![]()
Nederland is een West-Europees land, begrensd door de Noordzee, Duitsland en België. De hoofdstad van het land is Amsterdam, de regeringszetel is Den Haag. Andere belangrijke steden zijn: Rotterdam, met een van de grootste havens van de wereld, Utrecht, het verkeersknooppunt van het land, Groningen (vooral voor het noorden) en Eindhoven, de vijfde stad van het land.
Het land Nederland is, net zoals Aruba en de Nederlandse Antillen, een deelstaat van het Koninkrijk der Nederlanden. De verhoudingen zijn bepaald in het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden.
Geschiedenis
Zie Geschiedenis van Nederland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Het Koninkrijk der Nederlanden verkreeg zijn huidige status als constitutionele monarchie in 1815 onder koning Willem I.
Het grondgebied van Nederland, België en Luxemburg werd officieel aan het Koninkrijk toegewezen, hoewel Luxemburg als deel van de toenmalige Duitse Bond met Nederland verenigd was door middel van een personele unie.
In 1830 scheidde België zich van Nederland af en werd een zelfstandig koninkrijk. De "Belgische" provincies Limburg en Luxemburg werden bij deze splitsing opgedeeld.
Luxemburg werd later (in 1890) een zelfstandig groothertogdom, toen met de dood van koning Willem III de Ottoonse tak van de Nassaus uitstierf in de mannelijke linie. De Nederlandse kroon ging over op de vrouwelijke erfgenaam, koningin Wilhelmina, maar Luxemburg ging over op de Walramse tak van het huis Nassau, omdat daar de Salische opvolgingswet (alleen mannen op de troon) gold.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog bleef Nederland neutraal, maar tijdens de Tweede Wereldoorlog leed het onder vijf jaar Duitse bezetting. Tijdens de Duitse aanval op Nederland werd Rotterdam gebombardeerd, waarbij het centrum bijna geheel verwoest werd. Ruim 100.000 Nederlandse joden werden door het regime vermoord.
Na de oorlog begon, met behulp van de Marshallhulp uit de Verenigde Staten van Amerika, de wederopbouw, die tot grote welvaart leidde en waardoor Nederland een modern, geïndustrialiseerd land werd. Tegelijkertijd deed Nederland geleidelijk afstand van zijn positie als koloniale macht.
In 1951 was Nederland medeoprichter van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, welke uiteindelijk uitgroeide tot de Europese Unie.
In 1953 werd Nederland getroffen door een watersnoodramp. Als reactie hierop werden de Deltawerken (voltooid in 1986) en de Maeslantkering (voltooid in 1997) gebouwd.
In 2002 verving Nederland de eigen munt, de gulden, samen met de meeste andere EU-landen door de Europese munt, de euro.
Onafhankelijkheid
Zie De Nederlandse Opstand voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Eenzijdig uitgeroepen in 1579 (van het Heilige Roomse Rijk, na afzwering van de Spaanse koning). Officieel bekrachtigd in 1648 bij de Vrede van Münster. Tussen beide jaartallen in zijn er verschillende landen geweest die de feitelijke situatie erkenden.
Beschrijving van de vlag
Zie Vlag van Nederland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
De vlag bestaat uit drie horizontale banen van gelijke hoogte in de kleuren rood, wit en blauw. De vlag dateert uit 1579, toen de onafhankelijkheid van Nederland werd uitgeroepen en werd officieel goedgekeurd in 1796 en bevestigd als nationaal embleem in 1937.
Het wit en blauw zijn de livreikleuren van het Franse vorstendom Orange, waar het koningshuis van afstamt. Het rood was oorspronkelijk oranje, naar de naam van het vorstendom, maar werd in de loop van de 17e eeuw vervangen door vermiljoenrood, dat tijdens zeeslagen makkelijker te herkennen was. Op feestdagen die te maken hebben met het koningshuis of tijdens diplomatieke reizen naar het buitenland wordt ook wel een oranje wimpel boven de vlag gehangen. Verder wordt het oranje gebruikt als nationale herkenningskleur.
De naam Nederland
Het huidige Nederland bestaat pas sinds 1830, na de afscheiding van België. Daarvoor werden er verschillende namen gebruikt om het gebied of delen van het huidige gebied aan te duiden, zoals de Lage Landen (in het Frans Pays-Bas), de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, de Bataafse Republiek en het Koninkrijk Holland in de Franse tijd.
