abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
pi_36203013
quote:
De vergeten overstroming van de Schelde

door Kris Naudts

VLISSINGEN - De stormvloed van 1953 waarbij in Zeeland en Zuid-Holland ruim achttienhonderd omkwamen - en ook nog veertien in Vlaanderen - staat diep in het collectief geheugen gegrift. Daarentegen is de overstroming die precies honderd jaar geleden grote delen van Zeeland en het noorden van Vlaanderen blank zette zo goed als vergeten.Die maandag 12 maart 1906 waait over Zeeland en het Schelde-estuarium een zware noordwestenwind. Iets na de middag begint het water onrustbarend te wassen, vloedplanken bieden geen bescherming meer en in korte tijd staat in lager gelegen straten in de binnenstad van Vlissingen het water een meter hoog. De inwoners worden compleet verrast.

De kortstondige stormvloed grijpt zeer snel om zich heen. Bewoners vluchten in allerijl naar de verdiepingen van hun woningen. Wonder boven wonder vallen er geen doden. ,,Was de ramp des nachts gebeurd, dan zouden zeker veel mensenlevens te betreuren geweest zijn. Dat is een feit dat absoluut vaststaat. Thans zijn alleen verschillende kippen en enkele katten verdronken,'' zo meldt de Vlissingsche Courant laconiek.

In scholen, ateliers en bedrijven doen zich dezelfde taferelen voor. Mensen krijgen nauwelijks de tijd om huisraad en bezittingen in veiligheid te brengen. Een onderwijzer geeft die bewuste namiddag aardrijkskundeles over de grote overstroming van 1861 in de Bommelerwaard. Op het moment dat de nietsvermoedende man voor de klas zijn verhaal staat te doen, gulpt het water naar binnen. Van een aanschouwelijke les gesproken. De onderwijzer kan zich met zijn leerlingen ternauwernood in veiligheid brengen.

Het personeel van scheepswerf De Schelde krijgt van de baas toestemming vroegtijdig het werk te staken en zich naar huis te reppen. ,,Men zag toen vele personen door de in rivieren herschapen straten waden om zo hun woningen te bereiken'', schrijft de Vlissingsche Courant.

Twee dagen later weliswaar, want de dag na de ramp verschijnt de krant niet. De zetterij en drukkerij staan onder water. Het water trekt zich vrij snel terug maar de aangerichte materiële schade is enorm. Straten zien eruit als een slagveld.

De verslaggever van de plaatselijke krant besluit na zijn tocht door de getroffen stad: ,,...de omvang van de ramp is niet te beschrijven. Zelfs de oudste ingezetenen herinneren zich niet ooit zo'n vloed te hebben gezien en sedert 1808 moet onze gemeente niet door zulk een vloed geteisterd zijn.''

's Anderendaags noteert de journalist in zijn krant: ,,Van een vloed zoals gisteren heeft geheerst, wordt zelfs in de oude kronieken bij hoge uitzondering melding gemaakt en men moet de angst en agitatie hebben bijgewoond, om zich te kunnen voorstellen wat in de gemoederen van de inwoners omgaat, bij een watervloed als deze.''

Ondergelopen
De overstromingen blijven niet beperkt tot Vlissingen waar het water vier meter boven Amsterdams Peil staat. Uit diverse hoeken van Zeeland komen berichten over ondergelopen dorpen en polders, verdronken dieren en drijvend huisraad en andere goederen.

De zeedijk aan de Westerschelde breekt in de buurt van Rilland-Bath en mensen vluchten de daken op. Als het water valt, werken mannen de hele nacht om het gat in de dijk te dichten. Klokgelui en brandende bussels stro waarschuwen de bevolking dat de toestand onveilig blijft.

Een stuk van de spoorlijn op de dam over de Oosterschelde stort in en daar bezwijken ook dijken van Engelse polders. De schade is aanzienlijk. Het treinverkeer raakt ontredderd en de maildienst vanuit Vlissingen naar Engeland is helemaal in de war. De nachtmailboot Koningin Wilhelmina vertrekt door te late aankomst van de mailtreinen met uren vertraging.

Yerseke kampt met watersnood. Op het eiland Tholen wordt de gemeente Sint-Annaland het zwaarst getroffen, de Oosterschelde slaat er een gat van 85 meter in de dijk en de wind en de golven vegen er huizen weg.

Ook Zierikzee lijdt zware schade, en de vloed breekt de dijken van de dichtbevolkte polder van Oud-Vossemeer. Hier en daar drijven dode runderen en schapen. Mensen werken met man en macht aan het dichten en versterken van dijken. Het voorhanden gereedschap is vaak onvoldoende. Enkele dagen later komt het leger helpen.

Paarden
In Hoek brengen boeren koeien en paarden in veiligheid, maar vooral Oost-Zeeuws-Vlaanderen wordt geteisterd. Het Scheldewater overstroomt de Kruispolder in de buurt van Hulst. Boeren vluchten met hun vee naar Lamswaarde. In Paal breekt de springvloed de dijk die het haventje scheidt van de Alsteinpolder. Twee vaartuigen spoelen erdoor. Ravage ook op de scheepstimmerwerf van Verras in Paal: een grote hoeveelheid hout is gaan vlotten en machines raken defect. In de omgeving van Walsoorden staat het hele gebied blank.

In de nacht van maandag 12 op dinsdag 13 maart breken de dijken langs de Westerschelde op acht plaatsen. Op een van die plaatsen is het gat zo groot dat een hoogaars de polder in zeilt om mensen bij te staan op een boerenerf. Bij elk tij wordt vette grond uit de polder meegesleurd en vloeit zand over de vruchtbare akkers.

De Schelde gaat geweldig te keer en veroorzaakt grote materiële schade. Niet alleen in Nederland, maar ook langs de Zeeschelde in Vlaanderen. In het Waasland voorbij Antwerpen vallen zelfs drie doden. In Kallo is de Melselepolder zwaar getroffen en verdrinken een vrouw en een kind.

In Melsele verdrinkt een vrouw van 83 en komen een boerin en haar 16-jarig zoon om als ze een koe uit het kolkende water willen redden. In Antwerpen raken kaden, straten en huizen zwaar beschadigd. Op het Steenplein zien handelaars hun koopwaar wegdrijven.

Hulpgoederen
Het spoor op de kaaien wordt vernield en het gestapelde hout en katoen is niet meer te gebruiken. De hulpdiensten varen met bootjes door de Antwerpse straten om mensen te redden of huisraad te bergen. Verder landinwaarts in Vlaanderen worden dijkbreuken gemeld in Tielrode en Hamme.

In de dorpen op de linker Scheldeoever reikt het water op een aantal plaatsen tot de eerste verdieping van de huizen. Vele honderden gezinnen verliezen have en goed. De gemeente Vlissingen stelt de dag na de ramp een voorlopige commissie in om de zwaarst getroffen en minst gegoede slachtoffers te helpen.

Tot de eerste hulpgoederen behoren kolen en water. Zoals altijd bij overstromingen is drinkwater het grote probleem. De regenbakken lopen vol brak water en raken onbruikbaar voor consumptie. De duinwaterleidingmaatschappij stelt gratis drinkwater ter beschikking.

In Rilland-Bath worden bewoners geholpen door de kloosterbroeders die over een zeer grote regenbak beschikken. In ruil voor bonnen die door de politie worden verdeeld, kunnen mensen stromatrassen verkrijgen. In Hontenisse, dat grotendeels is overstroomd, wordt water aangevoerd door de stoomtrammaatschappij Hulst-Walsoorden.

Hontenisse, het huidige Kloosterzande, en omgeving worden in Zeeland zwaar getroffen. Het enorme gat in de zeedijk bij Wilhelmuspolder wordt 'het gat van Ko' genoemd, omdat de boerderij van Ko Arenthals, die naar Noord-Beveland verkaste, als eerste door het water werd bedreigd.

Het gat bleef de eerste halve eeuw een weel achter de nieuwe dijk, maar werd toen - goed gebruik in de jaren vijftig en zestig - volgestort met huisvuil. De plek is bij oudere streekbewoners nog steeds bekend als Gat van Ko.

Schuldigen
Hontenisse was één van de weinige plaatsen die een monument oprichtte ter nagedachtenis aan de watersnoodramp van 1906, waarschijnlijk ook omdat koningin Wilhelmina en prins Hendrik de polders op 23 maart bezochten. Het uit Franse kalksteen opgetrokken monument werd overigens pas in 1922 geplaatst. Het leidde een onopvallend bestaan aan de Hulsterseweg net buiten de bebouwde kom, totdat het in het voorjaar van 2000 weer werd opgeknapt.

Zoals dat meestal gaat in geval van onheil en calamiteiten worden schuldigen gezocht. In de kranten verschijnen de eerste lezersbrieven. Iemand meent te weten dat de ramp niet zo'n omvang zou hebben gehad, mochten de sluizen van de Westerhaven in Vlissingen tijdig zijn gesloten.

De redactie van de Vlissingsche Courant trekt die bewering na en komt tot de bevinding dat ,,ware de sluizen gesloten geweest, de ramp er niet minder groot door zou geweest zijn. Het water zou alleen vijf minuten langer nodig hebben gehad om de stad te doen overstromen.'' De krant verwijst naar Antwerpen: ,,Had men daar een buitengewone vloed verwacht, dan zouden toch zeker wel maatregelen zijn genomen om de goederen te bergen die op de kades lagen opgeslagen.''
http://www.nd.nl/document.aspx?document=nd_artikel&vorigDocument=&id=69589
pi_36203534
en nog een herdenking:
quote:
Monument voor verdronken dorpen

KATS - Zeeuwse dorpen die door het water zijn weggevaagd, krijgen komend najaar een monument. Maandagavond wordt het ontwerp voor het monument in het Zeeuwse Kats onthuld. „Die dorpen vertellen het verhaal van ongekend veel menselijk leed.”

Op Zeeuws grondgebied bevinden zich tientallen en nog eens tientallen verdronken dorpen. „Minstens 117”, zegt Leo Adriaanse van de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland (SCEZ), de stichting die het initiatief tot het monument nam. „Daar hoort ook één verdronken stad bij: Reimerswaal.” Die stad leeft nu nog voort als naamgever van de meest oostelijke gemeente op Zuid-Beveland. Ooit was het met 6000 inwoners de derde stad van Zeeland, na Middelburg en Zierikzee. „Nu ligt Reimerswaal onder de Oesterdam.”

„De verdronken dorpen zijn kerkdorpen die ruwweg zijn ontstaan in de periode van 900 tot 1500”, weet Adriaanse. „Ze zijn weggevaagd door het water, vaak als gevolg van een stormvloed. Toch liggen die dorpen niet allemaal onder water, zoals voor de kust van West-Zeeuws-Vlaanderen wel het geval is. Maar op Noord-Beveland zijn veel verdronken dorpen juist onder land komen te liggen. De kust is daar in de loop der eeuwen als het ware over de dorpen heengeschoven.”

Dat geldt ook voor Kats, waar het ontwerp van het monument vanavond wordt gepresenteerd. „Eigenlijk zou het huidige plaatsje Nieuw-Kats moeten heten, zoals je in deze streek wel meer plaatsen hebt met oud of nieuw voor hun naam. Het oude Kats is een verdronken dorp dat een paar kilometer verderop lag.”

Waarom komt er nu, na al die jaren, alsnog een monument? „Vandaag de dag staan de beelden van de tsunami in Zuidoost-Azië ons helder voor de geest”, zegt Adriaanse, „net als de ramp in New Orleans. Nu weet ik niet of je die gebeurtenissen mag vergelijken met rampen in Zeeland, maar feit is wel dat hier door de jaren heen tienduizenden mensen verzwolgen zijn door stormvloeden. Sommige kronieken spreken zelfs van honderdduizenden menselijke slachtoffers in Zeeland.”

Voor al die slachtoffers is eigenlijk nauwelijks aandacht, viel de Zeeuwse journalist Kees Slager een aantal jaren geleden op. Na een referaat van zijn kant verstrekten Provinciale Staten van Zeeland de opdracht voor een nieuw herdenkingsteken. De SCEZ stak de handen uit de mouwen en benaderde de Amsterdamse kunstenares Lydia Schouten.

Haar monument, dat komend najaar moet verrijzen op de dijk van de Oosterschelde bij Kats, verbeeldt een kerktoren die nog net boven het water uitsteekt. „Dat is het klassieke beeld van een verdronken dorp”, weet Adriaanse. „In de beeldvorming steekt de toren nog juist boven het water uit, terwijl de rest van het dorp al is overspoeld.” De torenspits moet 7,5 meter hoog worden en verrijzen op een 2,5 meter hoge terp.

Het gevaarte zit verder vol symboliek, zegt Adriaanse. „Zo wordt de structuur van de spits doorzichtig, waardoor bezoekers door de toren heen menselijke portretten kunnen zien alsof die onder water liggen.” En het meest bijzondere element is zonder meer het geluid. Speakers aan de toren moeten driemaal daags een bruisende zee en beierende kerkklokken laten horen, die waarschuwen voor aanzwellende vloeden.

De tijden waarop het geluid over de Oosterschelde moet klinken, zijn gebaseerd op de ergste watersnoodrampen in de Zeeuwse geschiedenis. Adriaanse: „Dat zijn de Elizabethvloed van 1404 en de Sint-Felixvloed van 1530. En we hebben besloten ook een herinnering aan de ramp van 1953 in te bouwen, alhoewel daarbij strikt genomen geen verdronken dorpen zijn ontstaan.” Het is de bedoeling dat de klokken vanaf dit najaar dagelijks beieren om 14.04, 15.30 en 19.53 uur.

Zelfs de plaats waar het monument komt te staan is symbolisch: op de dijk bij Kats had de laatste dijkdoorbraak in Zeeland plaats, precies veertig jaar geleden. In Kats staat de SCEZ daar vanavond bij stil. „In de nacht van 20 op 21 maart 1966 verdween hier tijdens een storm zo’n 300 meter zeedijk in zee”, aldus Adriaanse. „Als er geen inlaagdijk achter had gelegen, was dus weer gebeurd wat in al die honderden jaren voor ons zo vaak is gebeurd.”
http://www.refdag.nl/arti(...)rdronken+dorpen.html
pi_36306549
quote:
Laveren en overleven in oorlogstijd

door onze redacteur Ruurd Ubels

ROTTERDAM - Unilever overleefde op een bijzondere manier het nationaal-socialisme. De Nederlands-Britse voedingsmiddelen- en zeepfabrikant bleef uit de klauwen van de nazi's, terwijl de banden met de Britse en Nederlandse regering goed waren. Ben Wubs schreef er een proefschrift over. ,,Ook nazi-Duitsland had te maken met de beperkingen van wat mogelijk was.''

Goed of fout? Onder invloed van historicus Lou de Jong is de houding van mensen en instanties tijdens de Tweede Wereldoorlog jarenlang langs deze meetlat gelegd. Maar vraag Ben Wubs niet naar een moreel oordeel over Unilever in de jaren dertig en veertig. ,,De multinational zat klem tussen de belangen van het Duitse Reich en het Britse Empire.''

Unilever between Reich and Empire 1939-1945, heet dan ook het proefschrift waarop Wubs vanmiddag aan de Erasmus Universiteit (Rotterdam) promoveert. Unilever ontstond in 1929 uit een fusie van de Nederlandse Margarine Unie en het Britse Lever Brothers. Met een vermogen van 1,2 miljard gulden was het bedrijf dat onder meer Blueband, Persil en Vim op de markt bracht, in 1930 de grootste onderneming van Europa.

Wereldwijd had het belangen in 43 landen. Er waren hoofdkantoren in Rotterdam (Unilever NV) en Londen (Unilever Limited). En met 33.900 werknemers in 157 bedrijven was Groot-Duitsland (Duitsland, Oostenrijk, Tsjechoslowakije) een belangrijke basis.

Zo'n sterk verankerde internationale positie is de droom van menig bedrijf. Maar Unilever had zijn grootste belangen uitgerekend in landen die op het punt stonden met elkaar in oorlog te gaan.

Dat Unilever de Tweede Wereldoorlog overleefde, was ,,geen sinecure'', vindt Wubs. Al vóór de oorlog kwam het in Duitsland in een lastig parket; omdat er (vijf) joden in de directie zaten, moest het op grond van een wet uit 1938 worden aangemeld als joods bedrijf.

Rijksmaarschalk Herman Göring, die in nazi-Duitsland lange tijd de scepter zwaaide over de oorlogseconomie, maakte echter een uitzondering: de belangen van de Duitsers bij een goed draaiende productie van oliën, vetten en zeep waren van levensbelang. In 1941 benoemde Göring staatssecretaris Hans-Ernst Posse tot Reichskommissar für den Unilever-Konzern en vanaf 1942 werd Unilever zelfs geholpen met de bevoorrading van de fabrieken om de productie te kunnen garanderen.

Bewijst dit dat de nazi's soms veel pragmatischer waren dan ze de buitenwereld deden geloven? ,,Nee, pragmatisme is een geesteshouding'', reageert Wubs. ,,Waar het hier om ging, was de situatie waarin het nazi-regime verkeerde. De nazi's konden wel van alles willen, maar het moest ook mogelijk zijn. Ook nazi-Duitsland had te maken met de beperkingen van wat mogelijk was.''

Wie vasthoudt aan goed en fout, zal oordelen dat Unilever zich reeds in de jaren dertig uit Duitsland had moeten terugtrekken. En dat het in de jaren veertig in bezet gebied de nazi's had moeten tegenwerken door bijvoorbeeld niet meer te produceren. Voor Wubs is dit echter veel te kort door de bocht. ,,Oordeel zelf, maar niet te snel...''

Want ook deze medaille heeft twee kanten. Toegegeven, topman Paul Rijkens bezocht al in 1933 rijkskanselier Adolf Hitler voor een zakelijk onderhoud. Maar tijdens de oorlog ontvingen joodse medewerkers die op last van de bezetter ontslagen moesten worden, van Unilever wachtgeld. En veel werknemers voor wie op een gegeven moment geen werk meer was, bleven op de loonlijst staan. Zo werd voorkomen dat ze naar Duitsland werden gestuurd om in de oorlogsindustrie te werken.

Bovendien, hoe had Unilever zich uit Duitsland moeten terugtrekken? Wubs benadrukt in zijn boek dat het buitenlandse bedrijven al begin jaren dertig onmogelijk was gemaakt hun investeringen uit het land weg te halen. ,,Terugtrekken was geen optie. Zakelijk was Unilever met handen en voeten aan Duitsland gebonden.''

,,Ideologisch en politiek'' stond het bedrijf aan Britse zijde, meent Wubs. Daardoor had de Britse poot van het concern geen last van de Trading with the Enemy Act, die Britse bedrijven verbood te handelen met landen waarmee Groot-Brittannië in oorlog was. Met vooruitziende blik had Unilever aan het einde van de jaren dertig maatregelen genomen om na het uitbreken van een oorlog Unilever NV (Rotterdam) en de Unilever Limited (Londen) organisatorisch onafhankelijk van elkaar te laten functioneren.

De afgelopen jaren is regelmatig gepubliceerd over de (vermeende) meegaandheid van Nederlandse bedrijven met de nationaal-socialistische bezetter. Kantelt de studie van Wubs dit beeld? ,,Voor een deel wel, ja. Maar mijn conclusies gelden natuurlijk niet voor het hele bedrijfsleven. Wat je wel kunt zien in mijn verhaal, is dat er soms heel gemakkelijk geoordeeld wordt, terwijl de werkelijkheid een stuk gecompliceerder is.''
http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=69809
pi_36328574
quote:
Nederland en het bloedige Videla-regime

Door Tom Grijsen

22-03-2006

Het leger en de elite van Argentinië pleegden op 24 maart 1976 een staatsgreep, volgens generaal Videla "In het belang van de democratie." Het was niet de eerste keer. In Argentinië was het bijna acceptabel om een slecht functionerende democratische regering door een militaire staatsgreep weg te vagen. In Nederland maakte het geen indruk, niemand bemoeide zich ermee.

Fred Grünfeld is bijzonder hoogleraar 'Oorzaken van Mensenrechtenschendingen' aan de Universiteit Utrecht. Volgens Grünfeld kwam de staatsgreep nauwelijks naar voren in de Nederlandse media: "Er waren geen televisiebeelden en het stond niet of nauwelijks in de krant." Sommigen dachten dat de militairen wat meer orde en rust in het chaotische land zouden brengen. Toch bleek dit regime de gruwelijkste dictatuur in de geschiedenis van Argentinië te zijn. Tussen de 20.000 en 30.000 mensen zijn verdwenen, ontvoerd, gemarteld, en vermoord.

Meer publiciteit
Twee jaar na de coup organiseerde Argentinië het Wereldkampioenschap Voetbal. Nederland kwam zelfs in de finale. De cabaretiers Bram Vermeulen en Freek de Jonge voerden actie om te voorkomen dat het Nederlandse elftal zou spelen in de 'politiestaat Argentinië'. Op dat moment kwam er steeds meer informatie over het Videla-bewind in de publiciteit. De discussie 'wel-of-niet-gaan' maakte wel wat los in Nederland.

"Er kwam bij het WK in '78 meer bewustwording in de Nederlandse maatschappij," zegt Grünfeld. "Toch bleef de houding van de Nederlandse regering hetzelfde. De mensenrechtenschendingen werden een beetje ontkend. Een voorbeeld: volgens de Nederlandse overheid verdwenen er 1956 mensen in het eerste jaar van de dictatuur, terwijl mensenrechtenorganisaties ruim het dubbele aantal opgaven. De Nederlandse regering deed dat af als propaganda van de Argentijnse afdeling van Amnesty International."

Nederland had veel economische banden met Argentinië. De Nederlandse regering stond garant voor Nederlandse bedrijven die gaspijpleidingen bouwden in Argentinië. Toen daar kritiek op kwam vanuit het parlement, zei de toenmalige minister van Buitenlandse Zaken Van Der Klaauw: "Je kunt met pijpleidingen geen mensen vermoorden." Een andere pijnlijke zaak die speelde had betrekking op de leveringen van Fokkervliegtuigen aan Argentinië. Grünfeld: "Het regime gooide mensen uit de Nederlandse vliegtuigen in zee. Volgens de regering was dit onmogelijk, omdat je de deuren van een Fokkervliegtuig in de lucht niet open zou kunnen maken."

Niets aan de hand
De conclusie van Fred Grünfeld is helder: De Nederlandse overheid heeft de economische belangen boven de mensenrechtenschendingen gesteld. "Gek genoeg deed Nederland het internationaal wel goed. Bij de Verenigde Naties was Nederland juist het land dat zich het meest kritisch opstelde tegenover de situatie in Argentinië. Maar in de rechtstreekse omgang onderhield Nederland contacten met het Videla-regime, alsof er niets aan de hand was."

Jammer
De omslag kwam toen kroonprins Willem Alexander met Máxima Zorreguieta wilde trouwen. Zij was de dochter van Jorge Zorreguieta, minister van landbouw onder Videla. Onderzoeker Michiel Baud nam de rol van Zorreguieta onder de loep. Na zijn rapport 'Militair geweld, burgerlijke verantwoordelijkheden' trok de regering de duidelijke conclusie dat de vader van Máxima niet bij het huwelijk van de Kroonprins en Máxima mocht zijn. "Het is jammer dat Nederland in de jaren zeventig niet wat kritischer is geweest," zegt Grünfeld. "Ons land was het op één na belangrijkste exportland voor Argentinië. Op nummer één stond de Sovjetunie. We hadden dus wel degelijk invloed kunnen hebben."
voor meer zie: http://www.wereldomroep.n(...)amerika/videla060323
pi_36366982
quote:
Abraham Kuyper als stimulator van het feminisme

door onze redacteur Piet H. de Jong

Orthodox protestantse vrouwen stonden aan de wieg van het georganiseerde feminisme in Nederland aan het eind van de 19e eeuw. De in 1884 opgerichte christelijke 'Nederlandsche Vrouwenbond ter Verhooging van het Zedelijk Bewustzijn' (NVVZB) markeerde een breuk met de rationele politieke cultuur van de liberalen.

GRONINGEN - De NVVZB, onder aanvoering van orthodox protestantse zusters Anna en Marianne van Hogendorp keerde zich actief tegen de prostitutie. Pas in 1911 werd het bordeelverbod ingevoerd. ,,De samenwerking van calvinistische dominees en deze activistische vrouwen luidde de ondergang in van de liberale samenleving. Er kwam een eind aan de elitaire cultuur. De populaire cultuur met volkse sentimenten deed haar intrede.'' Die these poneert de Groningse historica dr. Hanneke Hoekstra in haar onlangs verschenen boek Het hart van de natie.

Hoekstra wil laten zien dat in het laatste kwart van de negentiende eeuw niet alleen de heersende liberale elite, maar ook de orthodoxe protestanten van Abraham Kuyper én vrouwen een belangrijke rol speelden. ,,Elke gemeenschap is ook een morele gemeenschap, dat geldt zelfs voor de voetbalclub. Als je onderdeel bent van zo'n gemeenschap, ook van een natie als Nederland, horen daar waarden en normen bij. Mijn boek handelt over de overdracht van die waarden. Hoe moraliseert een land en hoe worden burgers in dat proces betrokken?''

,,De liberalen waren niet in staat het hart van de natie te bereiken. Hun politieke cultuur was gebaseerd op de ratio. Terwijl in wezen de natie tot stand komt buiten het parlement om. De klassieke geschiedschrijving gaat uit van het parlementaire debat. Maar het morele handelen, de strijd tussen goed en kwaad, is meestal niet gebaseerd op rationele afwegingen, maar op emotie en betrokkenheid. Ik heb in mijn onderzoek die emotie, die zich vertaalde in empathie, de mogelijkheid je te kunnen verplaatsen in de ander, een plek willen geven.''

Hoekstra wil eenzijdigheden in de geschiedschrijving corrigeren. Allereerst de marxistische benadering van de burgerlijke cultuur. Die visie maakt de burgerij verdacht en spreekt van een 'vals bewustzijn'. De gedachte dat burgers zich daadwerkelijk laten leiden door liefde voor hun medemens en dat religie een bepalende factor is, blijft buiten beeld. In wezen geldt die kritiek, volgens Hoekstra, ook de liberale geschiedschrijvers. ,,Daarin is het belang van religie en de rol van vrouwen vrijwel uitgesloten.''

Inspiratie
In de strijd om het hart van de natie doen de orthodox protestantse Nederlanders inspiratie op in Engeland. Er zijn echter grote verschillen tussen beide landen. De methodistische, evangelische opwekking in Engeland bracht veel mensen tot enthousiasme.

Vanuit het Nederlandse Reveil wordt getracht iets van die beweging (revival) naar Nederland te importeren. Zo gaat er een groep predikanten naar een opwekkingsconferentie in het Engelse Brighton. Ook de voorman van de orthodoxe protestanten, Abraham Kuyper, is van de partij. In Engeland is de orthodoxie altijd aan de linkerzijde van het politiek spectrum te vinden, in Nederland is de rechterkant van het politieke landschap de plaats voor de orthodoxen.

Hoekstra vindt het een van de grote vragen van de negentiende eeuw waarom er in Nederland geen grootschalige, populaire opwekkingsbeweging van de grond is gekomen. ,,Waarschijnlijk heeft dat te maken met de Nederlandse traditie van nuchterheid, rationele geloofsbeleving en nadruk op dogma's. Het zegt ook iets over de politieke en kerkelijke cultuur. Er is een zekere huiver, zo niet afkeer, van opzwepende massabijeenkomsten en 'hysterische vroomheid'. De bekende dominee J.J. van Oosterzee (1817-1882) waarschuwde voor Amerikaanse 'excitement' (opwinding) en 'revivalorganiserende Engelsen'.

Het was Kuyper die zich aangetrokken voelde door die populaire, op de massa gerichte vertolking en beleving van het geloof. Hoewel Kuyper later afstand nam van de Brighton-beweging introduceerde hij binnen 'zijn' antirevolutionaire partij (ARP) elementen van die opwekkingsbeweging, stelt Hoekstra. ,,Kuyper hield van het emotionele aspect op bijeenkomsten. Het samen zingen en worstelen met het zondebesef dat zie je terug bij de Deputatenvergadering van de ARP met de massale zang en opzwepende toespraken. Dat is de Nederlandse variant van de Engelse evangelische opwekkingsbeweging.'' Met de toespraken, de liedcultuur en meditaties in de Heraut wist Kuyper ook de meer bevindelijk ingestelde afgescheidenen aan te spreken, zegt Hoekstra.

Leiderschap
Bij de vorming van een natie als morele gemeenschap is leiderschap van groot belang. Dat geldt vandaag nog net zo sterk als in de negentiende eeuw, meent historica Hanneke Hoekstra. ,,Het gaat niet alleen om de opvatting van de leider, maar ook om diens uitstraling. Hoe breng je de boodschap over en kun je zelf een voorbeeld stellen? Dat deed Kuyper op zijn manier door zijn overtuiging met verve uit te dragen. Ook, op een ander vlak, Aletta Jacobs was een voorbeeld in haar politieke strijd voor vrouwenrechten.''

In Engeland was het Josephine Butler die als bevindelijk gelovige de strijd aanbond met de prostitutie. Zij was het grote voorbeeld van dominee Hendrik Pierson die vanuit het Reveil in Nederland de misstanden van de prostitutie aan de kaak stelde en bestreed. Bij leiderschap gaat het om meer dan het mediagenieke, stelt Hoekstra. ,,Ben je in staat als leider iets eigens, intrinsieks over te brengen. Die bezieling zie je te weinig.''

Hoekstra maakt een vergelijking met Kuypers politieke nazaat Jan Peter Balkenende. ,,Hij weet de mensen niet te raken. Hij moraliseerde sterk toen het aankwam op het seksleven van Mabel Wisse Smit. Dat vind ik nogal triviaal. Over grote zaken van de brede en de smalle weg en de belangrijkste erfenis van de christelijke levensovertuiging, de barmhartigheid, hoor ik hem niet. Dat was bij de Engelse politicus Gladstone heel anders.''

William Ewart Gladstone (1809-1898) was een charismatische man, behorend tot de evangelische stroming binnen de Anglicaanse Kerk en vooraanstaand liberaal politicus. ,,Gladstone wist het hart van het volk te raken toen hij opkwam voor de onderdrukte christenen in Bulgarije. Bij Kuyper zie je ook dat hij de sociale kwestie aan de orde stelt.''

In haar boek noemt Hoekstra Kuyper een onbedoelde stimulator van het feminisme. ,,Ik bedoel daarmee in de eerste plaats de feminisering van de samenleving waarin 'zachte waarden' zoals zorg, barmhartigheid en emotie een plek krijgen in het politieke domein. Dat gaat in tegen de opvattingen van de rationele, doctrinaire liberalen. Je ziet bij Kuyper ook dat hij bepaalde vrouwen naar voren haalt. Denk aan de roman The Heir of Redclyffe van Charlotte Yonge en de mythe rond Pietje Baltus, wat achteraf toch een beetje een constructie bleek. Die haast sentimentele aspecten stopt Kuyper in zijn politieke vertoog. Daarmee zet hij de deur open voor vrouwen om te participeren in de politiek. Het was daarbij niet zijn opzet vrouwen te doen kiezen. Hij vond dat de man in de raadszaal hoorde en de vrouw in de huiskamer. Toch werd er een proces in werking gezet waardoor vrouwen de ruimte kregen om te participeren in de samenleving. De gezusters Van Hogendorp haakten daarop in met hun NVVZB. Meer dan ds. Pierson wisten zij met lokale afdelingen, via de domineesvrouwen, velen te bereiken en te activeren. Waar Pierson meedeed aan parlementaire pressie, wist de NVVZB de massa te mobiliseren.''

