En nog meer leuks:
quote:
Kampioen ASWH regeert door vooruitzien
2 april
HOEK - Bloemen moesten met een sneltreinvaart nog ergens in Hoek worden gevonden. Natuurlijk kwam het kampioenschap van ASWH niet onverwacht, maar met een nederlaag van Kozakken Boys was niet echt rekening gehouden. Toch gebeurde en met de eigen winst op Hoek (1-4) kon evenals in 2001 en 2002 de kampioensvlag voor de Ambachters in top.
Drie keer kampioen in vijf jaar. Het is een moyenne waar iedere topclub blind voor zou tekenen, maar ASWH bewerkstelligde het. Basis van die successen is het technische beleid door de jaren heen. Wel de selectie op tijd verversen, maar ook altijd gedoseerd. “We kiezen voor stabiliteit”, vertelt Wim Helmink, al zo’n vijftien jaar bestuurslid en verantwoordelijk voor de technische zaken. “Je moet natuurlijk altijd vooruit denken. Aan zien komen wanneer op welke positie een nieuwe speler zal moeten worden ingepast. Maar je moet ook de continuïteit in de gaten houden.”
Die voorzienende blik zorgde in 1999 voor wat, achteraf geredeneerd, de definitieve opstoot in de vaart der volkeren is geweest. Met het aantrekken van Johan Sturrus (SC Feijenoord), John Verbaan (Kozakken Boys), Hank Viveen Kozakken Boys) en de terugkeer van Izaäk Verhoeven (tussendoortje bij Strijen) maakten de Ambachters een wezenlijke kwaliteitsslag. Het was een afzetreactie op de degradatie een jaar eerder. Hans Maus bracht ASWH wel meteen weer terug op het hoogste niveau, maar tegelijkertijd wilde de clubleiding niet weer vervallen in alleen maar moeizaam overleven in de hoofdklasse. Maus leverde de promovendus nieuwe stijl dat jaar af op een verdienstelijke derde plaats. Maus’ opvolger, Arie van der Zouwen in eerste instantie, maar al snel daarna André Wetzel omdat Van der Zouwen naar Hong Kong afreisde, viel met zijn neus in de boter en bezorgde in 2001 de op dat moment bijna 72 jaar oude club zijn eerste kampioenschap op het hoogste niveau. En alsof het de gewoonste zaak van de wereld was, deed ASWH het jaar daarop het allemaal nog eens dunnetjes over, nu onder trainer Jack van den Berg, die gewoon voort breide op het beproefde stramien.
Dat het niet ieder jaar dolle pret kan zijn, heeft ASWH intussen ook ervaren. In de twee seizoenen na de gloriejaren kreeg Van den Berg te maken met enorme verzadigingsverschijnselen. De terugkeer van Verbaan en Viveen vorig seizoen bleek bij nader inzien een niet zo gelukkige keus. Na een veelbelovende eerste helft van de competitie blies ASWH zichzelf volledig op en bolde uiteindelijk uit naar de achtste plaats. Hoogste tijd dus om frisse troepen binnen te halen. Alexander de Jong (Heerjansdam, middenvelder) keerde terug op het oude nest en ASWH wist ook Arjan Human (Hoek, aanvaller), Walter van Ommeren (GVVV, spits), Marphe Redjoseitiko (ARC, middenvelder), Sjoerd van der Waal (Sparta, aanvaller) te interesseren een Ambachts shirt aan te trekken. Opvallend is dat van dit rijtje Van Ommeren, Redjoseitiko en Van der Waal niet op een basisplaats kunnen rekenen. Voetballen bij een topclub is ook op de bank ‘plakken’. De dertiger Van Ommeren bijvoorbeeld zal zich ongetwijfeld iets anders hebben voorgesteld van ASWH dan bijna vaste reserve zijn. De voormalige topscorer van GVVV heeft in het geringe aantal speelminuten dat hem dit seizoen is toebedeeld zes doelpunten weten te scoren, eentje meer dan Arjan Human die wel steevast bij het beginsignaal in het veld staat. Van den Berg geeft de voorkeur aan de meevoetballende spits Human boven de typische afmaker Van Ommeren.
Dat geldt ook voor Louis van Kleef versus Van der Waal. De 20-jarige ex-Spartaan is technisch vaardig, rap, doelgericht, maar de routinier Van Kleef (28) is eerste keus, misschien wel juist omdat hij een vervelend lastpak is voor zijn tegenstanders. Van den Berg kiest eerder voor dienende spelers dan voor individualisten. ASWH oogt daardoor soms een beetje saai, maar kan wel heel dwingend spelen volgens vaste patronen. Van den Berg noemt dat altijd ‘in het ritme komen’. Lukt dat, dan is de ploeg moeilijk te verslaan. De achterste lijn geeft weinig weg. Doelman Willem Jan Barendregt, die net als Sturrus, Roël Gorré, Verhoeven en Van Kleef de gehele opbloeiperiode sinds 1999 heeft meegemaakt, hield tot nu toe dit seizoen al tien (?) keer de nul. Dat is Barendregts eigen verdienste, maar ook van het op elkaar ingespeelde centrale koppel Xander van der Veeke en Richard Lodder en de cipiers op de flanken Sturrus en Gorré. De twee backs schakelen zich bovendien regelmatig in als extra vleugelaanvaller.
Het middenveld bestaat meestal uit de twee centrale dribbelaars Ferry van Lare en Alexander de Jong, aan de rechterkant de noeste werker Jordi Boogers en op links good-old Verhoeven, die het vijandelijke doel kan bestoken met poeiers uit de tweede lijn. Voorin lopen Human en Van Kleef. De twee aanspeelpunten zijn zeker niet overdreven productief voor het doel, maar sjouwen zich wild voor het collectieve resultaat. ASWH eiste dit seizoen al snel de eerste plaats op en was daar niet meer van af te krijgen. Kozakken Boys bleef het langst in de buurt. De Werkendammers brachten de spanning een aantal weken geleden nog even terug, toen zij ASWH met 1-0 klopten. Met nuchtere standvastigheid bleven Van den Berg c.s. vervolgens gewoon in het zadel. En als het even meezit, doen de Ambachters ook in 2005-2006 weer een gooi naar de hoofdprijs. Van den Berg heeft immers bijgetekend voor zijn vijfde jaar en vrijwel niemand van de selectie zegt er genoeg van te hebben en op zoek te zijn naar iets anders. Pas het jaar daarop is ASWH weer aan verjonging toe. Dan beginnen Barendregt (34), Verhoeven (34), Sturrus (33) wellicht te zeer op leeftijd te komen voor het bedrijven van topvoetbal. Helmink weet al welk werk er aan de winkel is komend seizoen.
Tekst: Aad van der Graaf