Sevilla II
Het was donker in de hoteltuin, afgezien van de brandende fakkels die her en der een oranje gloed verspreidden. D. en ik liepen in de richting van het zwembad. De temperatuur was aangenaam, niet te koud. Op verschillende plekken in de tuin stonden 'daybeds' opgesteld - Marokkaans aandoende hemelbedden met felgekleurde kussens en transparante gordijnen die zachtjes bewogen in de avondwind.
D. en ik namen plaats op de rand van zo'n bed.
"Nog iets drinken?" vroeg hij.
"Koffie?" suggereerde ik, want ik was een beetje duizelig; mijn alcoholpromillage moest gigantisch zijn.
"Ik haal champagne," zei hij. "We hebben gouden zaken gedaan, jij en ik. We hebben het verdiend."
Even later was hij terug met twee glazen. We installeerden ons op het bed, we lieten ons achterover in de kussens vallen. Dronken. Vrolijk. We rookten allebei een sigaret. We lachten wat om Marjolein, met haar doorzichtige bloes, en om de twee donkerblauwe blazers. "Eigenlijk is het zo simpel," zuchtte D. "Je legt ze een weekend in de watten, je geeft ze een mooi hotel en een bubbelbad en een beautysalon, en je hebt ze in de tang."
"Altijd?" vroeg ik.
"Bijna altijd," zei D. "Soms is het leven zo simpel."
Stilte.
D. legde zijn hand op mijn rug, hij streelde mijn schouderbladen, zocht toen naar de ritssluiting. "Je hebt me nog een striptease beloofd," zei hij.
"Hier?"
"Ja, waarom niet?" Hij trok de rits een stukje open. "Durf je dat?"
"Ik wel," zei ik overmoedig.
Hij leunde in de kussens en vouwde zijn handen achter zijn hoofd: "Verras me," zei hij. "Trek die jurk eens uit."
"En jij?" vroeg ik.
Hij schudde zijn hoofd. "Ik niet," zei hij. "Ik zou niet durven. Ik heb jou iets beloofd."
"Wat dan?"
"Dat weet je wel."
"Oh, dat," zei ik luchtig. "Dat is verjaard. Dat telt niet meer."'
"Ik neem geen risico's," zei D., terwijl hij een nieuwe sigaret opstak. "Morgen heb je spijt, en dan ben ik de klootzak die je dronken heeft gevoerd."
"Ah, nee." Ik trok mijn tangoschoenen uit en liet ze van het bed vallen. "Ik ben helemaal niet dronken. Trouwens, het is veel te koud om me uit te kleden. En we zijn niet alleen."
Vanuit de duisternis klonken gedempte stemmen op.
D. draaide zich naar me toe en fluisterde: "Wat kan ons dat schelen?" en hij haakte een vinger achter mijn schouderbandje, terwijl zijn andere hand over mijn rug gleed. "Zeg maar. Wat moet ik doen om je over te halen?"
"Dokken," zei ik lachend.
Hij zoende me lang.
"Noem maar een bedrag," zei hij toen.
Ik maakte me snel los uit zijn omhelzing en liet me van het bed afglijden. Met mijn handen streek ik de jurk glad. "Het wordt koud," zei ik. "Jammer."
We keken elkaar even zwijgend aan. Toen greep hij me bij mijn middel en trok me terug op het bed. Het volgende moment had hij me bovenop zich gemanoeuvreerd, en ik voelde hoe zijn handen naar ritsen en knoopjes en haakjes tastten, en we zoenden, en mijn jurk gleed langs mijn middel omlaag, en langs mijn benen, en mijn bh was uit en alles was uit, en met een snelle beweging draaide hij me om, ik lag op mijn rug, naakt, en hij erbovenop met al zijn kleren aan, warm en zwaar en beschermend, zijn overhemdknoopjes tegen mijn buik, de gladde stof van zijn broek tegen mijn dijen, en ik hoorde hijgen en kreunen, dat waren wij, of nee: dat was ik, die kreun was van mij want hij trok aan mijn haar, hij trok mijn hoofd naar achteren en hij bleef me zoenen, heel hard en wild, en hij likte mijn hals en hij ademde in mijn oor: "We zijn alleen, niemand ziet je," en hij likte mijn wang, "zo ja, zo is het goed, doe je mond eens open... zo ja, doe maar, kom maar," en hij likte mijn tong en ik voelde de zachte rukjes aan mijn haar, steeds minder zacht, hard eigenlijk wel, lekker hard en het mocht nog wel wat harder, en ik liet mijn hand onder zijn overhemd glijden, ik voelde zijn huid, zijn spieren, zijn warmte, en mijn andere hand zocht naar de knoopjes maar hij was sneller en sterker dan ik, zijn hand greep de mijne, hij zei: "Je straf, Nadine. Dat is je straf, met je afspraken," en ik worstelde en trapte met mijn benen, en toen zat hij bovenop me, hij greep mijn armen en duwde ze naar achteren, en hij begon mijn borsten te likken en mijn tepels, heel langzaam, heel traag en langzaam en in een gekmakende slowmotion, en ik liet hem, ik liet hem begaan, ik gaf het op, het maakte niet uit, als hij maar doorging, als hij maar zo bleef doorgaan, precies zo, dichtbij en warm en het was zwart achter mijn oogleden en overdonderend en zijn vingers en zijn tong, overal, ik weet niet hoe lang het duurde, ik weet alleen dat hij me plotseling losliet en dat hij zich over me heen boog, steunend op zijn ellebogen, zijn gezicht vlak bij het mijne, en dat hij vroeg: "Zo goed?"
"Niet stoppen," zei ik.
"Wat?"
"Niet stoppen."
"Je moet me aankijken," fluisterde hij. "Kijk me aan, ik wil dat je me aankijkt..," en ik hoorde hem wel, en ik wilde wel zeggen dat mijn oogleden zo zwaar waren en dat hij moest doorgaan, niet stoppen, maar ik kon het niet, ik deed mijn mond open om iets te zeggen en er kwam alleen een kreun, zijn gezicht was vlak bij me, alsof ik een oven had opengezet, en hij bleef het maar zeggen, hij bleef het maar herhalen: "Kijk me aan, Nadine... kijk me aan," steeds dwingender zei hij dat, maar ik durfde niet, ik draaide mijn gezicht weg, ik kneep mijn ogen dicht, ik was naakt, ik voelde zijn kleren op mijn huid, ik durfde niet, ik deed het natuurlijk toch, uiteindelijk deed ik het, gebeurde het, liet ik het gebeuren met mijn ogen wijd opengesperd en zijn ogen wijd opengesperd, vlak bij elkaar, voorhoofd tegen voorhoofd, en dat hijgen, dat was ik, dat was hij, dat waren wij die zo hijgden in de duisternis.
Hij legde zijn jasje over me heen. Hij streelde mijn wang, en mijn oogleden. Hij zei: "Niet te koud, liefje?"
Ik schudde van nee.
We zijn nog lang blijven liggen, dicht tegen elkaar aan, in de oranje gloed van de fakkel. Ik ben in slaap gevallen. Toen ik wakker werd, had D. een deken over me heen gelegd. Hij gaf me een badjas.
"Hier," zei hij. "Ik breng je naar bed."