Verzuiling
In de strijd tegen prostitutie heeft de roman van Harriet Beecher Stowe De negerhut. Een verhaal uit het slavenleven in Noord-Amerika een rol gespeeld. ,,De slavernij werd een metafoor in de antiprostitutiestrijd. Was de prostituee ook niet een slaaf? Een roman was halverwege de negentiende eeuw een probaat middel voor een vrouw zich te mengen in het debat over sociale kwesties. De politieke arena was voor haar nog niet toegankelijk. In de roman en de talrijke sentimentele pamfletten werd het leed dicht bij de mensen gebracht. Door het lijden op die manier uit te vergroten kon het gewone volk zich in het leed van anderen verplaatsen en zich betrokken voelen. Echte betrokkenheid komt pas tot stand als het lijden van de ander zichtbaar wordt. Dat was toen het geval en dat is nu nog zo, denk aan de lotgevallen van asielzoekers waarover tal van kerkleden zich ontfermen.''

Hoekstra wil met haar onderzoek ook aantonen dat de verzuiling van de twintigste eeuw, waarin elk volksdeel zijn eigen partij en verenigingsleven kende, geen exclusieve mannenzaak was. De verzuiling en het burgerlijke ideaal als leefpatroon werden mede in het zadel geholpen door de vereniging voor het vrouwenkiesrecht en de NVVZB. Vrouwenparticipatie kreeg gestalte in het kerkenwerk, denk aan de meisjesvereniging.

Overigens was de oprichting van de christelijke vrouwenorganisaties in de tijd van de verzuiling niet een gevolg van de eerste feministische golf. De christelijke vrouwen waren vooral sociaal actief, ze braken niet met de trouw aan de politieke partij. ,,Bij het tweede Christelijk Sociaal Congres, 1919, liet Henriëtte Kuyper, de dochter van Abraham, weten dat de vrouwenorganisatie een reactie was op het rode gevaar. Voor de protestantse vrouwen was de sociaal-democratische vrouwenorganisatie de directe aanleiding zich te organiseren. De actieve wijze waarop vrouwenorganisaties zich organiseerden hebben mee de verzuiling gestalte gegeven.''


Het hart van de natie. Morele verontwaardiging en politieke verandering in Nederland 1870-1919
Hanneke Hoekstra. Uitg. Wereldbibliotheek Amsterdam, 2005; 237 blz., 28,50 euro
http://www.nd.nl/document.aspx?document=nd_artikel&vorigDocument=&id=69931
pi_36382199
quote:
Uit de Ilford Recorder


Memorial quest to find family of bomber hero
23 March 2006

WHEN Lancaster bomber ME752 was shot down over the Dutch town of Heythuysen, one man risked his life to rescue whatever he could from the blazing wreckage.

The date was July 21, 1944, and Daniël Brouns' parents' house was among those destroyed in the crash.

Although he could do nothing for the crew members, all of who were killed outright, he was able to retrieve a suitcase from inside the cabin, writes KAREN BURKE.

Now, more than 60 years later, its contents have propelled Daniël's daughter, Ria Schmieder, on a quest that has led her all the way to Redbridge.

For the past seven years, Ria, 47, has been attempting to trace the relatives of the crew of heavy bombers from the RAF's 75th New Zealand Squadron.

Three of the eight-man crew were British - and among them was wireless operator Sgt Jack Barson from Ilford.

Ria told the Recorder: "Unfortunately, I have never been able to find much information about Sgt Barson. I have not been able to find out, yet, if there are still living relatives of his.

"I would like them to know that I have been able to erect a monument for him and his crew members in Heythuysen. We will remember them."

Sgt Jack Frank Macdonald Barson was the only son of son of Louisa Ann Barson, of Duke Road, Barkingside.

Born in Ilford, he went to school in Newbury Park and at the time of his death aged 21 he was engaged to Marjorie Tyler, the youngest daughter of an Ilford councillor.

Having served with the Royal Air Force Volunteer Reserve, Sgt Barson's grave now lies in Jonkerbos War Cemetery in Nijmegen.

Having in 2003 achieved the erection of a monument near the bomber's crash site, Mrs Schmieder has recently launched a website documenting the discoveries she has made to date.

She hopes that it will bring her another step closer to finding out more about Sgt Barson and the other crew members, including flight engineer Joseph Armstrong from Bradford, Yorkshire.

Sgt Barson's name is also included on a memorial commemorating six members of Newbury Park Methodist Church, Oaks Lane, Newbury Park, who lost their lives during the war. The plaque is soon to be moved to nearby St Peter's Church, Aldborough Road North, Aldborough Hatch.

Mrs Schmieder added: "It has not been easy to find information as this research was completely new to me and before you know how and where to look, months have passed.

"I do not know when my quest will be finished, I only know it will not be for some time. I will not stop searching until all I can find is found."

n Are you a relative of Sgt Barson - or do you know any surviving members of his family?

Anyone with information is asked to contact Ria Schmieder via her Lancaster monument website at www.lancastermonument.nl.
pi_36408019
quote:
Nieuw leven voor aloud Hanzeverbond

HET HANZEVERBOND: voor de meeste mensen niet meer dan een vaag begrip uit een duister verleden. Tussen 1300 en 1700 was de Hanze een economisch bondgenootschap tussen meer dan tweehonderd steden en de spil van alle handel in noord- en west-Europa. Het netwerk liep van Scandinavië en de Russische staten tot Italië. Daarna stierf het netwerk een stille dood. Tót de Groningse zakenman Remmelt Smid het oude pact een paar jaar geleden nieuw leven inblies. En met succes: zijn bedrijf Het Hanze Huis is ondertussen een florerende onderneming die luxe goederen uit de oude Hanzesteden exporteert naar bijna alle landen van Europa.
‘De ambachtelijke traditie van de steden vormt de basis’, legt Smid uit. ‘In die steden zijn oude ambachten van generatie op generatie doorgegeven. Die authentieke kwaliteitsproducten kunnen nog steeds overal ter wereld worden afgezet. Alleen waren dat soort familiebedrijven nog nooit op het idee gekomen dat ook te doen.’
In eerste instantie waren de meeste oude bedrijven huiverig om in te gaan op zijn voorstellen. Maar het enthousiasme van de 36-jarige Groninger werkte aanstekelijk: binnen de kortste keren sloten tientallen zeer diverse bedrijven zich aan bij zijn bedrijf. Het Hanze Huis importeert onder meer marsepein uit Lübeck, thee uit Zutphen, marmelade uit Kopenhagen, cacao uit Londen en suikerwerk uit Helsingborg. Daarvan worden in een Groningse pakhuis verschillende soorten Hanzepakketten gefabriceerd.
In Nederland zet de onderneming de producten onder meer af bij de Bijenkorf, Simon Lévelt en Gastrovino. ‘Het zijn fijnproeversproducten die iets bijzonders toevoegen aan de smaak die je overal kan kopen’, aldus Smid. ‘Aan de chocolade wordt bijvoorbeeld rode peper, gember of sinaasappel toegevoegd en koffie is bij ons verkrijgbaar in volstrekt unieke melanges met mint, rum, appel of hazelnoot. Dat is ook de meerwaarde die de traditionele bedrijven in de 21e eeuw nog kunnen bieden tegenover grote fabrieken.’
Bedrijven kunnen zich ook niet klakkeloos aansluiten omdat ze in een oud-Hanzestad zitten. ‘De producten moeten echt aan een bepaalde kwaliteitsstandaard voldoen’, beklemtoont de zakenman. De internationale naamsbekendheid van Het Hanze Huis zorgt ervoor dat ambachtelijke firma’s uit alle windstreken zelf al contact zoeken met het Groningse initiatief. Het criterium blijft echter wel dat hun thuisbasis vroeger verbonden moet zijn geweest met het Hanzepact. ‘Laatst meldde zich een vooraanstaande producent uit Wenen. Die heb ik toch vriendelijk de deur moeten wijzen.’
De zogenaamde Hanzekokers, gevuld met onder meer koffie, marsepein, chocolade en suikergoed, vinden per tienduizenden afzet als relatiegeschenk. Een andere noviteit die erg goed loopt is het zogenaamde Scandinavische ontbijt, waar onder meer sardines, honing en (andere) vis in zit. ‘Het Hanzeconcept heeft het tij ook mee’, merkt Smid. ‘Mensen willen weer teruggrijpen op oude waarden van vroeger. De turbulente tijden maken onzeker: men klampt zich vast aan dingen die niet veranderd zijn.’
Het doet de Groningse ondernemer niet alleen zakelijk goed dat er zoveel animo is voor zijn producten. Hij was al sinds zijn jeugd gefascineerd door de Hanzesteden. ‘Elk eeuwenoud product kent zijn eigen verhaal: ik kan daar letterlijk uren over praten.’ Tussen alle bedrijven door organiseert de koopman in zijn kantoor ook bijeenkomsten waarop hij vertelt over de historie van het oude zakenverbond. ‘Het was een samenwerking die zijn tijd ver vooruit was: ik ken geen ander handelspact dat zeshonderd jaar stand heeft gehouden. Van de manier waarop onze innovatieve voorgangers hun zaken hadden geregeld, kunnen we in de 21e eeuw nog erg veel leren.’

Nederland telt negentien Hanzesteden. Een daarvan ligt in Twente: Oldenzaal. De andere Nederlandse Hanzesteden zijn: Arnhem, Bolsward, Deventer, Doesburg, Elburg, Groningen, Harderwijk, Hasselt, Hattem, Kampen, Nijmegen, Ommen, Roermond, Stavoren, Tiel, Venlo, Zutphen en Zwolle.
http://www.tctubantia.nl/twente/article205835.ece

er zijn nog meer Hanzesteden in Nederland, maar deze waren alleen lid van de Londense Hanze: Vlaamse steden die handel dreven met Engeland en Schotland: (Oud-)IJzendijke, Sint-Anna-ter-Muiden en Aardenburg
pi_36420514
quote:
The Lincoln conspiracy: Inside the plot to avenge the Confederacy

The shooting of the 16th US President in 1865 has obsessed historians ever since. As two new books piece together the events that led to the assassination, Andrew Gumbel examines how they mirrored September 11 and its aftermath

Published: 27 March 2006

Most people will remember that Abraham Lincoln was the first US president to be assassinated, that he was shot at close range in his box at a Washington theatre, and that his assassin was John Wilkes Booth, a sympathiser with the confederate South who had been left aghast by the outcome of the recently concluded Civil War.

What may not be so familiar, at least to non-specialists on this side of the Atlantic, are some of the other hair-raising details of the assassination plot. It was not just Lincoln, but the whole top echelon of the government that was targeted on the night of 14 April 1865. William Seward, the secretary of state, was viciously knifed in his own bed and came close to perishing nine days after he almost died in a horse-and-carriage accident. Andrew Johnson, the vice-president and eventual successor to Lincoln, would have been shot in his Washington hotel had his designated attacker not chickened out at the last moment. Ulysses Grant, the commander of the victorious Union army and future president, was originally scheduled to join Lincoln in his box at Ford's Theatre and might not have survived had he kept the appointment.

The whole episode was, in many respects, an eerie foreshadowing of what happened to the US almost a century and a half later on 11 September 2001. The country quickly realised it was under devastating attack, but did not immediately know who the attackers were, on whose behalf, if anyone, they were acting, or how much more they had planned after the initial strike. Fear and paranoia gripped the nation, as wild rumours spread of a reconstituted confederate army rising again, of dastardly plots to spread germ warfare (by the dissemination of clothing infected with yellow fever) or to poison the water supply of New York City.

Hundreds of people suspected of approving of the assassination were set upon, beaten or even killed by angry mobs. Lincoln, a controversial leader throughout his tenure - not least because of his willing suspension of habeas corpus and other core constitutional rights in his prosecution of the war - was suddenly elevated to the status of a secular saint, a transformation at least a little reminiscent of George Bush's sudden, if much more shortlived, surge in opinion polls four and a half years ago.

The man charged with hunting down Booth and his co-conspirators, Edwin Stanton, the secretary of war, did not hesitate to arrest people merely for association with the assassins. He put federal troops on battle-ready status, and sent them out to comb the Maryland and Virginia countryside; a staggering 87 of them drowned while patrolling the Potomac river. Stanton did not capture everyone he was after, but grabbed whoever he could, had them tried by military commission and hanged the eight most notorious. The rest were sent off to do hard labour in the Dry Tortugas islands off Florida - the Guantanamo Bay of the day.

It was only a few years later that the wisdom of the draconian approach came under question. One of the hangings, of Mary Surratt, keeper of a Washington boarding-house frequented by Booth and his co-conspirators, came under particular scrutiny because she did not appear to have been involved in any criminal activity whatsoever. When her son, John Surratt, who had escaped abroad in the chaotic aftermath of the assassination, was captured and repatriated in 1867, he went before a civilian jury which was unable to reach a guilty verdict. One of the inmates in the Dry Tortugas, a doctor who had sheltered Booth in the immediate aftermath of the assassination, without at first knowing what Booth had done, was subsequently pardoned and released.

None of these intriguing parallels with present-day events have received much attention to date. But that could be about to change dramatically as the US looks set to revive, once again, its never-ending fascination with the country's 16th president, the man who saved the Union but could not save himself from his defeated enemies.

In recent years, the focus of the Lincoln mania has settled variously on Honest Abe's sexuality, his propensity for melancholia and depression, and his unique political prowess. Now the focus is shifting slightly away from Lincoln on to Booth, his assassin. One critically acclaimed reappraisal of Booth, Michael Kauffman's American Brutus, has just come out in paperback. A tightly written narrative of Booth's crime and the 12-day effort to track him down, James Swanson's Manhunt, has just been published and is racing up The New York Times bestseller list.

Swanson's book, which reads so much like a blueprint for a movie that it's hard to imagine he didn't have one in mind, has already been optioned by Hollywood. The buzz in industry circles is that Harrison Ford will take a starring role as the cavalry officer who eventually cornered Booth in a tobacco barn in rural Virginia. The role of Booth - an irresistible one to all thespians, since he was one himself, and a singularly dashing, charming, good-looking one at that - has yet to be assigned.

The fiendishly intricate plot so much feared at the time by Stanton and others, turned out to be little more than an expression of rage and frustration by a relatively small circle of like-minded people. Booth and his fellow conspirators - who weren't Southerners or anti-Unionists so much as white supremacists opposed to the excessive centralisation of governmental power and the granting of any rights to Negroes - started hatching a wild scheme to kidnap Lincoln about a year before the assassination, but never even attempted to put it into practice because of its obvious logistical difficulties.

On the day of Lincoln's second inauguration, in March 1865, Booth found himself just a few feet away from the president on the steps of the Capitol and later kicked himself for not taking a gun and shooting while he had the chance.

The assassination plot ended up being cobbled together more or less on impulse in a matter of hours. Booth happened to be at Ford's Theatre picking up some mail at about noon on 14 April when he overheard the manager receiving the news that the president intended to watch that night's production of Our American Cousin, a durably popular transatlantic comedy of manners that is now only remembered by association with Booth's crime.

Over the next eight hours, Booth arranged for one friend, George Atzerodt, to check into Andrew Johnson's hotel, and for another, Lewis Powell, to plot his entry into the Seward household by posing as a doctor come to treat the ailing secretary of state for the injuries from his carriage accident. Booth arranged for horses, and men to hold them while the crimes were being committed. He made the vaguest of plans for the conspirators to join up on the Maryland side of the Navy Yard Bridge, east of the city, but otherwise had no clear idea of how they were to make their getaway to what he presumed would be the safety of the Deep South.

Booth had no trouble penetrating the hallways and passages of Ford's Theatre, since he was a regular performer who knew the building's most intimate secrets. Armed with a .44-calibre Deringer pistol and a Bowie knife, he managed to use part of a wooden music stand as a makeshift wooden bolt which he used to prevent anyone coming into the presidential box after him. He lurked unobserved just inches behind the president, waiting for what he knew to be one of the loudest laughs in the third act of the play before pulling the trigger right at the nape of Lincoln's neck.

As the pistol shot startled the theatre to silence, he used his knife to slash at one of the president's companions, a certain Major Rathbone, who suffered a deep cut to the upper arm. Booth then jumped up on the railing separating the box from the auditorium, shouted the Virginia state slogan "sic semper tyrannis" ("thus ever to tyrants"), declared the South to have been avenged, and proceeded to jump down on stage.

As he descended, he hit a framed portrait of George Washington, and one of his riding spurs became entangled in a stars-and-stripes flag - a moment that was later dubbed "Old Glory's revenge". Some accounts suggest he broke his left leg in the fall, but it seems more plausible that he received that injury later in the night in the frantic rush out of town. Either way, he dashed across the stage and made his exit so fast the stunned theatregoers did not have time to stop him.

Lincoln did not die immediately, but was carried to a nearby house on 10th Street, which struck everyone as a more seemly place to die than a place of popular entertainment. (Lincoln would later come in for muted criticism for going to the theatre so soon after the end of the war, and on Good Friday too.) Booth, meanwhile, sweet-talked his way past the sentry on the Navy Yard Bridge, as did one of his accomplices, David Herold, who followed on behind. The pair would spend the next 12 desperate days together, first by managing to stay ahead of the news of the assassination and then by outwitting the Union troops who came out in force to sniff them out.

On that first night, they stopped at a tavern and then at the house of Dr Samuel Mudd, whom they had earlier roped into the kidnapping plot. Mudd treated Booth's broken leg before discovering what he had done and then, fearful of being tarred as his accomplice, as indeed he eventually was, sent the pair on their way. A Confederate veteran called Thomas Jones hid them in a pine forest on the Maryland side of the Potomac for five days while they waited for the manhunt to die down, making an attempt at crossing into Virginia possible.

Once across the river, Booth and Herold found a distinctly chilly reception, even among confederate troops returning home from the battlefield. They threw themselves on the mercy of the Garrett family, who let them stay one night in their house and then sent them out to the tobacco barn, where the feds, acting on a tip-off, eventually caught up to them.

There then ensued a siege not unlike modern ones pitting the federal authorities against neo-Nazis at Whidbey Island in 1984 or the Branch Davidian sect at Waco, Texas, in 1993. As in those much later instances, the end result was conflagration and death. Colonel Everton Conger, the putative Harrison Ford character, decided to smoke out Booth and Herold by setting fire to the barn. His mission to take the assassin alive was botched, however, by one of his own men, who saw Booth raise a weapon and shot him in the neck, in much the same place as the bullet that felled the president.

Booth's final words: "Useless, useless." Having dreamed of reviving the confederacy with a single pistol shot, he died in the knowledge that his victim had become a martyr, and his own name was destined to go down in infamy. The actor in him appeared to crave the attention anyway; the fact that he is now destined to be immortalised once again on the silver screen might not, in the end, have entirely displeased him.
http://news.independent.co.uk/world/americas/article353830.ece
  dinsdag 28 maart 2006 @ 07:59:29 #109
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_36424984
Archeologen vinden paleis mythische held Ajax

Gepubliceerd op dinsdag 28 maart 2006

ATHENE (ANP) - Archeologen zeggen de restanten van het 3500 jaar oude paleis van de mythische held Ajax te hebben gevonden. Ajax was de krijgshaftige Griekse koning die in de Ilias van Homerus optreedt als een van de belangrijkste helden in de Trojaanse oorlog.

De archeologen onder leiding van de Griek Yannos Lolos stuitten op het eilandje Salamis op een groot paleis, dat ooit vier verdiepingen en meer dan dertig kamers zou hebben geteld. Ze zijn er zeker van dat het de thuisbasis van Ajax betreft.

Ajax was volgens de Ilias betrokken in de tienjarige oorlog om de stad Troje, die uiteindelijk door een list viel. Dat zou zijn gebeurd rond 1180 voor Christus. Volgens Lolos is het paleis op Salamis rond dezelfde tijd verlaten en in verval geraakt. Ajax zou de laatste koning zijn geweest die er leefde.

,,Het is een van de zeldzame gevallen waarin een Myceens paleis vrijwel zeker kan worden toegeschreven aan een Homerische held'', zei Lolos tegen de Britse krant The Times.

http://www.planet.nl/plan(...)tid=696214/sc=44836f
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
pi_36450571
Nederland heeft er weer een stad bij
quote:
Haastrecht is geen dorp, maar een stad



VLIST - De gemeente Haastrecht in de Krimpenerwaard is geen dorp maar een stad.

Dit blijkt uit het rapport 'De Steede ende Landen van Haestregt' van de historische vereniging van Haastrecht. In het rapport hecht de auteur, Ad Breedveld, grote waarde aan de vondst van een oude oorkonde uit 1301. De oorkonde is voorzien van een zegel van de schepenen van de stad Haastrecht.

Volgens Breedveld bewijst dit 'opnieuw en definitief' dat Haastrecht een stad is, net als de omliggende plaatsen Gouda, Oudewater en Schoonhoven. Het volledige rapport wordt dinsdagmiddag aangeboden aan burgemeester Evenhuis van Vlist en is te lezen op www.gemvlist.nl
www.tvwest.nl
pi_36488176
quote:
Reinventing an empire: Constantine - The greatest Roman Emperor

An exhibition which opens in York tomorrow marks the debt owed by the modern Church to a Christian convert who rescued a failing empire, brought peace and preached tolerance. Ian Herbert tells his story

Published: 30 March 2006

A decision reached almost 1,700 years ago by Constantine the Great is a source of inspiration to any who despair of lasting religious tolerance in the world. On the eve of an improbable battlefield triumph in Rome, AD312, the young Roman emperor saw a vision of Christ and converted to Christianity, joining the ranks of those who had been persecuted by his predecessors for centuries.

Most self-respecting emperors would force their subjects to follow suit - so what was he to do? Constantine's answer arrived in the edict he issued at Milan the following year. "I grant both to Christians and to all men, freedom to follow whatever religion each one wishes," it stated. His words were the touchstone of modern Christianity, ending centuries of persecution for Christians. But they are also the first known articulation of religious tolerance, permitting the co-existence of Jews, Christians, British Pagans and those who worshipped the traditional Roman gods such as Eros and Jupiter.

The modern Church's debt to Constantine, who also introduced the architecture on which the St Peter's Basilica in Rome and Jerusalem's Church of the Holy Sepulchre were later built, is recognised in one of the most important Roman exhibitions staged in Britain, which opens tomorrow in York.

"Constantine the Great, York's Roman Emperor" marks the 1700th anniversary of his coronation in the city and is staged in association with the British Museum, which has loaned scores of artefacts. The exhibition is designed by Ivor Heal who, with finely carved sculptures and cameos and brilliantly coloured mosaics, recaptures Constantine's lavish Roman world with the same panache he showed in the Royal Academy's two huge successes The Aztecs and The Three Emperors.

Only Augustus Caesar, the first Roman emperor, rivalled Constantine's achievements in a reign that lasted until 387, according to Elizabeth Hartley, the exhibition's creator.

He rescued the failing empire, continuing work started by his father, Constantius. But he also reinvented the empire. He restored peace, stability and security by promoting harmony and tolerance, abandoned Rome to establish a more easily defensible capital at Constantinople. "He created a new world without upsetting the old and creating conflict," says Ms Hartley.

York, which erected a statue to Constantine outside the Minster in 1998, cannot be accused of underplaying its part in the story of the great emperor. In addition to the exhibition, which includes exhibits from 36 museums and private collections from across Europe, it will stage a service of commemoration at York Minster on 25 July - the 1700th anniversary of Constantine's proclamation here, and will stage a three-day international conference on the man in the same month.

Yet the city's important role in the emperor's story presented itself by chance. Constantine was far away at Nicomedia in the east of the Empire, being trained to accede to his father's position as one of the caesares (junior emperors), by Diocletian when news arrived that Constantius was facing a spot of bother from the Picts, in Scotland. Constantine headed west, met his father at Boulogne, crossed to Britain before winter set in and proceeded into a battle, which they won. Both then returned in December 305 to York - then called Eboracum, one of the regional capitals and home to the Romans' northern military command.

No one is sure why father and son lingered in York but they were still there on 25 July 306 when Constantius died. With the support of troops stationed at York, Constantine took the throne, possibly in a service held at the city's imperial residence. Coins issued for his imperial visit suggest he returned to York at least once in the first 10 years of his reign and he described his coronation there in a handwritten testimony, fragments of which are on display at the exhibition.

It seems he may also have ordered a rebuilding of the Roman northern command HQ in York, at the spot where a magnificent head of Constantine was unearthed in the 19th century. It too is being exhibited.

The event which was to assign Constantine his part in Roman history occurred in 312 on the eve of the Battle of Milvian Bridge on the outskirts of Rome which, if troop allegiances were anything to go by, Constantine was expected to lose. In a dream, Constantine saw the Chi-Rho - the Christian symbol that combines the Greek letters X and P (the first two letters of the name of Christ) in front of the sun with the words "in this sign you will conquer". He was told to paint this sign on the shields of his soldiers and, after doing so, won the battle.

Whether Constantine really had the dream or invented it as a shrewd political move to endear him to Christians and win support is a matter of enduring conjecture.

Boris Johnson, the Tory MP, a huge enthusiast on the subject of Constantine after coming across him during work for his BBC series on the Romans, has some suspicions. "It may have been a stunt. He was a supreme political operator and the conversion might have had its advantages. It's difficult to establish," he said.

Perhaps Constantine's mother, Helena, played a role in the conversion. She was probably born a Christian, though virtually nothing is known of her background, save that her father was a successful soldier, a career that excluded overt Christians. Either way, Constantine immediately granted restitution to the Christians, creating an unprecedented tolerance of the previously minority religion, and initiated the building of a Christian basilica at the Lanteran in Rome, the first Christian church. The emperor also legislated Sunday as a day of rest, banned gladiatorial games and promoted Christians to high office. At the Council of Nicea in 325, he saw to it that Christianity was fully legalised in the empire for the first time; a move considered integral to the development of the religion. The Nicene Creed, still used by Christians as the fundamental expression of their faith, also emerged from that council. Constantine's reputation as the "first Christian emperor" has been promulgated by historians from Lanctitius to the modern day, though he was only baptised on his death bed.

Constantine's pursuit of tolerance may have stemmed from his time in Diocletian's court, before he met up with his father in Britain, Ms Hartley believes. "He saw persecution under Diocletian and its disastrous consequences and was probably very distressed. By contrast, there was almost no persecution in his father's western empire."

York's exhibition provides a true sense of the creative power which Constantine's endorsement and appreciation of new modes of thought unleashed. He modelled himself on both Augustus and Alexander the Great - a clear expression of his determination to be one of the great figures of history - but ushered in a golden age of creative, Byzantine arts while allowing the classical traditions to continue. Among the more memorable examples on display at York are a youthful head of Mithras, never before loaned from the Museum of London; a collection of wall mosaics recovered in the 1970s from Roman villas in Dorset, and a mosaic illustrating Ovid's Metamorphoses, recovered in Somerset. There are sculptures, textiles, silverware, games, weapons, coins and jewellery - all reflective of the magnificence of the emperor's age. Few examples of the artistic endeavour that Constantine helped create have been located by archaeologists in York, though one of those in the exhibition is an extraordinarily well-preserved bun of auburn hair with two hairpins intact.

Constantine the Great, York's Roman Emperor is at the Yorkshire Museum, York, from tomorrow until 29 October
http://news.independent.co.uk/uk/this_britain/article354481.ece
pi_36505652
quote:
Tweeduizend Duitse kanonskogels gestolen

BERLIJN - Uit een kasteel in de buurt van het Duitse Wolfenbüttel zijn dinsdag ongeveer tweeduizend 16de-eeuwse kanonskogels gestolen, heeft de politie donderdag bekendgemaakt.
De dieven namen grofweg de helft mee van de vierduizend ijzeren ballen die archeologen onlangs in de kelder van het kasteel aantroffen, zei de politie. Volgens de lokale autoriteiten hebben de kogels een diameter van twaalf centimeter en wegen ze een kilogram per stuk. Op enkele exemplaren staat het nummer 1575 - het jaartal waarin de kogels vervaardigd zijn voor een plaatselijke hertog. Volgens veilingsites op internet zijn verzamelaars in Duitsland bereid twintig euro per kanonskogel te betalen.

map (ap)30/03/2006
http://www.nieuwsblad.be/(...)leID=DMF30032006_078
pi_36506094
quote:
WETENSCHAPSWINKSEL. Verraadt een standbeeldpaard hoe de ruiter gestorven is?

Het verhaal over de ruitersstandbeelden duikt geregeld op: als het gebeeldhouwde paard op zijn vier benen staat zou de ruiter een natuurlijke dood of in zijn bed gestorven zijn. Met één of twee paardenbenen opgeheven zou de kunstenaar aangeven dat de roemrijke ruiter in de strijd gesneuveld is.
Zelfs op de redactie van De Standaard staat sinds enige tijd een levensgroot paard in de gang, met een voor- en een achterbeen los van de grond. Het draagt geen ruiter, maar de schade op de flank doet vermoeden dat iemand op een nachtelijk uur wel eens heeft geprobeerd hoe het aanvoelt, een standbeeld van zichzelf. Maar zelfs in dat redactionele strijdperk vallen geen overlijdens te melden en ook de huiscartoonist van De Standaard , Zaza, die het paard beschilderde, is volgens de laatste berichten nog in goeden doen.

Volgens kunsthistoricus Joost Vander Auwera klopt het verhaal over de paardensymboliek dan ook 'van geen kanten'. Vander Auwera is verbonden aan de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België in Brussel en aan de Universiteit Gent, en schreef een uitgebreid artikel over het paard in de westerse kunstgeschiedenis.

,,Dat veel standbeeldpaarden één been opheffen, gaat terug op een heel beroemd beeld'', weet Vander Auwera, ,,namelijk dat van de Romeinse keizer Marcus Aurelius op het Capitool in Rome''. Het dateert van de tweede eeuw na Christus en eeuwenlang hebben kunstenaars zich erop geďnspireerd. Zelfs het beeld van koning-ridder Albert I van België in Brussel (met één opgeheven paardenbeen) zou ernaar verwijzen. Maar de Belgenvorst stierf bij een klimongeval in Marche-les-Dames, niet in de strijd. Een andere bekende navolger was de schilder Titiaan met het portret van Keizer Karel V bij de slag bij Mühlberg dat in het Prado hangt in Madrid. Keizer Karel stierf in zijn bed, ondanks de opgeheven poot van zijn paard. Het opgeheven voorbeen zou niet zozeer verwijzen naar de doodsoorzaak van de ruiter, maar symboliseerde mogelijk een neergeslagen, overwonnen vijand, meent Vander Auwera.

Op het internet zijn theorieën te vinden over het zogezegde verband tussen de houding van het paard en de doodsoorzaak van de ruiter. De website snopes.com catalogeert het in een lijst van stadslegenden - verhaaltjes die lustig rondverteld worden, maar die pure verzinsels zijn.

Er zijn ook schilderijen en heldhaftige ruiterstandbeelden die een paard tonen met beide voorbenen hoog in de lucht, zoals het beeld van Peter De Grote in Sint-Petersburg. Voor een leek lijkt het alsof het paard wild steigert, maar het maakt eigenlijk een uiterst beheerste levade of verheven houding. Dat wil zeggen: het dier verplaatst zijn evenwicht op de achterbenen en tilt de voorbenen van de grond. ,,De levade is een onnatuurlijk en moeilijk maneuver dat jaren training vergt'', aldus Vander Auwera. ,,Het is ultieme bewijs van de kunde en het heerschap van de ruiter.'' Sinds de woorden van de antieke auteur Plutarchus zou de levade voor kunstenaars een speciale symboliek dragen: 'de heerser beheerst zijn volk zoals een ruiter zijn paard.'

www.snopes2.com/military/statue.htm

Kim De Rijck
http://www.standaard.be/Artikel/Detail.aspx?artikelId=GA5Q8745
pi_36520341
OK, nieuws van negen maanden geleden, maar toen bestond dit topic nog niet he
quote:
Glasgow's diet was healthier in 1405

JIM MCBETH

GLASWEGIANS in 1405 had a better diet than the citizens of 2005, eating their "five-a-day" 600 years ahead of its time.

Even their light beer was healthier than sugar-laden fizzy concoctions that are today's favourite, according to new archaeological evidence.

It reveals a diet of porridge and small amounts of pork and fish made medieval mealtime more nutritious than a visit to the chippy, the pizza parlour or the ubiquitous American fast food joints.

