Guus Hiddink voor nieuwe krachttoer na succesjaar’Geen concessies doen aan de standaard van PSV’Vrijdag 12 augustus 2005 - Ook in zijn vierde jaar bij PSV is er weer die prikkelende uitdaging en sluimerende onzekerheid. Het succes van vorig seizoen zal volgens trainer Guus Hiddink ’onmogelijk’ geëvenaard kunnen worden. De zorgen over de eerste weken van het nieuwe seizoen nemen hem volop in beslag.
![]()
Afgelopen vrijdag voor de wedstrijd tegen Ajax zei u dat PSV op zestig procent van vorig seizoen zit. Er zijn drie spelers vertrokken, de impact daarvan is dus enorm groot?
„Het gaat om de kwaliteit die is weggegaan en de kwaliteit die daarvoor is teruggekomen. De nieuwelingen moeten eerst nog wennen aan PSV, aan de manier van spelen. Die jongens hadden het ook moeilijk gehad als Van Bommel, Vogel en Park waren gebleven. Zij zijn behoorlijk bepalend geweest voor het prestatieniveau. Je levert veel in qua diepgang en dynamiek. Vaak geef je een team impulsen door wisselingen die nodig zijn om verfrissing te brengen of om een nog hoger niveau te kunnen halen. Nu is de situatie omgekeerd. Dit is een soort onthoofding en die is veel moeilijker in te vullen.“
Maar zestig procent klinkt vrij pessimistisch.
„Ik ben niet pessimistisch, maar het is heel ongewis, vind ik. Vorig seizoen kregen we na de ombouw vrij snel vertrouwen. Nu moeten we nog zien hoe we de eerste maand ingaan. Ik maak me wel zorgen, ja, omdat nu blijkt dat we die kwaliteiten niet direct kunnen opvangen.“
Je kunt ook zeggen: de basis achterin is gebleven. Die was stabiel.
„Is ook zo. Maar je moet dat wel naar voren kunnen omzetten in dreiging en productie. Dat moeten we nog afwachten. Het functioneren van een middenveld heeft ook zijn invloed op een defensie die wordt ontlast en een aanval die kan worden ondersteund. Er is veel gebeurd met het totale profiel van het team. Defensief goed spelen zonder het af te kunnen maken, dat gaat op den duur breken. Dat moeten we voorkomen door één of twee nieuwe spelers aan te trekken voor de aanval en het aanvallende middenveld.“
„Het team moet weer durven naar voren te spelen. En niet angstig worden. Vorig seizoen konden we druk zetten en agressief naar voren spelen door de aanwezigheid van die spelers. Nu zij weg zijn, moeten we niet automatisch maar terugzakken. Dan ga je de problemen alleen maar vergroten.“
Simons en Väyrynen zijn gekomen, maar heeft U eigenlijk wel een vervanger voor Van Bommel gevonden?
„Niet in die mate als je kijkt naar zijn specifieke inbreng. Van Bommel bestreek natuurlijk het hele gebied tussen beide strafschopgebieden. Hij maakte veertien goals en had geloof ik twaalf assists. Het is mooi dat Afellay zich behoorlijk aan gaat dienen, maar van hem mag je niet verwachten dat hij een heel jaar top presteert. Van Bommel was wat dat betreft natuurlijk nooit weg.“
Van Bommels vertrek stond allang vast. Was een dergelijke type speler niet te vinden?
„We hebben wel gezocht, maar die kwaliteit is voor PSV niet te betalen. Ik heb er één, twee op het oog gehad. Die waren weer blessuregevoelig.“
Heeft dit team het wel in zich om de spelstijl van vorig seizoen te hanteren, los nog van de prestaties?
„Niet qua onderlinge communicatie en begrip, zoals die er waren. Dat zit er nog niet in. Toen waren we attractief door constant dominant te zijn. Wat leidde tot goede resultaten. Er was een dominantie in het team, ook bij tegenslagen, waardoor we iets hadden van: wacht even? En dan stond je binnen een kwartier ook weer op 1-1, bij wijze van spreken. Nu missen we dat, waardoor je de laatste fase van een wedstrijd gaat inzakken als team. Precies het tegenovergestelde eigenlijk van vorig jaar. Toen was het: het komt toch wel. En nu nog een beetje van: laten we maar voorzichtig zijn, want het komt toch niet.“
Is Simons aangetrokken om Bouma op te volgen als centrale verdediger?
