Donderdag 7 mei; Ayres – Millau – RaulhacGisteravond hebben we geen plek om te ontbijten gezien in Meyrueis, dus ontbijten we in het château. Het ontbijt is net zo duur als het diner van de vorige avond.
.
Als we vertrekken hebben we staan we gelijk voor de keuze:
1-3 Westwaards naar Millau door de Gorges de la Jonte en langs de Grotte de Dargilan.
4-6 Noordwaards naar Millau via de Gorges du Tarn.
Een 5 beslist dat we de langere noordwaardse route volgen. In Sainte Enimie komen we bij de Tarn. Daar rijden we de brug over en beginnen de route langs de Tarn.
Uiteindelijk rijden we na een mooie rit Millau binnen. De stad zelf is niet heel bijzonder, op één heel erg interessant bouwwerk na: het Grand Viaduc du Millau. We halen belegde broodjes bij een bakker (Costa dobbelt een baguette met jambon cru en ik een ciabatta met kipkerry) en rijden naar een uitzichtpunt:
En van onderen:
Bij het uitzichtpunt eten we rustig ons broodje op en dobbelen dan. We hebben namelijk de keuze uit direct de snelweg oprijden om op tijd bij de vulkaan aan te komen (oneven), of een kleine omweg naar Roquefort om daar een kaaskelder te bezoeken. De kaasgoden zijn ons gunstig gezind. Een 2.
In Roquefort zijn 3 kaasmakers die tevens een tour door de kelder en een proeverij aanbieden:
1 en 6: Papillon
2 en 5: Société
3 en 4: Coulet
We gooien een 3 en dit ben ik in de kelder van Coulet. Ik kijk niet bijzonder vrolijk, maar dat ligt aan de kou in deze kelder:
Coulet biedt 3 soorten kaas met blauwe ader aan, die we gretig proeven. Uiteraard kopen we ook een paar stukken. Ik dobbel de iets zachtere oranje variant en Costa de iets sterkere zwarte variant.
Na het bezoek draaien we de snelweg op. We hebben nog een stuk te gaan voor we bij de vulkaan zijn en we hebben nu de kans over het viaduct te rijden.
Na 50 km over de snelweg te hebben gereden, hebben we er wel weer genoeg van. We moeten sowieso de snelweg af richting het westen om in de buurt van de vulkaan te komen. Bij Saint Geniez-d'Olt rijden we de vallei van de Lot in. Een mooie rit over landweggetjes en uiteindelijk een stuk route national doet ons in Entraygues belanden. Waar de Lot en de Truyère (waar we nog in moeten kanovaren) samenkomen, nemen we plaats op een terrasje. Het is al vijf uur en voor het donker is de top van de Plombe du Cantal bereiken, zit er niet meer in.
Terwijl Costa twee ijsthee met perziksmaak voor ons dobbelt, haal ik een boekje van m'n moeder uit m'n tas tevoorschijn. Het boekje heet
Bed & Breakfasts of Character and Charm in France. Een duidelijke titel en als je moeder je iets meegeeft, moet je er ook gebruik van maken. Volgens het boekje zijn er 3 mogelijkheden op de weg naar de vulkaan:
onduidelijk, maar probeer maar eens een boekje open te houden en te fotograferen tegelijkNr 94 Barathe (1 of 2)
Nr 95 Courbelimagne (3 of 4)
Nr 332 Vilherols (5 of 6)
Rond half zes rijden we de oprijlaan van Domaine de Courbelimagne op in Raulhac.
Een dame met een grasmaaier komt me tegemoet als ik uitgestapt ben. Ik vraag haar of ze voor ons een kamer heeft met twee bedden.
'Alleen de suite,' antwoordt ze.
Dit komt bekend voor.
Ze laat me de suite zien.
Costa in zijn torentje grenzend aan de witte kamer van de suite.
Ik op mijn bed in de blauwe kamer van de suite. Niet zichtbaar op de foto is de badkamer van de suite die in mijn torentje grenzend aan de blauwe kamer zit.
Ik bereid me voor op de schok van de prijs. Die volgt wel, maar niet vanwege de hoogte. Slechts ¤ 105, inclusief ontbijt.
. Voor Château d'Ayres hebben we uiteindelijk het dubbele betaald. En deze suite is veel mooier!
!
De kasteeldame vraagt ons of we ook een diner willen. Aangezien we in niemandsland zitten, is het antwoord ja. Rond 7 uur krijgen we een aperitief in de tuin. Buiten ons verblijft er alleen een ouder Frans stel met hun hond op het Domaine de Courbelimagne en met hen genieten we van het aperitief. Rond half acht vraagt de kasteelheer of wij hem willen volgen naar de eetkamer. Deze is indrukwekkend. Vanwege de verzekering van de voorwerpen die aan de muur hangen mogen we er alleen niet fotograferen. Als we hier melden dat een aantal stukken van de kasteelcollectie in het Louvre hangen, zegt dat vast wel genoeg.
Het vaste menu is overigens minstens zo indrukwekkend als de eetkamer. Een groene soep vooraf, een salade met eetbare bloemetjes en gegrilde lokale kaas daarna, gevogelte als hoofdgerecht en clafoutis (fruittaart) toe. En kaas natuurlijk.