And an absence of sugar in the diet meant medieval Glaswegians had better teeth. In addition, they could not smoke, a major cause of diseases that killed 119 out of every 100,000 men in the city last year.

Experts agreed yesterday we could learn from our predecessors' eating habits as revealed by the council's new history and archaeology strategy.

Glasgow is developing a mapped medieval trail from Glasgow Cathedral to the Clyde, the medieval hub of the city.

By analysing cesspit material, archaeologists discovered medieval citizens ate a healthy diet of fruit, vegetables, cereals and fish. It is a long way in time and culture from modern Glasgow, where obesity is so commonplace because of a junk food diet of pizza, burgers and fish suppers that the Scottish Executive is considering opening an NHS-funded stomach-stapling clinic in the city.

Professor Stephen Driscoll of Glasgow University's archaeology department, said: "Around 100 bodies examined showed good health and the teeth were worn rather than decayed.

"The diet was healthier than today, with porridge, a little meat, fish, milk, cottage cheese and vegetables and fruits."

At one excavation, in Bell Street, cesspit material revealed large quantities of seeds and fish remains.

Councillor Catherine McMaster, on the working group for the medieval project, said: "It seems they were into 'five-a-day', 600 years before the rest of us. We modern Glaswegians could learn from it.

"We hope to reveal more of the city's rich tapestry of history by the medieval trail, and it is ironic that it is already revealing that they probably ate better then."

The "Glesca diet" is notoriously unhealthy, provoking the joke that whole generations were brought up on "chips and lemonade".

In some areas, 80 per cent of children develop tooth decay by the age of five because of a high consumption of fizzy drinks.

Recent research also showed that 63 per cent of schoolchildren in some areas were "less healthy eaters".

Dr Frankie Phillips, of the British Dietetics Association, said: "There wouldn't have been too many obese people in medieval times.

"We could certainly learn from some aspects of the diet that was uncovered."

This article: http://thescotsman.scotsman.com/scotland.cfm?id=610862005

Last updated: 03-Jun-05 00:33 BST
pi_36557448
quote:
Gamer leeft zich uit op historisch toneel vol fouten

Computergames zijn vaak geďnspireerd op historische gebeurtenissen. Dat levert succesvolle spellen op, maar om geschiedkundige nuances bekommeren de makers zich niet.

Door onze redacteur Bart Funnekotter

Rotterdam, 30 maart. Of je nu liever rondsluipt tussen de ruďnes van Stalingrad, met getrokken degen in een carré op het slagveld van Waterloo de Franse cavalerie tegenhoudt, of op de punt van je pilum een horde Galliërs voor je uitdrijft – er bestaat een computerspel waarin je die fantasie kunt uitleven. Makers van games kijken vaak naar het verleden als ze op zoek zijn naar inspiratie. Dat levert commercieel succesvolle spellen op, zoals de hierboven omschreven games Call of Duty, Imperial Glory en Rome Total War.

Zijn dit soort spellen behalve ter vermaak wellicht ook ter lering te gebruiken? Op die vraag hopen de Vereniging voor Geschiedenis en Informatica (VGI) en de Stichting Nederlandse Archeologie (SNA) een antwoord te vinden, morgen tijdens een studiedag in Leiden met als thema ‘Game over; geschiedenis en games’. Naast historici en archeologen zullen er ook sprekers zijn uit de wereld van het gamesdesign.

Mede-organisator Luuk Schreven, werkzaam bij het Nederlands Instituut voor Wetenschappelijke Informatiediensten (NIWI) van de KNAW schreef onlangs een artikel over de kaskraker Rome Total War. „Om geschiedkundige nuances bekommeren de makers zich niet”, zegt hij. „Er is een groep gamers die zich aangetrokken voelt tot historische spellen, net zo goed als je mensen hebt die voor fantasy gaan. Er wordt een fantasiewereld gecreëerd met daarin elementen uit een tijdvak. Uit de praktijk blijkt dat vooral de Oudheid, de Middeleeuwen en de Tweede Wereldoorlog ervoor geschikt zijn.”

Dat commerciële games historisch weinig waarheidsgetrouw zijn kan Schreven niet verdrieten. „We moeten kijken of er in de populariteit van dit soort spellen aanknopingspunten zitten voor het onderwijs.”

In zijn bijdrage aan de studiedag zal Jeroen van der Vliet van de SNA op zoek gaan naar die aanknopingspunten. Van der Vliet is niet alleen archeoloog, maar stond ook enige tijd voor de klas als geschiedenisleraar en weet dus hoe je leerlingen bij de les kunt houden: met een boeiend verhaal. „Een spel als Rome Total War is echter totaal ongeschikt voor onderwijsdoeleinden. Het heeft te veel een open eind. Je kan uren spelen zonder te stoppen. Wat je in de klas zou kunnen gebruiken zijn kleine, korte spelletjes. Dat geeft de leraar de kans om na een paar minuten gamen met zijn leerlingen de resultaten door te praten: wat heb je gedaan, en wat heb je daarvan geleerd?”

Tijdens het opgraven van een Romeins schip bij de Leidsche Rijn in 2003 bood de SNA op een speciale website lesmateriaal aan, inclusief een spelletje waarbij leerlingen gevonden voorwerpen konden benoemen en op de juiste plek in het schip plaatsen. Van der Vliet: „De BBC heeft op zijn site dit soort kleine games over bijvoorbeeld de Vikingtijd in de aanbieding.”

Bovenal moeten spelletjes leuk zijn. Van der Vliet: „Beter niet honderd procent historisch accuraat, dan saai. Anders gebeurt bij zo’n game hetzelfde als bij een saaie lezing: dan vallen mensen in slaap.”

In de spellenreeks Command & Conquer nemen de Verenigde Staten het op tegen Rusland. In het Russische wapenarsenaal bevindt zich de V-2 raket. In het echt werd dit projectiel gebruikt door de nazi’s tijdens de laatste jaren van de Tweede Wereldoorlog.

Het populaire strategy spel Rome Total War ritselt van de fouten. Een kleine greep: de Egyptische legers zijn uitgerust met wapens uit de tijd van voor de komst van Alexander de Grote, provincienamen kloppen niet, en het Romeinse Rijk is intern meer verdeeld dan het in werkelijkheid was. Een groep gamers ergerde zich zo aan deze en andere fouten dat ze een gratis programmaatje, een mod, hebben geschreven dat het spel realistischer moet maken.

Enkele maanden na het begin van het spel Imperial Glory in 1789 moet de speler die Frankrijk speelt kiezen wie zijn opvolger zal zijn: Charles, Antoinette, Philippe of Anne.

Zo heetten noch de kinderen van Louis XVI, noch die van Napoleon. Ook fout: de grens van Pruisen loopt daar waar hij pas lag na het verdrag van Tilsit tussen Napoleon en tsaar Alexander in 1807.
http://www.nrc.nl/wetenschap/article265717.ece
  maandag 3 april 2006 @ 23:32:30 #116
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_36627220
quote:
Revealed: victims of UK's cold war torture camp

Ian Cobain
Monday April 3, 2006
The Guardian


Archive pictures of German prisoners held by the British following the second world war. Photographs: Martin Argles


Photographs of victims of a secret torture programme operated by British authorities during the early days of the cold war are published for the first time today after being concealed for almost 60 years.

The pictures show men who had suffered months of starvation, sleep deprivation, beatings and extreme cold at one of a number of interrogation centres run by the War Office in postwar Germany.

A few were starved or beaten to death, while British soldiers are alleged to have tortured some victims with thumb screws and shin screws recovered from a gestapo prison. The men in the photographs are not Nazis, however, but suspected communists, arrested in 1946 because they were thought to support the Soviet Union, an ally 18 months earlier.

Article continues
Apparently believing that war with the Soviet Union was inevitable, the War Office was seeking information about Russian military and intelligence methods. Dozens of women were also detained and tortured, as were a number of genuine Soviet agents, scores of suspected Nazis, and former members of the SS.

Yesterday there were calls for the Ministry of Defence to acknowledge what had happened and apologise. Nick Harvey, the Liberal Democrats' defence spokesman, said: "It's too late for anyone to be held personally responsible, or held politically to account, but it's not too late for the MoD to acknowledge what has happened."

Sherman Carroll, of the Medical Foundation for the Care of Victims of Torture, said British authorities should also apologise and pay compensation to survivors. "The suggestion that Britain did not use torture during world war two and in the immediate aftermath, because it was regarded as 'ineffective', is a mythology that has been successfully propagated for decades," he said. "The fact that it took place should be acknowledged."

The MoD dismissed the calls, saying questions about the interrogation centres were a matter for the Foreign Office.

Declassified Whitehall papers show that members of the Labour government of the day went to great lengths to hide the ill-treatment, in part, as one minister wrote, to conceal "the fact that we are alleged to have treated internees in a manner reminiscent of the German concentration camps".

Almost six decades later the photographs were still being kept secret. Four months ago they were removed from a police report on the mistreatment of inmates at one of the interrogation centres, near Hanover, shortly before the document was released to the Guardian under the Freedom of Information Act.

Although the file was in the possession of the Foreign Office, the pictures were removed at the request of the Ministry of Defence. They have finally been released after an appeal by the Guardian. The photographs were taken in February 1947 by a Royal Navy officer who was determined to bring the torture programme to an end. Pictures of other victims, taken by the same officer, appear to have vanished from the Foreign Office files.

Meanwhile documents about a secret interrogation centre which the War Office operated in central London between 1945 and 1948, where large numbers of men are now known to have been badly mistreated, are still being withheld by the Ministry of Defence. Officials say the papers cannot yet be released because they have been contaminated with asbestos.

It is not clear whether the men in the photographs fully recovered from their mistreatment. It is also unclear, from examination of the War Office and Foreign Office documents now available, when the torture of prisoners in Germany came to an end.
http://www.guardian.co.uk/uk_news/story/0,,1745489,00.html
pi_36799520
quote:
Op zondag 26 maart 2006 17:35 schreef _The_General_ het volgende:

[artikel over de crash van een lancaster
www.lancastermonument.nl ]
Ik heb net deze site doorgelezen, fantastisch zeg
pi_36817840
quote:
Koninklijke Bibliotheek digitaliseert 17de eeuwse reisjournalen

Premier J.P. Balkenende heeft vandaag in Sydney een digitale presentatie gelanceerd van reisjournalen van Nederlandse expedities naar Australië in de zeventiende eeuw. De reisjournalen komen uit de collectie van de Koninklijke Bibliotheek, de nationale bibliotheek van Nederland. Ter gelegenheid van de viering van vierhonderd jaar bilaterale relaties tussen Nederland en Australië zijn de journalen gedigitaliseerd en in het Engels vertaald. De zeventiende-eeuwse bronnen zijn beschikbaar op cd-rom en op www.kb.nl/barrenregions .

‘Het dorste en magerste geweste’

Vier eeuwen geleden bereikten Nederlandse zeelieden, als eerste Europeanen, het gebied dat nu Australië heet. Al eeuwenlang deden mythische verhalen de ronde over het ‘onbekende Zuidland’. Maar de ondernemende mannen kwamen zwaar bedrogen uit. De barre kusten boden nauwelijks landingsplaatsen. Eenmaal aan wal was er meestal niet eens water te vinden, laat staan voedsel en kostbaarheden. De eerste contacten met de bevolking liepen uit op wederzijdse moord en doodslag. In zijn reisjournaal uit 1623 omschreef Jan Carstenz Australië niet voor niets als het ‘na ons oordeel dorste en magerste geweste (Barren regions)’.

Carstenzs expeditie naar het Zuidland heeft hem echter wel een verdiende plek in de digitale presentatie Barren regions opgeleverd. Naast zijn reisjournaal omvat Barren regions twee (overigens tegenstrijdige) journalen van reizen van Abel Tasman en een relaas vol moord en doodslag over het trieste schip Batavia. De laatste zeventiende-eeuwse bron in de presentatie is het verslag van Willem de Vlamingh, dat leest als een spannend jongensboek. Op de cd-rom en in de webversie zijn de journalen van ‘kaft tot kaft’ gedigitaliseerd, van inleidingen voorzien en vertaald in het Engels.

Eerste exemplaar

Premier Balkenende overhandigde het eerste exemplaar van de cd-rom Barren regions aan mevrouw B. Hutchinson, voorzitter van de Library Council van New South Wales, tijdens de opening van de tentoonstelling First Sight: the Dutch mapping of Australia 1606-1697 in de State Library van New South Wales.

Collectie KB

De Koninklijke Bibliotheek in Den Haag bezit, naast de vijf genoemde titels, nog honderden reisjournalen. Al in de zeventiende eeuw ontstond er in Nederland een grote belangstelling voor dit genre. Niet alleen uit sensatiezucht, maar ook uit wetenschappelijke of financiële interesse. Gedrukte scheepsjournalen en andere verslagen vonden daarom gretig aftrek.

Aan moderne lezers en onderzoekers bieden de journalen een schat aan gegevens over wat er precies werd ontdekt, hoe men te werk ging en hoe de Nederlanders aankeken tegen al die onbekende mensen, dieren en landschappen.

De Koninklijke Bibliotheek stelt gratis exemplaren van de cd-rom Barren Regions beschikbaar aan alle Australische wetenschappelijke bibliotheken, musea, archieven en andere erfgoedinstellingen.
http://www.cultuurnet.nl/berichten/inhoud.asp?show=11393
pi_36987963
quote:
Kapers waren zeehelden
Door Rinus Antonisse

Dinsdag 11 april 2006 - VLISSINGEN – Wie zich een beetje rechtgeaarde Zeeuw vindt, kent namen van ‘zijn’ zeehelden. Michiel de Ruyter voorop, maar zeker ook de Evertsens en in mindere mate de Banckerts.

Mede dankzij hun ‘onverschrokken daden’ waren de Nederlanden in de Gouden Eeuw een machtige natie. In hun schaduw staan zeelui met vergelijkbare verdiensten, maar zij zijn aan het nageslacht nooit als helden doorgegeven: de kaperkapiteins.

Daarin grossierde het gewest Zeeland en een aantal behaalde grote maritieme successen, die aanzienlijk bijdroegen tot de welvaart. En zeker tot rijkdom van menig vooraanstaande familie. De kaapvaart, ofwel commissievaart of vrijbuiterij, was een door de overheid goedgekeurde zeeroverij. Met een commissiebrief op zak, mochten vijandelijke schepen of neutrale schepen die contrabande vervoerden, veroverd worden. In feite ordinaire piraterij en misschien daarom zijn de kaperkapiteins op de achtergrond gebleven.

In het boek Kaperbloed en koopmansgeest, ’legale zeeroof’ door de eeuwen heen, vertelt Joke Korteweg het verhaal van de Nederlandse kaapvaart en de dunne scheidslijnen tussen goedgekeurde en verboden vormen van zeeroverij. Ze begint in de oudheid en middeleeuwen en eindigt in de 21e eeuw. Terecht krijgt de gouden tijd van de kapers, 16e-18e eeuw, veel aandacht en daarmee ook Zeeland.

In de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) lag het centrum van de kaapvaart in deze provincie. Alleen al vanuit Vlissingen voeren in 1584 zo’n vijftig schepen ter vrijbuit.

Aan boord niet alleen Zeeuwen, ook ‘asielzoekers’ in de persoon van gevluchte Portugezen en Engelsen maakten deel uit van de bonte verzameling kapers die vanuit de Republiek der Verenigde Nederland vertrokken.

Hun schepen werden hier ook uitgerust en de expedities werden veelal betaald via een partenrederij: verschillende kapitaalkrachtige (koop)lieden en regenten brachten geld in, onder wie ook stadhouder prins Maurits. Voor de kaapvaart werden vooral de kleinere koopvaardijschepen gebruikt en ook wel visserboten. De kustkapers gebruikten sloepen en boten met hooguit acht kanons. Een gemiddeld kaperschip kostte begin 17e eeuw circa 6000 gulden (met inbegrip van bemanningskosten).

Herbergen waren het middelpunt van de commissievaart-organisatie. Kapertaveernes behoorden in Vlissingen tot de voornaamste openbare gelegenheden, zoals de Biecurff aan de Bierkaai, Int Landrecht, Valenchienne en Edenburch. Daar kwamen ook leden van de magistraat en admiraliteit. De herbergiers namen dikwijls een aandeel in de schepen.

In rustiger tijden was de behoefte aan kapers niet zo groot en kwam goedkeuring mondjesmaat af. In perioden van oorlog lag dat heel anders en werden de kapers als welkome aanvulling op de marine gezien en beschermden ze mede handels- en vissersschepen. Gegeven het kleine verschil tussen kaapvaart en piraterij en de winsten die lonkten, ging het ook wel eens mis en werden ‘verkeerde’ schepen veroverd.Vijandelijke bootslieden werden zonder pardon overboord gekieperd, voeten spoelen genaamd.

Omgekeerd gebeurde dat ook. De beruchte Duinkerker kapers, de grote concurrenten, smeten op hun beurt de bemanning van Nederlandse vissers- en koopvaardijschepen over de railing. Toen in 1600 vijftig Duinkerkers in Vlissingen werden opgehangen, knoopten de Fransen evenveel Hollandse en Zeeuwse vissers op. In 1634 werd voeten spoelen voor het laatst toegepast op een Zeeuws oorlogsschip.

Zelfs Michiel de Ruyter en Piet Hein voeren ter kaapvaart. En vooral veel Vlissingers. De aanvoerders waren menigmaal kleurrijke lieden, voor de duvel en z’n ouwe moer niet bang. Eén van de bekendste, begin 18e eeuw, was Willem Credo. Hij veroverde tussen 1689 en 1713 bijna 200 prijzen. Zijn woonhuis aan de Middelburgse Herengracht staat er nog. Andere bekende namen: Pierre le Turcq en Nicolaas Jarry (beide uit Terneuzen) en de Vlissingse Hoogenbooms. Vooraanstaande investeerders waren Anthonie Crijnsen, Benjamin Raule, de gebroeders Sautijn, de families Hurgronje en Rochussen.

In haar slothoofdstuk maakt Korteweg duidelijk dat de zeeroof niet is verdwenen. Nu gebeurt het met name in Zuidoost-Aziatische wateren. Het aantal meldingen in 2004 bedroeg 325. Net als vroeger treden overheden van landen van waaruit piraterij wordt bedreven, vaak weinig actief op. Historica Korteweg heeft de geschiedenis uitvoerig en vlot beschreven. Kaders met saillante details zijn leesbare extra’s.


Kaperbloed en koopmansgeest. ’Legale zeeroof’ door de eeuwen heen. Door Joke E. Korteweg. Uitgeverij Balans, Amsterdam. Prijs 25 euro; 342 pagina's.
http://www.bndestem.nl/zeeland/article246376.ece

beetje een storende fout is dat Duinkerken in 1600 niet in Franse handen maar in Spaanse handen was, en juist met Spanje was de Republiek in 1600 in oorlog, vandaar ook dat de kaperij toen kon bloeien aan beide kanten
pi_37266255
quote:
Oude kranten in balken café Harlingen

van onze redactie binnenland

HARLINGEN - In houten balken in café De Lichtboei in Harlingen zijn kranten aangetroffen uit de achttiende eeuw. De kranten werden gevonden toen een van de medewerkers van het café de balken aan het schuren was.Wat doe je met scheuren in houten balken? De timmerlui die in de achttiende eeuw in het pand aan de Harlinger Rommelhaven werkten, stopten er oude kranten in. Die komen nu, bijna 230 jaar later, weer tevoorschijn.

Stadhouder Willem V was in Leeuwarden, met zijn vrouw Frederica Sophia Wilhelmina en hun vorstelijke kinderen. En dus bracht uitgever Abraham Ferwerda op 28 augustus 1777 een extra editie van de Leeuwarder Courant uit, een zogenoemde na-courant. ,,Nimmer zag Frieslands Hoofdstad aangenamer dag als deze.'' Op het Waagplein in Leeuwarden stonden twintig tamboers en tien pijpers. ,,Alle netjes in het swart.''

Fina van der Vlies schuift het kleine krantje voorzichtig over de bar van de Lichtboei. Het papier is gekreukeld en stug alsof het nat is geweest en weer opgedroogd. Na een verblijf van ruim tweehonderd jaar in een houten balk zijn de berichten over het Oranje-bezoek nog goed leesbaar. Het daglicht kon geen schade aanrichten.

,,De krantjes zijn er als een harmonica ingeduwd.'' In de eerste bint die Fina en haar partner Paul Schoute kaal schuurden, vonden ze een Leydse Courant en een Oprechte Haarlemse Courant. ,,Eentje verder kwamen de Leeuwarder Couranten tevoorschijn.'' En pamfletten met predikbeurten van de doopsgezinde kerk in Harlingen. De doopsgezinden speelden een belangrijke rol in de havenstad, ook in de 18e eeuw toen het slechter ging met de economie.

,,De katholieken moesten eens weten dat die blaadjes hier verstopt zaten'', zegt Fina. De Rooms-Katholieke Kerk was ruim honderd jaar eigenaar van het pand en verpachtte het aan de uitbaters. Sinds een maand is het in bezit van Fina en Paul. Zij willen op de verdieping boven de kroeg een eetcafé beginnen.

Ze wachten met de verbouwing tot de vergunning rond is. ,,Maar de balken mochten we vast schuren. Wie weet wat we nog vinden, we hebben er nog maar drie gehad.'' Door de vondst is het stel nog nieuwsgieriger geworden naar de geschiedenis van het pand. ,,Wie woonde hier? Wanneer is het gebouwd?''

Dat staat niet in de oude kranten. Die berichtten, op de advertenties na, vooral over buitenlandse zaken en de scheepvaart. Zo staat in de Leeuwarder Woensdagse Courant van 28 april 1779 dat kapitein Slinger aan boord van de Vrouw Petronella verrast werd door Franse kapers.

Het was stil weer toen van achter een schip naderde. Drie keer schoten de Fransen door de zeilen, maar ze lieten Slinger en zijn bemanning na een goed gesprek gaan, omdat de lading niet voor de Engelsen was.
http://www.nd.nl/document.aspx?document=nd_artikel&vorigDocument=&id=71554

[ Bericht 37% gewijzigd door zakjapannertje op 25-04-2006 12:55:06 ]
pi_37356376
quote:
Ontpolderen van alle tijden
door Rinus Antonisse

Karel de Stoute kwam er in 1470 al achter: ontpolderen doe je niet zo maar even. De graaf van Vlaanderen en hertog van Bourgondië wilde tegemoetkomen aan de alarmkreet van de handel en nijverheid uit Brugge over verzanding van het Zwin. Door de in 1422 bedijkte polder van het Zwarte Gat te heropenen, zou de oude stroomgeul de haven van Sluis weer kunnen uitschuren en daarmee lucht verschaffen aan Brugge. Saillant detail: de polder van het Zwarte Gat was destijds door de heer Van Moerkerk ingedijkt, met de bedoeling de verzanding van het Zwin tegen te gaan. De gebeurde op verzoek van de Bruggenaren. Het bleek niet te werken en daarom drongen ze er 40 jaar later op aan de dijken door te steken. Karels vader, Filips de Goede stelde in 1460 een werkgroep in om dat te onderzoeken. Er kwamen geen voorstellen uit.

Tussen zijn vele militaire activiteiten door, liet Karel het dossier uit de la halen en zette een commissie aan het werk. Daarin zaten de abten van Ter Duinen en Ter Doest, bekend met inpolderingen, en vertegenwoordigers van de adel en de Staten van Vlaanderen. Kunstschilder Pieter de Visschere vervaardigde een zeekaart waarop de situatie van het Zwarte Gat werd geschetst ten opzichte van Cadzand en Oostburg.

Heel modern stak de commissie haar licht op bij scheepslieden, loodsen en sluiswachters. Daarbij bleek dat de inpolderingen bij Cadzand, Sluis, Oostburg en Biervliet de verzanding van het Zwin hadden bevorderd. De commissie kwam met vier voorstellen, waarvan ontpoldering van de polder van het Zwarte Gat de goedkoopste was.

Er ontstond fikse ruzie over. Andere Vlaamse steden voelden weinig voor kostbare uitgaven ten bate van alleen Brugge. De Grote Raad van Mechelen, het parlement van de Bourgondische Staten, kwam eraan te pas. Uiteindelijk hakte Karel de Stoute bij decreet van 23 juli 1470 zelf de knoop door. Hij bepaalde dat aanpak van de verzanding van het Zwin een nationale aangelegenheid was en dat de polder van het Zwarte Gat uit algemeen belang moest worden opgeofferd.

De hertog stelde dat de agrarische bevolking in de polder er niet te erg onder zou lijden. Wel de grondeigenaren, vooral de Sint Baafsabdij van Gent en kapitaalkrachtige poorters van Brugge. Maar die konden wel tegen een stootje, meende Karel. Ze kregen bovendien een schadeloosstelling.

Onder meer vanwege geldgebrek werd het decreet niet meteen uitgevoerd. De abt van de Sint Baafsabdij bewoog hemel en aarde om de ontpoldering van de baan te krijgen en bestookte het Brugse stadsbestuur met petities. Maar in 1473/74 gingen de dijken van de polder er toch aan. Brugge kon de schadeclaims niet betalen. Om de grootgrondbezitters tegemoet te komen stelde Karel ze vrij van het betalen van belastingen.

Uitgeschuurd

Al gauw bleek dat de maatregel geen effect sorteerde. De verzanding verminderde niet. Het besluit viel in 1485 om de dijken weer te dichten. Makkelijker gezegd dan gedaan, het Zwarte Gat was inmiddels diep uitgeschuurd. Paalwerken van de kastelen van Sluis werd in de opening gegooid, evenals met zand gevulde oude haringbuizen. Het werd een mislukking en pas in 1623 werden de schorren in de mond van het Zwarte Gat van het buitenwater afgesloten. De Zwartepolder ontstond en verdween weer in 1802 door natuurlijke ontpoldering. Een deel is later herdijkt en recent ingericht als natuurgebied.

Tussen 1500 en 1505 werd voor de strijd tegen de verzanding opnieuw veel landbouwgrond opgeofferd, zij het niet door drastische ontpolderingen. Ten zuiden van Oostburg werd met toestemming van Filips de Schone de Brugse Vaart gegraven (niet te verwarren met het tussen 1813 en 1858 gegraven kanaal Brugge-Sluis), als verbinding tussen het Zwin en de Braakman. De openstelling gebeurde pas in 1516 onder Karel V. De beoogde doorspoeling mislukte. De getijstromen vanuit Zwin en Braakman ontmoetten elkaar halverwege, waardoor een wantij ontstond. De vaart werd in 1614 en 1618 aan de Westerschelde-kant afgedamd en in 1652 bij Oostburg.

Het kanaal verlandde. Door inpolderingen kreeg de landbouw stap voor stap de grond terug. De smalle Brugse-vaartpolder, bedijkt in 1684, ligt in het tracé van de vaart, wat aan de ligging van de kaarsrechte dijken nog goed te zien is. Het Groote Gat bij Oostburg is een overblijfsel van de Brugse Vaart. Ook ontpolderd om economische redenen.

Ontpolderen - ingedijkt land dat weer onder water komt te staan - is van alle tijden. De redenen zijn verschillend. In de eerste plaats is het de natuur die door stormvloeden land herovert. Veel gewonnen land is op die manier door de zee verzwolgen. Dan zijn er gebieden die om militair-strategische redenen bewust zijn prijs gegeven, met als bekendste voorbeeld het Verdronken Land van Saeftinge.

Er zijn ook dijken doorgestoken vanwege economische belangen. De ontpoldering waarover nu zoveel discussie is ontstaan, is een nieuwe variant. Door economische activiteiten - inpolderingen voor boer en industrie, verdiepen voor de scheepvaart - zit de Westerschelde in zo'n strak korset, dat het natuurlijke systeem in ongerede is geraakt. Meer ruimte voor de rivier is noodzakelijk om daar wat aan te doen.
http://www.pzc.nl/zeeland/algemeen/article287109.ece
pi_37394461
quote:
Antisemitisme / Hoe de gewone katholiek dacht

door Marc van Dijk

Het antisemitisme van de rk kerk, is de algemene opvatting, was een rijke voedingsbodem voor de jodenvervolging. Nieuw onderzoek bestrijdt dat. „De katholieke wereld is nu eenmaal géén monolithisch geheel.”

Weinig interreligieuze relaties zijn zo beladen. Eeuwenlang zag de rk kerk de Joden als een vervloekt volk, dat niet alleen had nagelaten Christus te erkennen, maar de Messias ook nog aan het kruis had genageld.

Nog nooit was de invloed van deze ideeën in Nederland aan historische bronnen getoetst. Historicus Theo Salemink en theoloog Marcel Poorthuis, beiden verbonden aan de Katholieke Theologische Universiteit Utrecht, brengen daar met een vuistdikke monografie verandering in. Ze halen bestaande beelden onderuit, slijpen bij, nuanceren. Dat komt vooral doordat ze steeds onderscheid maken tussen het culturele, religieuze en sociale domein. „Dat was soms een heel gepuzzel”, zegt Marcel Poorthuis. „Maar de katholieke wereld is nu eenmaal géén monolithisch geheel.”

Poorthuis geeft een voorbeeld. Aan het eind van de negentiende eeuw ventileren bepaalde Nederlandse katholieke publicisten zwaar antisemitische denkbeelden. „Joden zouden kinderen offeren voor Pesach, en voor de productie van matses, dat soort zaken. Dan denk je: dat zal wel vrij bepalend zijn voor wat de gewone katholiek dacht.”

Om de wereld van die doorsnee katholiek te reconstrueren, beperkten de onderzoekers zich niet tot pamflettistische tijdschriften, waarin zulke denkbeelden moeiteloos te vinden zijn. Ze bogen zich ook over ’gemiddelde’ bronnen: zondagse preken en de Katholieke Illustratie, een alledaags maandblad.

Poorthuis en Salemink onderzochten 130 jaar preektijdschriften. „Die preken vormden de inspiratie voor duizenden priesters in het hele land”, zegt Poorthuis. „Ze zijn representatief voor wat er van de kansel verkondigd werd. Gek genoeg waren ze nooit bestudeerd.”

De Katholieke Illustratie is al net zo’n ’standaard’-bron: het familieblad lag op tafel bij ieder doorsnee katholiek gezin. Op zijn werkkamer laat Poorthuis enthousiast een jaargang zien – vergeelde pagina’s vol stichtelijke artikelen, hier en daar een braaf plaatje van een heilige, reportages en nieuws uit het buitenland.

Salemink en Poorthuis ontdekten dat het zware antisemitisme zowel in de preken als in de Katholieke Illustratie in de hele onderzochte periode niet voorkomt. Katholieken waren eigenlijk heel aardig voor de Joden? „Je moet de vraag niet verkorten tot een waardeoordeel. ’Goed of fout’, dat is historisch gezien een vlakke benadering. Het komt erop neer dat er allerlei vooroordelen heersten, maar in de main stream was geen sprake van zwaar antisemitisme.”

Preken en familieblad staan soms lijnrecht tegenover elkaar. „In de jaren dertig zeggen de predikers bijvoorbeeld constant dat de Joden over de aarde zwerven omdat ze dat over zichzelf hebben afgeroepen: ze hebben Christus niet erkend. Een religieus antisemitisch denkbeeld, en het lijkt ook een politieke opvatting: een Joodse staat is ongewenst. Maar in dezelfde periode toont de Katholieke Illustratie dat de Joden het moeilijk hebben in Palestina, waar ze in conflict verkeren met de Arabieren. Het blad pleit voor vrede, ’want er is al te veel bloed vergoten en dit volk is al te veel vervolgd’.”

Poorthuis heeft maar één verklaring voor dit soort tegenstrijdigheden. Kennelijk bevatten de preken alleen maar religieuze stereotypen, die bijna geen verband hielden met de werkelijkheid, laat staan met de actuele situatie van het jodendom. Poorthuis: „Ze waren dus ook niet geďnfecteerd door nieuwe, quasi-wetenschappelijke theorieën die het moderne antisemitisme hadden gevormd. De kerk wees de rassenleer bijvoorbeeld meteen af als te modernistisch, alle nieuwlichterij was uit den boze. Maar de preken waren – triest genoeg – eveneens totaal ongevoelig voor het lot van de Joden. Zelfs de Kristallnacht veroorzaakt nauwelijks een rimpeling. En na de oorlog gaan de predikers gewoon op de oude voet verder, met dezelfde formuleringen.”