„Nee, hij kan ook op het middenveld spelen. Ik speel graag met een driehoek Alex-Bouma-Simons. Omdat iedereen ons graag wil afstoppen door de minste opbouwer te laten opbouwen, moeten we daar een man extra creëren. Dat kan met Simons heel goed. Die drie kunnen prima rouleren.“
Als je scherp kijkt, heb je vorig seizoen op hele kleine details de Champions League-finale gemist. Ook door foutjes achterin.
„Het is eigenlijk maar één moment geweest, thuis tegen Milan. We hadden de zaak helemaal in handen en lieten even de organisatie vallen door hen vijf meter ruimte te geven. Dat mag niet. Los daarvan hadden we in Milaan gewoon moeten scoren. Als je helemaal top bent, ben je ook dodelijk in zo’n wedstrijd met zoveel kansen.“
Zit er nog pijn bij de coach?
„Lang gezeten, ja. En nog wel iets. Vanochtend tijdens de training schoot het nog een keer door mijn kop heen. Even een moment van: verdomme, finale? Een flits, heel gek. Omdat je weet dat die momenten niet zo gemakkelijk komen.“
PSV heeft vorig seizoen geen tegenslag gekend. Nauwelijks blessures en schorsingen en Europees een hele gunstige loting vaak. Hebben jullie boven je stand geleefd?
„In topwedstrijden is het altijd kiele-kiele. Lyon had beide kanten op kunnen gaan. Milan ook. Nationaal hebben we natuurlijk zeker niet boven onze stand geleefd, die prijzen zijn ons niet toegevallen door pech van anderen. We hebben het zelf afgedwongen. Internationaal zat alles mee. De loting was oké, het marcheerde en er kwamen geen tegenslagen op ons pad. Een seizoen eerder werden we geen kampioen, omdat we toen in maart, april een tijdlang teveel spelers misten en met A-junioren moesten spelen. Zo nauw kan het luisteren in de laatste fase van het seizoen.“
Niettemin: de verwachtingen zullen hoog zijn.
„Dat weet ik. Ik wil ook niks naar beneden spelen, maar feitelijk kunnen we amper beter. Dan moet je kampioen worden, de beker winnen en de finale halen. En volgend jaar moet je hem dan nog winnen ook. Dus beter dan afgelopen seizoen is niet reëel en de mensen zullen ook begrijpen dat we een uitzonderlijk jaar achter de rug hebben.“
Met Kalou erbij verandert het elftal ineens van profiel. Komt-ie?
„Er zijn natuurlijk grote gevechten gaande. Laten we maar even afwachten. Ik doe daar nu geen mededelingen over. Zo’n type speler geeft meteen wat meer lucht. Je kunt verder van je doel afspelen, maar je hebt ook meer mogelijkheden om vanuit de counter iets te doen. Je bent completer, variabeler. Meer uitgebalanceerd. Dan zou het ineens weer kunnen gaan lopen.“
U heeft steeds de wens uitgesproken een ’dikke’ selectie te krijgen. Nu zijn er 22 spelers, van wie Ferreyra nog niet klaar is, Lamey, Fehèr en Sibon mogen weg en er zijn drie keepers. Daarnaast zijn sommige spelers blessuregevoelig gebleken. De basis is vrij smal.
„Ferreyra moeten we zeer zeker nog zien. De investering is ’nul’ geweest en die jongen moet zich nog waarmaken wat moeilijk zal zijn. Hij heeft een inhaalslag te maken. Ik wil op dit moment zeker Lamey nog niet laten gaan. De wens van een dikke selectie is er nog steeds. Dat is noodzaak voor PSV. We proberen ook nog wel wat. Eigenlijk heb je nog drie, vier spelers nodig. Ik ben nog wel bezig om wat aanstormende jongens te krijgen.“
Is de Nederlandse markt nog interessant voor PSV?