Dit heeft tot gevolg dat in andere talen verschillende namen voor Nederland worden gebruikt.
Variaties van "Nederland": Nederland, Niðerlandu, Nederlandene, Niederlande, Netherlands, Nederlande, Nederlân, 𐌽𐌹𐌸𐌴𐍂𐌰𐌻𐌰𐌽𐌳, Nederland, Nederlando, Nederlandia, Nederland, Nīderlande, Nederland, Nedderlannen, Nederland, Nederländerna, Нидерланды, Netherlands, Нідерланди, ประเทศเนเธอร์แลนด์, ნიდერლანდი transliteratie Niderlandi, 네덜란드 transliteratie nedeorlandeu.
Variaties of vertalingen van "Lage Landen": Países Baxos, Països Baixos, Nizozemsko, Οι Κάτω Χώρες, Países Bajos, Pays-Bas, Países Baixos, Nizozemska, Paesi Bassi, Países Baixos, Ţările de Jos, Nizozemska, Bas Payis, Yr Iseldiroedd, Alankomaat, An Ísiltír.
Variaties of afleidingen van "Holland": هولندا, Holanda, Холандия, Holland, Ολλανδία, Holland, هلند, הולנד, Hollandia, Belanda, Holland, オランダ / 阿蘭陀 / 和蘭陀 / 和蘭 (Oranda), Olandija, Холандија, Belanda, Holandia, Hollánda, Holandsko, Холандија, Hà Lan, 荷蘭 / 荷兰 (Hélán).
Overige: Ompa Atoyaapan, Kē-tē-kok.
Zie ook:
Bevolking
Nederland heeft ruim 16 miljoen inwoners, en is met 484 inwoners per km² na Monaco (16.620/km²), Vaticaanstad (2093/km²) en Malta (1261/km²) het dichtstbevolkte land van Europa en een van de dichtstbevolkte landen ter wereld, nummer 15 op de lijst van soevereine landen. De niet-soevereine staten Gibraltar (4289/km²), Guernsey (836/km²) en Jersey (782/km²) hebben in Europa een hogere bevolkingsdichtheid.
Bevolkingsomvang: 16.335.998 (1 juni 2006)
Waarvan (geslacht): 8.078.888 mannen en 8.256.621 vrouwen (2006).
Aantal allochtonen: 3.151.502 of 19,3% van de totale bevolking (2006)
Waarvan (herkomst): 1.428.968 westers en 1.722.534 niet-westers (2006)
Bevolkingsgroei: 29.983 of 1,8‰ per jaar (2006)
Verstedelijking: 41,5%
Levensverwachting: mannen: 76,2 jaar
vrouwen: 80,9 jaar
Talen
Zie Talen in Nederland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
De officiële landstaal is het Nederlands. Het Fries is in de provincie Friesland een officiële taal, naast het Nederlands. Ook wordt er Fries gesproken in gebieden van Duitsland en Denemarken.
Het Gronings, Drents, Stellingwerfs, Sallands, Twents, Veluws en Achterhoeks genieten als dialecten van het Nedersaksisch erkenning als streektaal. Dezelfde erkenning geldt ook voor het Limburgs in de provincie Limburg. Zo'n 17.500 dove en slechthorende Nederlanders gebruiken de Nederlandse Gebarentaal, een taal die nog steeds op erkenning wacht.
Godsdiensten
Zie Godsdiensten in Nederland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Nederland, van oudsher een christelijk land, is tegenwoordig een van de meest ontkerkelijkte landen in Europa. Ruim 40% van de bevolking rekent zich niet tot een kerkelijke gezindte. Onder de bijna 60% van de bevolking die zich wel tot een kerkelijke gezindte rekent, is de verscheidenheid groot.
De belangrijkste godsdiensten zijn:
de Rooms-Katholieke Kerk (5 miljoen leden)
de Protestantse Kerk in Nederland (2,5 miljoen leden)
de verschillende kleine gereformeerde kerkgenootschappen (samen ongeveer 700.000 leden)
de islamitische gemeenschap (naar schatting ongeveer 900.000 leden)
de hindoeïstische gemeenschap (naar schatting ongeveer 100.000 leden)
de boeddhistische gemeenschap (naar schatting ongeveer 80.000 leden)
de joodse gemeenschap (naar schatting ongeveer 40.000 leden).