Maar valt de impact van jarenlang herhaalde religieuze stereotypen dan volledig te verwaarlozen? „Nee. De toon van de preken heeft uiteindelijk tot berusting geleid, denken wij. Goed, katholieke leiders waarschuwden in de jaren dertig tegen Hitler, de NSB was voor kerkgangers verboden. Maar toen de jodenvervolging eenmaal plaatsvond, dachten katholieken iets als: ’Afschuwelijk, maar wat wil je ook met die goddelijke vloek’. Dát was de invloed van de preken: geen leedvermaak of enthousiasme, wél berusting.”

Des te opmerkelijker, vindt Poorthuis, dat er vóór en tijdens de oorlog toch nog enkele katholieke stemmen waren die heel fel protesteerden, zoals Anton van Duinkerken en aartsbisschop Jan de Jong, die zelfs de paus – tevergeefs – opriep tot verzet.

Wanneer komt de omslag? In 1960, zegt Poorthuis. „Dan is daar ineens, als bij toverslag, de eerste preek waarin doorklinkt dat Jezus een Jood was, en zelfs dat het lijden van het Joodse volk verwant is aan het lijden van Christus.”

Zoiets komt toch niet zomaar uit de lucht vallen? „Bijna wel ja. De voorbereidingen voor het Tweede Vaticaans Concilie waren wel al in volle gang. Paus Johannes de 23ste besefte dat de ’cathechese der verguizing’ moest worden afgebouwd. Eind jaren vijftig schrapte hij de voorbeden van Goede Vrijdag waarin sprake was van de ’perfide, trouweloze Joden’.” Maar de radicale omwenteling in 1960 was niet centraal opgelegd. Ook de in 1951 opgerichte Katholieke Raad voor Israël (KRI), waar Poorthuis later zelf actief in was, speelde een rol. „De KRI was klein, maar onderdeel van een internationale stroming die wilde afrekenen met het anti-judaďsme.”

Met de verandering ontstond volgens Poorthuis een nieuw probleem: voor het eerst spraken katholieken van ’de joods-christelijke traditie’. Het joodse werd in de jaren zeventig synoniem voor alles wat aan het christendom authentiek en goed was, het overige was één grote hellenistische en Romeinse ontsporing. „Het ’joodse’ fuseerde met het marxisme, met opkomen voor de armen. Het was een antiklerikale beweging: de kerk was volgens de basisbewegingen die toen ontstonden de laatste plaats waar het zuivere christendom te vinden was.”

Wat was daar problematisch aan? „Grote vragen waren: wat doe je met de staat Israël en wat doe je met het actuele jodendom? Dat beantwoordde niet aan dit geheel door christenen ingevulde ’jodendom’.” Organisaties als Pax Christi worstelden enorm met deze thematiek. In 1982 klaagde de Stichting voor Bestrijding van Antisemitisme De Bazuin aan, ’blad van linkse katholieken’. De Bazuin had gesteld dat ’een religie als het jodendom, die zich ten koste van de Palestijnen handhaaft, diende te worden afgeschaft’.

Volgens Poorthuis was het beter geweest als de vernieuwers hadden gezegd: ’Ondanks de bezwaren die wij bij onze eigen identiteit hebben, blijven wij ons christelijk noemen’. „Die toevoeging ’joods’ was vooral een poging zich van het eigen instituut te distantiëren, en zei niets over het actuele jodendom.”

In de eerste jaren van deze eeuw duikt de term ’joods-christelijke traditie’ ineens ergens anders op, dit keer niet bij links, maar bij rechts. Politici als Filip Dewinter, Pim Fortuyn en Geert Wilders noemen die traditie de basis van de Europese cultuur. „Zij presenteren het als een soort harmonische twee-eenheid, terwijl er in de westerse cultuur juist eeuwenlang een hartgrondige behoefte was om zich te ontdoen van die joodse component. Bovendien blijkt nergens wat ze dan precies zo waardevol vinden aan die traditie. ”
http://www.trouw.nl/dever(...)one+katholiek+dacht+
  zondag 7 mei 2006 @ 00:05:30 #123
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_37618082
quote:
Plan verrekijkermuseum in Middelburg
Door Nadia Berkelder

Donderdag 4 mei 2006 - MIDDELBURG – Over twee jaar is Middelburg opnieuw een museum rijker. Twee verzamelaars hebben het plan opgevat om een verrekijkermuseum te beginnen. Middelburg is daar de uitgelezen plaats voor, vinden ze. Want de verrekijker is in 1608 in de Zeeuwse hoofdstad uitgevonden. Over twee jaar is dat precies vierhonderd jaar geleden. Daarom moet het museum in 2008 open, vindt G. Timmerman, één van de initiatiefnemers. Hij is verwoed verzamelaar van verrekijkers. ,,Het is een uit de hand gelopen hobby“, vertelt Timmerman. ,,De collectie wordt steeds groter.“ Voor de huisvesting van het museum zijn nu twee opties: een ongebruikte ruimte in een winkel of het pand van de sterrenwacht aan de Herengracht. De initiatiefnemers zijn op zoek naar geldschieters voor vitrines en fotomateriaal. De subsidieaanvraag bij de provincie is inmiddels afgewezen. Gedeputeerde Staten waarderen het initiatief, maar vinden dat alleen een verzameling niet voldoende basis is om een museum te beginnen. Bovendien vraagt men zich af of er wel plaats is voor nog een museum in Zeeland. Het provinciebestuur doet de suggestie om samen te werken met andere musea, zoals het Zeeuws Museum. Timmerman overweegt nu om bij de gemeente om geld te vragen, want samenwerking ziet hij niet zitten. ,,Desnoods betalen we het uit eigen zak. Dat museum komt er.“ Dat de verrekijker in Middelburg is uitgevonden staat zo goed als vast.

Wie de uitvinder is niet helemaal. Zowel Zacharias Jansen als Hans Lipperhey wordt genoemd. Beide brillenmakers woonden in Middelburg, op ongeveer honderd meter afstand van elkaar. Lipperhey was in ieder geval degene die patent aanvroeg op het instrument. Dat was in oktober 1608.

De uitvinding is bij toeval gedaan, vertelt T. Westerterp van volkssterrenwacht Philippus Lansbergen. ,,Een kind van Lipperhey zou twee glaasjes tegen elkaar gehouden hebben. Toen zagen ze dat de haan van de Lange Jan daardoor groter werd. De vinding is gepresenteerd aan prins Maurits, die er legers mee observeerde. Een paar jaar later heeft Galileo Galilei met zo’n kijker de manen van Jupiter ontdekt: Io, Europa, Ganymedes en Callisto. Toen is het observeren begonnen.“ De sterrenwacht is inmiddels ook al bezig met de voorbereidingen op het jubileumjaar. Westerterp vindt dat het museum er gewoon moet komen. ,,Ze hebben het nu over het voetbalmuseum, maar dat heeft geen enkel historisch belang. Het verrekijkermuseum is historisch grandioos. Middelburg heeft niet alleen Jansen en Lipperhey voortgebracht, maar ook een aantal grote astronomen, zoals Lansbergen.“

Timmerman roept mensen op om hun oude verrekijkers uit te lenen aan het museum. ,,Alle kijkers die gemaakt zijn tussen 1608 en 1945 zijn interessant.“
http://www.bndestem.nl/zeeland/article309782.ece
  maandag 8 mei 2006 @ 12:50:19 #124
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_37654387
Van de Frontpage:
quote:
De gemeenteraad van de stad Achersleben, in de Duitse deelstaat Sachsen-Anhalt, heeft besloten dat Adolf Hitler zich geen ereburger van Achersleben meer mag noemen. Na 73 jaar is hem deze titel ontnomen.

Dat de stad nu pas besloten heeft om Hitler het ereburgerschap te ontnemen, komt simpelweg doordat eigenlijk niet bekend was dat hij überhaupt deze titel gekregen had. Een oplettende medewerker ontdekte onlangs in het archief dat men op 4 april 1933 de grote populaire leider van toen ereburger gemaakt had. Al die tijd was men vergeten dat dat zo was. Dat is dan ook de reden dat het niet veel eerder gebeurd is. Een woordvoerder van de stad bevestigt dit: "Na de omwenteling waren we met belangrijker zaken bezig." Dat Hitler ereburger was, wil dus niet zeggen dat hij in de stad nog een grote aanhang had.
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
  maandag 8 mei 2006 @ 18:33:01 #125
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_37664657
quote:
Eerste exemplaar voor premier Balkenende
Utrechtse biografie over Abraham Kuyper

Historicus Jeroen Koch van de Universiteit Utrecht heeft de eerste biografie van Abraham Kuyper (1837-1920) sinds 1938 geschreven, getiteld ‘Abraham Kuyper. Een biografie’ (Boom, Amsterdam 2006). Kuyper was predikant, journalist, theoloog en de eerste ‘echte premier’ van Nederland. Hij gaf de beslissende stoot tot de verzuiling in Nederland, maar was ook een notoire ruziemaker, blijkt uit het boek. Het eerste exemplaar van de biografie wordt op donderdag 18 mei 2006 aangeboden aan premier Balkenende.


Het boek
Het accent in de biografie ligt op Kuypers politieke werkzaamheden en ‘intellectuele scheppingen’. Jeroen Koch beschrijft hoe ‘Abraham de Geweldige’, zoals de tekenaar Albert Hahn hem noemde, probeerde het ‘geloof der vaderen’ voor de toekomst veilig te stellen. Over Kuypers werkwijze en over het resultaat van zijn inspanningen liepen de meningen uiteen.

Abraham Kuyper wordt beschreven als een herboren christen, die ijverde voor de herkerstening van Nederland. Hij was oprichter van de Antirevolutionaire Partij, stichter van de Vrije Universiteit, grondlegger van de Gereformeerde Kerken in Nederland en hoofdredacteur van De Standaard, zijn eigen krant. Ook introduceerde hij in Nederland een nieuwe politieke stijl, waarin leider en volk centraal stonden. Het ontstaan van de verzuiling wordt aan hem toegeschreven. Kuyper was ook een notoire ruziemaker. In de Nederlandse Hervormde Kerk joeg de reformator de vrijzinnigen tegen zich in het harnas, maar zijn antirevolutionaire ‘wapenbroeders’ spaarde hij evenmin. Als eerste échte premier van Nederland raakte hij in conflict met koningin Wilhelmina en bond hij tijdens de spoorwegstakingen van 1903 de strijd aan met de arbeidersklasse.

De auteur
Jeroen Koch (1962) is historicus, verbonden aan de vakgroep geschiedenis van de Universiteit Utrecht. Hij publiceerde eerder over de Duitse historicus Golo Mann en de Amerikaanse literatuurcriticus Lionel Trilling.

Het project
De biografie van Abraham Kuyper is geschreven op verzoek van de Stichting Dr. Abraham Kuyperfonds. Onder toezicht van het Onderzoekinstituut voor Cultuur en Geschiedenis (OGC) van de Universiteit Utrecht is er sinds 1999 aan de studie gewerkt. Het onderzoek is mogelijk gemaakt dankzij financiële steun van de Stichting Dr. Abraham Kuyperfonds en de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).
http://applicaties.csc.uu(...)fm?persberichtid=512
  woensdag 10 mei 2006 @ 21:38:00 #126
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_37719699
quote:
10/05 Tweeduizend jaar oude stad ontdekt in noordoosten China

In een stuwmeer op de grens van China en Noord-Korea zijn de overblijfselen ontdekt van een tweeduizend jaar oude vestingstad.
De modderige ruďnes kwamen boven water toen het peil van het Yunfeng-stuwmeer naar beneden werd gebracht voor reparatiewerkzaamheden. Het stuwmeer bevindt zich aan een zijrivier van de rivier de Yalu, die de grens vormt met Noord-Korea. Volgens Xinhua dateren de resten, vlak bij de stad Ji'an, uit de tijd van de Han dynastie (202 voor Chr. - 220 na Chr.)
In die tijd werd het gebied echter geregeerd door de Koreaanse Koguryo-dynastie. Onder de aangetroffen restanten zijn ook graftombes in Koguryo-stijl. De Koguryo-koningen heersten van 37 voor Chr. tot 668 na Chr. op het Koreaanse schiereiland en in het noordoosten van China. De periode wordt gezien als een van de hoogtepunten van de Koreaanse politieke en culturele macht.
In 2004 publiceerde China tot woede van de Koreanen een document waarin het Koguryo-tijdperk werd beschreven als onderdeel van de Chinese geschiedenis. Beijing en Seoul kwamen overeen hun geschil te slechten door wetenschappelijke discussies. De stadsmuur is 1,5 meter hoog en vier meter dik, en omvat een oppervlakte van 180 bij 220 meter. De muur wordt omgeven door een slotgracht.
http://www.hbvl.be/nieuws/wetenschap/default.asp
  vrijdag 12 mei 2006 @ 18:41:27 #127
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_37767995
quote:
Naaldwijk was mogelijk basis Romeinse vloot

Naaldwijk is zo'n tweeduizend jaar geleden mogelijk de locatie geweest van een Romeinse vlootbasis. Dat concludeert archeoloog Ton Derks van de Vrije Universiteit in Amsterdam na onderzoek van een fragment van een bronzen plaat die twee jaar geleden in Naaldwijk (Zuid-Holland) is gevonden.
Op het fragment staat een Latijnse tekst die erop wijst dat deze komt van de Rijnvloot van het Romeinse leger. Er staat onder meer dat de vloot een monument heeft opgericht voor toenmalig keizer Claudius. De Romeinen waren gewoon om standbeelden van hun keizer in hun legerplaatsen neer te zetten. Van dit mogelijke standbeeld is tijdens recente opgravingen niets gevonden; wel is in de jaren dertig een bronzen hand opgegraven, die mogelijk van het beeld van Claudius is geweest.
http://www.wereldomroep.nl/news/zijlijn/#4882676
  dinsdag 23 mei 2006 @ 12:30:19 #128
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_38118549
Ik vraag me af of met onderstaand bericht hetzelfde gebied betreft als hier. Maar ik plaats 'm toch maar. 't Is iig een aanvulling dan
quote:
Meer dan 2000 jaar oude stad ontdekt in China

PEKING (ANP) - Chinese en Franse archeologen hebben in het noordwesten van China de restanten ontdekt van een zeker 2200 jaar oude stad. De nederzetting, die volgens het staatspersbureau Xinhua de vorm van een perzik had, ligt midden in de woestijn in de Autonome Regio Xinjiang.

De wetenschappers hebben stadswallen blootgelegd die tot elf meter hoog waren en een lengte hadden van bijna een kilometer. De eerste opgravingen begonnen al in 1993 en nu staat vast dat de ruďnes zeker 2200 jaar oud zijn. De onderzoekers hebben geen historische documenten of ander materiaal kunnen ontdekken waarin over het bestaan van de stad wordt gerept.

De plaats is ,,Oude Stad in het Ronde Zand'' gedoopt, een verwijzing naar de naam die de plaatselijke bevolking aan de regio heeft gegeven: Youmulakekum. Tussen de ruďnes zijn ook menselijke resten gevonden. De gevonden personen zijn van het blanke ras. Het is onduidelijk waar ze precies vandaan kwamen.
Bron: Spitsnet.nl
(Un)masking for the greater good.
  woensdag 31 mei 2006 @ 16:49:07 #129
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_38414982
quote:
Noordelijke IJszee was ooit subtropisch

De Noordelijke IJszee was ooit subtropisch. Dat stellen onderzoekers in het wetenschappelijke tijdschrift Nature. Zo'n 25 miljoen jaar geleden heersten er temperaturen van ronde de 24 graden. Vijf miljoen jaar later was de 'Arctic Ocean' een warm zoetwatermeer, gevuld met dikke matten van zoetwatervarens. Onderzoek van resten van planten brachten de Nederlandse onderzoekers tot de slotsom dat het op de Noordpool ooit zo warm was.

"De wetenschappelijke wereld verkeert in een shock", stelt paleo-oceanograaf Henk Brinkhuis van de Universiteit Utrecht. "Met dergelijke temperaturen was nooit rekening gehouden." Samen met collega's Appy Sluijs en Jaap Sinnighe Damsté van het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) deed hij onderzoek op basis van materiaal dat tijdens een expeditie in 2004 verzameld werd. Met met behulp van een bij het NIOZ ontwikkelde paleothermometer kon de exacte temperatuur van het oppervlaktewater van 24 graden, ideaal zwemwater, worden vastgesteld.

Volgens Brinkhuis is het met de huidige klimaatmodellen niet goed mogelijk een juist beeld te geven van de hoge temperaturen van destijds. Dit zou ook betekenen dat deze modellen onbruikbaar zijn om iets te zeggen over de komende honderd jaar. "Alle voorspellingen van het IPCC (het klimaatpanel van de Verenigde Naties) zijn gebaseerd op de huidige topografie en de huidige vegetatie. Als het straks op Groenland warmer wordt, gaan daar gewoon planten groeien", zo meent de paleo-oceanograaf, die zichzelf omschrijft als bestudeerder van oceaanbodemmodder.
Bron
(Un)masking for the greater good.
pi_38449809
quote:
Derde franciscaanse orde wel serieus te nemen

29 mei 2006

NWO-onderzoeker Hildo van Engen heeft twee onbekende brieven van Geert Grote gevonden. Grote was de grondlegger van de Moderne Devotie, de religieuze hervormingsbeweging die vanuit het IJsseldal grote delen van Europa beďnvloedde. Interessant is dat Grote in zijn brieven een welwillende houding had tegenover de derde orde van Sint-Franciscus. Tot voor kort dachten onderzoekers dat deze orde door de Moderne Devotie niet helemaal serieus genomen werd. Hildo van Engen promoveert 15 juni aan de Vrije Universiteit Amsterdam.

In de late Middeleeuwen telde het bisdom Utrecht meer dan honderdvijftig kloosters van de derde orde van Sint-Franciscus. Het merendeel hiervan was aangesloten bij het Kapittel van Utrecht, een in 1399 totstandgekomen overkoepelende organisatie. Deze kan worden gerekend tot de Moderne Devotie, de religieuze hervormingsbeweging die vanuit het IJsseldal grote delen van Europa beďnvloedde. Op basis van een groot aantal binnen- en buitenlandse archieven onderzocht Hildo van Engen de geschiedenis van dit Utrechtse Kapittel en zijn gemeenschappen in de vijftiende en zestiende eeuw.

In Antwerpen is Van Engen gestuit op twee afschriften van brieven van Geert Grote over de derde franciscaanse orde, die nog niet eerder bekend waren. Ze dateren van rond 1380 en zijn mogelijk bedoeld geweest voor derde-ordezusters in Zwolle. Zij waren volgens Grote niet strikt genoeg bij het naleven van onder meer de voorschriften over kleding en voedsel uit de derde franciscaanse regel. Het nieuwe inzicht dat deze brieven opleveren is de welwillende houding van de vroege moderne devoten ten opzichte van de derde franciscaanse orde. Hoewel Grote de zusters op de vingers tikt, vond hij wel dat hun leefwijze in beginsel hoogst verdienstelijk zou kunnen zijn. Interessant is ook dat deze brieven in het Middelnederlands zijn geschreven; het enorme oeuvre van Geert Grote bestaat vrijwel uitsluitend uit teksten in het Latijn.

De derde franciscaanse orde was oorspronkelijk een lekenorde, waarvan de leden geen plechtige geloften aflegden. Maar in de Noordelijke Nederlanden functioneerden de gemeenschappen wel als kloosters, waarin de levenswijze van de broeders en zusters een steeds strenger karakter kreeg. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het afleggen van de geloften van kuisheid, armoede en gehoorzaamheid, maar ook uit de invoering van het kloosterslot. Contact met de buitenwereld was toen alleen nog maar mogelijk door een klein venster met tralies. Toch zouden de moderne devoten niet erg positief over deze orde geoordeeld hebben.

Bestudering van de archieven en de vondst van Grote's brieven wijzen een andere richting op. De ontwikkeling naar een meer gereguleerde manier van leven deed zich niet alleen voor onder druk van de kerkelijke autoriteiten. Bij de Utrechtse derde-ordelingen was er wel degelijk sprake van vrijwilligheid. Dit kan worden beschouwd als een vroege uiting van de wens tot hervorming van het kloosterwezen, een streven dat zich in de loop van de vijftiende eeuw manifesteerde in vrijwel alle kloosterorden. Van Engen stelt dan ook dat de derde franciscaanse orde moet worden gekarakteriseerd als volwaardige kloosterlijke beweging en niet moet worden gezien als een niet helemaal serieus te nemen groep mannen en vrouwen.
http://www.nwo.nl/nwohome.nsf/pages/NWOA_6Q9FXQ?Opendocument
pi_38450444
quote:
Religieuze strijd met behulp van schilderijen

van onze kunstredactie

31 MEI 2006 - NIJMEGEN - Rooms-katholieke, remonstrantse en doopsgezinde schilders in de tijd van de jonge Rembrandt gebruikten tussen 1610 en 1630 Bijbelse taferelen als middel in een religieuze strijd tegen het strenge calvinisme.


Met zijn schilderij ‘De berouwvolle Judas brengt de dertig zilverlingen terug’ uit 1629 nam Rembrandt mogelijk stelling in de strijd tegen het calvinisme. Foto GPD

Dat betoogt de historicus Sebastien Dudok van Heel in zijn proefschrift, waarop hij vandaag promoveert aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij laat zien dat de toen vernieuwende Amsterdamse historieschilderkunst, vermaard om de verbeelding van Bijbelverhalen, zich keerde tegen de poging van de calvinistische minderheid om haar invloed te vergroten. De belangrijkste vertegenwoordigers waren rooms-katholiek (Rembrandts leermeester Pieter Lastman, Claes Moyaert) en doopsgezind (Jan en Jacob Pynas). Rembrandt zelf kwam uit een remonstrantsgezinde familie en behoorde tot een groep schilders die na 1632 Leiden verliet toen die stad orthodox-calvinistisch was geworden.

Lastman en Jan Pynas hadden tijdens een verblijf in Rome in 1605 kennisgemaakt met de opkomende barokkunst die zich in dienst stelde van de bestrijding van het protestantisme. Na hun terugkeer naar Amsterdam kwamen ze in de kerkelijke strijd tussen de ‘rekkelijke’ remonstranten en ‘precieze’ contra-remonstranten terecht. De rooms-katholieken probeerden verloren terrein te herwinnen.

‘De opkomst van de Bijbelschilderkunst onder Lastman en Pynas lijkt samen te vallen met de strijd onder protestanten en de eerste restauratiepogingen der katholieken’, aldus Dudok van Heel. De promovendus ziet bijvoorbeeld in Jacob Pynas’ schilderij De steniging van Stephanus naar een verhaal uit het Bijbelboek Handelingen, later nagevolgd door Lastman en Rembrandt, een reactie op de vervolging van de remonstranten in Amsterdam door de contraremonstranten. ‘De remonstranten werden hiermee tot martelaren van de calvinisten in de protestantse kerk van het Noorden.’ Ook in Lastmans schilderij Abraham in Sichem, naar een verhaal uit Genesis waarin Abraham een altaar opricht temidden van de hem niet welgezinde Kanaänieten, ziet Dudok van Heel een toen eigentijdse boodschap. Abraham richtte een altaar in Kanaän op ‘net zoals de katholieken dat in de Republiek in hun eigen huizen deden temidden van de hun vijandige calvinisten’.
http://www.destentor.nl/cultuurstn/article381861.ece
  vrijdag 2 juni 2006 @ 23:33:02 #132
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_38492378
quote:
Koloniaal verleden Frankrijk blijft actueel

Grote verschillen met Nederland

Nathalie van Koot

24-05-2006

Nederland en Frankrijk gaan totaal verschillend om met hun koloniale verleden. Zo veel werd wel duidelijk gisteren tijdens een debat georganiseerd door het Nederlands Cultureel Centrum in Parijs, het Institut Néerlandais. Schrijvers uit Frankrijk en Nederland en uit de voormalige kolonien, zoals de Surinaamse Cynthia Mc Leod, gingen met elkaar in discussie.

Debatten over het koloniale verleden zorgen in Frankrijk steevast voor volle zalen. Sinds een paar jaar is de discussie over de manier waarop de Fransen met hun verleden omgaan heftiger dan ooit. De wet die in 2005 in Frankrijk werd aangenomen is een van de aanleidingen. Toen werd bij wet verplicht dat in de lesprogramma's van de scholen de positieve rol van Frankrijk in de koloniale tijd verplicht gesteld. En dat leidde tot heftige reacties onder een deel van de bevolking. Ook geschiedenisdocenten tekenden heftig protest aan, mede vanwege het feit dat in de wet niets gezegd wordt over de miljoenen slachtoffers die de koloniale legers van Frankrijk hebben gemaakt, zegt antropoloog Thomas Beaufils, als antropoloog verbonden aan de Universiteit van Straatsburg.

Frankrijk raakte door deze wet verdeeld en dat heeft er uiteindelijk toe geleid dat president Chirac afgelopen jaar een verzoek heeft gedaan om de wet af te schaffen. Duidelijk is dat de Fransen, die toch voor een groot deel uit de voormalige koloniën of overzeese gebiedsdelen komen, niet meer met zich laten sollen. Dit jaar is voor het eerst, op 10 mei, een officiële herdenkingsdag geweest. Op de scholen werd ondermeer uitgebreid over slavernij gesproken.

Historicus Henk Wesseling, emeritus hoogleraar van de Universiteit Leiden, kent geen enkel ander land zoals Frankrijk die bij wet de historische waarheid vaststelt. Wesseling erkent tegelijkertijd dat in Nederland eigenlijk helemaal niet zo'n discussie is over het koloniale verleden. "er is wat te doen geweest over het slavernijmonument in Amsterdam maar daar bleef het ook wel bij.". Volgens de gepensioneerde hoogleraar zijn Nederlanders veel te pragmatisch en bepalen wetenschappers hier veel minder het debat dan in Frankrijk.

In Nederland heeft men lange tijd liever willen verzwijgen dat er ooit slavernij was. Dat zegt een van de genodigden, de Surinaamse schrijfster van historische romans, Cynthia Mc Leod. Het is volgens haar lastig om te bepalen in welk land de slavernijtijd gevoeliger ligt. Wel is duidelijk dat in Frankrijk veel mensen willen dat expliciet wordt gezegd dat de slavernij een periode van lijden is geweest. In Nederland zijn ook gekleurde mensen die willen dat erkend wordt dat er offers zijn geweest, maar in Frankrijk is de stroming eerder op gang gekomen, denkt Mc Leod. Ze heeft jarenlang historisch onderzoek gedaan naar Elisabeth, een vrije negerin die in de 18e eeuw in Suriname leefde. Volgens haar is het heel belangrijk dat tegenwoordig ook nazaten van slaven, zoals zijzelf, over de geschiedenis schrijven. Nog niet zo lang geleden waren het alleen de Nederlanders die schreven over de koloniale geschiedenis.

De schrijfster wil trouwens niet blijven hameren op de het leed dat is geweest: "Ik wil gewoon vertellen hoe het was, maar tegenwoordig hebben gekleurde mensen alle kansen, zeker in een land als Nederland, grijp je kans.".
http://surinaams.caribiana.nl/Cultuur/car200624_frankrijk.html
  donderdag 8 juni 2006 @ 19:25:50 #133
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_38666970
Van de FP:
quote:
Ruim twee jaar voordat nazi-kopstuk Adolf Eichmann gearresteerd werd, wisten de Verenigde Staten zijn verblijfsplek en schuilnaam al. Dit kwam naar voren in vrijgegeven documenten van de CIA, zo liet nieuwszender CNN dinsdag weten.

De CIA werd in 1958 al door de West-Duitse inlichtingendienst, via een memo, meegedeeld dat Eichmann onder de naam Clemens in Argentinië verbleef. Historicus Timothy Naftali van de universiteit van Virginia beweerde dat hoge functionarissen in de Tweede Wereldoorlog zelf een nazi-verleden hadden. Hij haalde in het bijzonder de toenmalige veiligheidsadviseur Hans Globke aan. Die zou betrokken zijn bij de totstandkoming van wetten om Joden uit de Duitse samenleving te verwijderen. De reden waarom er niets met de informatie over de verblijfplaats van Eichmann werd gedaan zou zijn omdat men bang was dat Eichmann informatie over Globke zou doorgeven. Die was nodig omdat hij de Amerikanen hielp voorkomen dat de communisten voet aan de grond kregen in de Bondsrepubliek.

Uiteindelijk hebben Israëlische agenten Eichmann op 11 mei 1960 ontvoerd. Na een rechtszaak van vier maanden, waarbij honderd mensen tegen hem getuigden, werd hij op alle punten schuldig bevonden en ter dood veroordeeld. Adolf Eichmann werd kort na middernacht op 1 juni 1962 opgehangen. Nadat zijn lichaam werd gecremeerd werd de as uitgestrooid boven de Middellandse Zee.
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
  vrijdag 9 juni 2006 @ 11:35:51 #134
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_38687469
quote:
08 Juni 2006 14:23
's Werelds oudste condoom in Tirol



In Tirol is altijd wel wat moois te zien. Deze zomer kan je er genieten van het oudste nog bruikbare condoom ter wereld, dat daar in een museum wordt tentoongesteld.

Het condoom stamt uit 1640 en is nog helemaal intact, inclusief een gebruiksaanwijzing in het Latijn. Daarin is onder meer te lezen dat je hem voor gebruik in hete melk moet dompelen, om ziektes te voorkomen.

Het antieke kapotje, dat in Zweden werd gevonden, is gemaakt van varkensdarmen. Het is een van de in totaal 250 antieke seksobjecten dat tentoongesteld is.
http://www.nos.nl/nos/art(...)1C68AEA3EBFC5D4.html

[ Bericht 6% gewijzigd door zakjapannertje op 09-06-2006 11:43:09 ]
  vrijdag 9 juni 2006 @ 19:18:01 #135
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_38703251
In de hete melk ! Als dát de oplossing eens was!
(Un)masking for the greater good.
  donderdag 15 juni 2006 @ 10:41:37 #136
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_38876549
quote:
Staat India schrapt Westerse kinderliedjes
Een staat in India heeft enkele kinder- en slaapliedjes uit de schoolboeken verwijderd, omdat zij te westers zouden zijn. Het gaat hier om liedjes als 'Twinkle, Twinkle Little Star' en dergelijke. De alom bekende deuntjes zijn ontzettend populair onder de Indiase kinderbevolking.

"We willen dat onze kinderen kwaliteitsonderwijs met een lokale touch krijgen", zo verklaart de Minister van Onderwijs Narottam Mishra. De kranten ter plaatse berichten dat scholieren vanaf heden Engelse rijmpjes geschreven door Indiase dichters leren.
Bron

Da's ook wat
(Un)masking for the greater good.
  zondag 18 juni 2006 @ 10:25:17 #137
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_38964725
quote:
'Duitsland moet nieuw volkslied hebben'

Er gaan steeds meer stemmen op in Duitsland om een nieuw volkslied aan te nemen. In een verklaring die vrijdag door de Linkspartei uitgegeven is, stellen dat het tijd wordt om het volkslied te vervangen door een met een modernere tekst. De Linkspartei is een partij die voornamelijk bestaat uit ex-communisten en ex-SDP'ers. Afgelopen donderdag had professor Walter Jens, schrijver en literatuurwetenschapper, al gezegd dat het Duitse volkslied veel te moeilijk was en dat mensen niet meer weten wat zinsneden als "des Glückes Unterpfand" betekenen.

