Nou, kijk. Het zit allemaal zo:
Ooit, toen ik nog een klein, lief, schattig, guitig, ontroerend, mooi, puur, slim, tof, puik jongetje was...enfin, gisteren dus.
Nee, even zonder gekheid, want dit is wel degelijk een serieus en aangrijpend verhaal.
Het was dus een jaar of zes, zeven geleden toen ik met mijn rode plastic bal aan het spelen was op het grasveldje achter ons huis. Vrolijk dartelde ik met de bal aan mijn voet over het pas gemaaide gras. Ik weet nog dat ik op dat moment dacht: mooier dan dit kan het leven toch niet zijn?
Ik gaf de bal een flinke poeier richting een grote, forse boom, waarna de rode bal weer evenhard terugkwam richting mijn linkervoet. Ik nam het plastic geval feilloos aan, hield hem een paar keer hoog met mijn knie en besloot toen om de bal op m’n allerhardst, zonder er bij na te denken, weg te trappen. De bal vloog als een kanonskogel van mijn voet en belandde uiteindelijk, na een flinke tijd in de lucht te hebben gehangen, in een met veel bladeren bedekte tuin. Stoer en onverschrokken als ik toen nog was, waagde ik mij richting de eng uitziende tuin. Het was er donker, héél erg donker. Ik baande mezelf een weg door alle bladeren en takken, terwijl ik enigszins angstig om me heen keek, op zoek naar de bal. Het rood van de bal was in geen velden of wegen te bekennen! Ik keek en ik keek, ik duwde bladeren weg en brak takken af, maar nergens was mijn geliefde speelgoed waarneembaar.
Er zat nu nog maar één ding op: aanbellen. Ik moest op mijn tenen staan om bij het gietijzeren geval te kunnen komen. Een, twee, drie keer trok ik zachtjes aan het touwtje. Ik wachtte tot er iemand zou opendoen. Maar ik wachtte maar, en ik wachtte...het leek wel een eeuwigheid te duren. Toen ik me bijna wilde omdraaien om bedroefd naar huis te gaan, hoorde ik plots voetstappen. Ze kwamen dichterbij. Ze werden steeds luider. Oh-oh, dacht ik nog, er komt iemand aan! En die iemand moet vast en zeker heel oud en heel eng zijn, want anders laat je je tuin niet zo verpauperen. Ik wilde bijna wegrennen, toen ik me alsnog vermande en bij mezelf dacht: Buup, jongen. Dit is jóúw bal en je gaat er voor zorgen dat je die ook terugkrijgt ook!
In het matglas zag ik een hand richting de deurknop gaan. Ik slikte even, haalde diep adem en besloot toen te wachten op wat die persoon, waartoe de hand behoorde, me zou brengen de komende tien, twintig minuten. Piepend en krakend ging de deur open. Het stof werd me m’n gezicht ingeblazen. Ik kuchte en wapperde met mijn handen het stof uit m’n zicht, toen het silhouet voor me steeds duidelijkere contouren begon te vormen. Daar stond ‘ie dan.
Oog in oog met topic 842. Mijn pupillen verkleinden zich tot speldenknopjes. Het kippenvel op mijn armen ontstond haast even snel als de erectie die ik kreeg toen juf Daniëlle voorovergeboven voor mijn tafeltje stond. Mijn hart ging tekeer als een verstandelijk gehandicapte die krijgt te horen dat ‘ie eindelijk naar huis mag. Mijn maag draaide zich even vaak om als Einstein in zijn graf wanneer er weer eens een atoombom wordt gedropt. Mijn piemel kromp ineen tot micro-lengte en ook mijn zweetklieren bleven niet geheel ongeroerd. Ik zweette als een otter en ik wist hoe de man van Erica Terpstra zich moest voelen tijdens de seks als hij onder moest liggen.
Topic 842. Daar stond hij dan. Breedgeschouderd en nors kijkend. Een fenomeen in onze wijk. Een levende legende. Maar dat allemaal op negatieve wijze. Hij werd gemeden als de pest. Nou ja, de pest komt niet meer voor in onze hedendaagse maatschappij, dus laten we het er maar op houden dat hij gemeden werd als aids. Of griep, wat u wilt. Enfin, het was op zijn zachtst gezegd geen populaire jongen. En niet geheel onterecht. Want, sjongejonge, wat er voor mij stond was echt om in je broek van te poepen zo eng!
Ik deed langzaam mijn lippen van elkaar, klaar om enkele klanken uit te stoten, teneinde zo op nederige wijze mijn bal terug te kunnen krijgen. De eerste keer kwam er niets anders uit dan een scherp, piepend geluid. Je moet weten dat ik toen nog een jong broekie was en dat er dus in angstige situaties hoge kreten uit mijn keeltje kwamen gekropen. De tweede keer kwam er heel zachtjes, maar duidelijk genoeg ‘Hoi meneer, zou ik mijn bal terug mogen?” uit.
Topic 842 keek me stoïcijns aan. En barstte toen plots uit in een overweldigend gelach. Vogels vlogen geschrokken weg, de haan van de kinderboerderij stopte abrupt met kraaien en de vrouwen bij ons in de buurt zouden de komende tien jaar geen kinderen meer kunnen krijgen. Ik was bijkans doof en ik werd omver geblazen door zijn intimiderende lach en de daarbij behorende luchtuitstoten. Daar lag ik dan. Weerloos op de grond. Met boven mij topic 842, die me nu, met zijn handen in zijn zij, duivels aankeek. “Wat mot je?!”, vroeg hij kwaad. Ik antwoordde schichtig: “Euh...niks, meneer! Nee, niks! Want ik wil graag dat dit verhaal afloopt met een anti-climax, zodat die sukkels van een lezers dit hele verhaal voor niks hebben gelezen!” En zo geschiedde...
Clementine: Are you nuts?
Joel: It's been suggested...