Daarnaast zijn er nog verschillende kleinere godsdiensten, hoofdzakelijk kleine niet-gereformeerde protestantse genootschappen Apostolischen, Baptisten, Doopsgezinden, Jehova's getuigen, Remonstranten, en anderen.
Bestuurlijke indeling
Zie Indeling van gemeenten in Nederland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Nederland is onderverdeeld in 458 gemeenten en twaalf provincies.
Landschap en natuur
Nederland is landschappelijk in te delen in een laag gedeelte, bestaande uit (soms met veen overdekte) zeekleigebieden, in het westen en noorden, en een hoog gedeelte, bestaande uit zand- en lössgebieden in het oosten en zuiden. Tot laag-Nederland kunnen ook de rivierkleigebieden in midden-Nederland worden gerekend.
Laagste punt: gemeente Nieuwerkerk aan den IJssel (Zuid-Holland) -6.76 m.
Hoogste punt: Vaalserberg 321 m.
Natuurlijke rijkdommen: aardgas, aardolie, vruchtbaar land.
Landgebruik: Bouw- en weiland: 25%, permanente bebouwing: 3%, permanente beweiding: 25%, bossen en bosgronden: 8%, overig: ca. 39% (1996). Geïrrigeerd land: ca. 6000 km² (1996).
Rivieren: Drie grote Europese rivieren (Rijn, Maas en Schelde) monden uit in Nederland. Andere grote rivieren zijn de Waal en de IJssel, beide aftakkingen van de Rijn.
Natuurlijke bedreiging: overstroming door zee en rivieren.
Belangrijke natuurgebieden: Lijst van Nederlandse natuurgebieden
Ontstaansgeschiedenis van het landschap
Het pleistoceen
Aan het begin van het pleistoceen (ongeveer 1,6 miljoen jaar geleden), (de Neanderthalers leefden vanaf ongeveer 200.000 tot 30.000 jaar geleden) golfde de zee tot aan de Ardennen, het leisteenplateau van de Rijn en het Teutoburgerwoud, waarbij enkele hoger gelegen gebieden als Zuid-Limburg en Winterswijk boven water bleven. De Rijn, Maas en Schelde, maar vooral ook de niet meer bestaande rivier de Eridanos uit Scandinavië brachten veel puin aan, zodat een geweldige delta aan de mondingen ontstond: het Rijn-Maasdiluvium. Toen het peil van de oceaan door de ijsvorming daalde, mondde de Rijn bij de Doggersbank in zee uit. In de ijstijd kwam het Scandinavische landijs tot ver in Nederland en legde een laag Scandinavisch diluvium op het Rijn-Maasdiluvium. Na de ijstijd smolt het landijs, stroomde de Noordzee vol en overstroomde de delta tot de grens der diluviale gronden, dat is Winschoten, Dokkum, Zwolle, het Gooi, de Langstraat, Bergen op Zoom. In het ondergelopen gebied bleven voormalig eiland Wieringen en eilanden als Texel, Urk, Gaasterland en Vollenhove liggen.
Het holoceen
Er bezonk zand uit de zee en toen de banken droogvielen vormden zich daarop de duinen. Achter de duinen ontstond een strandmeer of haf, waarvan de bodem bedekt werd met zeezand en klei; dode planten veroorzaakten een laag veen. Rond het begin van onze jaartelling ontstond het Flevomeer. In de middeleeuwen braken de duinen op sommige plekken door en in het haf ontstonden de Wadden, de Zuiderzee en de Zeeuwse wateren. Het veen werd bedekt door zeeklei of bleef achter de duinen behouden, zoals in Holland, Utrecht, Friesland, Overijssel, achter Gaasterland en Vollenhove. De nieuwe zeeklei ligt het hoogst in Groningen en Zeeland door het verschil in eb en vloed. Rijn, Maas en Schelde maakten brede geulen en na overstromingen bezonk er rivierklei, hetgeen ook gebeurde langs de Vecht en andere kleinere rivieren (bijvoorbeeld de Aa in Noord-Brabant).