Deutschland, Deutschland über alles
Het huidige Duitse volkslied is het derde couplet van het Deutschlandlied, waarvan het eerste couplet de woorden "Deutschland, Deutschland über alles" bevat, tezamen met een beschrijving van de grenzen die de Duitsers destijds blijkbaar graag zagen: von der Maas bis an der Memel (half Nederland tot ergens in Wit-Rusland), von der Etsch bis an den Belt (van Noord-Italië tot de Oostzee). Na de Tweede Wereldoorlog werd dat niet meer geschikt bevonden. Ook het tweede couplet, dat gaat over vrouwen en drank, vond men niet geschikt als volkslied. Zo is het derde couplet overgebleven, dat vooral gaat over broederschap en geluk.

Kinderhymne
Het voorstel is om het te vervangen door de Kinderhymne van Bertold Brecht, dat oorspronkelijk bedoeld was als nieuw volkslied voor de DDR, maar dat uiteindelijk Auferstanden aus Ruinen boven zich moest dulden. Deze Kinderhymne spreekt zich juist uit voor hulp aan andere volkeren. Ook zijn de landsgrenzen aangepast: von der See bis zu den Alpen, von der Oder bis zum Rhein. Dit lied is overigens te zingen op de melodie van het Deutschlandlied.

Of het voorstel grote bijval zal vinden, moet nog blijken. Voorlopig lijken de Duitsers in elk geval nog liefhebber van het oude volkslied.
Bron
(Un)masking for the greater good.
  maandag 19 juni 2006 @ 20:42:08 #138
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_39013261
quote:
WAS ROBIN HOOD'S HOUSE IN SHEFFIELD?

REMAINS COULD BE A BLOW TO NOTTS

By Stephen White



IT won't go down well in Nottingham, but a pile of stones near Sheffield could be Robin Hood's home.


For centuries it has been thought the legendary archer was based in Sherwood forest while he robbed from the rich and gave to the poor.


But now archaeologists claim they have found the remains of his house - 52 miles away in South Yorkshire.

And that could be a bit of a blow for Nottingham and Sherwood forest where visitor centres have been making a killing from Robin Hood merchandise. Experts from Sheffield University have started a preliminary dig at the site of an 11th century castle in the village of Bolsterstone.

Tourism chiefs and historians recently claimed that the green-clad outlaw lived in Yorkshire rather than Notts.

Hood's friend Little John was born and died in Hathersage, near Sheffield. And experts believe finding the castle remains backs up their story.

All right, we know Robin Hood was a mythical folk hero, but the scientists reckon the home found at the dig played a major part in creating the legend of the brave bowman - played by Errol Flynn in the 1938 movie The Adventures of Robin Hood.

They believe it is where Waltheof, the Earl of Huntingdon who fiercely opposed the Norman invasion, based his empire.

He started two revolts against the attackers and was executed at 30 for planning a third in 1076.

Waltheof was the father of Robert Fitzwalter, an archer who became known as Robin Hood.

One of the volunteers at the archaeological dig, Steve Moxon, said: "This site might have major historical significance.

"Robin Hood was mythical, however Waltheof inspired the key ballad about the death of Hood and the 15th century prose account of him."

The team will now seek further funding to carry out extensive exploration at the site in a bid to confirm the stone and wood building was the archer's home.

Nottingham folk won't agree, but Robin of Sheffield does have a certain ring to it.
mirror.co.uk
  dinsdag 20 juni 2006 @ 18:53:40 #139
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_39044607
quote:
Contact of contract

De misverstanden tussen Nederlanders en Belgen

Door Tom Grijsen

20-06-2006

Koningin Beatrix is op staatsbezoek in België op 20, 21 en 22 juni 2006. Ze kan zo de diplomatieke en vriendschappelijke banden tussen beide landen aanhalen. Het wordt een bezoek tussen twee goed bevriende naties. Nederland en België hebben samen een lange historie. Nederland, België en Luxemburg waren van 1815 tot 1831 één land. Maar de verre voorvader van koningin Beatrix, koning Willem I, liet België door zijn vingers glippen.

Wat destijds precies de reden was voor de Belgische revolutie is niet met zekerheid te zeggen. Nog steeds buigen historici zich over die vraag. Maar waarschijnlijk speelde de Belgische tweetaligheid - naast Nederlands ook Frans - een rol. De voormalige Belgische vice-premier en tegenwoordig burgemeester Louis Tobback van Leuven: "Dit is een revolutie geďnspireerd door Franstalige intellectuelen, die bevreesd waren om Nederlands te moeten spreken. En aan de andere kant ook katholieken die bevreesd waren om protestant te moeten worden. Want in het zuiden was het katholieke bevolkingsdeel nog altijd is de meerderheid. Er waren zo goed als geen protestanten."

Onvrede
Er zijn meer argumenten die de onvrede van de Belgen verklaren. De autoritaire manier van regeren van Willem I en zijn visie op de scheiding van kerk en staat. Ook de verdeling van belastinggeld: de in het zuiden geďnde belasting besteedde Willem in het noorden, zette veel kwaad bloed. Bovendien kwam slechts een op de vier ministers uit het zuiden, terwijl in daar 3,5 miljoen mensen woonden en in Holland maar 2 miljoen.

Late reactie
Tijdens de Belgische opstanden reageerde Willem I te laat. Bovendien had hij een zoon die koning wilde worden van het onafhankelijke zuiden. Dat gaf onrust. Koning Willem heeft de oranjegezinde zuidelijke steden laten schieten, zegt Tobback. "De adel in het zuiden was orangist. Antwerpen was oranjegezind, Gent was dat ook. Dit was een Brusselse revolutie. Hij heeft zijn medestanders eigenlijk niet gesteund. Toen Willem 1 uiteindelijk met zijn legertroepen het zuiden binnentrok, tijdens de zogenaamde Tiendaagse Veldtocht, was het te laat. Frankrijk steunde het opstandige zuiden en na onderhandelingen vertrok Willem I, om plaats te maken voor Koning Leopold de Eerste."

Louis Tobback vindt die machtsomwenteling jammer. Koning Willem heeft de kans gemist om een belangrijke Europese mogendheid te maken, zegt hij. "Als de landen nu nog één zouden zijn, zouden ze deel uitmaken van de G7, omdat het Bruto Nationaal Product hoger is dan dat van Italië."

Misverstanden
Maar kunnen beide landen wel één zijn? Belgiëkenner Derk Jan Eppink betwijfeld dat: "Het enige dat Nederland en België gemeenschappelijk hebben is de Nederlandse taal. We denken vaak dat we hetzelfde zijn, maar juist daardoor ontstaan de misverstanden. Nederlanders en Belgen begrijpen elkaar niet. Een Nederlander is direct, heeft meteen een mening. Een Belg heeft drie meningen, kijkt eerst de kat uit de boom, is voorzichtiger."

Eppink schreef twee boeken over België: Vreemden Buren en De avonturen van een Nederbelg. Volgens hem zijn Nederlanders zeer detaillistisch: "De Nederlander wil een contract en de Belg wil een contact. Nederlanders willen een blauwdruk, zetten altijd alles tot in detail op papier. Een Belg denkt meer in tijdelijke oplossingen, algemene krijtlijnen, en als er problemen komen, dan zien we wel weer. De Belg arrangeert een transactie met een diner, een goed glas wijn."

Goede contacten
In België zijn contacten onmisbaar om verder te komen. Je moet je mening aanpassen aan diegene die de macht heeft. Eppink: "Een Nederlander zal vrij makkelijk zeggen op welke partij hij heeft gestemd. In België is dat volstrekt taboe. Als je een Belg op straat vraagt op welke partij hij heeft gestemd, dan kun je nog beter vragen wanneer hij voor het laatst seks heeft gehad." Belgen beschouwen stemmen als een deel van het intieme leven; daar praat je niet over.

Koningin Beatrix is op 20, 21 en 22 juni op staatsbezoek in België. Met haar aandacht voor het land zal ze de betrekkingen tussen beide landen goed doen, denkt Eppink. "Met name de Vlamingen zijn ook heel enthousiast over Maxima, omdat zij in een jaar tijd zo goed de Nederlandse taal onder de knie gekregen heeft."
http://www.wereldomroep.nl/achtergronden/nederland/belgie060620
  vrijdag 23 juni 2006 @ 11:44:10 #140
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_39143555
Deze is op z'n minst apart:
quote:
Maagdelijkheidsverzekering nonnen opgezegd

Drie Britse nonnen zullen het de komende tijd zonder maagdelijkheidverzekering moeten doen. Een Britse verzekeringsmaatschappij heeft hun polis opgezegd. De drie hadden de verzekering afgesloten voor het geval ze zwanger zouden worden van Jezus Christus.

De nonnen geloven dat Christus terug zal keren op aarde en verzekerden daarom hun maagdelijkheid, voor het geval dat één van hen de in de voetsporen van Maria zou treden. De drie sloten in 2000 een polis af voor een miljoen pond (1,4 miljoen euro), om de opvoeding van de teruggekeerde messias te kunnen betalen. De nonnen lieten zelfs in de polis vastleggen dat ze zelf zouden bewijzen dat het werkelijk om Jezus Christus ging van wie één van hen zwanger zou zijn.

De verzekeringsmaatschappij besloot tot opzegging van de polis nadat de katholieke gemeenschap flink geklaagd had. De nonnen zijn voorlopig dus niet meer verzekerd tegen onverwachte maagdelijke zwangerschappen.
Bron: FP
(Un)masking for the greater good.
pi_39168511
quote:
Vergeving voor slavenhandel

ANP

LONDEN - Een afstammeling van de eerste Brit die slaven verkocht, de 16e-eeuwse Sir John Hawkins, heeft in Gambia voor een menigte van 25.000 mensen om vergeving gevraagd.Het gebaar van de 37-jarige Andrew Hawkins werd aanvaard door de Gambiaanse vice-president Isatou Njie Saidy.

Sir John Hawkins was een kaper ten tijde van het bewind van Elizabeth I en een neef van Sir Francis Drake. Hij dankte zijn titel aan zijn rol in de vernietiging van de Spaanse Armada, maar was in 1562 ook de eerste Brit die inwoners van het tegenwoordige Sierra Leone gevangen nam en verkocht aan Spaanse kolonisten in het Caribisch gebied. Naar schatting twaalf miljoen Afrikanen zijn tussen 1450 en 1850 op die manier verhandeld.

Andrew Hawkins ketende zichzelf, samen met twintig vrienden, op de manier waarop slaven in kettinggang liepen. Aan het eind van een optocht kwam de groep het station in de Gambiaanse hoofdstad Banjul binnen.

,,De sfeer veranderde toen wij binnenkwamen. We knielden en het werd muisstil. Ik heb om vergeving gevraagd namens mijn familie. Ik heb om vergeving gevraagd voor de volwassenen en kinderen die meegenomen zijn. Ze hadden onze verontschuldigingen niet hoeven accepteren. Maar zonder dat het gepland was, kwam de vice-president naar voren, bood haar vergeving aan en nam onze ketenen af'', vertelde Hawkins gisteren in de Britse krant The Independent.

,,Slechts een handjevol mensen begon met de slavenhandel en de gevolgen daarvan hebben kwaad berokkend aan het hele Afrikaanse continent. Hopelijk kan een handjevol mensen ook het begin brengen van iets goeds'', aldus de Andrew Hawkins.
http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=74380
  maandag 26 juni 2006 @ 08:01:40 #142
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_39239051
Iran houdt toch Holocaust "conferentie":
quote:
Een woordvoerder van het Iraanse ministerie van buitenlandse zaken maakte zondag bekend dat Iran in oktober de eerder aangekondigde wetenschappelijke conferentie over de Holocaust zal organiseren. Het is nog niet duidelijk wie er aan deze conferentie zullen deelnemen.

Eerder dit jaar veroorzaakte de Iraanse president Mahmoud Ahmadinejad grote commotie onder veel Westerse landen door de genocide van de nazi's op de joden tijdens de Tweede Wereldoorlog als een mythe af te doen. Vorige week kondigde de president al aan een onderzoek naar de Holocaust in te willen stellen.
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
pi_39317105
quote:
Opnieuw verdronken waddeneiland gevonden

Gepubliceerd op 26 juni 2006, 16:39
Laatst bijgewerkt op 26 juni 2006, 17:18
warffum -

Onderzoekers zijn opnieuw op een verdwenen eiland in de Waddenzee gestuit.

Historici, die twee maanden geleden het verdwenen eiland Bosch lokaliseerden, hebben het eiland Moenken-Langenoe (Monniken-Langenoog) aan de hand van archiefmateriaal boven water gehaald.

Moenken-Langenoe moet een groot eiland geweest zijn. Rottumeroog en Bosch lijken zijn overblijfselen. Vijftiende-eeuwse documenten geven aanleiding tot deze veronderstelling. ”De naam van dat eiland duikt op in archieven. Het moet in de late middeleeuwen een groot, bewoond eiland geweest zijn dat tussen de Lauwers en de Eems lag”, zegt historicus Hidde Feenstra. Moenken-Langenoe moet gelegen hebben op en rond de zandplaat Simonszand, ten oosten van Schiermonnikoog.

De vondst van het eiland is een resultaat van het onderzoek dat de projectgroep ’Verdronken Geschiedenis’ doet in de Waddenzee. In de projectgroep werken archeologen, historici, geologen, biologen en amateurs uit Nederland en Duitsland samen. Behalve de twee verdwenen eilanden heeft het onderzoek het bestaan en de vermoedelijke locatie van meer dan honderd overspoelde nederzettingen in de oostelijke Waddenzee aangetoond. ”Voorlopig hebben we nog meer dan genoeg om te onderzoeken”, aldus historicus Albert Buursma.
http://www.dvhn.nl/nieuws/noorden/article655923.ece
  woensdag 28 juni 2006 @ 12:39:10 #144
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_39317238
Eeej zakjapannertje, als je ooit een een berichtje vindt waarvan je denkt: 'hierover kunnen we een geweldige discussie starten!' dan sta je vrij om dat te proberen, dat weet je hč?

(nu weet ik dat niet elk bericht dat in zich heeft, maar mocht je eens iets tegenkomen wat dat wél heeft)
(Un)masking for the greater good.
  vrijdag 7 juli 2006 @ 10:12:19 #145
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_39597782
quote:
Foto van weduwe van Amadeus Mozart gevonden

In de Duitse stad Altötting is een foto gevonden van Constanze Weber, de weduwe van de Oostenrijkse componist Wolfgang Amadeus Mozart.

Dit heeft de stad in de deelstaat Beieren bekendgemaakt. De unieke foto is genomen in 1840, toen zij 78 jaar oud was. Weber was 29 jaar toen Mozart in 1791 op 34-jarige leeftijd overleed. Het is de enig bekende foto van Weber. Dat zij het is, is na uitvoerig onderzoek vast komen te staan.

De foto is een kopie van een daguerreotype, een van de oudste methoden om foto's te maken. Dit procede was in 1837 door de Franse uitvinder Louis-Jacques Mandé Daguerre ontwikkeld.
Bron
(Un)masking for the greater good.
  vrijdag 7 juli 2006 @ 10:14:21 #146
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_39597818
quote:
Grootste schilderij Rembrandt verloren gegaan

Het grootste schilderij dat Rembrandt ooit gemaakt heeft, de Samenzwering van Claudius Civilis, is verloren gegaan. Dat blijkt uit onderzoek.

Volgens Rembrandt-kenner Ernst van de Wetering mat het schilderij origineel 6 bij 6,5 meter. Hij heeft dat berekend aan de hand van de studie die Rembrandt voor het schilderij maakte. De Nachtwacht, dat nu geldt als Rembrandts grootste schilderij, meet nu 3,60 bij 4,37 meter.

Het doek was in 1661 bedoeld voor het Amsterdamse stadhuis (nu het Paleis op de Dam). De opdrachtgevers vonden het echter niet mooi genoeg. Rembrandt zelf sneed het centrale deel weg. Dat hangt nu in het Zweedse Nationaal Museum. De rest, 33 vierkante meter, is verdwenen.

Origineel was de Nachtwacht overigens 5 bij 3,87 meter. Aan de bovenzijde en de linker- en rechterzijde zijn in de 18de eeuw stroken weggesneden. Dat werd gedaan zodat hij beter tussen twee ramen kon hangen in... het Amsterdamse stadhuis.
Bron
(Un)masking for the greater good.
  vrijdag 7 juli 2006 @ 10:16:58 #147
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_39597874
quote:
Oudste vrouw ter wereld is 132 jaar

De oudste vrouw ter wereld zou in de Zuid-Afrikaanse plaats Limpopo wonen en 132 jaar oud zijn.



Moloko Temo (zie foto, midden), die dinsdag haar verjaardag vierde, staat ondanks pogingen van haar vrienden echter niet in het Guinness Book of World Records. Temo werd geboren in 1874, staat in haar identificatiebewijs dat in 1988 werd verstrekt.

De vrouw heeft acht kinderen, 29 kleinkinderen, 59 achterkleinkinderen en vijf achterachterkleinkinderen. De Zuid-Afrikaanse is al meer dan een halve eeuw blind en zit in een rolstoel, maar verder is ze gezond. Ze woont bij haar 78-jarige dochter, die kennelijk werd geboren toen haar moeder al 54 jaar was.

Volgens het Guinness Book of World Records is de oudste vrouw ter wereld een 116-jarige vrouw in Equador en is voor zover bekend nog nooit iemand ouder geworden dat 122.
Bron
(Un)masking for the greater good.
  vrijdag 7 juli 2006 @ 11:28:56 #148
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_39599863
quote:
Op vrijdag 7 juli 2006 10:12 schreef Natalie het volgende:

[..]

Bron
en hier de foto natuurlijk!



deze gaat natuurlijk voor in de RJP-verzameling
  vrijdag 7 juli 2006 @ 11:30:33 #149
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_39599916
quote:
Op vrijdag 7 juli 2006 11:28 schreef zakjapannertje het volgende:

[..]

en hier de foto natuurlijk!

[afbeelding]

deze gaat natuurlijk voor in de RJP-verzameling
Ik zat ook al te zoeken. Super dat je 'm gevonden hebt!
Enne idd is dit een goede voor RJP
(Un)masking for the greater good.
  dinsdag 11 juli 2006 @ 00:44:06 #150
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_39710299
wat nieuwtjes uit en over Griekenland
quote:
840 tt-EEN 840 di 11 jul 00:08:13

KUNSTEN archeologie
­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­
GRIEKEN VINDEN STANDBEELD VAN ARTEMIS


­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­
In de Griekse stad Larissa hebben
archeologen een standbeeld van Artemis,
de godin van de jacht, gevonden.

Het gaat om een torso van ongeveer 80
centimeter groot. De rest van het
lichaam ontbreekt. De archeologen
denken dat het gehele beeld, dat stamt
uit de eerste eeuw voor Christus, 1,60
meter groot zou zijn geweest.

"Het is een zeer belangrijke ontdekking
en het mooiste vrouwelijk standbeeld
dat wij tot nu toe hebben gevonden",
zegt de directeur van het archeologisch
centrum van de stad Larissa.
http://tt.vrt.be/tt_een.php?p=840&g=0&s=0&r=0&x=1

en
quote:
An epic battle on Homer's gender

Dalya Alberge, London

July 03, 2006

HOMER could have been a woman, according to a forthcoming book by a specialist in oral literature.

Historian and linguist Andrew Dalby is challenging the accepted gender of one of the most influential writers of all time -- the poet who created the Greek epics The Iliad and The Odyssey in the seventh century BC.

Dr Dalby said: "There is no direct evidence of the poet's identity and therefore no justification for the customary assumption that the two epics were composed by a man."

Women have a long tradition worldwide as makers of oral literature, he said, citing Sappho, the best-known female poet of ancient Greece, and Enheduanna, the woman mentioned on a Sumerian tablet who thus became the first named poet in the world.

Dr Dalby, whose study Rediscovering Homer will be published in September, said: "It is possible, even probable, that this poet was a woman. As a working hypothesis, this helps to explain certain features in which these epics are better -- more subtle, more complex, more universal -- than most others."

The Iliad, set during the Trojan War, tells the story of the wrath of Achilles, while The Odyssey tells the story of Odysseus as he travels home from the war. They are among the most significant poems of the European tradition.

Dr Dalby anticipates objections to his hypothesis, particularly as no early author claimed that the poems' creator was a woman. He said: "This objection fails completely, however, because no early author describes or names the singer who saw these two poems written down. We are given no sex and no name -- certainly not Homer, who is seen as a singer of the distant past."

He said the idea that Homer was the author was first proposed in "one ill-informed post-classical text -- the anonymous Life of Homer, fraudulently ascribed to Herodotus".

Challenging the theory that early Greek singers and poets were almost always men, he said: "The fact that women did not usually perform for a public audience that included men explains why no ancient source exists to tell us how Sappho's poems were performed."

Acknowledging that other scholars have said the Iliad feels like the work of a man, he said: "The Iliad is largely about male heroics in war and the great majority of its characters are men whose aim is to kill one another ... Women, though telling the same stories, are capable of telling them from a different angle and with an added depth, dealing sympathetically with the feelings and motives of women characters. No one will deny that the poet of The Iliad does this."

Anthony Snodgrass, emeritus professor of classical archaeology at Cambridge University, said The Odyssey could have been written by a woman because it is about "a world at peace in general terms, with domesticity, fidelity ... endurance and determination rather than aggression".

But he added: "The idea of a woman writing The Iliad and not being bored out of her mind by the endless fighting and killings is a bit more far-fetched."

The issue, he said, lay in whether the same person wrote both poems. "Most of us now believe the same person did."

The Times
http://www.theaustralian.(...)0382-5001986,00.html
  maandag 17 juli 2006 @ 22:14:06 #151
61891 zakjapannertje
rijksmonument
  maandag 24 juli 2006 @ 10:20:55 #152
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_40125988
quote:

Amstrong dankzij pen terug op aarde

De bemanning van de Apollo 11 is er destijds dankzij een pen in geslaagd vanaf de maan terug te keren naar de aarde. Dat blijkt uit een nieuwe documentaire over de ruimtemissie, die de eerste man op de maan bracht. In het ruimteschip was per ongeluk een schakelaar afgebroken. Een vitaal onderdeel, want zonder die schakelaar bleek het niet mogelijk om aan de terugreis te beginnen. Astronaut Buzz Aldrin stak toen maar een balpen in het gat waar de schakelaar had gezeten, en dat bleek een gouden greep.
De succesvolle Amerikaanse ruimtemissie naar de maan betekende een overwinning op de Sovjet-Unie. Volgens de documentairemakers hadden de Amerikanen er sterk rekening mee gehouden dat het mis kon gaan. President Nixon had al een speech klaar liggen waarin hij het overlijden van de drie astronauten meldde. Ook moest de rechtstreekse televisieuitzending meteen worden gestaakt als er iets zou gebeuren met de Apollo.
De documentaire is maandag te zien op de Britse televisie.
http://www.wereldomroep.nl/news/international/#4958279
  dinsdag 25 juli 2006 @ 11:03:40 #153
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_40160216
quote:
Middeleeuws schip nog steeds niet onder dak

24-07-2006

Het middeleeuwse koggeschip dat in 2000 bij graafwerkzaamheden voor het Deurganckdok op de linker Scheldeoever bij Doel werd blootgelegd, is nog steeds niet onderdak. De gemeente Beveren wilde de goed geconserveerde restanten onderbrengen in een loods bij Fort Liefkenshoek in Kallo, maar dat stuit op protest.

Pal tegenover de locatie waar de loods zou worden gebouwd, staat de fabriek van Dow Halterman, de eerste producent van biodiesel in België. De directie vindt het onverstandig de kogge te verplaatsen naar een locatie vlakbij een fabriek met ontploffingsgevaar.

Verwacht wordt namelijk dat de opgeslagen koggerestanten veel publiek zullen trekken en dat valt niet te rijmen met de veiligheidsregels van de biodieselproducent. De gemeente Beveren is nu naarstig op zoek naar een oplossing van het zoveelste probleem rond de kogge. Direct na de vondst ontstond een heuse wedloop om het eigendomsrecht én de locatie waar het schip heen zou moeten voor historisch onderzoek en permanente tentoonstelling. Die touwtrekkerij ontaardde in een klucht, die pas eindigde na ingrijpen van de Vlaamse regering, eind vorig jaar. Toen kreeg Beveren het beheer en het onderzoek van de kogge toegewezen.

Waardevol

In september 2000 bestempelden Europese archeologen de vondst als een van de waardevolste van de afgelopen decennia. Een eerste onderzoek wees uit dat de scheepsromp dateert uit 1326. Het is de grootste, oudste en best bewaarde kogge, die ooit in Europa werd gevonden.

De kogge was een typisch schip dat tussen 800 en 1450 de zeeën bevoer.

Het in het Deurganckdok gevonden exemplaar verging vermoedelijk in 1404. Met een lengte van 20 meter, een breedte van 8 meter, een diepgang van 12 meter en een hoogte van 5 meter was het voor die tijd één van de grotere schepen in z'n soort.

Miljoenenproject

Het restaureren van de kogge vergt miljoenen en neemt minstens een jaar of zeven in beslag. Het is de bedoeling de restanten te exposeren in combinatie met een replica.
http://www.scheldenet.nl/main.php?lg=nl&url=/nl/nieuws/actualiteit_pagina&story=1693
pi_40187162
quote:
Politie geeft gestolen kleitabletten terug

De politie heeft drie oude kleitabletten die vermoedelijk in 2003 uit een museum in Bagdad zijn gestolen, overgedragen aan de Iraakse ambassade in Den Haag. De kleitabletten werden na de diefstal in Nederland teruggevonden. Volgens de Iraakse ambassadeur Siamand Banaa zijn drie Irakezen bij de zaak betrokken.
De kleitabletten behoren tot de oudste geschriften in de wereld. Na de Amerikaanse invasie in Irak en de val van dictator Saddam Hussein stalen plunderaars vrijwel alles wat los en vast zat in het Iraaks Nationaal Museum in Bagdad. Een deel van de collectie is nog steeds zoek.
http://www.wereldomroep.nl/news/zijlijn/#4959184
  vrijdag 28 juli 2006 @ 13:04:35 #155
61891 zakjapannertje
rijksmonument
  vrijdag 28 juli 2006 @ 13:30:33 #156
61891 zakjapannertje
rijksmonument
pi_40269137
quote:
Unieke klok-oven uit 13de eeuw in Utrecht ontdekt

Van onze verslaggever Michiel de Hoog

UTRECHT - Op het Pieterskerkhof in Utrecht zijn gave overblijfselen gevonden van een dertiende-eeuwse oven waarin kerkklokken werden gemaakt. Volgens archeologen en bouwhistorici is de oven een unieke vondst.

Het is volgens bouwhistoricus Bart Klück van de gemeente Utrecht ‘voor 99,9 procent’ zeker dat de oven klokken maakte voor Pieterskerk, die aan het Pieterskerkhof ligt.

‘Het was destijds ondoenlijk om klokken van wel anderhalf meter hoog te vervoeren’, zegt Klück. ‘Dus daarom bouwde men naast de kerk van bestemming tijdelijke ovens.’

Volgens Klück is in Nederland niet eerder een dergelijke oven gevonden. Dat komt omdat de tijdelijke ovens meestal werden afgebroken. Baksteen was in de dertiende en veertiende eeuw een kostbaar goed, en moest worden hergebruikt.

De oven aan het Pieterskerkhof is blijven staan omdat tijdens de laatste klokkenfabricage de stenen te veel zijn aangetast door de hitte. Daardoor zijn de bakstenen verkleurd tot feloranje.

‘Er was 1500 graden nodig om brons te bewerken, en die stenen kunnen eigenlijk maar 1200 graden aan’, zegt Klück.

Daarom liggen de bakstenen in de lengte naar de oven toe, de wand dikker makend, en niet in de breedte, zoals bij huizen. ‘Men hield rekening met aantasting van de stenen.’

De klokken die in de oven zijn gebakken hebben geluid in de twee torens van de Pieterskerk, die net als het schip van de nabijgelegen Domkerk, door de storm van 1 augustus 1674 werden vernield.

In de huidige Pieterskerk hangt nog een kleine klok, die vermoedelijk is gemaakt in de opgegraven oven.
http://www.volkskrant.nl/(...)w_in_Utrecht_ontdekt
quote:
Zeldzame klokkenoven gevonden in Utrecht

UTRECHT (ANP ) - Archeologen van de gemeente Utrecht zijn tijdens opgravingen gestuit op een 13e eeuwse oven waarin kerkklokken werden gemaakt. Woensdag toonden ze het bakstenen geval.

Volgens bouwhistoricus Bart Klück gaat het om 'een zeer bijzondere vondst'. Nooit eerder is in Utrecht zo'n oven voor bronzen kerkklokken gevonden, en ook in de rest van het land is het een zeldzaamheid, volgens Klück.

Op het Pieterskerkhof, in het centrum van Utrecht, is men op dit moment bezig met de vervanging van de stadsverwarming. Omdat daarbij een paar meter diep wordt gegraven, is de afdeling archeologie en bouwhistorie van de gemeente Utrecht daar bij.

Restjes brons

De archeologen hadden wel verwacht vondsten te doen uit de Romeinse tijd, omdat op deze plek de stad Castellum gevestigd was. ,,Tot onze verrassing vonden we niks Romeins, maar juist iets middeleeuws'', vertelt historicus Klück. Hij stuitte op het onderste gedeelte van een bakstenen oven, van ongeveer een vierkante meter groot. Aan de verkleuringen in het steen, leidde hij af dat bij hoge temperaturen metaal gesmolten is. Rond de stenen structuur vond hij bovendien restjes brons.

,,Zo vlak naast een Romaanse kerk kan het niet anders dan dat hier kerkklokken zijn gegoten,'' aldus Klück. Inmiddels hebben ook andere deskundigen bevestigd dat het om een oven gaat. ,,En dat is een grote bijzonderheid, want die vind je zelden. Zeker omdat het gieten van klokken midden in de stad vanaf de vijftiende eeuw verboden was wegens brandgevaar.''

Alleen nog woensdag is de stenen bakoven te zien op de vindplaats. De klokkenoven wordt opgegraven, zodat de werkzaamheden op het Pieterskerkhof verder kunnen. Of de oven tentoongesteld gaat worden, is nog niet bekend.
http://www.nrc.nl/anp/kunst/article397737.ece
pi_40295045
quote:
Historische schepen varen op Westerschelde

Liefhebbers van (historische) zeilschepen kunnen zaterdag 19 augustus en dinsdag 22 augustus in hun agenda aankruisen. Een vloot van een 65-tal grote en kleine schepen vaart dan over de Westerschelde op weg naar Antwerpen.

Het zijn deelnemers aan de Tall Ships Race die dit jaar voor de vijftigste keer wordt gehouden. Antwerpen is de laatste stop.

De schepen worden vanaf 12.00 uur in Antwerpen verwacht. Daar blijven ze tot en met dinsdag 22 augustus liggen, waarna ze na een parade om 12.00 uur weer over de Westerschelde het ruime sop kiezen. Tijdens het bezoek aan Antwerpen liggen ze aan de kades afgemeerd en zijn verschillende schepen geopend voor het publiek.

Enkele publiekstrekkers zijn de Amerigo Vespucci uit Italië, de Alexander von Humboldt uit Duitsland, de Christian Radich uit Noorwegen, de Europa uit Nederland, de Mir uit Rusland, de Sagres uit Portugal en de stad Amsterdam uit Nederland. Daarnaast zijn er tientallen (klassieke) jachten in de race.

De vloot verzamelde zich 6 juni in Saint Malo. De 50-ste Tall Ships Race bestaat uit twee wedstrijden. Eén van Saint Malo, via Torbay naar Lissabon en de tweede van La Coruńa naar Antwerpen. Tussen deze twee wedstrijden door varen de schepen van Lissabon, via Cadiz naar La Coruńa.
Bron: PZC, 28 juli 2006
http://www.scheldenet.nl/?lg=nl&url=/nl/nieuws/actualiteit_pagina&story=1693
pi_40295167
quote:
De Ruyterjaar krijgt vorm
24-07-2006
De vlootschouw en de Zeeuwse havendagen en Sail De Ruyter moeten volgend jaar de hoogtepunten worden van de viering van de vierhonderdste geboortedag van Michiel de Ruyter. Het consulaat Schelde-Delta van de stichting vierhonderd jaar Michiel de Ruyter heeft in grote lijnen het programma voor het herdenkingsjaar rond.

