quote:
John Jaakke: „We hebben vijf mensen voor onze knieën, maar niemand voor ons hoofd”
ALLE RAMEN OPEN
„Als het spannend wordt, blijf ik juist rustig”
AMSTERDAM, zaterdag
In zijn rol als onbezoldigd voorzitter is John Jaakke (52) begonnen aan een tweede termijn van drie jaar. Hij denkt het nog wel even te kunnen volhouden, in elk geval tot 2012. Zijn energiebron is geenszins opgedroogd. „We zijn op de helft. Het beste moet nog komen.”Na een kennismakingsperiode waarin met name de conservatieve leden van Ajax aan de nieuwe man moesten snuffelen, lijkt hij volledig geaccepteerd. „Ik heb mijn weg gevonden.”
De verdoving is uitgewerkt, de pijn nog voelbaar. Maar na de onvermoede nederlaag tegen FC Kopenhagen ging Ajax opvallend snel over tot de orde van de dag. ,,Als het spannend wordt, blijf ik juist rustig. Het is een slag, niet de oorlog. Op zulke momenten merk je hoe intens de hele organisatie meeleeft. Een dag later zaten er een boel sombere mensen achter hun bureau. Die mensen moet je opkrikken. Gaat de club nu kapot? Nee. Kunnen we een stootje hebben? Ja, we zijn financieel gezond. Neemt niet weg dat wij met onze begroting en potentie natuurlijk altijd mee moeten doen in de Champions League. Maar dit kan een keer gebeuren. Shit happens. Pas als we in een reeks van jaren buitengesloten blijven, heb je een probleem.”
De evaluatie met de ledenraad heeft hij inmiddels overleefd. Jaakke vond het belangrijk om zijn eigen performance tegen het licht te houden en verkoos de openheid van een groepsgesprek. „Iedereen mocht alles zeggen. Er zaten goede en minder goede dingen bij.”
Om met het laatste te beginnen: Jaakke had de breuk met de bestuursleden Klaas Nuninga en Hein Blocks beter kunnen regisseren, in de discussie over het oude logo kreeg hij kritiek en het vertrek van technisch directeur Louis van Gaal verdiende geen schoonheidsprijs. Jaakke kon zich er wel in vinden. Zeker in het laatste geval, stelt hij achteraf: „De aanstelling van Louis is voor mij te vroeg geweest. Ik was in juli begonnen, hij kwam in november. Ik ging af op adviezen van diverse clubmensen. Deels positief, deels negatief. Maar ik was op dat moment voorzitter en dus mede verantwoordelijk. De slechte afloop is een enorme persoonlijke teleurstelling. Het had misschien niet gehoeven.”
Veelzeggend was echter de houding van diezelfde invloedrijke groepering nadat twee derde van het bestuur was weggesneden. Jaakke bood formeel zijn portefeuille aan, maar ze wilden hem niet kwijt. Tijdens de evaluatie kwam naar voren waarom hij zijn werk mocht voortzetten.
„Men beschouwt het als positief dat ik mij als betrekkelijke buitenstaander een positie binnen de club heb verworven. Mijn manier van leidinggeven spreekt hen aan. En in de derde plaats zijn er veel dingen ten goede veranderd die niet altijd zichtbaar zijn voor het grote publiek.”
In de beoordeling ontbrak het ontslag van Danny Blind. „Omdat iedereen achter die beslissing stond.” De publieke opinie keerde zich niettemin tegen de clubleiding toen de hoofdtrainer zelf kenbaar maakte genoeg signalen te hebben ontvangen die wezen op een nakend afscheid. Ajax bleef wijzen op de dag des oordeels. Pas op 30 maart werd Blind verteld dat die evaluatie ook echt na het seizoen zou plaatsvinden.
„Achteraf gezien hadden we die belangrijke afspraak publiekelijk eerder moeten communiceren”, stelt Jaakke. „Voor Danny was dat beter geweest. Want zijn staat van dienst loopt, letterlijk, van hier tot Tokio. Hij was de eerste trainer onder mijn voorzitterschap. Ik was enthousiast. Danny hield een uitstekende presentatie. De raad van commissarissen reageerde ook enthousiast. Maar in de praktijk bleek zijn analyse niet te kloppen.”
Terugkijkend op zijn eerste ambtstermijn betreurt de preses nog drie andere feiten. De rellen tijdens Jong Ajax-Jong Feyenoord hadden grote gevolgen en deden hem pijn. Verder zal Ajax volgens Jaakke moeten zorgen dat er in de toekomst meer succesvolle transfers plaatsvinden. En de vroege vlucht van Rafael van der Vaart en Nigel de Jong had, met een betere begeleiding, mogelijk voorkomen kunnen worden.