Klimaat
Nederland heeft een gematigd zeeklimaat met milde winters en koele zomers. In het noorden is de temperatuur iets lager dan in het zuiden. Gemiddeld valt er circa 790 mm. regen per jaar. In laatste jaren steeg de gemiddelde temperatuur in Nederland.
Overheid
de Eerste Kamer met 75 zetels. De leden worden indirect voor vier jaar gekozen door de Provinciale Staten.
de Tweede Kamer met 150 zetels.
Staatsvorm: constitutionele monarchie, parlementaire democratie
Staatshoofd: koningin Beatrix (sinds 1980)
Premier: Jan Peter Balkenende
Hoofdstad: Amsterdam (zie ook hoofdstad van Nederland)
Zetel van de regering: Den Haag (ook wel 's Gravenhage)
Zie ook:
Monarchie
Buitenlandse zaken
Overheid en politiek
Internationaal verband
Zie Lijst van internationale organisaties waarvan Nederland lid is voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Nederland maakt deel uit van:
Benelux
Europese Unie (mede-oprichter)
West-Europese Unie (WEU)
NAVO (mede-oprichter)
Raad van Europa
Verenigde Naties (mede-oprichter)
Nederland stimuleerde de introductie van de euro in 1999 (Verdrag van Maastricht) als munteenheid van de Europese Unie (EU) (waar Nederland ook zelf lid van is). De euro is er sinds 1 januari 2002 de officiële munteenheid. Daarvoor had Nederland de Gulden als munteenheid.
Nederland is thuishaven of gastland van onder meer de volgende internationale instellingen: het Internationaal Gerechtshof, het Internationaal Strafhof, de Europese veiligheidsorganisatie Europol en de European Space Agency.
Economie
Zie Nederlandse economie voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Nederland is een welvarend land met een open economie, die sterk leunt op de buitenlandse handel, met name met Duitsland. De economie wordt getypeerd door stabiele verhoudingen, een gematigde inflatie, een gezond financieel beleid en door zijn belangrijke rol als Europese transportader. Voedselverwerking, chemie, olieraffinage en de fabricage van elektrische apparaten zijn de belangrijkste industriële activiteiten.
Onderwijs
Onderwijs in Nederland is verplicht van vijf tot zestien jaar. Onderwijs in Nederland begint met peuteronderwijs op een peuterspeelzaal. Dan volgt primair onderwijs, ofwel basisonderwijs. Vervolgens is daar het secundair, ofwel voortgezet onderwijs en tot slot is hoger beroepsonderwijs of academisch onderwijs mogelijk.
Vervoer
In Nederland is een uitgebreid wegennet van autosnelwegen en autowegen, een spoorwegnet verzorgd door de Nederlandse Spoorwegen en verschillende luchthavens, waarvan Schiphol de grootste is.
De lengte van de Nederlandse wegen is circa 116.500 kilometer en van de spoorwegen 2808 kilometer. Van het totale transport vond 44% over de weg plaats en 30,5% werd over het spoor vervoerd.
Sport
In Nederland is voetbal de belangrijkste sport. Andere populaire sporten zijn onder meer wielrennen, tennis, hockey, volleybal, handbal, schaatsen en golf.
Defensie
Zie Defensie van Nederland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
De defensie valt volledig onder het Ministerie van Defensie en bestaat uit de Koninklijke Landmacht, de Koninklijke Luchtmacht, de Koninklijke Marine (inclusief Marine Luchtvaartdienst en Korps Mariniers) en de Koninklijke Marechaussee. Geen krijgsmachtdeel, maar wel een zelfstandige organisatie binnen het departement is het Defensie Interservice Commando (DICO).
Sinds de dienstplicht de facto is afgeschaft bestaat de krijgsmacht volledig uit vrijwillig dienend personeel. Naar schatting zijn ruim 2,8 miljoen mannen en 2,7 miljoen vrouwen geschikt voor militaire dienst. In totaal dienen ruim 50.000 mannen en vrouwen bij de krijgsmacht.
De uitgaven voor defensie bedroegen in 2004 ca. 9,408 miljard dollar, ongeveer 1,6 % van het BNP.
De regering is de opperbevelhebber van de strijdkrachten, in de dagelijkse praktijk wordt die functie waargenomen door de Minister van Defensie. Aan hem rapporteert de Commandant der Strijdkrachten. De Commandant der Strijdkrachten geeft leiding aan de afzonderlijke krijgsmachtdelen.
volkslied
Eerste couplet
Wilhelmus van Nassouwe
ben ik, van Duitsen bloed,
den vaderland getrouwe
blijf ik tot in den dood.
