LEDIG ERF
In Utrecht kom ik een straatnaambord tegen dat onmiddellijk fascineert: Ledig Erf.
Je rijdt de Maliesingel af, komt op de Tolsteegsingel. Aan je rechterhand is de oude stad, en de Stadsbuitengracht. Stukken muur van de oude stad zijn hier en daar zichtbaar. Langs het water staan prachtige bomen. Aan het begin van de negentiende eeuw werden in alle Hollandse steden de stadsmuren afgebroken. Het nieuwe gebied dat ontstond werd beplant, en er verrezen biertenten. Wandelingen werden die nieuwe stedelijke stroken genoemd.
Aan het einde van de Tolsteegsingel maakt de weg een bocht naar rechts. Aan de linkerhand ligt nu een bouwput, met hekwerk van Heras eromheen, en een groot bord in het puin dat nieuwbouw belooft:
www.mmb.nl. Een straatnaambord staat bij het hek.
Ledig Erf.
Leger kan een erf niet zijn, inderdaad. Maar iets verderop, rechts, is de Tolsteegbrug, en daar is een plein met diverse terrassen, van het filmhuis Louis Hartloopcomplex (gevestigd in een oud politiebureau), café De Poort en café Ledig Erf. In de Volksmond heet dit stukje Utrecht óók Ledig Erf, maar zo leeg als het aan de andere kant van de brug is, zo vol is het hier op een mooie namiddag of een zomeravond.
Waar nu café De Poort ligt, en ernaast een kapsalon van Kerastase, was tot 1842 de Tolsteegpoort, een van de belangrijkste poorten die toegang gaf tot de stad Utrecht. Andere grote poorten waren de Wittevrouwenpoort in het oosten en de Catharijnenpoort in het westen. De Tolsteegpoort kwam uit op de Tolsteeg, nogal logisch, maar toch bestaat die steeg niet meer. Hij heet nu Twijnstraat. Loop de Twijnstraat door, en je bent op de Oude Gracht.
Hartje Utrecht.
Terug naar Ledig Erf; een stuk Utrecht dat dus voor 1842 net buiten de stadspoorten lag. Dat verklaart misschien de naam. Maar wat de naam zo mooi maakt, als gezegd, is dat het stuk grond waar het betrekking op heeft ook werkelijk volkomen leeg is.
Ik hou van leegte van de stad, en van bouwputten. Ledig Erf is het ideale voorbeeld van zo'n lege plek. Er is zelfs pal tegenover het braakliggende terrein (het is nog niet eens een bouwput, want er gebeurd niets in) een overdekte bank van bakstenen en hout (Amsterdamse school) waarop het heerlijk zitten is om van het grote niets te genieten.
Onkruid, puin.
Afval, verkeer.
Stoplichten voor je neus, een voetgangers en fietsersoversteekplaats. Veel bussen die hier langskomen, en veel fietsers ook, onderweg naar de stad, of de terassen aan de overkant van de Tolsteegbrug. Verder niets te zien, nou ja, iets verderop links de brug over de Vaartsche Rijn met aan het einde industrie, en na de brug slingert de weg zich naar links - daar wordt het de Catharijnesingel.
Ik loop om het braakliggende terrein heen. Ik zou mobiel naar de website van mmb kunnen surfen om te kijken wat ze van plan zijn hier te bouwen, maar ik wil het niet weten. Aan de achterkant van het terrein, waar nog een paar krotten staan, heeft het ook ooit Ledig Erf geheten. De Gansstraat komt er op uit. Ook vind ik aan de muur van een huis op de Tolhuissingel pal naast het braakliggende terrein een straatnaambordje: Muntsteeg. Er is alleen geen steeg meer.
Slechts ledigheid.
Ik hou van ledigheid (des duivels oorkussen) en van lege stukken stad. Ik verheug me op de dag dat heel Hoog Catharijne een Ledig Erf zal zijn.