Inmiddels is ook ruim éénderde van de benodigde subsidie- en sponsorgelden binnen. Ook al wordt er vooral veel achter de schermen gewerkt; voor het consulaat Schelde-Delta is er evenwel voldoende aanleiding om naar buiten te treden, vindt voorzitter A. Bakker.

De officiële opening en meteen het begin van het herdenkingsjaar van Michiel de Ruyter is vrijdag 23 maart 2007 met een bijeenkomst in de Sint Jacobskerk in Vlissingen. Dat is dan exact één dag voor zijn verjaardag, maar precies vierhonderd jaar nadat De Ruyter in dezelfde stad werd geboren. Enkele hoogwaardigheidsbekleders houden dan officiële toespraken en de uitreiking van de De Ruytermedaille staat op het programma. Verder verlenen het Zeeuws Orkest en het Scheldeloodsenkoor medewerking.

Vlootschouw

Het grote publiek zal echter de vlootschouw en de Zeeuwse havendagen aansprekender vinden, van vrijdag 6 juli tot en met maandag 9 juli. De organisatie verwacht honderdduizenden bezoekers die dagen. De organisatie van de vlootschouw is in handen van de Koninklijke Marine. Die begint met een saluut vanaf de hr. ms. De Ruyter. Bakker verwacht een ongeveer dertig marineschepen uit binnen- en buitenland in de Vlissingse havens. De schepen zullen die dagen ook opengesteld zijn voor het publiek. Ook de land- en luchtmacht zullen hun medewerking verlenen.

Daarnaast vormen de Zeeuwse havendagen met daaraan gekoppeld verschillende evenementen een grote publiekstrekker. Tijdens dit weekeinde wordt onder meer een krans gelegd bij het standbeeld van Michiel de Ruyter door de commandant zeestrijdkrachten en wordt een plaquette onthuld door de ambassadeur van Hongarije. Michiel de Ruyter heeft ook een plek in de Hongaarse geschiedschrijving weten te veroveren: de admiraal bevrijdde in de zeventiende een aantal Hongaarse predikanten van slavernij.

Verder zijn er een defilé en een optreden van de Marinierskapel en het Zeeuws Orkest.

Overigens zullen ook de nationale vlootdagen die in juli 2007 in Den Helder worden gehouden, in het teken van De Ruyter staan.

Voorafgaand aan Sail De Ruyter is er 20 augustus een Noordzee zeilrace van Den Helder naar Vlissingen, waar studenten mee mee kunnen varen.

Race

Sail De Ruyter wordt van 23 tot en met 26 augustus 2007 in Vlissingen gehouden. Er is een klassieke-jachtenrace vanuit Hellevoetsluis, en een aanbrengtocht vanuit Rupelmonde met klassieke Vlaamse schepen. Vanuit Noord-Nederland komen ongeveer 250 platbodemschepen via Zierikzee en Veere in vlootverband naar Vlissingen. Op het programma staat verder authentieke beloodsing, een historisch overzicht van de Zeeuwse visserij, optredens van shantykoren en andere maritieme evenementen.

Het exacte programma voor de viering van de veertigste geboortedag van De Ruyter in Zeeland moet nog vorm krijgen, maar zeker is bijvoorbeeld al wel dat ook tijdens het Zeeland Nazomer Festival aandacht aan de Zeeuwse zeeheld zal worden besteed. Dan wordt de voorstelling Kabaal vertoond over De Ruyter. In de Nieuwe Kerk in Amsterdam is de tentoonstelling Helden met De Ruyter als hoofdthema. Ook de Wereldhavendagen 2007 in Rotterdam hebben dat thema. En er wordt gewerkt aan een regelmatig terugkerende De Ruyterlezing in Vlissingen.
Bron: René Schrier PZC, 24 juli 2006
http://www.scheldenet.nl/?lg=nl&url=/nl/nieuws/actualiteit_pagina&story=1693
pi_40362769
quote:
Nederlands SS-monument in Estland

Gepubliceerd op: 31 juli 2006

Door Thijs Papôt van de Wereldomroep

Nabestaanden van Nederlandse SS-ers die tijdens de oorlog aan het Oostfront vochten, onthullen een gedenksteen in Estland. Een controversieel laatste eerbetoon in West-Europese landen, dat zich beter schikt in Estlands blik op de geschiedenis.

Was het de geoliede 'anti-bolsjewistische' propaganda van de Duitsers, waren het nationaal-socialistische sympathieën of was het oprechte angst voor het opstomende 'Russische gevaar'? Enkele duizenden jongemannen - soms jonger dan 18 jaar - meldden zich tijdens de oorlog vrijwillig bij de Waffen-SS om mee te vechten aan het Oostfront. Veel niet-Duitse vrijwilligers belandden halverwege de oorlog in de linies rond Leningrad, ten noorden van Estland. Het Nederlandse 'General Seyffardt'- regiment werd in de zomer van 1944 door de Russen uit de huidige Estse grensplaats Narva verdreven en gedecimeerd. Het vredig wuivende helmgras in het drassige land rondom het destijds compleet verwoeste Narva vormt de onvermoede laatste rustplaats voor enkele honderden Nederlandse SS-ers.

Gedenksteen
Niet ver hiervandaan wordt Nederlandse nabestaanden - ruim 62 jaar later - de gelegenheid geboden een gedenksteen te onthullen ter nagedachtenis aan de gesneuvelde Oostfrontsoldaten en verpleegsters die, volgens de inscriptie op de gedenksteen, 'trouw hun plicht vervulden'. "Dat moet u zien in samenhang met de eed die ze afgelegd hebben. Namelijk om te vechten mét Duitsland tégen het grote gevaar wat toen uit Rusland kwam", zegt initiatiefnemer Gerrit Bothof (76) met nadruk. Voor Bothof, die zelf een neef verloor aan het Oostfront, biedt het monument nabestaanden de mogelijkheid te rouwen. 'Het is voor hen nog altijd onmogelijk om in Nederland tot een goeie rouwverwerking te komen. De Nederlandse samenleving is helaas erg hard geweest tegenover familieleden van Waffen SS-militairen.'

Een dergelijke gedenkplaats is in Nederland nooit denkbaar geweest. Maar in Estland wordt anders aangekeken tegen mensen die hier in de Tweede Wereldoorlog als SS-ers zijn gesneuveld. Zij vochten hier immers tegen de latere bezetters. Voor de Esten was de oorlog vooral een strijd tegen het Rode Leger, zegt Cees Kleijn, die historisch onderzoek doet naar de strijd tussen Russen en Duitsers in dit deel van Estland. "Toen de Esten de kans kregen om de wapens op te nemen de tegen Russen, waren Nederlanders, en alle andere SS-vrijwilligers welkom. Zij worden hier nog altijd gezien als bondgenoten in de strijd voor een onafhankelijk Estland."

Russische minderheid
Volgens Gerrit Bothof kostte het zodoende geen moeite om toestemming te krijgen voor de plaatsing van het monument. "Er staan hier immers ook al monumenten voor Vlamingen, Noren, Denen, Belgen." Nu dus ook een Nederlandse, alsmede een Waalse gedenksteen, die zaterdag gelijktijdig werden onthuld tijdens de jaarlijkse herdenkingsbijeenkomst voor SS-soldaten in Estland. De Esten lijken de stenen net zo welkom te heten als de vrijwilligersregimenten indertijd. Mogelijk heeft Estland zijn eigen agenda voor deze gastvrijheid. De gedenkplaats bevindt zich feitelijk in Russisch gebied. Estland heeft nog steeds een ongewenste Russische minderheid van meer dan 25 procent, waarvan het overgrote deel woonachtig in deze grensstreek.

"De gedenkstenen zijn eigenlijk een provocatie voor de Russen", zegt Cees Kleijn. De aanwezigheid van enkele tientallen nationalistische jongeren met Estse vlaggen en getatoeëerde Runentekens tijdens de herdenking, toont het probleem: "Het zou goed kunnen dat deze plaats op termijn vooral een ontmoetingsplaats zal worden voor Estse ultranationalisten. Je kunt je afvragen wat hier dan voor redevoeringen zullen worden gehouden. Dan zou deze plaats nog wel eens een heel ander karakter kunnen krijgen dan het vooral op de oorlog gerichte herdenkingskarakter dat het nu heeft."

Overgenomen van: Wereldomroep
  woensdag 2 augustus 2006 @ 19:21:40 #160
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_40426881
quote:
Viool van Beethoven op cd

Een viool uit de erfenis van de componist Ludwig van Beethoven is voor het eerst op cd te horen. De Duitse violist Daniel Sepec speelt op het historische instrument vioolsonates en Figaro-variaties van Beethoven (1770-1827).
Dat maakte de Duitse Beethoven-stichting woensdag bekend.

Bij de viool van Beethoven gaat het waarschijnlijk om een fabricaat uit Salzburg van omstreeks 1700. Het instrument met het initiaal B werd in 1848 ingrijpend gerestaureerd.

Een Amerikaanse vrouw verkocht de viool elf jaar geleden voor een symbolisch bedrag aan het Beethoven-museum in Bonn. Ze had het instrument gekregen van haar tante, die in de jaren dertig van de vorige eeuw uit Oostenrijk was geëmigreerd.
Bron
(Un)masking for the greater good.
  woensdag 2 augustus 2006 @ 19:24:56 #161
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_40426970
quote:
Waterschap herstelt eeuwenoude sluizen

Waterschap Rivierenland heeft de eeuwenoude sluizen bij stoomgemaal De Tuut in het Gelderse Appeltern gerestaureerd. De sluizen hebben geen functie meer, maar vormen samen met het al eerder opgeknapte stoomgemaal een bijzonder voorbeeld van bemaling van polders in het verleden.

De restauratie heeft ruim 550.000 euro gekost. Het waterschap kreeg onder meer Europees geld en een subsidie van het ministerie van LNV.

Stoomgemaal De Tuut is in 1918 gebouwd. Samen met het sluizencomplex, dat al eeuwen dienst deed, heeft het gemaal tot 1969 voor afwatering van de polder op de Maas bij Appeltern gezorgd. Daarna nam een elektrisch gemaal het werk over. De Tuut en de historische uitwateringssluizen raakten in verval.

Beat en Borgh
Stoomgemaal De Tuut is in de jaren negentig door de particuliere stichting Beat en Borgh opgeknapt en opnieuw onder stoom gebracht. Het waterschap, eigenaar van de sluizen, wilde niet achterblijven en liet in een half jaar tijd de schutwerken, de persleiding naar het gemaal en de frontmuren restaureren.

Dijkgraaf Gerrit Kok stelt de sluizen op 18 augustus weer in werking. In het aansluitende weekeinde is De Tuut onder stoom en toegankelijk voor bezoekers, aldus het schap.
Bron
(Un)masking for the greater good.
  woensdag 2 augustus 2006 @ 19:28:28 #162
28442 Natalie
Borrelnootje
pi_40427059
quote:
Oorlogskunst in Hollandsche Schouwburg

Kunst die door de Tweede Wereldoorlog op drift is geraakt, zogenoemde 'oorlogskunst', is rond de jaarwisseling te zien in de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam. De tentoonstelling wordt georganiseerd door het Joods Historisch Museum.

Een medewerkster bevestigde de plannen hiertoe na een bericht erover in de NRC. Het gaat om kunst die zich in de rijkscollectie bevindt, en waarvan de rechthebbenden zich nog niet hebben gemeld. Ook reeds geclaimde en zelfs teruggegeven kunst gaan deel uitmaken van de expositie, waarover nadere gegevens nog ontbreken.

In de Hollandsche Schouwburg wachtten destijds joden op deportatie naar doorgangskamp Westerbork.
Bron
(Un)masking for the greater good.
pi_40463023
quote:
Drie eeuwen kranten lezen, gratis

door onze redacteur Peter Sneep

De Koninklijke Bibliotheek in Den Haag krijgt 12,5 miljoen euro overheidssubsidie. Daarmee worden alle landelijke kranten die verschenen zijn tussen 1618 en 1995 via een website toegankelijk gemaakt. De gebruiker betaalt niets.

DEN HAAG - ,,We hebben zeven kilometer krantenpapier dat gedigitaliseerd moet worden'', zegt Hans Jansen van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. Jansen, directeur onderzoek en ontwikkeling van de bibliotheek, moet er samen met zijn medewerkers de komende vijf jaar voor zorgen dat iedereen thuis via zijn computer in de enorme papierberg kan zoeken.

Hij heeft uitgerekend dat er vele miljoenen krantenpagina's klaarliggen om gescand te worden. ,,Het is de bedoeling dat alle landelijke dagbladen die ooit in Nederland zijn verschenen, digitaal beschikbaar komen. Verder is er een grote groep regionale bladen die in aanmerking komt en veel koloniale dagbladen, zoals de Sumatrabode en de Javabode. Die laatste categorie vinden we nu misschien opmerkelijk, maar in de koloniale tijd werden in de overzeese gebiedsdelen erg veel kranten in het Nederlands uitgegeven. Onze bibliotheek krijgt erg veel aanvragen van mensen die deze bladen willen inzien. Het is daarom de moeite waard dat ook deze kranten worden gedigitaliseerd.'' Ook de oudste krant van Nederland, de Haarlemsche Courant uit 1618 komt in de digitale krantenbak beschikbaar.

Die hele papierberg scannen, is ondoenlijk, zegt Jansen. ,,Ik schat dat we ongeveer acht miljoen pagina's opnemen. Dat is 14 procent van het totaal. Als de pagina's in de computer zitten, worden ze met behulp van software leesbaar gemaakt. Daarvan wordt een index gemaakt, waarna de gebruikers met behulp van zoekwoorden in de teksten kunnen zoeken. Het woord dat je zoekt, licht dan op in de tekst.''

De Koninklijke Bibliotheek heeft voor het project begin dit jaar subsidie gekregen van het Innovatieplatform. De regering heeft het platform drie jaar geleden opgericht om de 'vernieuwingskracht' van Nederland te versterken. Op die manier moet Nederland in 2010 weer een van de koplopers zijn in de Europese kenniseconomie. Nederland moet een land worden waar ruimte is voor 'uitblinken, ambitie en ondernemerschap van mensen en organisaties', vindt de regering. Minister-president Balkenende is voorzitter van het platform.

Het Innovatieplatform had dit jaar honderd miljoen euro te verdelen. De Koninklijke Bibliotheek wist daarvan 12,5 miljoen binnen te halen voor het krantenproject. Een heel bedrag, maar niet genoeg om de hele papierberg te scannen, zegt Jansen. Maar als over vijf jaar het geld op is, is er toch ,,een prachtige bron'' beschikbaar gekomen voor allerlei wetenschappers. ,,Iedereen die ik sprak, raakte enthousiast, ook in disciplines waar ik nog nooit aan gedacht had, zoals psycholinguďsten en taalwetenschappers.''

De Koninklijke Bibliotheek scant kranten tot en met de edities van 1995. Vanaf dat jaar zijn bijna alle kranten zelf begonnen met het digitaal beschikbaar maken van hun producten. ,,Dat geldt ook voor bijvoorbeeld het Nederlands Dagblad. Die krant scannen wij in vanaf 1967. Tenminste, als de beheerstichting van de krant ermee akkoord gaat. Volgens de huidige wetten, behoudt een journalist het auteursrecht op zijn artikelen tot zeventig jaar na zijn dood. Ik schat dat we in totaal te maken hebben met twee miljoen auteurs. Als kranten en hun eigenaren aan het auteursrecht vasthouden, kunnen we wel stoppen. Maar ik verwacht dat ze medewerking verlenen, te meer omdat wij elke krant hun gedigitaliseerde versie aanbieden. Ze kunnen die dan zelf ook gebruiken, en ermee doen wat ze willen. Ze kunnen er bijvoorbeeld een commercieel product van maken via hun website. Al hoop ik natuurlijk dat iedereen naar onze site komt om de kranten te lezen.''

Dagblad De Telegraaf doet niet mee aan het project, omdat die krant zelf al zijn edities digitaal gemaakt heeft. ,,We willen graag compleet zijn en gaan daarom onderhandelen met De Telegraaf om hun gegevens ook op onze site te hebben.'

Voordat de Koninklijke Bibliotheek met het krantenproject begint, moeten eerst de handelingen van de Tweede Kamer nog verwerkt worden. ,,Bij zo'n project en dat van de kranten is het heel belangrijk om alle jaargangen compleet te krijgen. Mensen denken dat ze iets compleet hebben, maar dat is bijna nooit zo. Bij de Kamerstukken gebruiken we vijftien sets overal vandaan om één complete set te maken.''

Over ongeveer twee jaar moeten de eerste resultaten van het krantenproject op het net staan. Rond 2011 is het project voltooid. Wie de kranten via de site van de Koninklijke bibliotheek wil inzien, hoeft niets te betalen. ,,Betalen past in dit geval niet in onze filosofie. We hebben een groot bedrag aan subsidie gekregen van de overheid. De overheid komt aan geld via belastingen. Wie de site gebruikt, heeft dus al betaald.''
http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=76130
pi_40520808
quote:
Pink Karel V onder het mes om doodsoorzaak vast te stellen

door onze correspondent HENK VAN DEN BOOM

5 AUGUSTUS 2006 - BARCELONA - Forensisch onderzoek van de pink van Keizer Karel V door Spaanse wetenschappers heeft uitgewezen dat hij niet alleen gebukt ging onder een ernstige vorm van jicht, maar waarschijnlijk is gestorven aan malaria.
Uit historische geschriften was al langer bekend dat de vorst, die onder meer ook over De Nederlanden regeerde, aan hevige gewrichtspijnen leed. Zodanig zelfs dat hij al op jonge leeftijd zijn eigen brieven niet meer kon schrijven. Hij werd ook regelmatig geveld door zware koortsaanvallen. Een wetenschappelijk bewijs voor zijn kwalen was er tot op heden niet.

De Spaanse wetenschapper, die hun bevindingen hebben beschreven in het gerenommeerde medische blad The New England Journal of Medicine, noemen hun ontdekking ‘spectaculair, zowel in historisch als medisch opzicht’. De ureumkristallen die ze hebben aangetroffen in de gemummificeerde vinger van de in 1558 overleden keizer duiden onomstotelijk op een zeer ernstige vorm van jicht. De conclusie inzake de malaria staat nog niet helemaal vast, maar de onderzoekers zijn er nu al van overtuigd dat ze resten van de malariaparasiet in het vingerkootje zullen aantreffen.

De man die het onderzoek opzette is de 85-jarige Spaanse medicus en malariaspecialist Julian de Zulueta. Als 17-jarige jongen zag Zulueta, toen hij met zijn ouders in Parijs was, in een krant een foto van een Spaanse soldaat, gearmd met het gemummificeerde lijk van Karel V. ‘Die foto is altijd op mijn netvlies gebleven’, zegt Zulueta. Toen hij later als arts las over de koortsaanvallen van Karel V, vatte hij het idee op om het lijk van de keizer te onderzoeken op malaria. Maar hij kreeg geen toestemming van koning Juan Carlos. Totdat hij twee jaar geleden bij toeval hoorde dat de pink van de keizer na de burgeroorlog niet was herbegraven in de grafkelders van Escorial, zoals de rest van het lichaam. De grafschenners hadden de pink als curiosum verkocht aan een verzamelaar. Na veel omzwervingen is het lichaamsdeel toch weer in Escorial terecht gekomen. Daar werd de pink in een aparte urn bewaard.

Opnieuw diende Zulueta een verzoek in bij de Spaanse koning en dit maal kreeg hij wel toestemming. Samen met een collega reisde hij af naar Escorial. ‘Wij hebben de pink geen moment aangeraakt, maar zagen dat hij in een uitstekende conditie verkeerde.’ In een begrafenisauto werd het keizerlijke kleinood naar een kliniek in Barcelona vervoerd. Hoewel het onderzoek nog niet volledig is afgerond, is de pink inmiddels weer teruggekeerd in Escorial.

Voor de wetenschappers blijft er nog maar één vraag over: is de onderzochte pink wel echt de pink van de keizer? De enige manier om daar achter te komen is de sarcofaag van Karel V te openen, zegt Zulueta. ‘Maar daarvoor hebben we de toestemming nodig van de koning.’
http://www.destentor.nl/buitenlandstn/article551546.ece

[ Bericht 38% gewijzigd door zakjapannertje op 05-08-2006 21:26:38 ]
pi_41042885
quote:
843 tt-EEN 843 ma 21 aug 20:36:49

ERFGOED Vlaanderen (3)
­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­
OORLOGSERFGOED IN INVENTARIS 1914-2014
­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­
Met het oog op de verjaardag van het
uitbreken van de Eerste Wereldoorlog
krijgt het Vlaams Instituut voor het
Onroerend Erfgoed de opdracht om alle
Vlaamse oorlogsrestanten in kaart te
brengen, in de "Inventaris 1914-2014".

Wanneer de inventaris klaar is, zal
nagegaan worden hoe alle restanten het
best beschermd kunnen worden (bescher-
ming als monument, landschap, archeo-
logische zone, stads- of dorpsgezicht).

In een internationale context kan alle
oorlogserfgoed uit België, Nederland en
Frankrijk gebundeld worden en in aan-
merking komen voor werelderfgoed.
quote:
842 tt-EEN 842 ma 21 aug 20:58:06

ERFGOED Vlaanderen (2)
­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­
SCHEEPS- EN ANDERE WRAKKEN ONLINE GEZET
­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­
De overheid heeft nu ook een maritiem
archeologische databank samengesteld.
Op www.maritieme-archeologie.be staan
scheeps-, vliegtuig- en andere wrakken
geregistreerd met foto's en biblio-
grafische referenties.

Van die wrakken zijn er een aantal
geselecteerd die op basis van de wet
van marinebiodiversiteit zouden worden
beschermd. Het gaat in eerste instantie
om scheepswrakken uit de 18-20e eeuw.

Op termijn zouden ook vindplaatsen van
fossiele resten, verdronken neder-
zettingen en vliegtuigwrakken aan de
lijst worden toegevoegd.
't Vliegend Hert, een vergane VOC-schip staat er bv. in
quote:
Zeldzaam portret ontdekt in Londens museum



do 17/08/06 - Een portret van Mary Queen of Scots (1542-1587) is 200 jaar ouder dan eerst aangenomen. Dat blijkt uit analyses van het schilderij. Het portret hangt in de National Portrait Gallery in Londen.

Het museum nam aan dat het dateerde van de 18e eeuw. Uit onderzoek blijkt nu dat het gemaakt is tussen 1560 en 1592.

Dat betekent dat het geschilderd werd tijdens het leven van Mary Stuart of net na haar dood. Het is een van de enige portretten van de koningin uit die periode. De meeste portretten van haar dateren uit de 17e eeuw of later.

Oorspronkelijk was er een ovaal rond het portret geschilderd, maar die werd later weggewerkt, vandaar dat het werk moeilijk te dateren was.

De katholieke Mary Stuart regeerde over Schotland van 1542 tot 1567. Ze was de nicht van de protestantse Elisabeth I van Engeland. Katholieken zagen haar als de rechtmatige erfgename van de Engelse troon.

Elisabeth I beschouwde haar als een concurrente en liet haar opsluiten. Later werd ze geëxecuteerd.
http://www.vrtnieuws.net/(...)ryStuart/index.shtml
  dinsdag 22 augustus 2006 @ 08:19:04 #167
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_41052416
Fotograaf Joe Rosenthal overleden

SAN FRANCISCO - De Amerikaanse fotograaf Joe Rosenthal is zondag op 94-jarige leeftijd overleden in zijn woonplaats Novato in Californië. Dat hebben Amerikaanse media maandag gemeld. Rosenthal was beroemd geworden met een foto van militairen die tijdens de Tweede Wereldoorlog de Amerikaanse vlag planten op het Japanse eiland Iwo Jima.
Rosenthal die de prestigieuze Pulitzerprijs kreeg voor zijn foto, is er vaak van beschuldigd dat hij de vijf commando's en de marineman op 23 februari 1945 had laten poseren voor de opname, maar hij heeft dat zijn hele leven ontkend. Mensen die bij het maken van de foto aanwezig waren, bevestigden dat er niets geposeerds was aan de opname.
Slecht gezichtsvermogen
De fotograaf, die wegens zijn slechte gezichtsvermogen was afgekeurd voor militaire dienst, volgde in opdracht van het persbureau Associated Press de Amerikaanse troepen naar de dodelijke veldslagen op Iwo Jima, waarbij 20.000 Japanners en 6000 Amerikanen sneuvelden.
Naar het voorbeeld van de foto werd in 1954 in Washington een monument geplaatst ter ere van het Amerikaanse korps mariniers. De foto is waarschijnlijk de meest gereproduceerde foto in de Amerikaanse geschiedenis.
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
  woensdag 23 augustus 2006 @ 21:06:01 #168
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_41106698
Bijna honderd jaar oude flessenpost duikt op

Archeologen van de gemeente Nijmegen hebben in het stadscentrum een bijna honderd jaar oude melkfles opgegraven. In de fles zat een briefje. De schrijver van deze flessenpost wilde graag dat de vinder hem en zijn vrienden een "aansichtkaart" zou sturen, zo blijkt uit de perfect bewaard gebleven brief.

De melkfles met beugelsluiting is volgens een woordvoerster van de gemeente afkomstig van de allang opgedoekte melkfabriek Erlecom aan de Barbarossastraat in Nijmegen. Het briefje is op 18 mei 1912 geschreven door Hendr. Gerh. Bionda, die aan de Van Goorstraat in Nijmegen woonde. Bionda gebruikte daarvoor een vulpenhouder (Swan), schrijft hij, terwijl hij "in 't voorste gedeelte van den heerlijken vruchtentuin" zat.

De flessenpost is vrij dicht in de buurt van de Van Goorstraat gevonden.
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
  zaterdag 26 augustus 2006 @ 18:42:42 #169
15080 static
03.09.2006 - 11:35
pi_41201233
quote:
Slot Loevestein besteedt in september en oktober aandacht aan de Eerste Wereldoorlog.

Deze oorlog is in Nederland veel minder bekend dat de Tweede, maar heeft in heel Europa veel invloed gehad. In Loevestein zijn ruim honderd originele persfoto's uit 1914-1918 te zien, waaronder een aantal zeer bijzondere driedimensionale beelden.

Volgens een woordvoerder van Slot Loevestein is de kennis van de gemiddelde Nederlander over de Eerste Wereldoorlog ronduit slecht. Auteur Hans Andriessen, tevens voorzitter van de stichting Studiecentrum Eerste Wereldoorlog, probeert daar op 10 september iets aan te doen met een lezing over onder andere de grote veldslagen bij Ieper, de Somme, Verdun en de Tanneberg.

In België zijn tal van restanten van van die slagvelden te bezoeken.

De expositie duurt van 1 september tot en met 23 oktober.
http://www.slotloevestein.nl/index.htm

Kan helaas geen voorbeelden vinden op de site.
Yvonne riep ergens: [b]Static is gewoon Static, je leeft met hem of niet.
Geen verborgen agenda's, trouw, grote muil, lief hartje, bang voor bloed, scheld FA's graag uit voor lul.[/b]
  zaterdag 26 augustus 2006 @ 23:40:32 #170
15080 static
03.09.2006 - 11:35
pi_41209931
Populair topic.
Yvonne riep ergens: [b]Static is gewoon Static, je leeft met hem of niet.
Geen verborgen agenda's, trouw, grote muil, lief hartje, bang voor bloed, scheld FA's graag uit voor lul.[/b]
  zondag 27 augustus 2006 @ 01:00:37 #171
3155 MeneerTim
de verschrikkelijke.
pi_41212466
Tsja, klinkt erg saai? Ik denk dat je op andere plaatsen beter kennis kan op doen over de Eerste Wereldoorlog. Mocht je dat willen dan, de oorlog schijnt erg langdradig te zijn geweest.
  zondag 27 augustus 2006 @ 15:28:12 #172
120304 descendent1
Ja hoor, heb je hem ook weer..
pi_41224504
quote:
Op zondag 27 augustus 2006 01:00 schreef MeneerTim het volgende:
Tsja, klinkt erg saai? Ik denk dat je op andere plaatsen beter kennis kan op doen over de Eerste Wereldoorlog. Mocht je dat willen dan, de oorlog schijnt erg langdradig te zijn geweest.
Langloopgraverig eerder lijkt me; maar er zijn hele mooie stukken geschreven over o.m het leven in die loopgraven. Zoals Lenteriten van Modris Ekstein!

Maar de kennis over WO I is in nederland echt minimaal; in relatieve tegenstelling tot de kennis over WO II. Maar ja; daar waren 'we' dan ook zelf bij betrokken..
Het beste argument tegen de democratie is een gesprek van 5 minuten met een gemiddelde stemgerechtigde...
Geyl online landjesspel: http://www.fokalliance.com/forum/viewtopic.php?f=16&t=7686
  maandag 4 september 2006 @ 10:33:27 #173
79262 Dwersdriever
Justified Ancient of MuMu
pi_41475823
D-Day bijna verraden

Uit The Times
quote:
Army writer came close to exposing secrets of D-Day
By Michael Evans



A CELEBRATED military writer and strategist was investigated by MI5 during the Second World War because he appeared to have acquired one of the biggest secrets — details of the Normandy landings, four months before they took place.

Captain Basil Liddell Hart, Britain’s leading strategist on tank warfare, who was later knighted, shook the Government and military establishment when they discovered that he even knew the names of the beaches on which thousands of Allied troops were due to land on June 6, 1944.

He delivered his bombshell in the form of a report that he showed to Duncan Sandys, then a junior minister in Winston Churchill’s Government, in March 1944. Other copies were sent to Lord Beaverbrook, then Lord Privy Seal, Sir Stafford Cripps, then Minister of Aircraft Production, and three American generals.

Sandys, who was Churchill’s son-in-law, was not one of the few people in the Government who knew about Operation Overlord but as parliamentary secretary in the Ministry of Supply he had some knowledge of what was brewing and tipped off General Hastings Ismay, deputy secretary to the War Cabinet, about the report.

The repercussions of what appeared to be a serious security breach that could have had fatal consequences had the Germans learnt of the contents of the report are revealed in the files released by the National Archives.

Churchill had to be told. So was General Dwight Eisenhower, Supreme Commander of the Allied Expeditionary Force. MI5 was brought in to try to find out who might have revealed the secrets of Operation Overlord to Liddell Hart.

The investigation came as a surprise to Christopher Andrew, the Cambridge University professor who is the official historian of MI5.

He said: “The most important Allied secret was where the D-Day landings were going to take place. Liddell Hart produced a paper that identified the beaches. I had not the slightest inkling this file existed.”

The military writer was interviewed by General Ismay and a Brigadier Jacob, but Liddell Hart denied he had been given any secrets. He insisted he had worked it all out for himself.


Dat had de geschiedenis een heel stuk kunnen veranderen. Interessant dat dit soort archiefstukken nu naar buiten komt.
We Came A Long Time Ago
Nine Nine Two - But You Did Not Know
  maandag 4 september 2006 @ 10:38:16 #174
79262 Dwersdriever
Justified Ancient of MuMu
pi_41475927
Wellicht ook interessant. Uit The New York Times een verhaal over het schrappen van Mao uit de Chinese geschiedenis.
quote:
HIGH SCHOOL students in Shanghai are learning from a new standard world history text that drops wars, dynasties and communist revolutions in favour of colourful tutorials on economics, technology, social customs and globalisation.

Socialism has been reduced to a single, short chapter in the senior high school history course. Chinese communism before the economic reform that began in 1979 is covered in one sentence. The text mentions Mao Zedong only once - in a chapter on etiquette.

Almost overnight the country's most prosperous schools have shelved the Marxist template that had dominated standard history texts since the 1950s.

Supporters say the overhaul enlivens mandatory history courses for junior and senior high school students and better prepares them for life in the real world. Critics say the textbooks trade one political agenda for another. They do not so much rewrite history as diminish it.