„De oorzaak zal voor een deel bij die jongens en hun omgeving liggen, maar daar ga ik niet over. Ik ga over Ajax. En wij zullen meer aandacht aan het mentale aspect moeten schenken. Ik zeg wel eens: we hebben vijf mensen voor onze knieën, maar niemand voor ons hoofd. Vroeger werd je vriendin niet uitgescholden voor hoer, waren er geen glossy magazines en speelden jonge voetballers niet in de ArenA voor vijftigduizend kritische kijkers. In de huidige maatschappij moeten we niet alleen naar de voetballer kijken, ook naar de mens. En als ze Ajax uiteindelijk toch verlaten, moeten ze met plezier weggaan én naar een hartstikke goede club.”
Maar verder overheerst de tevredenheid. ,,Ik vind niet dat ik met veel mensen heb afgerekend. Enkele posities zijn opnieuw ingevuld. Martin van Geel werd technisch directeur en dat is denk ik een uitstekende beslissing geweest. Arie van Eijden had zijn vertrek aangekondigd en is vervangen door Maarten Fontein. En natuurlijk is er een nieuwe technische staf gekomen. Maar de roots van de club zijn behouden en dat is essentieel.”
Het gaat bij Jaakke om de twee v’s: verfrissing en vernieuwing. „We willen veel dingen minder gesloten maken. We hebben de ramen opengezet om een frisse wind binnen te laten. Er moet gebouwd worden. En dan kunnen we beter mét elkaar praten dan óver elkaar.”
Hij refereert aan een hardnekkig misverstand. „We streven naar plezier en professionaliteit in alle geledingen. Mensen verwarren professionaliteit wel eens met verzakelijking. We blijven goed beseffen dat we een vereniging zijn, met talloze vrijwilligers. Maar ook die mensen mag je op hun professionaliteit aanspreken.”
Zelfreflectie dus. ,,Ik wil niet arrogant zijn, maar Ajax heeft de beste jeugdopleiding van Nederland. Daarmee zeg ik niet dat de opleiding ook op het juiste niveau zit. We moeten van buiten naar binnen kijken en niet andersom. Wij hangen bijvoorbeeld het 4-3-3systeem aan. Waarom hebben wij dan zo veel moeite met het opleiden van aanvallers en moeten we er zo veel kopen? Ik meen dat Andy van der Meyde de laatste is geweest. Als de E-pupillen met 10-0 winnen, wil dat niet meteen zeggen dat Ajax de absolute top is. De opleiding is goed, maar kan op sommige punten nog beter.”
De mensenmens, zoals hij zichzelf omschrijft, luisterde bij zijn aantreden goed naar de wijze raad van archivaris Willem Schoevaart. ,,Hij zei: hier hoef je niet zo vaak te zijn, dáár moet je zijn. En hij wees naar De Toekomst, waar het succes van Ajax ligt. Als we dat verwaarlozen, gaat het niet goed.”
Het symbolische gebaar van de club, kort voor de wedstrijd tegen RKC, was veelzeggend. Jaakke betrad het veld, vergezeld door een kleine jongen en een oude man. Toen hij uitlegde dat het ging om een fan van 92 die al voor het zeventigste jaar op rij een seizoenkaart had aangeschaft en een kleuter van vier die net was toegetreden tot de vaste klantenkring, kwam de bindende boodschap over en volgde er een luid applaus. Jaakke wil ook het ledenbestand een betere afspiegeling laten zijn van de diverse groepen die bij Ajax betrokken zijn. „Ajax is meer dan een voetbalclub. Het is een maatschappelijk instituut.”
En daarin was de komst van de betrekkelijke buitenstaanders met een betere balans tussen emotie en ratio noodzakelijk. Jaakke ging de uitdaging aan. Fontein doet nu hetzelfde. ,,Hij zal soms ook tegen de stroom in moeten zwemmen, maar dat heb ik de afgelopen jaren ook heel vaak moeten doen. Op een zeker moment zeiden we: wat willen we eigenlijk? Pakweg 98 procent van de mensen bij Ajax is afkomstig uit het voetbal. Dat is goed. Maar er zijn ook terreinen die een andere aanpak vereisen.”
Over Jaakke werd drie jaar geleden gezegd: hij kent het voetbal niet, maar hij kent mensen. ,,Het getuigde van moed om mij te benoemen. Maar het is een rol die bij me past.”
En Jaakke past inmiddels bij Ajax. „Ik heb het gevoel dat ik er thuis ben. En dat voel ik niet alleen.”
Hij zegt zowaar zinnige dingen.