Een Prinse van Oranje
ben ik, vrij, onverveerd,
den Koning van Hispanje
heb ik altijd geëerd.
Tweede couplet
In Godes vrees te leven
heb ik altijd betracht,
daarom ben ik verdreven,
om land, om luid gebracht.
Maar God zal mij regeren
als een goed instrument,
dat ik zal wederkeren
in mijnen regiment.
Derde couplet
Lijdt u, mijn onderzaten
die oprecht zijt van aard,
God zal u niet verlaten,
al zijt gij nu bezwaard.
Die vroom begeert te leven,
bidt God nacht ende dag,
dat Hij mij kracht zal geven,
dat ik u helpen mag.
Vierde couplet
Lijf en goed al te samen
heb ik u niet verschoond,
mijn broeders hoog van namen
hebben 't u ook vertoond:
Graaf Adolf is gebleven
in Friesland in den slag,
zijn ziel in 't eeuwig leven
verwacht den jongsten dag.
Vijfde couplet
Edel en hooggeboren,
van keizerlijken stam,
een vorst des rijks verkoren,
als een vroom christenman,
voor Godes woord geprezen,
heb ik, vrij onversaagd,
als een held zonder vrezen
mijn edel bloed gewaagd.
Zesde couplet
Mijn schild ende betrouwen
zijt Gij, o God mijn Heer,
op U zo wil ik bouwen,
Verlaat mij nimmermeer.
Dat ik doch vroom mag blijven,
uw dienaar t'aller stond,
de tirannie verdrijven
die mij mijn hart doorwondt.
Zevende couplet
Van al die mij bezwaren
en mijn vervolgers zijn,
mijn God, wil doch bewaren
den trouwen dienaar dijn,
dat zij mij niet verrassen
in hunnen bozen moed,
hun handen niet en wassen
in mijn onschuldig bloed.
Achtste couplet
Als David moeste vluchten
voor Sauel den tiran,
zo heb ik moeten zuchten
als menig edelman.
Maar God heeft hem verheven,
verlost uit alder nood,
een koninkrijk gegeven
in Israël zeer groot.
Negende couplet
Na 't zuur zal ik ontvangen
van God mijn Heer dat zoet,
daarna zo doet verlangen
mijn vorstelijk gemoed:
dat is, dat ik mag sterven
met eren in dat veld,
een eeuwig rijk verwerven
als een getrouwen held.
Tiende couplet
Niet doet mij meer erbarmen
in mijnen wederspoed
dan dat men ziet verarmen
des Konings landen goed.
Dat u de Spanjaards krenken,
o edel Neerland zoet,
als ik daaraan gedenke,
mijn edel hart dat bloedt.
Elfde couplet
Als een prins opgezeten
met mijner heires-kracht,
van den tiran vermeten
heb ik den slag verwacht,
die, bij Maastricht begraven,
bevreesde mijn geweld;
mijn ruiters zag men draven
zeer moedig door dat veld.
Twaalfde couplet
Zo het den wil des Heren
op dien tijd had geweest,
had ik geern willen keren
van u dit zwaar tempeest.
Maar de Heer van hierboven,
die alle ding regeert,
die men altijd moet loven,
en heeft het niet begeerd.
Dertiende couplet
Zeer christlijk was gedreven
mijn prinselijk gemoed,
standvastig is gebleven
mijn hart in tegenspoed.
Den Heer heb ik gebeden
uit mijnes harten grond,
dat Hij mijn zaak wil redden,
mijn onschuld maken kond.
Veertiende couplet
Oorlof, mijn arme schapen
die zijt in groten nood,
uw herder zal niet slapen,
al zijt gij nu verstrooid.
Tot God wilt u begeven,
zijn heilzaam woord neemt aan,
als vrome christen leven,-
't zal hier haast zijn gedaan.
Vijftiende couplet
Voor God wil ik belijden
en zijner groten macht,
dat ik tot genen tijden
den Koning heb veracht,
dan dat ik God den Heere,
der hoogsten Majesteit,
heb moeten obediëren
in der gerechtigheid.
HOLLAND