JPMorgan, Bill Gates, the New York Stock Exchange, the space shuttle and Japan's bullet train are all highlighted. Mao's Long March, colonial oppression of China and the Rape of Nanjing are taught only in a compressed history curriculum in junior high.

"Our traditional version of history was focused on ideology and national identity," said Zhu Xueqin, a historian at Shanghai University. "The new history is less ideological, and that suits the political goals of today."

The changes are initially limited to Shanghai, and the textbooks have provoked a lively debate among historians before their full-scale introduction there in the coming school term.

"The junior high textbook castrates history, while the senior high school textbook eliminates it entirely," one Shanghai history teacher wrote in an online discussion. The teacher asked to remain anonymous because he was critcising the education authorities.

Others speculated that the Shanghai textbooks reflected the political viewpoints of China's top leaders, including the former president and Communist Party chief, Jiang Zemin, and his successor, President Hu Jintao.

Some critics say that the new textbooks de-emphasise dynastic change, peasant struggle, ethnic rivalry and war because the leadership does not want people thinking that such things matter a great deal.
China mag dan economisch wel uitgroeien tot een wereldmacht, van al te veel vrijheid is nog altijd geen sprake.
We Came A Long Time Ago
Nine Nine Two - But You Did Not Know
pi_41861243
quote:
'Willem van Oranje was beter militair dan gedacht'

door onze redacteur Aaldert van Soest

AMSTERDAM - Willem van Oranje geniet veel waardering vanwege zijn politieke optreden en religieuze tolerantie. Maar op militair gebied is hij vaak weggezet als een onbenul. Dat is niet terecht, zegt dr. Erik Swart, die deze week promoveerde op een onderzoek naar de opbouw van het Staatse leger. ,,Oranje was een goed militair.'' In mei 1585 landden Hollandse troepen op een dijk boven Antwerpen. Het was een poging om de stad te ontzetten van Spaanse belegering. De Spaanse veldheer Parma sprak vol lof over het optreden van de Staatse troepen. De aanval was minutieus voorbereid en de soldaten vochten zonder angst en op een intelligente manier, oordeelde hij. Dat staat in schril contrast met de mening van veel moderne historici die stellen dat er geen noemenswaardig Staats leger bestond, of dat het in ieder geval een ongeorganiseerde bende was.

Raar eigenlijk, dat de hedendaagse opinie zo sterk verschilt van de visie van een tijdgenoot. De Amsterdamse historicus Erik Swart weidde er een promotieonderzoek aan, waarin hij de organisatie van het landleger van de Nederlandse rebellen tegen Filips II van Spanje onderzocht in de periode van 1568-1590. Zijn onderzoek, getiteld Krijgsvolk, ligt sinds deze week ook in de boekhandel.

Swart stelt dat Willem van Oranje een veel betere militair was dan vaak is verondersteld. Probleem is dat militaire reputatie sinds de negentiende eeuw wordt afgemeten aan beslissende overwinningen in veldslagen. Veel mensen associëren het militaire optreden van Oranje echter met grote nederlagen bij Jemmingen en op de Mookerheide aan het begin van de Nederlandse Opstand. Maar daarmee is volgens Swart niet alles gezegd. ,,Tussen 1572 en 1576 heeft Oranje Holland en Zeeland succesvol verdedigd. Daardoor herstelde zijn militaire reputatie.''

Tijdgenoten keken daarom ook op tegen de militaire reputatie van Oranje. Hij had dezelfde opleiding genoten in zaken van oorlog als alle andere edelen in de zestiende eeuw. Hij nam deel aan toernooien en leerde de theorie uit de klassieken, zegt Swart. Verder ondervond Oranje de harde praktijk van de oorlog in de veldtochten tegen Frankrijk in de jaren 1550. Een portret door Antonie Mor uit 1555 toont een trotse krijgsman met in zijn rechterhand de pas verworven veldheersstaf, symbool van zijn militaire status. Pierre de Brantôme, die Oranje in 1569 persoonlijk had ontmoet, nam hem zelfs op in zijn boek met levensbeschrijvingen van 'grote officieren'.

Discipline
De verguizing van Willem van Oranje als militair is volgens Swart voor een deel te wijten aan de grote aandacht voor de militaire hervormingen onder zijn zoon Maurits. Het belang dat daaraan wordt gehecht, is echter overdreven, zegt de Amsterdamse historicus. ,,Maurits bouwt voort op de hervormingen die al eerder zijn gestart, zoals de militaire rechtspraak en een beter gebruik van vuurwapens. Onder Maurits veranderde er helemaal niet zoveel meer.''

Eén van de belangrijkste verdiensten van Oranje was de invoering van meer discipline onder de soldaten. Dat was cruciaal om de steun van de steden te behouden. Wanneer de Staatse troepen zich nog meer zouden misdragen dan de Spaanse, kon een stadsbestuur maar zo besluiten weer van de Prins over te stappen naar koning Filips. Oranje drong daarom bij officieren aan op respect voor de Staten van Holland en bijvoorbeeld ook voor de rooms-katholieke bevolking. Swart: ,,Een geuzenkapitein als Lumey van der Marck, die bekend staat om de moord op zestien Gorcumse monniken, stuurde hij daarom meteen de laan uit.''

Voor het doorvoeren van meer discipline was voor Oranje vooral het aantrekken van de juiste edelen en kapiteins van belang. Zij waren namelijk verantwoordelijk voor het werven en aansturen van soldaten. Ze kregen daarvoor een aanstelling en geld van de Staten. ,,Vaak ging het gewoon zo dat ze de boer op gingen door op trommels te slaan en om te roepen dat er soldaten werden gezocht'', zegt Swart. ,,Oranje gooide de slechte kapiteins eruit en trok andere aan. Eén van zijn ideale bevelhebbers was Diederik Sonoy, die zijn mannen zelfs strafte als ze bijvoorbeeld eieren hadden gestolen.''

Professioneel
Ten tijde van Oranje werden maatregelen genomen om de inkwartiering van soldaten aanvaardbaar te maken, zoals de invoering van een financiële bijdrage voor mensen bij wie soldaten waren ingekwartierd. De maatregelen waren nodig vanwege het grootschalige wangedrag van de soldaten. Ook de militaire rechtspraak werd aangepast, zodat de soldaten daar zelf geen invloed meer op hadden. Swart: ,,De opstandige Nederlanden liepen voorop in de meeste van deze ontwikkelingen. De burgers van de koningsgetrouwe en heroverde Nederlanden en die van Duitsland en Frankrijk klaagden in de zestiende eeuw eveneens over zaken als de inkwartiering en het wangedrag van de soldaten, maar concreet resultaat had dit pas veel later.''

Het Staatse leger werd niet alleen steeds gedisciplineerder, het werd ook professioneler. Een van de centrale militaire praktische problemen in de zestiende eeuw was het gebruik van nieuwe handvuurwapens. Tientallen jaren experimenteerden soldaten ermee en zochten officieren naar de tactiek die het effect ervan zo groot mogelijk maakte. Het bleek het beste te kunnen door middel van 'salvovuur', waarbij op commando een aantal soldaten tegelijk vuurde. Onder invloed van Willem van Oranje namen de Staatse soldaten hierin de nieuwste inzichten en ervaringen van de hugenoten over, zegt Swart.

Genie
Al met al was het succes van de Nederlandse Opstand niet alleen te danken aan het falende beleid van Filips II, maar ook aan het goed georganiseerde verzet van de rebellen. En die goede organisatie is niet alleen toe te schrijven aan prins Maurits, maar niet minder aan zijn vader. Maurits profiteerde van het feit dat de situatie in de opstandige gewesten na 1588 stabiliseerde. De Staten van Holland kregen de betaling van de soldaten steeds meer op orde, zodat deze minder reden hadden tot muiterij. Maar de eer die Maurits altijd is toegeschreven in het hervormen van het leger is volgens Swart overdreven. Voor zover er hervormingen plaatsvonden, bouwden deze voort op ontwikkelingen die eerder in gang waren gezet.

Het is dan ook helemaal niet verwonderlijk dat Willem van Oranje onder zijn eigen tijdgenoten een goede militaire reputatie had, zegt Swart. ,,Een militair genie was hij dan misschien niet, maar hij was wel competent en had grote kennis en veel ervaring op het gebied van krijgszaken.'' Typerend is de tekst bij een rond 1590 in Wenen uitgegeven soldatenprent:

Der Printz von Oranien hat

Die Spanisch Kunigliche gnad,

Etlich mal geschlagen im Feldt
http://www.nd.nl/document.aspx?document=nd_artikel&vorigDocument=&id=78310
pi_41865392
quote:
Zeven eeuwen Oude Kerk verborgen in hartje Amsterdam

door Eric Wendel

AMSTERDAM - De Oude Kerk in hartje Amsterdam, midden op de Wallen en nog steeds in gebruik bij protestanten, bestaat zeven eeuwen. De bisschop van Utrecht, Guy d'Avesnes, wijdde de kerk in op 17 september 1306.Het is het oudste gebouw van Amsterdam. Het is de kerk met het grootste middeleeuwse houten dak in Europa. Het is het meest authentieke bouwwerk in de hoofdstad, zonder een grammetje beton. Het monument heeft een veel bewonderde akoestiek. En de kerk is als enige in Amsterdam bijna elke dag open, zeven dagen per week. Dan is het toch een tikkeltje jammer dat een lid van het Koninklijk Huis vandaag niet langskomt bij het feest voor het 700-jarig bestaan van ,,de grootste en best bewaarde middeleeuwse kerk van Amsterdam'', vindt directeur Herbert van Hasselt.

Rond 1250 begonnen timmerlieden met de bouw van wat toen nog een klein houten kapelletje was. ,,De bouw heeft toen vierhonderd jaar geduurd'', aldus Van Hasselt. ,,Vijftien generaties steenhouwers en timmerlieden hebben er die eeuwen steeds weer wat aan geplakt. Hierdoor zie je wel tien verschillende bouwstijlen.''

Volgens de bevlogen directeur is het resultaat ,,Noord-Nederlandse baksteengothiek''. Anders dan bij de monumentale kerken in Zuid-Europa, zijn er in Amsterdam huisjes tegenaan geplakt, om te verhuren. Ook rondom staan huizen dicht tegen het gebouw aan. Daar staan nu vooral prostituees achter de ramen, die lonken naar toeristen.

De meeste prostituees zal het jubileum weinig kunnen schelen, ook al zijn ze van harte welkom. ,,Op een enkeling na, hebben de dames niets met de kerk.'' Daarentegen wordt het bouwwerk wel steeds populairder bij buitenlandse toeristen. ,,Tegen de trend in stijgen bij ons de bezoekersaantallen. Het gebouw werkt als een magneet. De aantrekkingskracht is het bestaan van ruwe schoonheid.''

De 'Huiskamer van de Stad' in de rumoerige buurt valt binnen op door de leegte en de weldadige stilte. De kerk heeft drie befaamde eeuwenoude orgels en is bekend om de immense vloer van stenen grafzerken, waar meer dan tienduizend beroemde, beruchte en heel gewone Amsterdammers begraven liggen. ,,Hier liggen 35 generaties, met alle soorten beroepen die de stad hebben gemaakt.''

Het meest bezochte graf is dat van Saskia van Uylenburgh. De echtgenote van Rembrandt van Rijn vond hier in 1642 haar laatste rustplaats. Rembrandt en Saskia waren acht jaar eerder ook getrouwd in de Oude Kerk, nadat ze elkaar op 9 maart om negen over half negen voor het eerst in de ogen hadden gekeken. Elke ochtend van 9 maart schijnt er op dat tijdstip een zonnestraal op Saskia's graf, luidt een van de wonderen van de kerk.

Akoestiek
Ook bekende zeehelden en de voorouders van biermagnaat Freddy Heineken liggen in de kerk begraven, maar de belangrijkste begraven dode is volgens Van Hasselt toch Jan Pieterszoon Sweelinck, componist, klavecinist en organist in de Oude Kerk van 1577 tot 1621. ,,Ook zijn vader en zoon bespeelden het orgel, gedurende de hele tachtigjarige oorlog. Sweelinck is een icoon, alleen weten veel mensen in Nederland dat niet meer.''

Organisten weten de kerk hierom te vinden, maar Amsterdammers komen amper langs de ,,allermooiste Wallenschone. Het is de meest verborgen plek van de hoofdstad, en het is uit de hoofden en harten van de Amsterdammers verdwenen'', aldus Van Hasselt. Na het feest komt de Stichting De Oude Kerk daarom met een nieuw project: een werkboek over het monument voor Amsterdamse basisschoolleerlingen. ,,Als de kinderen komen, komen de ouders ook'', denkt de directeur.

Met meer bezoekers krijgt de Oude Kerk ook meer geld binnen, en dat is hard nodig sinds een door Amsterdamse burgers opgerichte stichting in 1955 het eigendom overnam van de Nederlandse Hervormde Gemeente. Het reusachtige houten dak dreigde toen in te storten. Particulieren, bedrijven en de overheid brachten het geld bijeen voor een restauratie die dertig jaar zou duren.

Voor meer inkomsten biedt de stichting de ruimte nu noodgedwongen aan voor congressen, diners en recepties. ,,Dat je kunt zeggen tegen mensen die zitten te dineren: u zit op zeven leden van de familie Vondel.'' Soms ontvangt de kerk subsidie van de overheid, maar dat is niet genoeg om het monument open te houden. Zo is eind dit jaar het uit 1724 daterende grote orgel toe aan een restauratiebeurt, waar de stichting nog steeds geld voor zoekt.

Met het feest hoopt Van Hasselt op meer betrokkenheid van de gemeente. De aanwezigheid van cultuurwethouder Carolien Gehrels is volgens hem een begin om bestuurders bij het monument te betrekken. ,,Alle bestuurders van Amsterdam zouden eigenlijk verplicht 'een dagje op de hei' moeten doorbrengen in de Oude Kerk. Het omspant de geschiedenis van de hoofdstad, Nederland en Europa. Je ziet de reactie als er soms een minister langskomt: bij het betreden van de Oude Kerk vallen de schellen van zijn ogen.''

ANP
http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=78308
pi_41888994
quote:
The Dutch are the world's tallest people

By ARTHUR MAX, Associated Press Writer Fri Sep 15, 5:25 PM ET

AMSTERDAM, Netherlands - Most of us are taller than our parents, who probably are taller than their parents. But in the Netherlands, the generational progression has reached new heights.

In the last 150 years, the Dutch have become the tallest people on Earth — and experts say they're still getting bigger. It is a tale of a nation's health and wealth.

Prosperity propelled the collective growth spurt that began in the mid-1800s and was only interrupted during the harsh years of the Nazi occupation in the 1940s — when average heights actually declined.

With their protein-rich diet and a national health service that pampers infants, the Dutch are standing taller than ever. The average Dutchman stands just over 6 feet, while women average nearly 5-foot-7.

Ask Pieter Gijselaar about the problems of the very tall.

At more than 6-feet-10 1/2, he spends a lot of time ducking through doorways and guarding against minor head injuries. In an economy-class airline seat, he only fits in the emergency exit row. He had to have the seat of his Volkswagen Golf specially fitted and blocks put under the legs to raise his office desk.

But Gijselaar, a 28-year-old real estate agent, says he has it easier than his father, who is 6-foot-5.

"Buying clothes and shoes is not a problem anymore. You can always find stores that sell large sizes," he said. "But it's not cheap. I don't get any discounts off the rack."

Though people tend to stare, Gijselaar says being head, shoulders and trunk above everyone else makes an impression. "People don't forget me. If you meet me a year from now, you'll remember who I am."

The Dutch were not noted for their height until recently. It was only in the 1950s that they passed the Americans, who stood tallest for most of the last 200 years, said John Komlos, a leading expert on the subject who is professor of economic history at the University of Munich in Germany. He said the United States has now fallen behind Denmark.

Many Dutch are much taller than average. So many, in fact, that four years ago the government adjusted building codes to raise the standards for door frames and ceilings. Doors must now be 7-feet, 6 1/2-inches high.

For years, the Dutch national air carrier had an agreement with the Tall People's Club to give preference to club members for front seats with extra leg room. The airline scrapped the deal last year because of complaints of discrimination by more normal-sized people, club spokesman Paul van Sprundel said.

Though that was a setback, the national railway did ask the club to try out seats for new railway cars.

"More and more people are becoming aware of our needs," Van Sprundel said.

The club has a membership of 2,000 individuals and families, or about 4,500 people including children. But Van Sprundel said the requirements are minimal, to conform with similar clubs in other countries — about 6-foot-3 for men and 5-foot-11 for women.

By those standards, he estimates about 800,000 people would qualify in this country of 16 million.

It wasn't always this way.

In 1848, one man out of four was rejected by the Dutch military because he was shorter than 5-foot-2. Today, fewer than one in 1,000 is that short.

George Maat, an anthropologist at Leiden University Medical Center, cites a study done in 1861 correlating the height of conscripts to the availability and price of rye, then the main food crop. One year after a poor crop, the number of men rejected as too short shot up.

Height appears to come naturally with the territory. Two thousand years ago, the men of the Low Countries stood about 5-foot-9 — tall for the age — and were enlisted as guards for the Roman emperor, Maat said.

Average heights declined over the next 1,800 years as food supply failed to keep pace with population growth and people moved into disease-ridden cities, said Maat. He spoke from his office, cluttered with leg bones and skulls, overlooking a grassy quadrangle that is the burial site of thousands killed by plague in 1635.

Even during the 17th century, when Amsterdam was the world's richest city, wealth was concentrated in the hands of a few merchants and average height did not increase.

It took until World War I for the Dutch to regain the 4 inches they lost over two millennia.

As lifestyles improve, Maat said the average height of a Dutch man could reach 6-foot-3 within 50 years. The influx of immigrants from North Africa may slow the growth rate, but their descendants could catch up in a few generations.

But wealth doesn't explain everything. Scandinavians, who are among the world's tallest people at 6 feet, are not getting taller on average, apparently hitting their genetic glass ceiling.

"With better food, Pygmies will increase in height, but you will never make Dutchmen out of them. It's just not there in the genes," Maat said.

"Since we are still on the move, we don't know where it's going to end," he said. "It's upward, yes, but how far upward we don't know."
http://news.yahoo.com/s/a(...)lands_tallest_people
  vrijdag 29 september 2006 @ 08:00:04 #178
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_42223900
Massagraf in Duitsland gevonden

Radionieuws meldt deze ochtend, dat er op het kerkhof van een stad in Duitsland een massagraf gevonden is uit de nazi-tijd. Het graf bevat waarschijnlijk de lichamen van geestelijk gehandicapten (vooral kinderen) die omgekomen zijn in medische experimenten tijdens het Derde Rijk.

De FP meldt:

In het West-Duitse Menden-Barge is een massagraf ontdekt. De autoriteiten vermoeden dat het om slachtoffers van het naziregime gaat.

Donderdagmiddag waren negentien lijken geborgen uit het graf aan de rand van een kerkhof: zeventien jonge kinderen en twee volwassenen. Een lijk vertoonde sporen van amputatie. Op de slachtoffers zijn mogelijk medische experimenten uitgevoerd in het kader van het nationaalsocialistische project om leven te vernietigen dat als minderwaardig werd beschouwd, zoals gehandicapten.

In de buurt van het kerkhof bevond zich een ziekenhuis, waarin dergelijke experimenten zouden zijn uitgevoerd. Zeker twee kinderen uit het graf waren gehandicapt. De speurtocht naar het massagraf begon na een reeks geruchten en verklaringen van getuigen, meldde de Duitse televisie.
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
  vrijdag 29 september 2006 @ 08:08:57 #179
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_42223963
Kompas Britse woestijnheld tonnen waard

Het kompas dat de Britse oorlogsheld Lawrence of Arabia door de woestijn leidde, heeft samen met zijn goedkope horloge en sigarettenkoker tijdens een veiling in Londen ruim 390.000 euro opgebracht. Het veilinghuis Christie's had de memorabilia getaxeerd op 'maar' 24.000 euro.

De mythe van de woestijnheld was een anonieme bieder echter veel meer waard, meldde The Guardian donderdag. Lawrence of Arabia kreeg internationale bekendheid door zijn rol als Britse verbindingsofficier tijdens de Arabische revolutie van 1916 tot 1918. Arabieren beschouwen hem nog altijd als volksheld, omdat hij hen steunde in hun strijd tegen de Ottomanen en de Europeanen.

(FP)

De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
pi_42611684
quote:
Bunschoten krijgt palendijk terug

van onze redactie binnenland

BUNSCHOTEN - Bunschoten krijgt een oude palendijk van 75 meter lengte terug. Waterschap Vallei & Eem start dit najaar met de reconstructie, die circa 200.000 euro gaat kosten. Palendijken lagen tussen de 15e en 18e eeuw overal langs de Zuiderzeekust. Met de herbouw wil het waterschap een stuk geschiedenis van het waterbeheer in de Eempolder doen herleven. De palendijk komt te liggen op de hoek van de Westdijk bij Eemdijk. De werkzaamheden zijn naar verwachting aan het eind van de winter klaar.

Het waterschap over de oorspronkelijke noodzaak van een palendijk: ,,Rond de vijftiende eeuw zijn er eerst dijken aangelegd om het achterliggende land te beschermen tegen overstromingen. Deze dijken braken geregeld door. Om de dijken beter te beschermen, werden ze aan de zeezijde bekleed met een pakket zeegras of zeewier. Daarvoor stond een rij zware bijna verticaal geplaatste palen: een palendijk. De palen waren aan de bovenzijde gekoppeld met gordingen en deze waren vervolgens weer bevestigd aan de zeedijk.''

De zogeheten paalworm luidde echter het einde in van de palendijken. Deze exoot was als schelpdier meegekomen van de houten Nederlandse schepen die in de tropen hadden gevaren. Rond 1730 ontdekte men dat de paalworm grote schade aanrichtte aan de palendijken. Vanaf die tijd werden de dijken aan de zeezijde bekleed met een grote stenen. Bij Bunschoten werd een gedeelte van de oude palendijk vervangen door een nieuwe dijk die verder landinwaarts kwam te liggen. De oude palendijk werd niet meer opgeknapt en verdween uiteindelijk in de golven.

De aanleg van de palendijk gebeurt in samenwerking met het Nationaal Landschap Arkemheen-Eemland, de gemeente Bunschoten en drinkwaterbedrijf Vitens.
http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=79678
pi_42907373
tvp
  vrijdag 3 november 2006 @ 11:41:34 #182
10409 Alecks
Pakjespiet
pi_43200169
http://news.yahoo.com/s/afp/20061030/od_afp/swedenarchaeology
quote:
Viking riches found in Sweden

Mon Oct 30, 4:07 PM ET



STOCKHOLM (AFP) - Swedish experts have confirmed the finding of over 1,000 Viking-era silver coins after their chance discovery by two brothers on the Swedish island of Gotland.

The treasure was believed to have been buried in the 10th century and weighed about 3 kilos (7 pounds), local curator Majvor Ostergren told the TT news agency.

Edvin Sandborg, 20, and his 17-year-old brother Arvid dug up more than 100 coins on Monday last week, while helping their neighbour with his garden.

"Completely by accident I found an Arabic silver coin that's about 1,100 years old," Edvin Sandborg told TT.

The brothers contacted the local council and archaeologists are now close to completing their excavation of the site, TT said.

Most of the coins were recovered in relatively good condition.

The two brothers were in line for a finder's fee from the government, although the precise amount of the reward was not yet known, officials said.

Over 700 Viking treasure troves have been found on the island of Gotland, which lies off Sweden's east coast.

The world's largest known Viking hoard was found on the island in 1997. The find included coins and jewelry, amounting to about 65 kilos (143 pounds) of silver and 20 kilos (44 pounds) of bronze. The government awarded the finder 2.1 million kronor (290,00 dollars, 228,000 euros), TT said.


AFP/Scanpix Photo: A handful of Arabic 10th century silver coins found by brothers Arvid and Edvin Sandborg...
Commentaar van een kennis van me: "Detectoramateur zijn daar, dat moet een hele saaie hobby zijn: zet dat
apparaat aan: pieeeep... weer een klomp zilver. "
Time's fun when you're having flies - Kermit the Frog
pi_43309428
quote:
Israël heeft recht op stukje Libanon
door Simone Korkus/ Israël

De archeoloog en historicus Meir Ben-Dov heeft in oude archieven het bewijs gevonden: Israëlische boeren zijn al honderd jaar eigenaar van 400 hectaren grond in Libanon. In zijn binnenkort te publiceren boek History of the village of Metula geeft hij een oplossing voor een slepend Israëlisch-Libanees grensconflict.

In 1893 kocht de Franse bankierszoon van Joodse komaf Edmond de Rothschild een lap grond in het Ottomaanse rijk in de Ayoun vallei - een vallei die nu deel uitmaakt van Libanon. Hij verkocht deze grond aan Joodse boeren van het nabijgelegen dorpje Metula, nu in Israël gelegen. Rothschild was voorstander van een Joodse staat en wilde zoveel mogelijk grond voor Joodse kolonisten verwerven.

Na de overwinning op de Turken in 1918 werd het gebied opgedeeld in Palestina onder Brits mandaat en Libanon plus Syrië onder Frans mandaat. De Engelsen en Fransen wilden de grens tussen de mandaten duidelijk vastleggen en nodigden in 1923 de moektars (burgemeesters) van alle grensdorpjes uit voor overleg. Daarbij vergat men de Joodse moektar van Metula uit te nodigen.

Daarmee begon volgens Ben-Dov de ellende: '400 hectare land van de boeren van Metula kwam aan de andere kant van de grens, in het Franse mandaat, terecht.' Zodra de Britten en de Fransen de onrechtvaardigheid van hun beslissing inzagen, gaven zij de Joodse boeren laissez-passers (reispasjes) om hun grond te bewerken. Deze situatie bleef ook na de oprichting in 1947 van Libanon en Israël bestaan.

Ben-Dov: 'In 1951 kwam daar verandering in. De Verenigde Staten legden een oliepijpleiding van Saudi-Arabië naar Libanon aan, over de grond van de Joodse boeren, en zij verboden de Israëliërs om in Libanon te komen. Dat zou te gevaarlijk zijn. Israël accepteerde dat besluit.' Compensatie hebben de boeren nooit ontvangen. Maar de oorspronkelijke eigendomsdocumenten die Ben-Dov vond, bewijzen dat zij - of hun nazaten - nog steeds eigenaar zijn. Volgens Ben Dov kan het probleem nu eenvoudig worden opgelost.

Er wordt tussen Israël, Libanon en de Libanese Hezbollah nog geruzied over een ander stuk grond aan de grens. Volgens Hezbollah bezet Israël de Shebaa boerderijen - een klein gebied op de grens tussen Libanon en de Golanhoogten. Dit stuk land is een van de oorzaken voor het aanhoudende conflict. 'De vredesonderhandelingen tussen Israël en Libanon zijn een uitstekende aanleiding om onrechtvaardigheden uit het verleden recht te zetten en de grens te herzien,' meent Ben-Dov. 'Libanon krijgt de Shebaa-boerderijen terug, en het land van de boeren van Metula wordt eindelijk Israëlisch.'
Bron: Historisch Nieuwsblad
All those moments will be lost, like tears in rain... Time to die.
pi_43312023
Kijk is aan, dit bericht is gepost op de FP ! 'Israël heeft recht op stukje Libanon'

Heel goed, geen standaart ANP berichtje maar een goed item dat je verder nergens eerder hebt gezien.
All those moments will be lost, like tears in rain... Time to die.
  zondag 12 november 2006 @ 00:27:50 #185
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_43466787
Van de FP (helaas geen bronvermelding):
quote:
Japanse en Peruaanse archeologen hebben de mogelijk oudste tempel van de Amerikaanse continenten blootgelegd. Las Shicras, zoals de tempel heet, ligt 120 kilometer ten noorden van de Peruaanse hoofdstad Lima en is bijna 5000 jaar oud. Dat hebben Zuid-Amerikaanse media gemeld.

De tempel is in 2003 ontdekt. In juni 2006 zijn archeologen begonnen met het opgraven van het complex. De tempel lijkt vooralsnog acht verdiepingen te tellen. De Peruaanse archeoloog Walter Tosso vindt de nieuwe ontdekking van groot belang voor het onderzoek naar vroege culturen in het gebied. Het gaat daarbij om culturen die daar leefden voordat latere beschavingen als de Chavín, de Mochica's en de Inca's het gebied zouden domineren. Er is volgens Tosso nog zeker tien jaar onderzoek nodig om een beter beeld te krijgen van de geschiedenis van Las Shicras.

Tosso denkt dat de tempel misschien wel ouder is dan het archeologische complex Caral. Caral geldt vooralsnog als belangrijkste nederzetting van het pre-Columbiaanse tijdperk. Caral ligt zeventig kilometer noordelijker in Peru dan Las Shicras.
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
pi_43527082
met de nieuwste versie van Google Earth kan je ook oude landkaarten bekijken, bv. de stad New York in 1836, met een toen nog grotendeels onbebouwd Manhattan, zie voor meer en hoe je er aan komt http://blogs.zdnet.com/Google/?p=387
  maandag 20 november 2006 @ 16:22:24 #187
66444 Lord_Vetinari
Si non confectus non reficiat
pi_43720107
Van de FP:
quote:
Op de muur van het Maritiem Museum in Rotterdam hebben onbekenden in de nacht van zaterdag op zondag een tekst geschreven die verwijst naar wandaden begaan uit naam van de VOC.

Het gaat over het ombrengen van zeker 14.000 bewoners van de Indonesische Banda-eilanden door Jan Pieterszoon Coen in 1621.

Het museum legt een verband tussen de bekladding en de expositie van VOC-kaarten, die vrijdag is geopend, zei een woordvoerder maandag. Volgens hem speelt ook het feit mee dat premier Jan Peter Balkenende een aantal weken geleden in de Tweede Kamer de VOC-mentaliteit tijdens de Gouden Eeuw roemde. Dt leidde vooral in Surinaamse kring tot boosheid.
Te maf voor woorden
De pessimist ziet het duister in de tunnel
De optimist ziet het licht aan het eind van de tunnel
De realist ziet de trein komen
De machinist ziet drie idioten in het spoor staan....
pi_44020733
quote:
Keizers in crisis

28 november 2006

Romeinse keizers moesten in de derde eeuw ingrijpende hervormingen doorvoeren. Om hun machtspositie in deze onrustige periode te behouden, ontwikkelden zij een keizerlijke ideologie. Daarbij beriepen zij zich steeds meer op hun dynastieke en goddelijke positie, stelt NWO-onderzoeker Janneke de Jong. Aan de hand van Griekse papyrusteksten onderzocht zij hoe de Romeinse keizerlijke macht werd gepresenteerd en ontvangen in Egypte, destijds een Romeinse provincie. De Jong promoveert op 20 december aan de Radboud Universiteit.

De Jong analyseerde ongeveer tweehonderd Griekse papyrusteksten uit een digitaal bestand met 4.500 documenten. Voorbeelden zijn edicten, contracten, petities, bestuurlijke correspondentie en volkstellingsdocumenten. Het Grieks was in de derde eeuw de bestuurlijke voertaal in het oostelijke deel van het Romeinse Rijk. Veel oude teksten zijn gedateerd aan de hand van de regeringsjaren van de zittende keizer, naar wie werd verwezen met naam en/of titels. De Jong bespeurt in die titulatuur een verschuiving in de wijze van legitimatie. Zo benadrukten de keizers steeds meer hun dynastieke positie door verwijzingen naar hun zoons en toekomstige troonopvolgers in de titulatuur te laten opnemen. Ook beriepen zij zich in toenemende mate op goddelijke steun.

Goede en slechte keizers

'Goede' keizers werden in de titulatuur vergoddelijkt (consecratio), aangeduid met de toevoeging 'god'. 'Slechte' keizers werden uit de herinnering verbannen (damnatio memoriae), wat betekende dat hun naam en titels uit documenten moesten worden geschrapt en hun afbeeldingen vernietigd. Sommige keizers hebben volgens De Jong daarvan gebruik gemaakt om hun machtspositie te versterken.
Crisis en transformatie

De teksten weerspiegelen volgens De Jong een ontwikkeling in de keizerlijke ideologie, die een reactie was op andere gebeurtenissen in het Romeinse Rijk. De derde eeuw was een periode van crisis en transformatie in de geschiedenis van het rijk. De grenzen werden bedreigd en er waren spanningen op monetair, sociaal en economisch en religieus gebied. Vooral in de tweede helft van de derde eeuw volgden keizers elkaar snel op tijdens burgeroorlogen en opstanden.

