Zondag 22 juni 2008
Ik ben vandaag 39 weken en 1 dag zwanger. Het is Aikens verjaardag. We hebben het hele huis mooi versierd en we wachten het bezoek af dat in de namiddag zou komen. Ik heb al een paar dagen ‘last’ van wat steekjes en krampjes, maar niets noemenswaardig. Wat ik ook al een paar dagen heb is dat ik bij bepaalde bewegingen door mijn lies zak. Ik herken dit niet van de vorige zwangerschappen, maar merk wel dat alles wat weker wordt, daar beneden.
Ik doe het dan ook heel rustig aan vandaag, want ik wil niet graag bevallen op de derde verjaardag van mijn oudste. Hij moet ongestoord van ‘zijn dagje’ kunnen genieten want het is de eerste verjaardag die hij écht bewust meemaakt.
’s Avonds als al het bezoek weg is, Aiken moe maar voldaan in zijn bedje ligt en Iben al lang in dromenland vertoeft, genieten wij nog wat na van een mooie dag.
Rond half 11 besluiten we te gaan slapen. Ik wil nog gauw even gaan plassen. Terwijl ik op het toilet zit, hoor ik ineens een knakje en voel wat stromen. “Is dit urine”, denk ik nog? Maar eigenlijk weet ik het al, mijn vliezen zijn gebroken. Zolang ik blijf zitten, valt het nog mee, maar van zodra ik rechtsta, loopt er wat vocht naar beneden.
Ik verwittig mijn vriend die besluit dat we meteen de babysit moeten bellen en naar het ziekenhuis moeten vertrekken. Ik twijfel nog, want ik voel nog niets. Maar we besluiten toch maar de babysit te bellen, want anders moeten we ze nog later uit hun (het is een koppel dat komt oppassen) bed bellen. Rond half 12 arriveren ze. Ik verlies nog steeds vruchtwater, maar heb nog geen weeën. We babbelen nog wat en om 0.05 uur (ik zie het uur op het dashbord (gek welke dingen je bijblijven)) stappen we in de auto.
Maandag 23 juni 2008
Na een rustige rit komen we om 0.30 aan in het ziekenhuis. We worden naar een arbeidskamer gebracht en om 0.40 lig ik aan de monitor. De krampjes zijn nu wel wat feller geworden, maar weeën kan ik het nog niet noemen.
De vroedvrouw besluit eens te kijken hoeveel ontsluiting ik heb. “Misschien al wel 10 cm”, grap ik. Ze moet lachen, maar na het onderzoek blijk ik toch al een krappe 7 cm te hebben! En dat zonder weeën! Wat ben ik blij.
Nu beginnen er wel wat weeën te komen, maar het zijn rugweeën. Dus de monitor registreert ze niet. Ik voel eigenlijk alleen maar felle rugpijn bij een wee. Wel fel genoeg dat ik even niets meer kan zeggen, maar nog helemaal niet zo erg als ik mij herinner van de vorige bevallingen.
Dat gaat zo een uurtje door. Met gemak vang ik de rugweetjes op.
Dan moet ik dringend plassen. Met recht te staan voel ik ineens een felle druk naar beneden. Ik ga gauw naar het toilet en ga dan weer in bed liggen.
Rond half 2 controleert de vroedvrouw nog eens. 9 cm al! “We gaan verhuizen naar de verloskamer”, zegt ze. “Nu al”, roep ik uit. “Ik heb nog geen echte weeën gehad”.
In de verloskamer wachten we rustig op de gynaecoloog die onderweg is. Nu voel ik wel dat de baby naar beneden duwt, maar écht pijn doet het niet.
Wanneer de gynaecoloog aangekomen is, mag ik zachtjes meepersen. Dan merkt ze dat de baby verkeerd ligt. Net als bij Aiken hebben we een sterrenkijkertje. “Oh nee”, denk ik, want ik herinner me nog van bij Aiken dat de gynaecoloog hem wou draaien en dat dat onnoemelijk veel pijn deed. En inderdaad, de gyn probeert de baby te draaien, maar dat doet toch wel heel erg veel pijn. Ze besluit niet verder te proberen en zegt dat ik even op mijn rechterzij moet gaan liggen, zodat de baby uit zichzelf kan draaien. Dat herinner ik me ook nog van Aiken, maar bij hem lukte dat niet. Twee persweeën vang ik zo liggend op mijn zij op en die doen wel serieus pijn. “Dit zijn échte weeën”, denk ik nog. Maar dan voel ik ineens zo’n geweldige druk naar beneden dat ik het niet meer houdt van de pijn. “De baby komt eruit”, roep ik. Ik mag me terugdraaien en inderdaad. De baby is gedraaid en na een drietal keer geperst te hebben, ligt er ineens een klein mensje op mijn buik.
“Het is een meisje”, zegt de gyn. “Wat is het?”, vraag ik, want ik ben er zeker van dat ik verkeerd gehoord heb. Ik was er wel 100 procent van overtuigd dat we weer een jongen gingen krijgen, maar het blijkt wel degelijk een meisje te zijn.
Na twee prachtige kereltjes, zijn we nu ook een prinsesje rijker! Een gevoel van geluk overvalt me en heeft me sindsdien niet meer verlaten.
Ik ben supergelukkig met mijn gezinnetje en geniet er nu met volle teugen van!