FC Porto definitief door en werd hij een pijler onder het succes van de door José Mourinho getrainde ploeg. Won met Porto de Champions League en de UEFA Cup, alsmede drie landstitels en twee bekers. Barcelona pikte hem op en Deco won met die ploeg twee landstitels en de Champions League. Speelde met Portugal op het EK van 2004 (tweede) en WK van 2006 (vierde). Kwam tot 44 interlands en 3 goals.
Robert Pires: Artiest op de flanken. De Fransman ziet eruit als een kunstenaar en zo voetbalt hij ook. Fabelachtige techniek, goed in de korte combinatie. In zijn periode bij FC Metz hadden Ajax en PSV nog interesse, maar via Olympique Marseille trok Pires naar Arsenal. Bij "The Gunners" was hij één van de spelers die het snelle combinatievoetbal mogelijk maakten en had hij een periode waarin hij als middenvelder jaarlijks tien of meer goals in de competitie maakte. Pelé nam hem op in diens lijst van "125 beste nog levende voetballers." Pires speelde 79 interlands voor Frankrijk en scoorde daarin 14 keer. Pakte de wereldtitel in 1998, maar speelde toen niet veel, en gaf in 2000 de assist op Trezeguet waardoor de Fransen de Europese titel grepen. De huidige speler van Villarreal won een Franse beker, twee Engelse landstitels en drie FA Cups. De Engelse voetbaljournalisten kozen hem in 2002 als speler van het jaar. In 432 competitieduels kwam Pires tot 116 doelpunten.
David Trezeguet: Franse spits. Trezeguet speelde met succes bij AS Monaco in een topvoorhoede met Thierry Henry en Victor Ikpeba Nosa en verkaste later naar Juventus. Scoorde in competitieverband 152 keer in 235 duels. Is één van de spelers in de historie van Juventus die meer dan 100 keer scoorden voor die club. Trezeguet had zijn mooiste moment in 2000, toen hij de golden goal maakte in de finale van het EK tegen Italië. Zo werd hij na wereldkampioen in 1998 ook Europees kampioen in 2000. Pakte verder twee landstitels in zowel Frankrijk als Italië. Bovendien werd hij ook topscorer van de Serie A.
Jean-Pierre Papin: Franse spits. Maakte furore bij o.a. Valenciennes, Club Brugge, Olympique Marseille, AC Milan, Girondins Bordeaux en in mindere mate bij Bayern München. Moest oogsten met de nationale ploeg in 1992, maar dat lukte helaas niet. Desondanks een echte goaltjesdief. Kwam ook langs in de boeken van de Vlaamse topschrijver Herman Brusselmans. In de omnibus
Kou van jou staan enkele boeken waarin de naam van Papin passeert. Een voorbeeld:
'Ja,' zei Eduard. 'Of nee. Godverdomme, nee. Ik ben niet getrouwd en ik heb géén zoon, dat moet maar 's luidop klinken....!'
Heel luid riep hij: 'Ik ben een klootzak van een vrijgezel! East-Side! Jean-Pierre Papin!'Weinig voetballers over wie zulk proza is geschreven! "JPP" scoorde 30 goals in 54 interlands en 292 goals in 496 competitiewedstrijden. Pakte vier keer de Franse titel, twee keer de Italiaanse, won een Franse en Belgische beker, de UEFA Cup, de Champions League en werd vijf keer topscorer van Frankrijk en drie keer van de Champions League. Was tevens twee keer Frans voetballer van het jaar en in 1991 ook Europees voetballer van het jaar.