Met keizer Diocletianus, die in 284 aan de macht kwam, leek de rust enigszins weer te keren. Diocletianus en zijn opvolgers voerden allerlei hervormingen door, onder meer in het bestuur en het leger. Daarbij moest elke keizer opnieuw zijn machtspositie legitimeren en laten zien dat hij de juiste man op de juiste plaats was. Al vanaf Augustus, de eerste keizer, maakten Romeinse keizers bij de presentatie van hun machtspositie gebruik van dynastieke, militaire en religieuze legitimatie. Vanaf Diocletianus kreeg het keizerschap duidelijk een ander karakter: de keizer werd meer een absoluut vorst, die bij gratie Gods regeerde. Dat verklaart volgens De Jong de verandering in de presentatie van het keizerschap.
http://www.nwo.nl/nwohome.nsf/pages/NWOA_6VYBC3?Opendocument
pi_44025819
quote:
Je naam vertelt of je voorouder vondeling was

Brussel - Plaats en tijdstip van de vondst zijn al jaren inspiratiebron voor de naam van de vondeling. Albert Van Den Durpele werd op de dorpel van de kerk gevonden, Marcel Van Den Bossche aan de rand van het bos en Augustus Blanckaert in de zomer.
Het aantal vondelingen was in België het grootst in het begin van de negentiende eeuw: meer dan 9.000 kinderen elk jaar. ,,Belgen inspireerden zich vroeger vooral op plaatsnamen voor de naamgeving, terwijl de Nederlanders creatiever waren en namen zochten in wat ze die dag voorgeschoteld kregen op tafel. Vandaar Cornelia Ansjovis, Dirkje Eijerkoek en Nicholaas Ossentong", verduidelijkt Carine Steverlynck, doctor in de pedagogische wetenschappen.

Ten tijde van Napoleon had elke grote stad een vondelingenschuif. ,,In die gevallen zochten ze soms inspiratie in de kledij die ze droegen. Veel vondelingen droegen heel mooie kledij. Maar er zijn ook gevallen bekend waarbij de moeder een briefje achter liet met de naam", zegt Steverlynck.

Soms gebeurde het ook dat men namen gaf in functie van het tijdstip: Julie voor een meisje, Augustus voor een jongen.

Vroeger werden baby's vooral in de winter te vondeling gelegd, wanneer arme gezinnen het nog moeilijker hadden. ,,Het waren vaak bastaarden of arme kinderen die scheef bekeken werden en die ze zo rap mogelijk op het platteland probeerden te krijgen om de stiel te leren.'' (bjm)
http://www.hetvolk.be/Article/Detail.aspx?articleID=GBB152V88
pi_44051503
quote:
Britain 'planned to cut off Nile'

Britain drew up plans to cut the flow of the River Nile to Egypt to force President Gamal Abdel Nasser to give up the Suez Canal in 1956, files reveal.

Military officials believed they could harm agriculture and cut communications by reducing the flow of water, newly-released documents show.

The plan was outlined to Prime Minister Anthony Eden six weeks before British and French forces invaded Egypt.

But it was abandoned because of fears it would trigger a violent backlash.

Under the plan, Britain would have used a dam in Uganda to reduce water levels in the White Nile by seven-eighths.

But planners realised that the scheme would take months to work, and could also harm other states such as Kenya and Uganda.

One British official noted that the plan, while unworkable, could still be useful.

"It might be possible to spread the word among the more illiterate Egyptians that 'unless Nasser climbs down, Britain will cut off the Nile'," Cabinet official John Hunt was revealed to have said.

'No legal justification'

The Suez crisis was triggered in July 1956 when the Egyptian president nationalised the Suez Canal, a vital trading route from the Mediterranean to the Red Sea.

Map of Egypt

Britain and France joined forces with Israel and the three nations attacked in October 1956 in a bid to regain control of the canal, but US and UN pressure forced a withdrawal.

The documents, released to the National Archives in Kew, also show the prime minister was urged to conceal the fact that his attorney-general had warned that the invasion was illegal.

At the time, UK lawmakers were claiming that the action was legal.

But Attorney General Sir Reginald Manningham-Buller - father of current MI5 head Dame Eliza Manningham-Buller - wrote a strong letter challenging this.

"I am unable to devise any argument which could purport to justify in international law either our demand that she [Egypt]... should withdraw her forces from a part of her own territory which she is engaged in defending, or the threat to occupy her territory by armed forces should she fail to accede that demand," he wrote.

Then-Cabinet Secretary Sir Norman Brooks told the prime minister that he should not raise the issue of the war's legality in future speeches.

The Suez crisis damaged Sir Anthony's reputation and led to his resignation in 1957.
http://news.bbc.co.uk/2/hi/uk_news/6197002.stm
pi_44603382
quote:
Isabel Allende: Chile under the gun

How did Chile's generals manage to overthrow a democratic government and maintain their brutal junta for 17 years? For novelist Isabel Allende, a close relative of the flawed but idealistic man Augusto Pinochet swept from power, the pain of confronting these questions is acute. As the death of the dictator closes a grim chapter in her nation's history, she describes what living through it was like - and the joy of seeing her homeland heal itself
Published: 12 December 2006

To give an idea of what the military coup was like, you have to imagine how a citizen of the United States or Great Britain would feel if the army rolled up in full battle gear to attack the White House or Buckingham Palace, and in the process caused the deaths of thousands of citizens, among them the President of the US or the Queen and Prime Minister of Great Britain, then indefinitely suspended Congress or Parliament, disbanded the Supreme Court, abrogated individual liberties and political parties, declared absolute censorship of the media, and finally, over time, strove mercilessly to extinguish every dissident voice.

Now, imagine that these same military men, possessed with Messianic fanaticism, installed themselves in power for years, prepared to root out every last ideological adversary. That is what happened in Chile.

The socialist adventure led by Salvador Allende ended tragically. The military junta, presided over by General Augusto Pinochet, applied the doctrine of "savage capitalism", as the neoliberal experiment has been called, but refused to acknowledge that, to function smoothly, it requires a labour force free to exercise its rights. Brutal repression was used to destroy the last seed of leftist thought and implant a heartless capitalism. Chile was not an isolated case - the long night of dictatorships darkened the continent for more than a decade. In 1975, half of Latin America's citizens lived under some kind of repressive government, most of which were backed by the United States.

The Allende family - that is, those who didn't die - were taken prisoner, went into hiding, or left the country. My brothers, who were out of the country, did not return. My parents, who were in the embassy in Argentina, remained in Buenos Aires for a while, until they received death threats and had to escape. Most of my mother's family, on the other hand, were bitterly opposed to the Unidad Popular, and many of them celebrated the military coup with champagne.

My grandfather detested socialism and eagerly awaited the end of Allende's government, but he never wanted it to be at the cost of democracy. He was horrified to see the government in the hands of the military, whom he despised, and he ordered me not to get involved. It was impossible, however, for me to stay on the edges of what was happening. This fine old man spent months observing me and asking tricky questions; I think he suspected that his granddaughter would vanish at any moment. How much did he know about what was happening around him? He lived an isolated life, he almost never went out of the house, and his contact with reality came through the press, which suppressed the truth and overtly lied. I may have been the one person who gave him the other side of the picture.

At first, I tried to keep him informed because, in my role as a journalist, I had access to the underground network that replaced serious sources of information during that period, but eventually I stopped bringing him bad news because I didn't want to frighten or depress him. Friends and acquaintances began to disappear; some returned after weeks of absence, with the eyes of madmen and signs of torture. Many sought refuge in other countries. In the beginning, Mexico, Germany, France, Canada, Spain and other countries took them in, but after a while, they had to call a halt because thousands of other Latin American exiles were being added to the waves of Chileans.

In Chile, where friendship and family are very important, something happened that can be explained only by the effect that fear has on the soul of a society. Betrayal and denunciation snuffed out many lives; all it took was an anonymous voice over the telephone for the badly named intelligence services to sink their claws into the accused, and, in many cases, nothing was ever heard of that person again. People were divided between those who backed the military government and those who opposed it; hatred, distrust, and fear poisoned relationships. Democracy was restored more than a decade ago, but that division can still be felt, even in the heart of many families.

Crimes perpetrated in shadows during those years have, inevitably, been coming to light. Airing the truth is the beginning of reconciliation, although the wounds will take a long time to heal because those responsible for the repression have not admitted their guilt and are not disposed to ask for forgiveness. The acts of the military regime will go unpunished, but they can no longer be hidden or ignored. Many, especially young people who grew up without political dialogue or without a critical spirit, believe that there's been enough digging through the past, that we must look to the future, but victims and their families cannot forget. It's possible that we will have to wait until the last witness to those times dies before we can close that chapter of our history.

By 1980, I was no longer in Chile. I stayed awhile, but when I felt repression tightening like a noose around my neck, I left. I watched the country and its people change. I tried to adapt and not attract attention, as my grandfather had asked, but it was impossible because, in my situation as a journalist, I knew too much. At first, my fear was something vague and difficult to define, like a bad smell. I discounted the terrible rumours that were circulating, alleging that there was no proof, and when proof was presented to me, I said those were exceptions. I thought I was safe because I wasn't visibly "involved" in politics, in the meantime sheltering desperate fugitives in my home or helping them over embassy walls in search of asylum.

I thought that, if I were arrested, I could explain that I was acting out of humanitarian motives. Apparently, I was somewhere on the moon. I broke out in hives from head to foot, I couldn't sleep, and the sound of a car in the street after curfew would leave me trembling for hours. It took me a year and a half to realise the risk I was running, and, finally, in 1975, following a particularly agitated and danger-filled week, I left for Venezuela, carrying a handful of Chilean soil from my garden.

A month later, my husband and my children joined me in Caracas. I suppose I suffer the affliction of many Chileans who left during that time: I feel guilty for having abandoned my country. I have asked myself a thousand times what would have happened had I stayed, like so many who fought the dictatorship from within, until it was overthrown in 1989. No one can answer that question, but of one thing I am sure: I would not be a writer had I not experienced that exile.

The hard question is why at least one third of Chile's total population backed the dictatorship, even though, for most, life wasn't easy, and even adherents of the military government lived in fear. Repression was far-reaching, although there's no doubt that the poor and the leftists suffered most. Everyone felt he was being spied on, no one could say that he was completely safe from the claws of the state. It is a fact that information was censored and brainwashing was the goal of a vigorous propaganda machine; it is also true that the opposition lost many years and a lot of blood before it could get organised. But none of this explains the dictator's popularity.

The percentage of the population that approved of him was not motivated solely by fear: Chileans like authority. They believed that the military was going to "clean up" the country. "They put an end to delinquency, we don't see walls defaced with graffiti any more, everything is clean, and, thanks to the curfew, our husbands get home early," one friend told me. For her, those things compensated for the loss of civil rights because she wasn't directly affected: she was in the fortunate position of not having her children lose their jobs without compensation, or of being arrested.

I understand why the economic right, which, historically, has not been characterised as a defender of democracy, and which, during those years, made more money than ever before, backed the dictatorship, but what about the rest? I haven't found a satisfactory answer to that question, only conjectures.

Pinochet represented the intransigent father, capable of imposing strict discipline. The three years of the Unidad Popular were a time of experimentation, change, and disorder; the country was weary. Repression put an end to politicking, and neoliberalism forced Chileans to work, keep their mouths closed, and be productive, so that corporations could compete favourably in international markets. Nearly everything was privatised, including health, education, and social security. The need to survive drove private initiative.

Today, Chile not only exports more salmon than Alaska, but also, among hundreds of other non-traditional products, ships out frogs' legs, goose feathers, and smoked garlic. The US press celebrated the triumph of Pinochet's economic system and gave him credit for having turned a poor country into the star of Latin America.

None of the indices, however, revealed the distribution of wealth; nothing was known of the poverty and uncertainty in which several million people were living. There was no mention of the soup kitchens in poor neighbourhoods that fed thousands of families - there were more than 500 in Santiago alone - or of the fact that private charities and churches were trying to replace the social services that are the responsibility of the state. There was no open forum for discussing government actions or those of businessmen; public services were handed over to private companies, and foreign corporations acquired natural resources such as forests and oceans, which have been exploited with very little ecological conscience. A callous society was created in which profit is sacred; if you are poor, it's your own fault, and if you complain, that makes you a Communist. Freedom consists of having many brand names to choose from when you go out to buy on credit.

The figures of economic growth, which won The Wall Street Journal's praise, did not represent real development since 10 per cent of the population possessed half the nation's wealth, and there were a hundred people who earned more than the state spent on all social services combined. According to the World Bank, Chile is one of the countries with the worst distribution of income, right alongside Kenya and Zimbabwe.

The head of a Chilean corporation earns the same, or more, than his equivalent in the United States, while a Chilean labourer earns approximately 15 times less than a North American worker. Even today, after more than a decade of democracy, the disparities in wealth are staggering because the economic model hasn't changed. The three presidents who followed Pinochet have had their hands tied; the right controls the economy, the Congress, and the press. Chile, none the less, has proposed to become a developed country within the span of a decade, which is possible if, in fact, wealth is redistributed in a more equitable fashion.

Who was Pinochet, really? Why was he so feared? Why was he admired? I never met him personally, and I didn't live in Chile during the greater part of his government, so I can only judge him by his actions and what others have written about him. I suppose that, to understand Pinochet, you need to read novels such as Mario Vargas Llosa's Feast of the Goat or Gabriel Garcia Marquez's Autumn of the Patriarch, because he had a lot in common with the typical figure of the Latin American caudillo so aptly described by those authors.

He was a crude, cold, slippery, authoritarian man who had no scruples or sense of loyalty other than to the army as an institution - though not to his comrades in arms, whom he had killed according to his convenience, men such as General Carlos Prats and others. He believed that he was chosen by God and history to save his country. He was astute and suspicious, but he could be genial, and, at times, even likeable. Admired by some, despised by others, feared by all, he was possibly the man in our history who has held the greatest power in his hands for the longest period of time.

In Chile, people try to avoid talking about the past. The youngest generations believe the world began with them; anything that happened before they were born doesn't interest them. And it may be that the rest of the population shares a collective shame regarding what took place during the dictatorship, the same feeling that Germany had after Hitler. Both young and old want to avoid discord. No one wants to be led into discussions that drive even deeper wedges. Furthermore, people are too busy trying to get to the end of the month with a salary that doesn't stretch far enough, and quietly doing their job so that they won't be fired, to be concerned about politics.

It's assumed that digging too much into the past can "destabilise" the democracy and provoke the military, a fear that is totally unfounded since the democracy has been strengthened in recent years - since 1989 - and the military has lost prestige.

Besides, this is not a good time for military coups. Despite its many problems - poverty, inequality, crime, drugs, guerrilla wars - Latin America has opted for democracy, and for its part, the United States is beginning to realise that its policy of supporting tyranny does not solve problems - it merely creates new ones.

The military coup didn't come out of nowhere; the forces that upheld the dictatorship were there, we just hadn't perceived them. Defects that had lain there beneath the surface blossomed in all their glory and majesty during that period. It isn't possible that repression on such a grand scale could have been organised overnight unless a totalitarian tendency already existed in a sector of the society; apparently, we were not as democratic as we believed.

As for the government of Salvador Allende, it wasn't as innocent as I like to imagine; it suffered from ineptitude, corruption, and pride. In real life, it may not always be easy to distinguish between heroes and villains, but I can assure you that in democratic governments, including that of the Unidad Popular, there was never the cruelty the nation has suffered every time the military intervenes.

In 1988, the situation changed in Chile; Pinochet had lost the referendum and the country was ready to reinstate democracy. So I went back. I went with fear; I didn't know what I was going to find, and I nearly didn't recognise Santiago or its people: everything was different. The city was filled with gardens and modern buildings, seething with traffic and commerce, energetic and fast-paced and progressive. But there were feudal backwashes, such as maids in blue aprons taking their elderly charges in the wealthy barrios for walks, and beggars at every stoplight.

Chileans were cautious; they respected hierarchies and dressed very conservatively - men in ties, women in skirts - and in many government offices and private enterprises, employees were wearing uniforms, like flight attendants. I realised that many of the people who had stayed and suffered in Chile considered those of us who left to be traitors, and believed that life had been much easier for us. There were many exiles, on the other hand, who accused those who stayed in the country of collaborating with the dictatorship.

The candidate of the Concertacion Party, Patricio Alwyn, had won by a narrow margin; the presence of the military was still intimidating, and people were quiet and frightened as they went about their lives. The press was still censored; the journalists who interviewed me, trained in discretion, asked careful, ingenuous questions, and then didn't publish the answers. The dictatorship had done everything possible to erase recent history and the name of Salvador Allende. On the return flight, when I saw San Francisco Bay from the air, I gave a sigh of exhaustion and, without thinking, said: Back home at last. It was the first time since I'd left Chile in 1975 that I felt I was "home."

In 1994, I went back again to Chile, looking for inspiration, a trip I have since repeated yearly. I found my compatriots more relaxed and the democracy stronger, although conditioned by the presence of a still- powerful military and by the senators Pinochet had appointed for life in order to control the Congress. The government had to maintain a delicate balance among the political and social forces. I went to working-class neighbourhoods where people had once been contentious and organised. The progressive priests and nuns who had lived among the poor all those years told me that the poverty was the same but that the solidarity had disappeared, and that now crime and drugs, which had become the most serious problem among the young, had been added to the issues of alcoholism, domestic violence, and unemployment.

The rules to live by were: try to forget the past, work for the future, and don't provoke the military for any reason. Compared with the rest of Latin America, Chile was living in a good moment of political and economic stability; even so, five million people were still below the poverty level. Except for the victims of repression, their families, and a few organisations that kept a watch out for civil-rights violations, no one spoke the words "disappeared" or "torture" aloud.

That situation changed when Pinochet was arrested in London, where he had gone for a medical check-up and to collect his commission for an arms deal. A Spanish judge charged him with murdering Spanish citizens, and requested his extradition from England to Spain. The general, who still counted on the unconditional support of the armed forces, had, for 25 years, been isolated by the adulators who always congregate around power. He had been warned of the risks of travel abroad, but he went anyway, confident of his impunity. His surprise at being arrested by the British can be compared only to that of everyone in Chile, long accustomed to the idea that he was untouchable. By chance, I was in Santiago when that occurred, and I witnessed how, within the course of a week, a Pandora's box was opened and all the things that had been hidden beneath layers and layers of silence began to emerge. In those first days, there were turbulent street demonstrations by Pinochet's supporters, who threatened nothing less than a declaration of war against England or a commando raid to rescue the prisoner.

The nation's press, frightened, wrote of the insult to the Esteemed Senator-for-Life, and to the honour and sovereignty of the nation, but a week later, demonstrations in his support had become minimal, the military were keeping mute, and the tone had changed in the media: now they referred to the "ex-dictator, arrested in London".

No one believed that the English would hand over the prisoner to be tried in Spain, which in fact didn't happen, but in Chile, the fear that was still in the air diminished rapidly. The military lost prestige and power in a matter of days. The tacit agreement to bury the truth was over, thanks to the actions of that Spanish judge.

Taken from 'My Invented Country' by Isabel Allende, published by Harper Perennial at Ł7.99. Isabel Allende's new novel, Inés of My Soul, will be published by Fourth Estate in April 2007
http://news.independent.co.uk/world/americas/article2067626.ece
pi_44769700
quote:
China en Japan halen oude wonden open

Gezamenlijk verleden moet bespreekbaar worden

Door Perro de Jong

26-12-2006

Chinese en Japanse historici praten deze week over het bloedige verleden dat de twee landen delen. Dat is voor het eerst. Vooral de periode rond de Tweede Wereldoorlog ligt gevoelig. De nieuwe premier van Japan, Shinzo Abe, lijkt meer oog te hebben voor die gevoeligheden dan zijn voorganger. Maar is dat voldoende om een streep onder het verleden te kunnen zetten?

De vorige Japanse premier, Junichiro Koizumi, oogstte internationaal veel kritiek met zijn jaarlijkse bezoekjes aan een monument voor gevallen soldaten. Volgens Peking liet het zien dat Japan nooit echt wroeging heeft gehad over de oorlog, die voor de Chinezen al in 1937 begon en aan minstens 35 miljoen burgers het leven kostte.

Miljarden
Dat verwijt is deels terecht. Over één van de beruchtste Japanse oorlogsmisdaden, de slachting in Nanjing, woedt nog steeds een felle discussie. Volgens China werden tijdens de bezetting van de stad driehonderdduizend mensen vermoord. Maar vijf jaar geleden bleek dat de slachtpartij in een nieuw Japans lesboek over de oorlog nauwelijks vermeld werd.

Minder bekend is dat het gewraakte lesboek slechts in een beperkt aantal scholen werd gebruikt. Daarbij is het ook niet waar dat Japan nooit iets heeft gedaan om zijn schuld tegenover China vereffenen. "In elke stad vind je minstens één Japans-Chinees vriendschapsziekenhuis en -school," zegt de China-correspondente van de Wereldomroep, Karen Meirik. Volgens haar heeft Japan na de oorlog voor miljarden in China geďnvesteerd. Meirik: "Maar de Chinezen doen alsof dat niet zo is."

Concurrenten
Dat Japan nog dieper door het stof moet, heeft wellicht meer te maken met het opkomende Chinese nationalisme. Dat neemt steeds meer de rol van het communisme over als staatsideologie die de mensen samenbindt. "Japan als vijand, zien helpt heel erg bij het Chinezen zich trots laten voelen dat ze Chinees zijn," zegt Karen Meirik.

Die rivaliteit gaat al veel langer terug dan de oorlog en begon ooit met het argument dat Japan zijn beschaving eigenlijk aan China te danken heeft. Ook tegenwoordig zijn China en Japan op economisch en politiek gebied natuurlijke concurrenten, die allebei graag nummer één willen zijn in de regio.

Minimaal
Ondertussen is op de Chinese geschiedschrijving wel het nodige af te dingen. "Eigenlijk waren er tijdens de oorlog drie partijen," zegt Karen Meirik. "Je had de Chinese burgeroorlog die al langer bezig was, tussen de communisten en de Kwomintang, en daar kwamen de Japanners bij. Eén van die partijen zit nu nog steeds in het zadel: de communisten. Die hebben wel meer cijfers naar hun hand gezet."

In het nationalistische China van vandaag schrijven de winnaars nog steeds de geschiedenis. Veel ruimte voor de historici die in Peking praten om nu eens kritisch naar het eigen verleden te kijken, is er dan ook niet. Het is de bedoeling dat er in 2008 een document gepubliceerd wordt met een versie van de geschiedenis die voor beide landen aanvaardbaar is. De kans dat dat daadwerkelijk lukt, lijkt nu al minimaal.
http://www.wereldomroep.n(...)japansverleden261206
  woensdag 27 december 2006 @ 22:41:33 #195
129814 wolferl
Ik kan niets bedenken
pi_44779121
quote:
Kort voor het officiële einde van het Mozartjaar 2006 is in Salzburg een tot nog toe onbekend werk voor klavier van de componist opgedoken.

Volgens de Oostenrijkse radiozender ORF is het allegro bevat in een muziekboek, dat enkele maanden geleden aan de archivaris van het aartsbisdom Salzburg werd aangeboden door een niet nader genoemde bezitter. Vrijdag zal het werk in Salzburg voor de eerste keer publiekelijk voorgesteld worden.

Het notenboek werd volgens de gegevens door twee in Salzburg bekende klavierleraren ten tijde van Mozart samengesteld. Naast enkele anoniem overgeleverde werken bevond zich ook een "Allegro di Wolfgango Mozart".

Na nader onderzoek rees het vermoeden dat het om een tot nog toe onbekend werk van Mozart ging, dat hij tussen zijn zesde en tiende levensjaar had gecomponeerd. Mogelijk is ook nog een tweede werk uit het notenboek afkomstig van de componist.
Bronnen:

http://www.demorgen.be/dm/nl/cultuur/dmmuziek/336153
http://www.hbvl.be/nieuws(...)EC-97BF-1E249D1AD300
http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=84083
http://www.standaard.be/A(...)elid=DMF27122006_044
http://www.dvhn.nl/article1304061.ece

Voor meer links:

http://mozart.startpagina.nl/

Ps: dit had ik bij het begin van 2006 al voorspeld, Mozart's jubileum jaar loopt af dus een laatste strohalm om nog wat te verdienen brengen ze een onbekend pianowerk van hem op de markt.
pi_44797889
quote:
Elburg krijgt Joods museum

Het Gelderse Elburg krijgt een Joods museum. Het wordt het tweede Joodse museum in Nederland, na het Joods Historisch Centrum in Amsterdam.
In het museum, dat wordt gevestigd in de synagoge, wordt het leven van de Joodse gemeenschap in de provincie Gelderland belicht. Elburg zelf kende tot de Tweede Wereldoorlog een kleine, hechte Joodse gemeenschap. Centraal in het nieuwe Joodse museum komt een brief uit 1942 van de toen 26-jarige Klaartje de Hond. Ze stuurde uit Westerbork haar voormalige buren een kaartje. 'Zijn de andere joden nog in Elburg?' vraagt ze.
Slechts één Jood uit Elburg overleefde de Holocaust.
http://www.wereldomroep.nl/actua/news/zijlijn/#5128552
pi_45110867
quote:
Scheepvaartmuseum 2,5 jaar dicht 7-01-07

Het Scheepvaartmuseum in Amsterdam

Het Nederlands Scheepvaartmuseum in Amsterdam sluit maandag voor 2,5 jaar de deuren voor een grootscheepse renovatie. Vandaag mogen alle bezoekers gratis naar binnen.

Het 350 jaar oude pand is hard aan een verbouwing toe en wordt ingericht om grotere bezoekersaantallen te kunnen verwerken. Nu trekt het museum jaarlijks 200.000 bezoekers, in de toekomst mikt de directie op 300.000 belangstellenden.

De verbouwing gaat in totaal 50 miljoen euro kosten, waarvan 36 miljoen wordt betaald door de Rijksgebouwendienst en 14 miljoen door het museum zelf. De collectie verdwijnt grotendeels in de depots. Een klein deel wordt uitgeleend aan andere musea.

Veranderde wensen
Naast capaciteitsuitbreiding is de renovatie ook bedoeld om beter in te spelen op de veranderde wensen van de museumbezoeker.

"De markt is drastisch vernaderd", stelt directeur Bijleveld vast. "Onze doelgroepen hebben behoefte aan andere manieren van presenteren. Zeker bij jongeren staat beleving centraal. Als we ons nu niet aanpassen, zullen de bezoekersaantallen de komende jaren ongetwijfeld weer dalen".

De bezoekers kunnen in de toekomst sneller door het museum lopen en ook kiezen voor een specifiek onderwerp in de maritieme geschiedenis.

Michiel de Ruyter
De renovatie komt eigenlijk op een zeer ongelegen moment, omdat 2007 is uitgeroepen tot Michiel de Ruyter-jaar. De Rijksgebouwendienst had daar in de planning geen rekening mee gehouden.

De grote tentoonstelling over de 17de eeuwse zeeheld gaat dus aan het Scheepvaartmuseum voorbij en wordt in Vlissingen, de geboorteplaats van De Ruyter, gehouden.
http://www.nos.nl/nos/art(...)1C7323B67D9FC1F.html
pi_45640824
quote:
Nederlandse begraafplaats in India opgeknapt

Een oude koloniale Nederlandse begraafplaats in de Indiase stad Kochi is opgeknapt. Het honderden jaren oude kerkhof lag er sterk verwaarloosd bij, maar is weer in oude luister hersteld, meldt de Indiase krant The Hindu.
De stad Kochi kwam in 1663 in handen van de VOC, die er een fort stichtte van waaruit de omliggende gebieden werden bestuurd. Natuurlijk werd er ook handel gedreven, vooral in peper.
Op de Nederlandse begraafplaats vonden soldaten hun laatste rustplaats naast kooplieden, zeelieden en huisvrouwen. Eén van de oudste graven stamt uit 1664. Het laatste graf werd in 1814 gedolven, zo'n twintig jaar na het vertrek van de VOC.
http://www.wereldomroep.nl/portal/news/zijlijn/#5156282
quote:
Dutch Cemetery opened after renovation

Staff Reporter



A NEW LOOK: First Secretary of the Netherlands Government J.H. Schiitte visiting the renovated Dutch Cemetery at Fort Kochi on Tuesday. Photo: Vipinchandran

KOCHI : The Dutch Cemetery in Fort Kochi, the oldest European cemetery in India, was opened on Tuesday after renovation work.

The 284-year-old cemetery is considered to be an authentic record of hundreds of Europeans, both the Dutch and the English, who arrived in India to expand their colonial empire.

Consecrated in 1724, the cemetery has 104 tombs. The renovation work was carried out with the help of the Dutch Embassy in India.

First Secretary of the Netherlands Government J.H. Schiitte reopened the cemetery.

His deputy Mohammed Afsal and Superintendent of the Archaeological Survey of India (Kerala Circle) Nambirajan too were present.

Under the renovation work, tombs that were in bad shape were strengthened and flowering plants planted around them.

With passage of time, the layer of plaster over the laterite stones in many of the tombs withered away. The whole compound was landscaped and the compound wall strengthened. The renovation work was done by P P Joseph and landscaping by Subramanian.

The cemetery is being looked after by St. Francis CSI Church, Fort Kochi. A public function was held at the church, prior to the reopening. Church Vicar P J Jacob said that the church promised help in tracing other Dutch monuments in Kerala.

The unique feature of the tombs was that none of them carry a cross, unlike in modern tombs. Both the big and small tombs resemble the Dutch architecture of the period. The inscriptions on them were in the old Dutch script.
http://www.hindu.com/2007/01/24/stories/2007012421850300.htm
pi_45957814
quote:
Israel checks WWII Arab 'saviour'

Israel's main Holocaust memorial centre has for the first time nominated an Arab to be recognised as a "righteous gentile" for saving Jewish lives.

Researchers at Yad Vashem will now examine the life of Khaled Abdulwahab, who died in his native Tunisia in 1997, to see if he is eligible for the award.

He is said to have sheltered Jews on his land during the Nazi occupation.

The Righteous Gentile award has already been bestowed on about 22,000 non-Jews, including 60 Muslims from the Balkans.

The request to recognise Mr Abdulwahab was submitted by Robert Satloff of the Washington Institute for Near East Policy, who has researched the situation of Jews in North Africa in the 1940s.

More than 1.5 million Arabic-speaking Sephardic Jews lived in North Africa, before the establishment of the state of Israel in 1948.

Tunisia, home to 100,000 Jews, was the only North African country to come under direct Nazi rule during World War II.

Fine example

Tunisian Jews were subject to persecution during the Nazi occupation, but they were not sent to death camps as happened in Europe.

Neighbouring countries which also had sizeable Jewish communities were at the time governed by Vichy France.

Contemporary accounts say Mr Abdulwahab, who had a role co-ordinating with the German army in his hometown of Mahdia, got wind of a plan to rape a Jewish women and put others in a brothel.

He is said to have taken about two dozen Jews, including the intended victims, to his farm near and looked after them there until the end of the occupation.

"Khaled is the finest example, though not the only one, of an Arab who saved Jews from persecution during the German occupation," Mr Satloff said.

Academics say Morocco's King Muhammad V also intervened on behalf of Jews, although the situation there was not as difficult as Tunisia.

A spokesperson for Yad Vashem said it was not possible to speculate regarding Mr Abdulwahab's eligibility for the honour, which is known as Righteous Among the Nations.

"The commission will decide based on the strict criteria for recognising the Righteous Among the Nations," Estee Yaari said,.
http://news.bbc.co.uk/2/hi/middle_east/6318201.stm
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')