„Is niet eenvoudig. Het aanbod is gering, vaak is het ’net niet’. Of de prijs is te hoog. Ik wil geen concessies doen aan de standaard die bij PSV hoort. Er zijn wel wat spelers van 18, 19 jaar die nu nog onder die ondergrens zitten en erbij kunnen komen, maar veel mogelijkheden zijn er niet als je je ambities intact wil houden. Het WK voor junioren heeft ook weinig opgeleverd. Nederland heeft daar niet echt excellent gepresteerd. Een halve wedstrijd tegen Japan heeft voor euforie gezorgd, maar voor de rest viel het toch niet echt mee.“
Diverse spelers zijn in verband gebracht met PSV. Trabelsi, Van der Vaart, Van Persie vorig jaar, Robinho, Kalou nu. Het is moeilijk om hen te contracteren. Is de aantrekkingskracht van PSV op jonge toppers dan toch niet zo groot als misschien was gedacht?
„Er is een economisch verhaal, zoals bij Robinho en Van Persie. En er zijn gevoeligheden, denk ik. Het is ook geen schande als een transfer dan niet lukt. Je kunt ook zeggen: PSV blijft eraf, we doen niks. De aantrekkingskracht is er wel, maar we moeten blijven beseffen dat PSV een goede Europese club is. Niet top-top. We blijven altijd een soort opleidingsclubs voor andere landen. Zo is de reële situatie.“
Is dat voor uzelf genoeg om bevrediging uit te blijven halen en energie voor te vinden?
„Heb ik geen problemen mee. Zeker als het goed loopt, kost dat relatief weinig energie. Nu zullen we, niet hopelijk maar wel waarschijnlijk, met wat meer tegenslagen te kampen krijgen. Dan zul je anders moeten reageren. Ik heb dat wel vaker meegemaakt.“
U bent een coach die overal in de wereld terechtkunt en die zich ook financieel enorm kan verbeteren. De internationale topsalarissen voor coaches liggen tussen de vier en acht miljoen euro. U kunt zichzelf beter verwennen.
„Acht verdien ik niet, hoor. En ook zeker niet vier. Ik kan het mezelf makkelijker maken, in dat opzicht. Maar ik heb me hierin vastgebeten en dat doe ik met plezier en energie. Als je het puur over het salaris hebt? daar zit ik niet zo achteraan te jagen.“
Maar de ambitie, de droom?
„Ik zeg niet nooit. Als je een compleet team met alleen toppers kunt krijgen? Dan is het misschien interessant. Maar dat is niet reëel.“
Ziet u zichzelf tot in lengte van jaren het technisch beleid van PSV bepalen?
„Nee, dat zou ook niet goed zijn. PSV moet niet van mij afhankelijk zijn. Ik ben nu al langzaam bezig om wat meer tussen en achter de schermen bezig te gaan. Ik heb twee goede mensen bij me en Fred (Rutten) kan uitstekend zelfstandig werken. Ik wil eigenlijk nóg meer verantwoordelijkheid nemen voor de mensen die je aantrekt. Daar nog meer in meedenken. Dat zal steeds meer gebeuren. Of dat eind van het jaar is, over een halfjaar of over drie maanden - dat weet ik niet.“
Is het denkbaar dat u een trainer aantrekt met dezelfde status als uzelf?
„Ja hoor. Ik heb genoeg meegemaakt om een stapje terug te doen en de verantwoordelijkheid voor het team aan een ander te geven. Ik zeg nu al tegen Fred: jij bent de baas! Ook als ik er wel ben, ben jij de baas. In het begin vroeg hij nog wel eens dingen, maar hij heeft zoveel kwaliteiten dat hij beslissingen zelf moet nemen. Ik beschouw hem ook als hoofdtrainer. Ik loop er een beetje omheen.“
Heeft dat ook met leeftijd te maken?
„Volgend kalenderjaar word ik zestig. Ik voel dat niet zo, eerlijk gezegd, maar ’de andere kant’ kan het wel zo gaan voelen. Je moet geen karikatuur worden voor de spelers. Dat ze gaan zeggen: die ouwe man hebben we nu wel gezien. Ik ben daar heel alert op. Daarom is het voor PSV goed dat ik gedekt ben door kwaliteit.“
Wanneer bent u tevreden over het aankomende seizoen?
„Als we beter kunnen presteren dan de doelstelling van PSV. Die luidt: eens in de drie jaar kampioen worden. Ondanks de ombouw moeten we de ambitie hebben om hoog te gaan. En als deze groep het kan bewerkstelligen om Europees te overwinteren dan hebben we het fantastisch gedaan.“